Regeling aanwijzing bewijsstukken vakbekwaamheid makelaars in onroerende zaken

6 juli 1998

nr. WJA/W-98045493

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

Gelet op artikel 2, eerste lid onder a, en tweede lid, onder b, van het Besluit vakbekwaamheid makelaars in onroerende zaken;

Besluit:

Artikel 1

Als bewijsstukken als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onder a, van het Besluit vakbekwaamheid makelaars in onroerende zaken worden aangewezen:

a. het getuigschrift, bedoeld in artikel 34 van de Wet op het hoger beroepsonderwijs, van het met goed gevolg afgelegd hebben van het afsluitend examen van de studierichting economisch-juridische opleiding aan de Hogeschool Eindhoven, de Hogere Economische School Groningen of de Hanzehogeschool Groningen,

b. het getuigschrift, bedoeld in artikel 7.11 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, van het met goed gevolg afgelegd hebben van het afsluitend examen van de juridisch-bestuurlijke opleiding of de opleiding voor management, economie en recht aan de Hogeschool Eindhoven of de Hanzehogeschool Groningen,

c. het getuigschrift, bedoeld in artikel 7.11 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, van het met goed gevolg afgelegd hebben van het afsluitend examen van de opleiding management en makelaardij in onroerende zaken van de Christelijke Agrarische Hogeschool te Dronten,

d. het diploma Hoger Economisch en Administratief Onderwijs, afgegeven ingevolgeartikel 29 van de Wet op het voortgezet onderwijs, van de school voor hoger economisch en administratief onderwijs te Eindhoven,

e. het diploma voor de makelaardij in onroerende goederen, afgegeven door de Stichting Vakexamen Makelaardij,

f. het diploma voor de makelaardij in onroerende goederen, afgegeven door de Nederlandse federatie van makelaars in onroerende goederen,

mits een door de Minister van Economische Zaken aangewezen gecommitteerde toezicht heeft gehouden bij het afleggen van het desbetreffende examen.

Artikel 2

Als bewijsstuk als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onder a, van het Besluit vakbekwaamheid makelaars in onroerende zaken wordt tevens aangewezen het bewijs vaktest voor de makelaardij in onroerende goederen, bedoeld in artikel 1, tweede lid, van het Besluit vakbekwaamheid makelaars in onroerende goederen.

Artikel 3

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst, en werkt terug tot en met 1 april 1998.

Artikel 4

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling aanwijzing bewijsstukken vakbekwaamheid makelaars in onroerende zaken.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.


’s-Gravenhage, 6 juli 1998. De Staatssecretaris van Economische Zaken,
A. van Dok-van Weele.

Toelichting

Onlangs is het Besluit vakbekwaamheid makelaars in onroerende zaken van kracht geworden. Dit besluit trad in de plaats van het Besluit vakbekwaamheid makelaars in onroerende goederen. Ingevolge artikel 2, eerste lid, onder a, van het Besluit vakbekwaamheid makelaars in onroerende zaken is de Minister van Economische Zaken bevoegd diploma’s of soortgelijke bewijsstukken aan te wijzen waaruit blijkt dat de bezitter voldoet aan de in artikel 3, eerste lid, van dat besluit opgenomen vakbekwaamheidseisen. In het laatstgenoemde artikelonderdeel worden de onderwerpen opgesomd waaromtrent de betrokkene kennis, inzicht en vaardigheid moet hebben. De uitwerking van de verschillende onderdelen geschiedt in de examenprogramma’s van de verschillende opleidingen.

In deze regeling worden, overeenkomstig hetgeen in paragraaf 5 van de nota van toelichting bij het Besluit vakbekwaamheid makelaars in onroerende zaken is gesteld, alle tot dusverre op grond van het Besluit vakbekwaamheid makelaars in onroerende goederen aangewezen diploma’s en bewijsstukken opnieuw aangewezen. Daarnaast wordt een nieuw diploma aangewezen dat voldoet aan de eisen van vakbekwaamheid (het in artikel 1, onderdeel c, vermelde diploma). Voorts wordt gebruik gemaakt van de in artikel 2, tweede lid, van eerstgenoemde besluit geboden mogelijkheid te bepalen dat een door de Minister van Economische Zaken aangewezen gecommitteerde toezicht moet houden bij het afleggen van het examen. Op grond van het besluit dient de gecommitteerde dan ook het diploma of bewijsstuk te ondertekenen. Een en ander betekent een voortzetting van de tot dusverre geldende beleidslijn.

De regeling werkt terug tot het tijdstip waarop het Besluit vakbekwaamheid makelaars in onroerende zaken (eveneens met terugwerkende kracht) in werking is getreden.

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

A. van Dok-van Weele.

Naar boven