Parketvloerenondernemingen

Verbindendverklaring CAO-bepalingen

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR PARKETVLOERENONDERNEMINGEN

8148

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelezen het verzoek van de Stichting Sociaal Fonds Parket namens de Vereniging Parketvloeren Leveranciers VPL en Alliance van Parket Fabrikanten en Importeurs als partijen te ener zijde mede namens de Bouw- en Houtbond FNV en de Hout- en Bouwbond CNV als partijen te anderer zijde bij de collectieve arbeidsovereenkomst voor Parketvloerenondernemingen, strekkende tot algemeen verbindendverklaring van gewijzigde bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst;

Overwegende,

dat genoemde collectieve arbeidsovereenkomst in werking is getreden;

dat van het verzoek tot algemeen verbindendverklaring mededeling is gedaan in de Nederlandse Staatscourant;

dat naar aanleiding van dit verzoek geen schriftelijke bezwaren zijn ingebracht;

dat de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst gelden voor een belangrijke meerderheid van de in de bedrijfstak werkzame personen;

Gelet op de artikelen 2, 4 en 5 van de Wet op het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten;

Gezien het advies van de Stichting van de Arbeid;

Besluit:

I. Trekt in zijn besluit van 22 september 1994 (Stcrt. 1994, nr. 185) voorzover daarin werd overgegaan tot het algemeen verbindend verklaren van bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst voor Parketvloerenondernemingen, zulks met inachtneming van hetgeen onder IV, V en VI is bepaald;

II. Verklaart algemeen verbindend tot en met 31 december 1994 de bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst voor Parketvloerenondernemingen, eerder algemeen verbindend verklaard bij besluit van 22 september 1994, (Stcrt. 1994, nr. 185), zulks met inachtneming van de navolgende wijzigingen c.q. toevoegingen en hetgeen onder III, IV, V en VI is bepaald:

Artikel 1 wordt gelezen als volgt:

„Artikel 1 Werkingssfeer

  • a. Deze overeenkomst is van toepassing op ondernemingen of afdelingen van ondernemingen, waarin het bedrijf wordt uitgeoefend van vervaardiging, assemblage, import en groothandel van parket en/of andere soortgelijke houten vloeren, alsmede laminaat- en kurkvloeren.

  • b. Deze overeenkomst is eveneens van toepassing op ondernemingen of afdelingen van ondernemingen die tegelijk

    • niet zijn aangesloten bij de bedrijfsvereniging Detam en geen lid zijn van de Centrale Bond van Woninginrichters

èn

    • het bedrijf uitoefenen van het verkopen en/of het leggen van parketvloeren en/of andere soortgelijke houten vloeren, alsmede laminaat- en kurkvloeren.

  • c. Deze overeenkomst geldt niet voor zover de CAO voor het Bouwbedrijf van toepassing is."

Artikel 22 wordt gelezen als volgt:

„Artikel 22 Sociaal Fonds

  • 1. De werkgever betaalt 0,2% van het in het voorgaande jaar in zijn onderneming uitbetaalde premieloon Werkloosheidswet aan de Stichting Sociaal Fonds Parket.

  • De jaarpremie is verschuldigd in de maand december van het lopende kalenderjaar. Het Bestuur is bevoegd om voorschotten te heffen op de verschuldigde jaarpremie. De statuten van de Stichting bevatten een bepaling krachtens welke belanghebbenden de mogelijkheid wordt geboden zich te vergewissen van de juiste besteding van de ter beschikking komende gelden.

  • 2. De ter beschikking komende gelden zullen door de Stichting worden gebruikt ter bestrijding van de kosten verbonden aan:

    • a. het financieren van de kosten verbonden aan de Arbitragecommissie voor parketvloerenondernemingen;

    • b. het geven van voorlichting en informaties over bepalingen uit de Collectieve Arbeidsovereenkomst voor Parketvloerenondernemingen, voortvloeiend uit en liggend op het terrein van de arbeidsvoorwaarden;

    • c. de deelname aan de vakopleidingsorganen, de scholing en vorming ten behoeve van in beginsel iedere werknemer, die valt onder de loonbepalingen van bovengenoemde CAO;

    • d. het afsluiten van de collectieve ongevallenverzekering ten behoeve van de werknemer;

    • e. het verrichten en publiceren van onderzoek naar het totstandbrengen en uitvoeren van maatregelen ter verbetering van de arbeidsomstandigheden van de werknemers;

    • f. het bekostigen van onderzoek naar een VUT-regeling en een pensioenregeling voor de bedrijfstakken, vallende onder bovengenoemde CAO;

    • g. het verrichten en publiceren van onderzoek naar de gevolgen van door partijen bij het CAO-overleg gemaakte afspraken in het belang van iedere werknemer, vallend onder de werkingssfeer van bovengenoemde CAO;

    • h. het verrichten en publiceren van onderzoek naar de ontwikkeling van de werkgelegenheid en de toekomstige behoefte aan arbeidskrachten bij ondernemingen, vallend onder de werkingssfeer van bovengenoemde CAO;

    • i. de algemene publiciteit inzake arbeidsvoorwaarden voor de betrokken bedrijfstakken;

    • j. het innen en beheren van gelden ter financiering van de vorengenoemde doeleinden.

  • 3. De statuten en het reglement van de Stichting maken onderdeel uit van deze CAO."

Artikel 23 wordt gelezen als volgt:

„Artikel 23 Collectieve ongevallenverzekering

  • 1. De werkgever is verplicht per 1 januari 19931 voor zijn werknemers een verzekering af te sluiten die een uitkering garandeert in geval van blijvend lichamelijk letsel of dood ten gevolge van een ongeval de werknemers in of buiten dienstverband overkomen.

  • De verzekering dient in te houden een recht van de werknemer op een uitkering van f 27.500,– ingeval van overlijden en f 55.000,– in geval van algehele blijvende invaliditeit.

  • De werkgever dient ter voldoening aan deze verplichting deel te nemen aan de door de Stichting Sociaal Fonds Parket afgesloten collectieve verzekering.

  • Ten aanzien van deze deelneming kan de werkgever tot uiterlijk 31 december 1994 dispensatie krijgen, indien de werkgever voor zijn werknemers een ongevallenverzekering heeft afgesloten, die ten minste voldoet aan de voorwaarden van de collectieve ongevallenverzekering.

  • 2. De algemene en bijzondere voorwaarden van de collectieve ongevallenverzekering zijn verkrijgbaar bij:

  • Stichting Sociaal Fonds Parket

  • Postbus 90154

  • 5000 LG TILBURG."

BIJLAGE I

De statuten van de Stichting Sociaal Fonds Parket wordt gelezen als volgt:

„STATUTEN VAN DE STICHTING SOCIAAL FONDS PARKET

Artikel 1 Naam en zetel

De stichting draagt de naam: „Stichting Sociaal Fonds Parket". Zij is gevestigd te Tilburg.

Artikel 2 Doel

Het doel van deze stichting is het bevorderen van de goede arbeidsverhoudingen in en het geheel of gedeeltelijk doen financieren en subsidiëren van activiteiten, gericht op het in sociaal-economisch opzicht optimaal functioneren van bedrijfstakken, vallende onder de bepalingen van de Collectieve Arbeidsovereenkomst voor Parketvloerenondernemingen.

Binnen de doelstelling van de stichting valt het bevorderen van:

  • a. het financieren van de kosten verbonden aan de Arbitragecommissie voor parketvloerenondernemingen;

  • b. het geven van voorlichting en informaties over bepalingen uit de Collectieve Arbeidsovereenkomst voor Parketvloerenondernemingen, terzake van de arbeidsvoorwaarden;

  • c. de deelname aan de vakopleidingsorganen, de scholing en vorming ten behoeve van in beginsel iedere werknemer, die valt onder de loonbepalingen van bovengenoemde CAO;

  • d. het afsluiten van een collectieve ongevallenverzekering ten behoeve van de werknemer;

  • e. het verrichten en publiceren van onderzoek naar het totstandbrengen en uitvoeren van maatregelen ter verbetering van de arbeidsomstandigheden van de werknemers;

  • f. het bekostigen van onderzoek naar een VUT-regeling en een pensioenregeling voor de bedrijfstakken, vallende onder bovengenoemde CAO;

  • g. het verrichten en publiceren van onderzoek naar de gevolgen van door partijen bij het CAO-overleg gemaakte afspraken in het belang van iedere werknemer, vallend onder de werkingssfeer van bovengenoemde CAO;

  • h. het verrichten en publiceren van onderzoek naar de ontwikkeling van werkgelegenheid teneinde de toekomstige behoefte aan arbeidskrachten bij ondernemingen te peilen, die vallen onder de werkingssfeer van bovengenoemde CAO;

  • i. de algemene publiciteit inzake arbeidsvoorwaarden voor de betrokken bedrijfstakken;

  • j. het innen en beheren van gelden ter financiering van de vorengenoemde doeleinden.

Artikel 3 Bestuur

Het bestuur bestaat uit vier leden.

Artikel 4 Adviseurs en waarnemers

De bestuursleden kunnen zich in de vergadering van het bestuur laten bijstaan door adviseurs.

Indien door de minister van Sociale Zaken de wens daartoe te kennen wordt gegeven, wordt in overleg tussen het bestuur en de minister een waarnemer benoemd. De waarnemer is gerechtigd alle vergaderingen van het bestuur bij te wonen. De waarnemer ontvangt alle door het bestuur te behandelen stukken.

Artikel 5 Benoeming van leden van het bestuur

De leden van het bestuur en voor ieder van hen een vaste plaatsvervanger, worden benoemd door:

  • a. de gezamenlijke werkgeversorganisaties, te weten de Vereniging Parketvloeren Leveranciers-VPL en de Alliance van Parket Fabrikanten en Importeurs, die twee leden en hun plaatsvervangers benoemen;

  • b. de gezamenlijke werknemersorganisaties, te weten de Bouw- en Houtbond FNV en de Hout- en Bouwbond CNV, die twee leden en hun plaatsvervangers benoemen.

Artikel 6 Zittingsduur

De leden van het bestuur en hun plaatsvervangers worden benoemd voor een periode van drie jaar.

Aftredende bestuursleden en hun plaatsvervangers komen voor herbenoeming in aanmerking. Voor benoeming of herbenoeming komen niet in aanmerking zij die de leeftijd van vijfenzestig jaar zijn gepasseerd.

De leden van het bestuur en hun plaatsvervangers die voor de eerste keer benoemd worden, kunnen eventueel een kortere zittingsperiode dan drie jaar hebben.

Artikel 7 Einde lidmaatschap

Het lidmaatschap van een lid van het bestuur eindigt door:

  • a. afloop van een periode van drie jaar als aangegeven in artikel 6;

  • b. overlijden;

  • c. schriftelijk bedanken;

  • d. intrekking van het lidmaatschap door de organisaties welke het lid hebben benoemd.

Artikel 8 Voorzitter en vice-voorzitter

Telkenjare wijst het bestuur uit zijn midden een voorzitter en een vice-voorzitter aan, met dien verstande dat, indien het voorzitterschap wordt bekleed door één van de leden benoemd door de gezamenlijke werkgeversorganisaties, bedoeld in artikel 5, het vice-voorzitterschap wordt bekleed door één van de leden, benoemd door de gezamenlijke werknemersorganisaties, bedoeld in artikel 5 en omgekeerd. Het voorzitterschap en het vice-voorzitterschap zal afwisselend worden bekleed door een bestuurslid benoemd door de gezamenlijke werkgeversorganisaties bedoeld in artikel 5 en een bestuurslid benoemd door de gezamenlijke werknemersorganisaties bedoeld in artikel 5.

De algemene vertegenwoordigingsbevoegdheid voor de stichting berust bij voorzitter en vice-voorzitter gezamenlijk, behoudens de bevoegdheid van het bestuur om voor bepaalde (groepen van) gevallen speciale machtigingsvoorzieningen te treffen.

Artikel 9 Quorum en stemming

  • 1. Voor het houden van vergaderingen en het nemen van besluiten is de aanwezigheid vereist van ten minste twee bestuursleden en/of plaatsvervangende bestuursleden, op voorwaarde dat de werkgevers- en werknemersorganisaties met minimaal een bestuurslid zijn vertegenwoordigd.

  • 2. De bestuursleden benoemd door de organisaties bedoeld in artikel 5 onder a, brengen bij stemming ieder evenveel stemmen uit als ter vergadering bestuursleden benoemd door de organisaties bedoeld in artikel 5 onder b, aanwezig zijn en omgekeerd.

  • 3. Stemmingen kunnen plaatsvinden zonder dat een vergadering wordt gehouden, mits dit schriftelijk geschiedt. In dat geval kan een besluit slechts met éénstemmigheid worden genomen.

Artikel 10 Staken der stemmen

Bij het staken der stemmen wordt in een volgende vergadering welke ten hoogste één maand later plaatsvindt, andermaal over hetzelfde onderwerp gestemd. Staken de stemmen in tweede instantie wederom, dan wordt over het betreffende onderwerp een bindende uitspraak gevraagd aan een nader te benoemen commissie ad hoc van drie personen.

Artikel 11 Huishoudelijk reglement

  • 1. Het bestuur kan een huishoudelijk reglement vaststellen, waarin de bepalingen worden opgenomen omtrent de vaststelling en invordering onder door de werkgevers verschuldigde bijdragen.

  • 2. Ten aanzien van besluiten tot vaststelling of wijziging van het reglement is het bepaalde in artikel 18 lid 1 van toepassing.

  • 3. De bepalingen van het reglement mogen niet in strijd zijn met deze statuten.

Artikel 12 Secretariaat en penningmeesterschap

Het bestuur benoemt, al dan niet uit zijn midden, een secretaris en een penningmeester dan wel een secretaris/penningmeester.

Artikel 13 Financiën

  • 1. De middelen van de stichting bestaan uit:

    • a. het stichtingskapitaal;

    • b. bijdragen, die door de ondernemers in de bedrijfstakken vallende onder de bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst voor Parketvloerenondernemingen worden verstrekt, ingevolge het terzake bepaalde in evengenoemde overeenkomsten;

    • c. eventuele andere baten.

  • 2. De begroting van inkomsten en uitgaven wordt ter kennisneming toegezonden aan de organisaties genoemd in artikel 5.a en b en kan door het bestuur worden goedgekeurd, indien binnen één maand na toezending van deze organisaties geen schriftelijke bezwaren zijn ontvangen.

Artikel 14 Beheer en administratie

De gelden van de stichting worden door het bestuur beheerd. De administratie en de wijze van inning van de bijdragen, verschuldigd aan de stichting, worden onder verantwoordelijkheid van het bestuur verricht door een daarvoor door het bestuur in het reglement aan te wijzen administrateur.

Artikel 15 Besteding der gelden

De ter beschikking gekomen gelden zullen door de stichting worden gebruikt ter bestrijding van de kosten verbonden aan:

  • a. het financieren van de kosten verbonden aan de Arbitragecommissie voor parketvloerenondernemingen;

  • b. het geven van voorlichting en informaties over bepalingen uit de Collectieve Arbeidsovereenkomst voor Parketvloerenondernemingen, voortvloeiend uit en liggend op het terrein van de arbeidsvoorwaarden;

  • c. de deelname aan de vakopleidingsorganen, de scholing en vorming ten behoeve van in beginsel iedere werknemer, die valt onder de loonbepalingen van bovengenoemde CAO;

  • d. het afsluiten van de collectieve ongevallenverzekering ten behoeve van de werknemer;

  • e. het verrichten en publiceren van onderzoek naar het totstandbrengen en uitvoeren van maatregelen ter verbetering van de arbeidsomstandigheden van de werknemers;

  • f. het bekostigen van onderzoek naar een VUT-regeling en een pensioenregeling voor de bedrijfstakken, vallende onder bovengenoemde CAO;

  • g. het verrichten en publiceren van onderzoek naar de gevolgen van door partijen bij het CAO-overleg gemaakte afspraken in het belang van iedere werknemer, vallend onder de werkingssfeer van bovengenoemde CAO;

  • h. het verrichten en publiceren van onderzoek naar de ontwikkeling van werkgelegenheid teneinde de toekomstige behoefte aan arbeidskrachten bij ondernemingen te peilen, die vallen onder de werkingssfeer van bovengenoemde CAO;

  • i. de algemene publiciteit inzake arbeidsvoorwaarden voor de betrokken bedrijfstakken;

  • j. het innen en beheren van gelden ter financiering van de vorengenoemde doeleinden.

Met betrekking tot de besteding van de aangevraagde gelden is de aanvrager verplicht om vooraf een begroting bij het bestuur in te dienen. De toewijzing van gelden geschiedt telkens voor één jaar. Voorts zal jaarlijks aan het bestuur van de stichting verantwoording omtrent de besteding van de ontvangen middelen worden afgelegd. De ontvangen verantwoordingen worden opgenomen in de door de stichting over te leggen rekening en verantwoording als bedoeld in artikel 16.

Artikel 16

Jaarlijks legt het bestuur omtrent het gevoerde beleid een rekening en verantwoording, gecontroleerd door een externe registeraccountant, over aan de organisaties genoemd in artikel 5.a en b. Deze rekening en verantwoording kan door het bestuur worden goedgekeurd indien binnen één maand na toezending van de betreffende organisaties geen schriftelijke bezwaren zijn ontvangen.

Artikel 17 Duur van de stichting

De stichting is aangegaan voor onbepaalde tijd.

Artikel 18 Statutenwijziging en ontbinding

  • 1. Wijziging van de statuten kan slechts plaatsvinden door het bestuur nadat een voorstel daartoe door het bestuur aan de gezamenlijke werkgeversorganisaties en werknemersorganisaties genoemd in artikel 5, is toegezonden en op voorwaarde dat binnen één maand na toezending geen schriftelijke bezwaren zijn ontvangen.

  • 2. De stichting wordt geacht te zijn ontbonden, indien hetzij de werkgeversorganisaties, hetzij de werknemersorganisaties alle door hen benoemde bestuursleden ontslaan onder mededeling aan de stichting, dat de daardoor ontstane vacatures niet zullen worden vervuld.

Het bestuur blijft in functie tot de liquidatie van de stichting door dit college is voltooid en geeft een bestemming aan het vermogen van de stichting, met dien verstande dat het saldo zal worden bestemd voor een doel dat binnen of dichtbij de doelstellingen van deze stichting ligt of komt."

BIJLAGE II

Het reglement van de Stichting Sociaal Fonds Paret wordt gelezen als volgt:

„REGLEMENT VAN DE STICHTING SOCIAAL FONDS PARKET

Artikel 1 Heffing

Betaling van de aan de Stichting Sociaal Fonds Parket verschuldigde heffing dient te geschieden in vier gelijke delen, respectievelijk te voldoen voor 15 februari, 15 mei, 15 augustus en 15 december.

Indien één van de delen niet tijdig is voldaan, wordt de vordering op het geheel voor het heffingsjaar verschuldigde nog openstaande bedrag opeisbaar en is de Stichting Sociaal Fonds Parket bevoegd om de wettelijke rente en de buitengerechtelijke invorderingskosten te vorderen van de debiteur, onverminderd de overige kosten van vervolging verschuldigd volgens de wet.

Deze buitengerechtelijke invorderingskosten zijn vastgesteld op 15% van het verschuldigde bedrag met een minimum van f 100,–.

Artikel 2 Administateur

Als administrateur treedt op het secretariaat van de Stichting Sociaal Fonds Parket te Tilburg.

Artikel 3

Omtrent beslissingen van het bestuur over toekenning van de gelden kan geen beroep worden ingesteld, onverlet de mogelijkheid een nieuwe aanvraag in te dienen."

III. Het is de werkgever toegestaan om in het kader van een verzoek om ontheffing als bedoeld in artikel 8, derde lid, van het Buitengewoon Besluit Arbeidsverhoudingen 1945, af te wijken van de onder artikel 8 lid 8 opgenomen bepaling houdende een mutatie van het loon voorzover de onverkorte toepassing van die bepaling de verlening van een ontheffing in de weg zou staan om reden dat de personeelskosten van de betrokken onderneming onvoldoende zijn gematigd.

IV. Indien en voor zover de onder II opgenomen bepalingen strijdig zijn met (mede) ter zake van de vaststelling van lonen en/of andere arbeidsvoorwaarden bij of krachtens de wet gestelde of te stellen regelen, prevaleren deze regelen.

V. Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na die van publikatie in de Nederlandse Staatscourant.

VI. Dit besluit wordt gepubliceerd door plaatsing in een bijvoegsel bij de Nederlandse Staatscourant.

's-Gravenhage, 5 december 1994

De Minister van sociale Zaken en Werkgelegenheid

Names deze,

W. J. Schmale.


XNoot
1

Algemeen verbindendverklaring heeft geen terugwerkende kracht.

Naar boven