Regeling informatie Arbeidsvoorziening

«Arbeidsvoorzieningwet »

9 december 1997

nr. A&O/97/3662

Directie Analyse & Onderzoek

Regeling houdende regels ten aanzien van gegevens- en informatieverstrekking door het Centraal Bestuur Arbeidsvoorziening aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Regeling informatie Arbeidsvoorziening)

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op artikel 91, tweede lid, van de Arbeidsvoorzieningswet 1996;

Besluit:

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. de minister: de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

b. de wet: de Arbeidsvoorzieningswet 1996;

c. gegevens: gegevens die in een al dan niet door de minister gedefinieerde inhoud en vorm beschikbaar zijn bij de Arbeidsvoorzieningsorganisatie;

d. informatie: gegevens die al dan niet na selectie, combinatie of afleiding worden verstrekt.

Artikel 2. Structurele informatieverstrekking

1. Het Centraal Bestuur verstrekt binnen zes weken na afloop van een kwartaal de minister de in bijlage 1 en 2 bij deze regeling genoemde informatie over de uitvoering door de Arbeidsvoorzieningsorganisatie in dat kwartaal van de taken, bedoeld in de hoofdstukken 2 en 3 van de wet, alsmede over de uitvoering van de taken van de Arbeidsvoorzieningsorganisatie op grond van andere wetten.

2. Het Centraal Bestuur verstrekt jaarlijks zo spoedig mogelijk doch in ieder geval vóór

1 oktober van enig jaar over het daaraan voorafgaande jaar de minister de in bijlage 3 bij deze regeling beschreven informatie over de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt respectievelijk over de positie van de Arbeidsvoorzieningsorganisatie op de arbeidsmarkt.

3. Het Centraal Bestuur verstrekt de minister zo spoedig mogelijk de in bijlage 4 bij deze regeling genoemde informatie met betrekking tot de wijze van bestuur en de wijze van besluitvorming door de Arbeidsvoorzieningsorganisatie, alsmede de in deze bijlage genoemde stukken waarin de verhouding tussen het Centraal Bestuur, de Regionale Besturen en de overige bij de uitvoering van de wet betrokken personen en instanties is geregeld.

4. Het Centraal Bestuur draagt er zorg voor dat binnen een maand na afloop van een kwartaal de in bijlage 5, 6 en 7 bij deze regeling genoemde gegevens ten behoeve van de minister verder verwerkt kunnen worden voor statistische doeleinden.

5. Het Centraal Bestuur draagt er zorg voor dat de in de bijlage 5, 6 en 7 bij deze regeling genoemde gegevens tenminste drie jaar worden bewaard met inachtneming van de regels, bedoeld in artikel 75, en van artikel 76 van de wet.

6. De minister bepaalt de vorm waarin het Centraal Bestuur de gegevens en de informatie bedoeld in de vorige leden van dit artikel aan hem verstrekt.

Artikel 3. Incidentele informatievragen

l. Het Centraal Bestuur verstrekt de minister desgevraagd aanvullende gegevens en informatie binnen een daartoe door de minister vastgestelde termijn en op een door de minister aangewezen wijze.

2. Indien het Centraal Bestuur binnen vijf werkdagen nadat de minister om informatie heeft verzocht, schriftelijk te kennen geeft dat zij niet kan voldoen aan de in het eerste lid gestelde termijn, kan de minister een andere termijn stellen.

Artikel 4. Verstrekking gegevens ten behoeve van onderzoek

1. Op verzoek van de minister verstrekt het Centraal Bestuur gegevens en informatie aan personen of instanties die in zijn opdracht onderzoek verrichten.

2. Het Centraal Bestuur pleegt overleg met de personen of instanties bedoeld in het eerste lid over de inhoud, de vorm, de wijze en het tijdstip waarop de verstrekking van gegevens en informatie plaatsvindt.

3. Het Centraal Bestuur draagt er zorg voor dat de in het eerste lid bedoelde personen en instanties niet meer gegevens of informatie krijgen dan noodzakelijk is voor de uitvoering van het onderzoek.

Artikel 5. Verstrekking gegevens aan bewerker en internationaal-rechtelijke organisaties

1. Op verzoek van de minister verstrekt het Centraal Bestuur gegevens en informatie aan personen of instanties die in zijn opdracht bewerker zijn van de gegevens, bedoeld in de artikelen 2 en 3.

2. Op verzoek van de minister verstrekt het Centraal Bestuur direct gegevens en informatie als bedoeld in de artikelen 2 en 3 aan door hem aangewezen personen of instanties van internationaal-rechtelijke organisaties.

Artikel 6. Overleg over wijzigingen in informatiebehoefte

Over wijzigingen in de informatiebehoefte zoals neergelegd in de bijlagen bij deze regeling voeren de minister en het Centraal Bestuur overleg.

Artikel 7. Kwaliteitszorg

De Algemene Directie draagt zorg voor een deugdelijke administratie en organisatie, waaronder begrepen dusdanige procedures en voorzieningen dat er, mede gelet op de stand van de kennis op het terrein van de kwaliteitszorg, voldoende waarborgen aanwezig zijn voor:

a. het kunnen voldoen aan de informatie-verplichtingen, bedoeld in de artikelen 2 en 3;

b. tijdige verstrekking van gegevens en informatie;

c. voldoende actualiteit en betrouwbaarheid van gegevens en informatie;

d. continuïteit van de verstrekking en opslag van gegevens en informatie.

Artikel 8. Inwerkingtreding en het ter inzage leggen

1. Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

2. De bij deze regeling behorende bijlagen liggen ter inzage bij de centrale bibliotheek van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Artikel 9. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling informatie Arbeidsvoorziening.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.


’s-Gravenhage, 9 december 1997. De Minister voornoemd,
A.P.W. Melkert.

Toelichting

Inleiding

Artikel 91 van de Arbeidsvoorzieningswet 1996 regelt de verstrekking van informatie door het Centraal Bestuur voor de Arbeidsvoorziening aan de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Deze - kosteloos te verstrekken - informatie kan zowel de uitvoering van de Arbeidsvoorzieningswet 1996 als de uitvoering van andere wetten door de Arbeidsvoorzieningsorganisatie betreffen. De informatieverstrekking betreft ook beleidsinformatie, of beleidsrelevante gegevens, aangaande de arbeidsmarkt, verzameld ter uitvoering van de in artikel 4, eerste lid, onderdeel a, onder 6, bedoelde taak.

Deze regeling geeft nadere regels ten aanzien van de gegevens- en informatieverstrekking.

De regeling regelt de structurele, reguliere gegevensverstrekking, en bevat een voorziening voor incidentele informatievragen. De regeling spreekt - met uitzondering van artikel 7 - het Centraal Bestuur voor de Arbeidsvoorziening aan. Het is aan het Centraal Bestuur om de nodige afspraken te maken met de Algemene Directie, de Regionale besturen en de Regionale Directies; een en ander conform artikel 23 van de wet. De Algemene Directie heeft op grond van artikel 26 van de wet een centrale taak op het terrein van de informatievoorziening.

Structurele informatieverstrekking

Artikel 2 regelt de structurele, reguliere informatieverstrekking door de Arbeidsvoorzieningsorganisatie.

Het eerste lid regelt de levering van periodieke kwartaalinformatie over de uitvoering door de Arbeidsvoorzieningsorganisatie van de wettelijk taken, bedoeld in de hoofdstukken 2 en 3 van de wet alsmede de uitvoering van de taken zoals aan de Arbeidsvoorzieningsorganisatie opgedragen bij andere wetten. Het gaat daarbij om informatie over de producten en de soort dienstverlening door de Arbeidsvoorzieningsorganisatie en de kenmerken van de werkzoekenden, informatie over vacatures en dergelijke.

Het tweede lid regelt de levering van informatie die in principe een maal per jaar wordt verstrekt in het kader van de begrotings- en beleidsplanningscyclus, alsmede de verzameling, analyse en verstrekking van gegevens over de arbeidsmarkt. De gegevens die op basis van het eerste en tweede lid worden vertrekt geven niet alleen informatie over de resultaten van de uitvoering van de aan de Arbeidsvoorzieningsorganisatie opgedragen taken. Deze gegevens vormen ook een structurele basis voor de beleidsvoorbereiding, beleidsontwikkeling en beleidsevaluatie van het departement. Het derde lid betreft de verstrekking van informatie over (het functioneren van) de Arbeidsvoorzieningsorganisatie zelf. Het gaat daarbij om met name kwalitatieve gegevens zoals bijvoorbeeld verslagen van bestuursvergaderingen.

Het vierde lid regelt het beschikbaar houden van gegevens over werkzoekenden die bij de Arbeidsvoorzieningsorganisatie zijn opgenomen in de registraties voor statistische doeleinden. Een van de gegevens die beschikbaar moeten zijn is het SOFI-nummer van de geregistreerde werkzoekenden. Dit SOFI-nummer, verplicht onderdeel van de registratie van werkzoekenden op grond van artikel 70, tweede lid, van de wet, dient om een relatie te kunnen leggen met andere gegevensbronnen, bijvoorbeeld ten behoeve van nadere analyses. Alleen voor dat doel (de beleidsinformatie over de arbeidsvoorziening) zal de minister gebruik maken van het SOFI-nummer en daarom dient dit gegeven ook op grond van de tweede volzin van artikel 70, tweede lid, van de wet door de Arbeidsvoorzieningsorganisatie aan de minister te worden verstrekt.

Het vijfde lid regelt de bewaartermijn voor de gegevens. De gegevens bedoeld in het vierde lid dienen in de vorm van microbestanden binnen de Arbeidsvoorzieningsorganisatie beheerd en bewaard te worden. Deze microbestanden hebben uit de aard van hun functie een longitudinaal karakter, waardoor een meerwaarde ontstaat ten opzichte van de normale administratieve bestanden. Op afroep dient de informatie beschikbaar gemaakt te kunnen worden voor het ministerie van SZW. De bewaartermijn van drie jaar is een minimumtermijn om de gegevens voor statistische doeleinden te kunnen verwerken. Voor het overige gelden de bewaartermijnen geregeld door het Centraal Bestuur, zoals in artikel 75 van de wet is bepaald. In het artikellid wordt met de verwijzing naar artikel 76 erkend, dat wegens een verzoek tot beëindiging van de registratie door de betrokkene op grond van dat artikel het gegeven ook niet langer kan zijn opgenomen in die registratie.

De in dit artikel omschreven informatie is op detailniveau uitgewerkt in de bijlagen 1 t/m 7 die behoren bij deze regeling.

De bijlagen bevatten de volgende informatievragen:

Bijlage 1 Kwartaalrapportage over de uitoefening van de taken van de Arbeidsvoorzieningsorganisatie.

Bijlage 2 Kwartaalrapportage over de uitvoering van de Wet Arbeid Vreemdelingen.

Bijlage 3 Overige regulier te leveren gegevens.

Bijlage 4 Te leveren informatie m.b.t. de bestuurstaken van de Arbeidsvoorzieningsorganisatie.

Bijlage 5 Beschikbaar te houden gegevens over de personen die voorkomen of zijn voorgekomen in de registratie van de Arbeidsvoorzieningsorganisatie.

Bijlage 6 Beschikbaar te houden gegevens over de vacatures die voorkomen of zijn voorgekomen in de registratie van de Arbeidsvoorzieningsorganisatie.

Bijlage 7 Beschikbaar te houden gegevens over de uitvoering van de Wet Arbeid Vreemdelingen.

Incidentele informatievragen

Hoewel het de bedoeling is om in de informatievoorziening van de minister zoveel mogelijk te voorzien door middel van een reguliere, vooraf gedefinieerde informatiestroom, is het niet ondenkbaar dat zich situaties voordoen waarin additionele informatie gewenst of noodzakelijk is. Artikel 3 voorziet in deze incidentele informatievoorziening. Om te voorkomen dat deze incidentele informatievragen een te grote belasting vormen voor de berichtgever c.q. er een situatie ontstaat waarin niet aan een informatievraag kan worden voldaan, is bepaald dat de berichtgever in deze gevallen gemotiveerd kan aangeven waarom een bepaalde vraag binnen de gestelde termijn niet gehonoreerd kán worden.

Verstrekking gegevens ten behoeve van onderzoek

Het eerste lid van artikel 4 bepaalt dat de minister het Centraal Bestuur kan verzoeken om informatie aan personen of instanties die in zijn opdracht onderzoek verrichten toe te zenden. In dit kader kan het wenselijk en/of efficiënt zijn dat, uiteraard met inachtneming van de nodige zorgvuldigheid en voorzieningen met het oog op privacy-aspecten en eventuele bedrijfsgeheimen, gegevens rechtstreeks aan het betreffende instituut kunnen worden gezonden.

Het Centraal Bestuur zal met de personen of instanties bedoeld in het eerste lid de meest adequate vorm van gegevensverstrekking moeten overeenkomen (het tweede lid van dit artikel). Alleen die gegevens worden verstrekt die strikt noodzakelijk zijn voor onderzoeken bedoeld in het eerste lid. In het derde lid, wordt dit vereiste nadrukkelijk opgenomen. De persoonsgegevens worden slechts gebruikt voor een specifiek doel, in dit geval het eerder genoemd onderzoek, dat in dit kader betrekking zal hebben op arbeidsmarktbeleid.

Bewerkers of internationaal-rechtelijke organisaties

De minister kan personen of instanties aanwijzen die in zijn opdracht gegevens en informatie bewerken en/of analyseren die door het Centraal Bestuur zijn verzameld. Het Centraal Bestuur verstrekt in voorkomende gevallen rechtstreeks de gegevens en informatie aan de betreffende personen of instanties, die bewerker zijn in de zin van de privacy-wetgeving, en daarmee een eigen verantwoordelijkheid hebben ten aanzien van de bewerking van de gegevens (artikel 5, eerste lid).

Het tweede lid van artikel 5 heeft betrekking op de omstandigheid, dat de minister het Centraal Bestuur kan verzoeken om gegevens en informatie aan door hem aangewezen personen of instanties van internationaal-rechtelijke organisaties te zenden. Hierbij moet worden gedacht aan het leveren van informatie direct door de Arbeidsvoorzieningsorganisatie aan bijvoorbeeld Europese instanties of de Internationale Arbeidsorganisatie (ILO).

Overleg over informatieverstrekking

In artikel 6 wordt aangegeven dat de informatievoorziening onderdeel kan uitmaken van het overleg, bedoeld in artikel 44, tweede lid, van de Arbeidsvoorzieningswet 1996. Tijdens dit overleg kunnen eventuele problemen of wijzigingen in de informatie-behoefte van de minister aan de orde komen.

Daarnaast zal er in de praktijk regelmatig overleg zijn tussen het ministerie en de Arbeidsvoorzieningsorganisatie over (de details van) de informatievoorziening, en zal er soms behoefte zijn aan een toelichting op de gegevens. Het in de voorliggende regeling ook regelen van deze ’werkcontacten’ lijkt echter te ver te gaan en is ook niet nodig.

Kwaliteitszorg

In aanvulling op artikel 26, tweede lid, onderdeel c, van de wet schrijft artikel 7 voor dat de Algemene Directie zorg draagt voor een deugdelijke administratie, waaronder mede begrepen adequate procedures, teneinde te kunnen garanderen dat tijdig en op de juiste wijze aan de verplichtingen in verband met de informatievoorziening voldaan zal worden.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

A.P.W. Melkert.

Naar boven