Vaststelling bedragen 2000 kostenregeling Wet toezicht beleggingsinstellingen

17 december 1999

BGW 99/2653-U

Directie Binnenlands Geldwezen

De Minister van Financiën;

Gelet op artikel 8 van de Kostenregeling Wet toezicht beleggingsinstellingen;

Gezien het advies van De Nederlandsche Bank N.V. d.d. 26 november 1999,

Besluit:

Artikel 1

De door De Nederlandsche Bank N.V. ingevolge artikel 3 van de Kostenregeling Wet toezicht beleggingsinstellingen in rekening te brengen bedragen worden voor 2000 als volgt vastgesteld:

a) het bedrag, bedoeld in artikel 4 van de Kostenregeling Wet toezicht beleggingsinstellingen: f 5.000,-;

b) het bedrag, bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Kostenregeling Wet toezicht beleggingsinstellingen: f 1.000,-;

c) het bedrag, bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel a, van de Kostenregeling Wet toezicht beleggingsinstellingen: f 7.000,-;

d) het bedrag, bedoeld in artikel 7, tweede lid, van de Kostenregeling Wet toezicht beleggingsinstellingen: f 1.000,-;

e) het bedrag, bedoeld in artikel 7, derde lid, van de Kostenregeling Wet toezicht beleggingsinstellingen: f 7.000,-.

Artikel 2

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

De Minister van Financiën,
G. Zalm.