Toelating Stichting Woningbedrijf Rotterdam

«Woningwet»

Besluit van 1 december 1994, nr. 94.009601, tot toelating van de stichting: 'Stichting Woningbedrijf Rotterdam' te Rotterdam

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 30 november 1994, IZH 22N94008, Directoraat-Generaal van de Volkshuisvesting, Directie Marktdiensten, betreffende het verzoek van de stichting: 'Stichting Woningbedrijf Rotterdam' gevestigd te Rotterdam, om toelating als instelling, uitsluitend in het belang van de volkshuisvesting werkzaam, als bedoeld in artikel 70 van de Woningwet;

overwegende, dat uit de statuten van de stichting blijkt dat zij zich ten doel stelt uitsluitend op het gebied van de volkshuisvesting werkzaam te zijn in de gemeenten Albrandswaard, Barendrecht, Bergschenhoek, Berkel en Rodenrijs, Bernisse, Bleiswijk, Brielle, Capelle aan den IJssel, Hellevoetsluis, Krimpen aan den IJssel, Maassluis, Ridderkerk, Rotterdam, Rozenburg, Schiedam, Spijkenisse, Vlaardingen en Westvoorne;

gelet op artikel 70, eerste lid, van de Woningwet;

gehoord het advies van de commissie, bedoeld in artikel 3 van het Besluit beheer sociale-huursector;

Hebben goedgevonden en verstaan:

bovengenoemde stichting met ingang van 1 december 1994 toe te laten als instelling, uitsluitend in het belang van de volkshuisvesting werkzaam.

Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer is belast met de uitvoering van dit besluit, dat in de Staatscourant zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 1 december 1994.
Beatrix.
De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,D. K. J. Tommel.

Naar boven