Bijzonder reglement arrondissementsrechtbank te ’s-Gravenhage

Bijzonder Reglement als bedoeld in art. 27 van Reglement I

1. Het rechterlijk jaar wordt gelijkgesteld aan het kalenderjaar.

2. Gedurende het rechterlijk jaar zullen de zittingen van de onderscheiden kamers van de rechtbank worden gehouden op de tijdstippen zoals telkenmale nader vast te stellen, zulks met inachtneming van het in dit Bijzonder Reglement bepaalde.

3. De enkelvoudige kamer als bedoeld in art. 288a van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (rolrechter) zal zitting houden op dinsdag om 09.00 uur.

4. Op de zaterdagen en zondagen, alsmede op de dagen bedoeld in art. 3 van de Algemene Termijnenwet, met uitzondering van de Goede Vrijdag, worden in beginsel geen zittingen gehouden. Op die dagen is de griffie gesloten. Op alle overige dagen is de griffie geopend van 08.00 tot 16.00 uur.

5. De roosters volgens welke zitting zal worden gehouden zullen steeds zo spoedig mogelijk na het gereedkomen daarvan ter griffie (centrale balie) ter inzage worden gelegd.

6. De president kan, als dat in het belang van de dienst is, maar niet dan na overleg met de betrokken medewerkers van de rechtbank, bepalen dat van het rooster wordt afgeweken, ook waar het betreft het bepaalde in art. 4 van dit Reglement.

7. Dit Reglement treedt in werking op de dag volgend op die, waarop het door middel van de Nederlandse Staatscourant openlijk is gemaakt. Op die datum vervalt het thans geldende Bijzonder Reglement van Orde.

Aldus goedgekeurd door de arrondissementsrechtbank op 11 december 1997.

De president.