Regeling vaststelling heffingspercentage scholing en vorming ondernemingsraadsleden bij de overheid 1999

23 november 1998

nr. AB1998/U58057

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

Gelet op artikel 2 van het Besluit heffing scholing en vorming van ondernemingsraadsleden bij de overheid;

Besluit:

Artikel 1

Het percentage, bedoeld in artikel 2 van het Besluit heffing scholing en vorming van ondernemingsraadsleden bij de overheid wordt voor het jaar 1999 vastgesteld op 0,051 procentpunt.

Artikel 2

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 1999.

Artikel 3

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling vaststelling heffingspercentage scholing en vorming ondernemingsraadsleden bij de overheid 1999.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
A. Peper.

Toelichting

Op grond van het Besluit heffing scholing en vorming ondernemingsraadsleden bij de overheid (hierna het Besluit) zijn overheidswerkgevers voor wier personeel een ondernemingsraad moet worden ingesteld, een heffing verschuldigd.

De heffing bestaat uit een jaarlijks vast te stellen percentage van de heffingsgrondslag, bedoeld in artikel 3 van het Besluit. De heffingsgrondslag wordt sinds de inwerkingtreding van fase één van de Wet overheidspersoneel onder de werknemersverzekeringen op 1 januari 1998 gevormd door het loon dat voor de overheidswerkgevers in aanmerking komt voor premieberekening krachtens de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering.

In overeenstemming met de opvatting van de sociale partners in de zogeheten WOR-Kamer van de Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid wordt het heffingspercentage voor het jaar 1999 in deze regeling op 0,051 procentpunt vastgesteld.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

A. Peper.

Naar boven