Wijziging besluit buitengewoon opsporings-ambtenaar Parkeerbedrijf Rotterdam

Besluit van de Procureur-Generaal bij het Gerechtshof ’s-Gravenhage van 7 oktober 1997, nr. 97/0382/FdJ, houdende wijziging van het Besluit houdende aanwijzing van parkeercontroleurs van het Parkeerbedrijf Rotterdam tot buitengewoon opsporingsambtenaar, van 18 december 1995, nr. 95/0588/DR, nadien gewijzigd bij Besluit van 12 februari 1996, nr. 960092/HG

De Procureur-Generaal,

Handelend in overeenstemming met de Minister van Verkeer en Waterstaat;

Gelezen het verzoek van het Parkeerbedrijf Rotterdam van 24 juni 1997;

Gelet op artikel 142, eerste lid, onder b en c, van het Wetboek van Strafvordering, artikel 8, zevende lid, van de Politiewet 1993, en op het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar;

Besluit:

Artikel I

Het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar Parkeerbedrijf Rotterdam als hiervoor bedoeld, wordt als volgt gewijzigd:

In artikel 4, tweede lid wordt ’80’ vervangen door: ’100’.

Artikel II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal in de Staatscourant en in het Algemeen Politieblad worden geplaatst.


’s-Gravenhage, 7 oktober 1997.
De Procureur-Generaal bij het Gerechtshof te ’s-Gravenhage,
voor deze,
De Commissaris van Politie,
J. D. C. Guijt.

Naar boven