Aanpassing diverse ministeriële regelingen en besluiten aan herziene douanewetgeving

22 mei 1996

nr. 96031509

WJA/W

De Minister van Economische Zaken en de Staatssecretaris van Financiën;

Gelet op artikel 19 van de In- en uitvoerwet, artikel 58, eerste lid, van de Kernenergiewet, artikel 6 van het In- en uitvoerbesluit industriële goederen 1963, artikel 4 van het Uitvoerbesluit strategische goederen 1963, de artikelen 1, eerste lid, onder c, en 4, eerste lid, van het Besluit afgifte oorsprongsverklaringen 1976, artikel 5 van het Invoerbesluit landen 1981 en artikel 3 van het In- en uitvoerbesluit tabak 1982;

Besluiten:

Artikel I

Artikel 2, eerste lid, van de Regeling afgifte verklaringen inzake de oorsprong 1976 komt te luiden:

1. Ten aanzien van een verklaring als bedoeld in artikel 1 zijn van overeenkomstige toepassing de artikelen 22 tot en met 25 van het Communautair douanewetboek, de artikelen 35 tot en met 42 van verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 2 juli 1993 houdende vaststelling van enkele bepalingen ter uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad tot vaststelling van het communautair douanewetboek (PbEG L 253), alsmede artikel 2, tweede lid, van het Besluit afgifte oorsprongsverklaringen 1976.

Artikel II

In de bijlage bij de Vrijstellingsregeling klein grensverkeer (niet-landbouwgoederen) 1963 wordt in de onderdelen I, II, IV, VI, XI, onder a, XII, XVIII tot en met XXI, XXII, onder 1, b en c, XXIII, XXIV, XXVII, onder 1, d, XXXI, onder a, XXXIV tot en met XXXVI en XXXIX ’vrijstelling van invoerrecht’ telkens vervangen door: vrijstelling van rechten bij invoer als bedoeld in artikel 1, tweede lid, van de Douanewet.

Artikel III

In artikel 1 van de Vrijstellingsbeschikking tabak 1982 wordt ’invoerrecht’ vervangen door: rechten bij invoer als bedoeld in artikel 1, tweede lid, van de Douanewet.

Artikel IV

Artikel 5 van de Regeling aanwijzing bewijsstukken inzake de oorsprong van textielprodukten 1984 wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt ’de ten invoer aangegeven goederen’ vervangen door: de goederen die zijn aangegeven tot plaatsing onder de douaneregeling vrij verkeer als bedoeld in artikel 4, onderdeel 16, onder a, van het Communautair douanewetboek.

2. In onderdeel c wordt ’verordening (EEG) nr. 749/78 van de Europese Gemeenschappen van 10 april 1978 (PbEG L 101)’ vervangen door: de artikelen 36 tot en met 38 van verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 2 juli 1993 houdende vaststelling van enkele bepalingen ter uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad tot vaststelling van het communautair douanewetboek (PbEG L 253).

Artikel V

In artikel 1 van het besluit van de Staatssecretaris van Economische Zaken en de Staatssecretaris van Financiën van 2 december 1991, nr. 91089904 WJA/JZ, inzake uitvoering artikel 19 In- en uitvoerwet (Stcrt. 236) wordt ’de ambtenaren der invoerrechten en accijnzen’ vervangen door: de ambtenaren van de rijksbelastingsdienst, bevoegd inzake douane.

Artikel VI

In artikel 8 van de Vrijstellingsregeling industriële goederen 1994 wordt ’ambtenaar der invoerrechten en accijnzen’ vervangen door: ambtenaar van de rijksbelastingdienst, bevoegd inzake douane.

Artikel VII

In artikel 6, eerste lid, van de Beschikking toezicht naleving Kernenergiewet wordt ’de ambtenaren der invoerrechten en accijnzen’ vervangen door: de ambtenaren van de rijksbelastingdienst, bevoegd inzake douane.

Artikel VIII

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 juni 1996.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.


’s-Gravenhage, 22 mei 1996. De Minister van Economische Zaken,
G.J. Wijers. De Staatssecretaris van Financiën,
W.A.F.G. Vermeend.

Toelichting

De herziening van de nationale douanewetgeving krijgt met ingang van 1 juni 1996 zijn beslag door de inwerkingtreding op dat tijdstip (zie Stb. 1996, 246) van de Douanewet, de Invoeringswet Douanewet, het Douanebesluit en het besluit van 4 maart 1996, houdende aanpassing van diverse algemene maatregelen van bestuur aan de herziene douanewetgeving (Stb. 167). In dit kader dienen ook diverse ministeriële regelingen en besluiten aan de herziene douanewetgeving te worden aangepast. De voorliggende regeling strekt daartoe voorzover het gaat om de aanpassing van regelingen en besluiten op het terrein van het Ministerie van Economische Zaken. De door deze regeling aangebrachte wijzigingen zijn van zuiver technische aard en hebben geen inhoudelijke gevolgen. Het gaat daarbij om aanpassing van de gehanteerde terminologie en van verwijzingen naar inmiddels ingetrokken communautaire wetgeving.

De Minister van Economische Zaken,

G.J. Wijers.

De Staatssecretaris van Financiën,

W.A.F.G. Vermeend.

Naar boven