Besluit op grond van artikel 24b, eerste lid, Elektriciteitswet 1998

N.V. Samenwerkende elektriciteits-produktiebedrijven

1. Op grond van artikel 24b, eerste lid, kan de directeur van de Dienst uitvoering en toezicht Elektriciteitswet op aanvraag bij voorrang transportcapaciteit bestemmen voor een verzoeker wanneer de aanvraag betrekking heeft op een landsgrensoverschrijdend net als bedoeld in artikel 16, zesde lid, van de Elektriciteitswet 1998 of wanneer deze reservering bijdraagt aan de goede marktwerking op de elektriciteitsmarkt. Op 15 juli 1999 heeft de Dienst uitvoering en toezicht Elektriciteitswet een aanvraag tot bij voorrang bestemmen van capaciteit in de zin van artikel 24b, eerste lid, van de Elektriciteitswet 1998 ontvangen.

2. De aanvraag betrof het bij voorrang voor de N.V. Samenwerkende elektriciteits-produktiebedrijven (hierna: N.V. Sep) ter beschikking houden van capaciteit op de grensoverschrijdende verbindingen voor drie door de N.V. Sep gesloten langjarige importcontracten.

3. De directeur van de Dienst uitvoering en toezicht Elektriciteitswet heeft besloten de aanvraag van de N.V. Sep op grond van artikel 24b, eerste lid, van de Elektriciteitswet 1998 af te wijzen.

4. Een afschrift van het volledige besluit is opvraagbaar bij de Dienst uitvoering en toezicht Elektriciteitswet, Postbus 16326, 2500 BH Den Haag, telefoonnummer 070 - 330 3511.

5. Tegen dit besluit kan degene wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen zes weken na de dag van bekendmaking een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de sectie Beschikkingen, Bezwaar en Beroep van de Nederlandse mededingingsautoriteit, Postbus 16326, 2500 BH Den Haag.


J.J. de Jong, directeur Dienst uitvoering en toezicht Elektriciteitswet.

Naar boven