Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ministerie van Justitie | Staatscourant 1999, 14 pagina 9 | Circulaires |
Zoals bouwplannen en verkeersmaatregelen.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ministerie van Justitie | Staatscourant 1999, 14 pagina 9 | Circulaires |
Aan:
‐ de Korpschefs Politieregio’s
‐ de Staf van de Koninklijke Marechaussee
i.a.a:
‐ de Procureurs-Generaal
Onderdeel: Uitvoeringsbeleid
Datum: 1 januari 1999
Ons kenmerk: 722648/98/IND
Code: TBV 1999/1
Juridische achtergrond: Algemene bijstandswet en Wet op de Studiefinanciering
Geldig van/tot: 1 januari 1999 tot 1 juli 1999
Onderwerp: Normbedragen per 1 januari 1999
De Abw-norm is het normbedrag voor echtparen of ongehuwd samenwonenden inclusief vakantiegeld.
Per 1 januari 1999 zijn er nieuwe bijstandsnormen vastgesteld door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. De normbedragen die van belang zijn voor de toetsing aan het middelenvereiste in het kader van de Vreemdelingenwet luiden als volgt:
Bovengenoemde normen gelden, voor wat betreft de toetsing aan het middelenvereiste in de zin van de Vreemdelingenwet, voor alle leeftijdscategorieën. De grondslag hiervoor is neergelegd in TBV 1997/11.
In de bijstandsuitkering is een vakantie-uitkering begrepen van 5,2% (norm voor 1999) van de uitkering. Dit is een netto bedrag.
In hoofdstuk A4/4.2.1 Vc wordt vermeld dat vakantiegeld als bestanddeel van inkomen kan worden meegerekend. De hoogte van het vakantiegeld voor werknemers is slechts gebonden aan een wettelijk minimum, namelijk 8% van het bruto-maandsalaris. Dit is een bruto bedrag. In CAO-besprekingen kan worden onderhandeld over een hoger percentage vakantiegeld voor de werknemer.
Een werknemer zal in veel gevallen netto op een hoger bedrag vakantiegeld uitkomen dan de vakantie-uitkering in de bijstandsuitkering. Het kan dus voorkomen dat een werknemer zonder vakantiegeld onder de bijstandsnorm uitkomt, terwijl hij met vakantiegeld wel aan de norm voldoet.
Het is slechts zinvol om het netto vakantiegeld op maandbasis te berekenen, indien het inkomen zonder vakantiegeld uitkomt onder de Abw-norm zonder vakantiegeld voor de desbetreffende categorie. Het vakantiegeld wordt bruto op de loonstrook vermeld of het kan worden afgeleid van het bruto-maandinkomen met de volgende formule:
Bruto maandinkomen x 8 (of zoveel meer als is afgesproken in CAO) : 100 = bruto vakantiegeld
De formule om het bruto vakantiegeld naar netto om te rekenen luidt voor 1999 voor een salaris dat rond het bijstandsniveau ligt als volgt:
Bruto vakantiegeld x 64,25 : 100 = netto vakantiegeld
Een alleenstaande ouder of een alleenstaande kan ondermeer in aanmerking komen voor een toeslag, wanneer de woonkosten niet met een ander gedeeld kunnen worden, maar ook kan een toeslag worden toegekend als tegemoetkoming in de kosten voor bijvoorbeeld een wasmachine.
De Gemeentelijke Sociale Diensten hebben een beleidsvrijheid met het toekennen van toeslagen en er zijn over het algemeen geen standaardnormeringen ontwikkeld. Daarom heeft de Staatssecretaris van Justitie in haar brief van 20 oktober 1997 aan de Voorzitter van de Tweede Kamer besloten dat deze toeslagen voor wat betreft de beoordeling van het inkomensvereiste de zin van de Vreemdelingenwet buiten beschouwing worden gelaten.
Toeslagen voor de overige categorieën worden eveneens voor wat betreft de beoordeling van het inkomensvereiste in de zin van de Vreemdelingenwet buiten beschouwing gelaten.
Voor vreemdelingen die voor studie naar Nederland komen (zie B14/2.1 Vc), gelden de normbedragen die in de Wet op de Studiefinanciering (Stb. 1988, 336) worden genoemd voor levensonderhoud, aangevuld met college- en/of lesgelden. Per 1 januari 1999 gelden de volgende normbedragen:
Aangezien het vreemdelingen betreft, die voor primair voor het doel studie naar Nederland komen, is er gekozen voor de norm voor uitwonende studerenden.
Er is tevens besloten om de norm voor ’niet-particulier voor ziektekosten verzekerden’ aan te houden. Voor een aantal studenten - afhankelijk van de nationaliteit - is het namelijk mogelijk om de ziektekostenverzekeringen uit het land van herkomst mee te nemen. Zij zouden bij het hanteren van de hogere norm benadeeld kunnen worden. Om een eenduidige uitvoering te bevorderen is besloten tot één norm voor de studerenden.
In de periode van september 1997 tot april 1998 zijn een aantal Europese onderwijsprogramma’s opengesteld voor studenten afkomstig uit de EU-kandidaatslidstaten Roemenië, Hongarije, Tsjechië, Cyprus, Polen en Slowakije. Het gaat om het Erasmus- en het Socratesprogramma. Op grond van een besluit van de Europese Commissie (Besluit Nr.819/95/EG) mag aan deze studenten geen collegegeld worden berekend. Daarom is het netto-normbedrag, waarover zij maandelijks dienen te beschikken verminderd met het collegegeld. De student dient overigens zelf aan de hand van documenten aan te tonen dat hij deelnemer is aan één van deze programma’s.
TBV 1998/18 is hierbij vervallen voor verblijfsaanvragen die ná 31 december 1998 zijn ingediend. TBV 1998/18 behoudt zijn geldigheid voor aanvragen die in de periode van 1 juli 1998 tot 31 december 1998 zijn ingediend danwel in behandeling zijn genomen.
Kopieer de link naar uw clipboard
zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-1999-14-p9-SC17320.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.