Wijziging Regeling vervoer over de binnenwateren van gevaarlijke stoffen 1997 (VBG)

9 december 1997

nr. DGG/J-97008798

Directoraat-Generaal Goederenvervoer

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op artikel 2 van het Besluit vervoer gevaarlijke stoffen;

Besluit:

Artikel I

De Regeling vervoer over de binnenwateren van gevaarlijke stoffen 1997 (VBG) wordt als volgt gewijzigd:

A. In bijlage 1 komt de tabel in aanhangsel 4 (stoffenlijst) bij bijlage B2 te luiden overeenkomstig de bij deze regeling behorende bijlage.

B. Bijlage 4 wordt als volgt gewijzigd:

1. In de tabel van onderdeel (2) wordt in de kolom ’Bevoegde autoriteit’ een voetnoot ’²⁾’ toegevoegd achter ’Koninklijk Onderwijsfonds voor de Scheepvaart’ bij de randnummers 10 315 (2), 10 315 (4) en (5), 210 315 (2), 210 315 (4) en (5), 210 317 (2), 210 317 (4) en (5), 210 318 (2), 210 318 (4) en (5), luidende: Zie voor de specificatie van de bevoegdheden onderdeel (3).

2. Na onderdeel (2) wordt een nieuw onderdeel (3) toegevoegd, luidende:

(3)

De bevoegdheden, bedoeld in de onderstaande randnummers, worden uitgeoefend door het Koninklijk Onderwijsfonds voor de Scheepvaart (KOFS) met inachtneming van de in de tabel opgenomen voorschriften.

In de tabel wordt verstaan onder:

a. goedkeuring vooraf: het KOFS doet schriftelijk een voorstel aan de Minister die, indien accoord, schriftelijk goedkeuring verleent;

b. informatie achteraf: het KOFS informeert schriftelijk achteraf de Minister.

³) Informatie van de examenresultaten op grond waarvan de ADNR-verklaring wordt afgegeven per jaar, met daarbij een evaluatie.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking op 1 januari 1998.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst, met uitzondering van de bijlage, die ter inzage ligt bij het Directoraat-Generaal Goederenvervoer, Willem Witsenplein 6 te Den Haag.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,A. Jorritsma-Lebbink.

Toelichting

Artikel I, onderdeel A

Jaarlijks per 1 januari wordt de stoffenlijst in het ADNR uitgebreid met nieuwe stoffen onder van toepassingverklaring van de bestaande voorschriften. De lijst bevat een overzicht van stoffen die, zonder opneming in deze lijst, niet over de binnenwateren zouden mogen worden vervoerd, alsmede de voorschriften die bij dat vervoer per stof in acht moeten worden genomen.

Het uitgangspunt van de VBG is dat voor het binnenlands vervoer - waarop het ADNR geen betrekking heeft - de voorschriften van het ADNR zonder meer worden geïmplementeerd. In verband daarmee is het noodzakelijk (ter voorkoming van divergentie tussen binnenlands en internationaal vervoer) de VBG per 1 januari 1998 aan te passen.

Artikel I, onderdeel B

In de bijlage 4 (erkenningen en aanwijzingen) van de VBG wordt een aantal bevoegdheden op grond van het ADNR toegekend aan het Koninklijk Onderwijsfonds voor de Scheepvaart (KOFS). Omdat het noodzakelijk wordt geacht dat de Minister betere mogelijkheden krijgt om toezicht uit te oefenen, wordt deze bijlage uitgebreid met onderdeel (3). In dit onderdeel is een tabel opgenomen, waarin de toekenning van bevoegdheden aan het KOFS scherper omschreven wordt.

De taken van de Minister inzake ’goedkeuring vooraf’ en ’informatie achteraf’ worden in de praktijk behartigd door de afdeling Lading en Risicobeleid van het Directoraat-Generaal Goederenvervoer.

Deze regeling is getoetst aan de mogelijk relevante, voor Nederland geldende notificatieverplichtingen. Daaruit blijkt dat de hierin opgenomen bepalingen niet behoeven te worden genotificeerd bij de Commissie van de Europese Gemeenschappen of een ander orgaan van een volkenrechtelijke organisatie. Wel bevat artikel I, onderdeel A, van deze regeling een integrale omzetting van een internationale norm in de zin van richtlijn nr. 83/189/EEG, zoals gewijzigd; hiervan zal mededeling worden gedaan aan de Commissie.

Voorzover de regeling kwantitatieve invoerbeperkingen of maatregelen van gelijke werking in de zin van artikel 30 EG-verdrag bevat, worden deze maatregelen gerechtvaardigd ter bescherming van het belang van de openbare veiligheid, de gezondheid en het leven van personen.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

A. Jorritsma-Lebbink.