Vaststelling U.R.-status farmaceutische producten

Het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen, gelet op artikel 4, derde lid van de Wet op de Geneesmiddelenvoorziening, stelt vast dat de in de bijlage opgenomen medische farmaceutische producten de U.R.-status hebben

Toelichting

In verband met de intrekking van het Besluit U.A.-geneesmiddelen (bij besluit van 8 december 1995, Stb. 615, 1995) moet voor de geneesmiddelen die ingevolge dat besluit de zgn. U.A.-status hebben, aan de hand van wettelijke criteria worden vastgesteld of deze de U.R.-status dienen te verkrijgen. Deze criteria zijn opgenomen in artikel 1b, tweede lid van het Besluit U.R.-geneesmiddelen. Het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG) heeft uitvoering gegeven aan deze beoordeling. Van een groot aantal farmacotherapeutische groepen is de procedure in 1996 afgerond.

Met publicatie van de huidige bijlage is nu van alle geneesmiddelen, die voorheen de U.A.-status hadden, bepaald welke de U.R.-status hebben.

Bijlage