Besluit van Gedeputeerde Staten van Utrecht van 10-04-2018, nummer 81CC3669, tot vaststelling van Besluit alleenrecht voor de uitvoering van werkzaamheden op het gebied van de recreatieve routes en paden

Het college van de provincie Utrecht,

 

gelet op artikel 11 Richtlijn 2014/24/EU en artikel 2.24 sub a van de Aanbestedingswet 2012;

besluit vast te stellen het:

 

Besluit alleenrecht voor de uitvoering van werkzaamheden op het gebied van de recreatieve routes en paden

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a.

    college: het college van gedeputeerde staten van de provincie Utrecht;

  • b.

    alleenrecht: een alleenrecht (ook wel genoemd: uitsluitend recht of exclusief recht) als bedoeld in artikel 11 Richtlijn 2014/24/EU en artikel 2.24 sub a juncto artikel 1.1 van de Aanbestedingswet2012;

  • c.

    houder: de opdrachtnemer aan wie dit alleenrecht is toegekend;

  • d.

    opdrachtnemer: de Stichting Beheer Heel de Heuvelrug.

  • e.

    routes en paden: het geheel van de recreatieve routes, paden en vaarwegen die deel uitmaakten van het voormalig Recreatieschap Utrechtse Heuvelrug, Vallei en Kromme Rijn (hierna: UHVK) waaraan de provincie tot en met 31 december 2017 deelnemer was, met betrekking tot wandelen, fietsen, paardrijden en varen zoals weergegeven op bijlage 1 bij dit besluit.

Artikel 2 Aanwijzing

Het college kent gelet op het convenant Routes en Paden en groen toezicht Utrechtse Heuvelrug aan opdrachtnemer het alleenrecht toe tot het (doen) uitvoeren van werkzaamheden behorend tot onderhoud en beheer van de routes en paden, zoals nader omschreven in artikel 3.

Artikel 3 Werkzaamheden

  • 1.

    Het te vestigen alleenrecht heeft betrekking op de uitvoering van taken en verantwoordelijkheden van de provincie in gezamenlijkheid met alle deelnemers aan het convenant Routes en Paden en groen toezicht op de routes en paden binnen de grondgebieden van de aan het convenant pakket Routes en Paden en groen toezicht Utrechtse Heuvelrug deelnemende gemeenten, zijnde het gebied van het voormalig recreatieschap UHVK als weergegeven op bijlage 1 bij dit besluit.

  • 2.

    Het college kan bij aanvullende aanwijzing een nadere omschrijving geven van de door de houder te verrichten werkzaamheden waarvoor het alleenrecht geldt.

  • 3.

    Het college zal via een dienstverleningsovereenkomst de exact uit te voeren werkzaamheden door opdrachtnemer vastleggen.

Artikel 4 Voorschriften en beperkingen

  • 1.

    Aan de krachtens dit besluit verleende aanwijzing kunnen voorschriften en beperkingen worden verbonden in het belang van de door opdrachtnemer uit te voeren werkzaamheden.

  • 2.

    De houder van de verleende aanwijzing is verplicht de daaraan verbonden voorschriften en beperkingen na te komen.

Artikel 5 Intrekking of wijziging van de aanwijzing

De verleende aanwijzing kan worden ingetrokken of gewijzigd:

  • a.

    indien op grond van verandering van de omstandigheden of inzichten, opgetreden na het verlenen van de aanwijzing, moet worden aangenomen dat intrekking of wijziging moet worden gevorderd in het belang van de uit te voeren werkzaamheden zoals in artikel 3 zijn omschreven;

  • b.

    indien de aan de aanwijzing verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn of worden nagekomen;

  • c.

    indien de houder dit verzoekt.

Artikel 6 Overgangsrecht

Indien bij de inwerkingtreding van dit besluit opdrachtnemer in de gemeente zonder een door het college verleende aanwijzing, werkzaamheden als bedoeld in artikel 3 van dit besluit verricht, wordt opdrachtnemer geacht te zijn aangewezen door het college op grond van artikel 2. Deze aanwijzing blijft van kracht tot de aanwijzing onherroepelijk is geworden.

Artikel 7 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als 'Besluit alleenrecht voor de uitvoering van werkzaamheden op de recreatieve routes en paden in de gemeenten van het voormalig recreatieschap Utrechtse Heuvelrug, Vallei- en Kromme Rijngebied’.

Artikel 8 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op de dag na bekendmaking ervan en werkt terug tot en met 1 juni 2018.

 

Aldus besloten in zijn openbare vergadering van 10 april 2018

Het college,

De commissaris van de koning,

de secretaris,

Tegen dit besluit kan een belanghebbende binnen zes weken na de bekendmaking daarvan bezwaar maken bij het college van gedeputeerde staten van de provincie Utrecht op het adres:

 

Provincie Utrecht

Postbus 80300

3508 TH Utrecht.

 

Het bezwaarschrift moet ondertekend zijn en ten minste bevatten:

  • de naam en het adres van de indiener;

  • de dagtekening;

  • een omschrijving van (het gedeelte van) het besluit waartegen bezwaar wordt gemaakt;

  • de gronden van het bezwaar.

Het maken van bezwaar schorst de werking van dit besluit niet. Indien onverwijlde spoed dit vereist, kan de belanghebbende naast het maken van bezwaar een verzoek om een voorlopige voorziening indienen bij de Rechtbank Midden-Nederland: afdeling bestuursrecht, o.v.v. voorlopige voorzieningen, Postbus 16005, 3500 DA Utrecht. Daarbij is een griffierecht verschuldigd.

Bijlage 1: Overzichtskaart grondgebied recreatieschap UHVK per 31 december 2017

 

 

 

 

Toelichting op het Besluit alleenrecht voor de uitvoering van werkzaamheden voor het pakket routes en paden

 

Toelichting

 

Tot en met 31 december 2017 waren de provincie Utrecht en de gemeenten Amersfoort, De Bilt, Bunnik, Leusden, Renswoude, Rhenen, Utrechtse Heuvelrug, Veenendaal, Wijk bij Duurstede, Woudenberg en Zeist deelnemer in de gemeenschappelijke regeling voor het recreatieschap Utrechtse Heuvelrug Vallei en Kromme Rijn. Beheer en onderhoud van en groen toezicht op en rondom de routes en paden werd door dit recreatieschap verricht. Dit recreatieschap is door de deelnemers opgeheven. De deelnemers wensten nog wel gezamenlijk verantwoordelijk te blijven voor het beheer en onderhoud van en toezicht op de paden. Zij laten dit nu uitvoeren door de Stichting Heel de Heuvelrug en verlenen de stichting voor het uitvoeren van beheer en onderhoud een alleenrecht.

 

Een gemeente of een provincie is een aanbestedende dienst en moet zich daarom aan de regels en beginselen van het(Europees) aanbestedingsrecht houden. Voor het laten uitvoeren van beheer onderhoud op recreatieve routes en paden bestaat in beginsel de regel voor een aanbestedende dienst om deze activiteiten aan te besteden. Om de vrijstelling van de hoofdregel om diensten aan te besteden, genoemd in artikel 11 Richtlijn 2014/24/EU en artikel 2.24 sub a van de Aanbestedingswet 2012 te kunnen toepassen, moet aan de volgende (cumulatieve) voorwaarden zijn voldaan:

 

  • a.

    de opdrachtnemer moet zelf een aanbestedende dienst zijn, of een samenwerkingsverband van overheden of aanbestedende diensten. Dat houdt in: een met naam genoemde publiekrechtelijke instelling of samenwerkingsverband van overheden of publiekrechtelijke instellingen, bedoeld in artikel 1.1 van de Aanbestedingswet 2012 en artikel 2, eerste lid, Richtlijn 2014/24/EU.

  • b.

    de opdrachtgever moet de opdracht verstrekken aan een met naam genoemde opdrachtnemer op basis van een uitsluitend recht;

  • c.

    het uitsluitend recht moet een wettelijke of bestuursrechtelijke grondslag hebben (op gemeentelijk en provinciaal niveau in de vorm van een verordening of besluit);

  • d.

    de toekenning van het uitsluitend recht moet verenigbaar zijn met het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap (EG-verdrag). De hoofdregel houdt in dat een dienst wordt aanbesteed. Het afwijken van deze hoofdregel moet daarom aan alle daaraan te stellen eisen voldoen;

  • e.

    het uitsluitend recht moet op uitdrukkelijke en doorzichtige wijze zijn verleend.

Ditzelfde geldt voor de provincie. Omdat zij meebetaalt aan de in dit alleenrecht genoemde werkzaamheden en daarvoor een grondslag nodig is, vestigt ook zij een alleenrecht.

 

Voorwaarde a.

De onder a. genoemde voorwaarde houdt in dat de opdrachtnemer een aanbestedende dienst moet zijn (of een samenwerkingsverband van overheden of aanbestedende diensten). Om een publiekrechtelijke instelling te zijn moet de entiteit van de opdrachtnemer voldoen aan de volgende drie cumulatieve voorwaarden:

 

  • 1.

    De opdrachtnemer is opgericht met het specifieke doel te voorzien in behoeften van algemeen belang die niet zijn van industriële of commerciële aard; en

  • 2.

    Rechtspersoonlijkheid hebben; en

  • 3.

    Waarvan de activiteiten in hoofdzaak gefinancierd worden door aanbestedende diensten, of het beheer onderwerpen is aan toezicht door aanbestedende diensten, of de leden van de raad van bestuur/ de directie / de raad van toezicht voor meer dan de helft door aanbestedende diensten worden benoemd.

Wat betreft de financiering geldt hier het criterium dat een opdrachtnemer in hoofdzaak (= voormeer dan 50%) openbaar wordt gefinancierd. Onder openbare financiering wordt verstaan dat men financieel ondersteund of gefinancierd wordt door de gemeente (of een andere publiekrechtelijke instelling) zonder dat daar een specifieke tegenprestatie tegenover staat. Het toezicht op het beheer moet zodanig zijn dat controle vooraf op het plaatsen van overheidsopdrachten mogelijk is.

 

De stichting Heel de Heuvelrug voldoet aan al deze vereisten. Het stichtingsbestuur wordt bij meerderheid aangewezen door of namens overheden (aanbestedende diensten). De stichting verricht geen commerciële activiteiten en wordt gefinancierd door overheden.

 

Voorwaarde b.

De bevoegdheid tot toekenning van een uitsluitend recht aan een met name genoemde opdrachtnemer is gegeven aan het college van burgemeester en wethouders of het college van gedeputeerde staten. Dit komt ook tegemoet aan het transparantiebeginsel. Vandaar ook de publicatie van het voornemen en van het besluit waarin een uitsluitend recht wordt toegekend.

 

Voorwaarde c.

Met de vaststelling van dit besluit is voldaan aan het vereiste in artikel 1.1 van de Aanbestedingswet 2012, dat het uitsluitend recht een wettelijke dan wel bestuursrechtelijke grondslag moet hebben.

 

Voorwaarde d.

De (on)verenigbaarheid met het EG-verdrag betreft met name van overheidswege gecreëerde dienstverleningsmonopolies die het gehele land of een wezenlijk deel daarvan bestrijken. Onder omstandigheden kunnen dergelijke monopolies op gespannen voet staan met de Verdragsbepalingen inzake het vrije verkeer van diensten en inzake de mededinging.

 

Voorwaarde e.

Transparantie is een zwaarwegend voorschrift bij de verlening van een uitsluitend recht. Het voornemen en het besluit tot het toekennen van een uitsluitend recht dienen vooraf bekend te worden gemaakt(gepubliceerd) in een medium dat past bij de omvang van de opdracht waarvoor het recht wordt verleend. Dit kan in een lokaal weekblad zijn, de provinciale of gemeentelijke website, een dagblad of de Gemeenschappelijke Voorziening Officiële Publicaties.

 

De artikelen worden hieronder nader toegelicht

 

Artikel 1

In dit artikel worden enkele begrippen nader uitgelegd. In het besluit wordt de term 'alleenrecht' gebruikt. Deze term wordt in Nederland veelvuldig gehanteerd. In de Europese richtlijn is geen definitie van 'alleenrecht' opgenomen. De begrippen 'uitsluitend recht' en 'bijzonder recht' worden wel gedefinieerd in de Aanbestedingswet.

 

Het alleenrecht ziet alleen op werkzaamheden ten aanzien van de routes en paden zoals zij zijn gelegen in het voormalig werkgebied van het recreatieschap Utrechtse Heuvelrug, Vallei- en Kromme Rijn (UHVK), zoals dat tot en met 31 december 2017 bestond. Daarmee is voldaan aan het vereiste dat het uitsluitend recht het verrichten van een dienst of het uitoefenen van een activiteit binnen een afgebakend geografisch gebied betreft.

 

Een kaart van dit gebied maakt als bijlage 1 deel uit van dit besluit.

 

Artikel 2

De opdrachtnemer wordt aangewezen: dat betreft de stichting Heel de Heuvelrug die het alleenrecht krijgt toebedeeld om het beheer en onderhoud met betrekking tot de recreatieve routes en paden uit te (laten) voeren.

 

Artikel 3

In dit artikel worden te door opdrachtnemer uit te voeren werkzaamheden genoemd. Een eventuele nadere precisering kan betrokken worden in een nadere uitwerking van het aanwijzingsbesluit dan wel in de af te sluiten dienstverleningsovereenkomst.

 

Artikel 4

Op grond van dit artikel kunnen nog nadere voorschriften en beperkingen aan de werkzaamheden worden opgelegd. In een dienstverleningsovereenkomst tussen de deelnemers aan het convenant Routes en Paden en de opdrachtnemer zullen alle afspraken omtrent de uitvoering worden vastgelegd.

 

Artikel 5

Dit artikel legt vast dat de aanwijzing onder omstandigheden ook weer kan worden ingetrokken.

 

Artikel 6

Het overgangsrecht borgt dat de werkzaamheden van de opdrachtnemer die verricht zijn voordat het alleenrecht van kracht werd, geacht worden onder dit alleenrecht te vallen.

 

Artikel 7

De citeertitel maakt duidelijk dat het alleenrecht het werkgebied van het voormalig recreatieschap UHVK betreft.

 

Artikel 8

Het besluit heeft terugwerkende kracht tot 1 januari 2018 en sluit zo aan op de datum van opheffing van het recreatieschap UHVK.

Naar boven