Nadere subsidieregels Schutterijen 2017 – 2019

Gedeputeerde Staten van Limburg,

 

maken ter voldoening aan het bepaalde in de Provinciewet en de Algemene Subsidieverordening Provincie Limburg 2017 e.v. bekend dat zij in hun vergadering van 21 februari 2017 hebben vastgesteld:

 

Nadere subsidieregels Schutterijen 2017 – 2019

 

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

 

1. Euroregionaal:

Euregio Maas-Rijn (EMR), Euregio Rijn-Maas-Noord (ERM), Euregio Rijn-Waal (ERW) en de grensregio Vlaanderen-Nederland.

 

2. Vernieuwend:

in het project/de activiteit wordt gebruik gemaakt van hedendaagse technieken en/of het project/de activiteit is methodisch vernieuwend in Limburg. Een techniek en/of methode kan voor de ene partij vernieuwend zijn, terwijl die voor de andere een bekende weg is. Het dient te gaan om vernieuwende activiteiten ten opzichte van het gebruikelijke aanbod van projectaanvrager(s) in de afgelopen periode.

 

3. Project/activiteit:

een in tijd afgebakend samenhangend geheel van activiteiten, met een duidelijk geformuleerd doel en eindresultaat.

 

4. SMART:

  • Specifiek: zo concreet mogelijk aangeven wie, wat, waar, wanneer, hoe.

  • Meetbaar: zo veel mogelijk in maat en getal uitdrukken.

  • Acceptabel: activiteiten dienen te passen binnen het Beleidskader met uitvoeringsprogramma ‘Immaterieel erfgoed 2016 t/m 2019 Toekomst voor erfgoed!’ en dienen draagvlak te hebben.

  • Realistisch: activiteiten dienen binnen de gestelde tijd, financiële en personele randvoorwaarden te kunnen worden gerealiseerd.

  • Tijdgebonden: vooraf vastleggen welke activiteiten op welk moment plaatsvinden en/of gehaald moeten zijn.

Artikel 2 Doel van de regeling

Doel van deze Schutterijregeling is om vernieuwing bij schutterijen en organisaties verwant aan het schutterswezen mogelijk te maken. Aanvragers zoals genoemd in artikel 3 van deze regeling worden gestimuleerd om te komen met projecten/activiteiten die een bijdrage leveren aan het vergroten van de participatie van onder andere jongeren bij het schutterswezen en het bereiken van meer en een breder publiek. De uitdaging is om oude patronen en traditionele grenzen te doorbreken en vanuit een vernieuwende werkwijze, de krachten te bundelen. De projecten en activiteiten dienen een bijdrage te leveren aan het gezamenlijk vormgeven van onze ambitie zoals geformuleerd in het Beleidskader met uitvoeringsprogramma ‘Immaterieel erfgoed 2016 t/m 2019 Toekomst voor erfgoed!’ op blz. 11 en 12

(http://www.limburg.nl/Beleid/Cultuur/Erfgoed/Immaterieel_erfgoed).

Artikel 3 Aanvrager

  • 1.

    Schutterijen en organisaties verwant aan het schutterswezen kunnen voor een subsidie in aanmerking komen.

  • 2.

    Alleen rechtspersonen kunnen voor een subsidie in aanmerking komen.

Hoofdstuk 2 Criteria

Artikel 4 Algemene subsidiecriteria

Om voor een subsidie in aanmerking te komen, dient de subsidieaanvraag te voldoen aan de volgende algemene criteria:

  • 1.

    Er moet sprake zijn van een Limburgs belang. Hiervan is sprake als:

    • a.

      aanvrager een duidelijke relatie met Limburg heeft op basis van zijn werkterrein;

    • b.

      aanvrager is gevestigd in Nederlands-Limburg; en/of

    • c.

      het project en/of de activiteiten (grotendeels) in Nederlands-Limburg plaatsvind(t)(en).

  • 2.

    Het project moet gericht zijn op of aantoonbaar leiden tot meer actieve betrokkenheid bij het schutterswezen.

  • 3.

    De door de aanvrager beoogde doelgroep (waarop het project zich richt) moet aantoonbaar betrokken zijn van bij de totstandkoming van het project.

  • 4.

    Het project dient vernieuwend te zijn.

  • 5.

    Het project dient na inwerkingtreding van deze regeling te starten.

Artikel 5 Specifieke subsidiecriteria

Om voor een subsidie in aanmerking te komen, dient de subsidieaanvraag te voldoen aan één van de twee volgende specifieke criteria.

  • 1.

    Het project dient opgepakt te worden vanuit samenwerking. De aanvrager dient samen te werken met één of meerdere andere regionale en/of euregionale (erfgoed)organisaties en/of vrijwilligersgroepen.

  • 2.

    Het project dient een duurzaam effect te hebben. De activiteiten dienen bij te dragen aan de ontwikkeling van een blijvende verandering in aanpak en werkwijze van de schutterijen en/of organisaties verwant aan het schutterswezen. De effecten van het project dienen na afloop nog voelbaar te zijn.

Artikel 6 Verplichting subsidieontvanger

Het project/de activiteit moet starten binnen 1 jaar na subsidieverstrekking en uiterlijk 31 december 2019.

Artikel 7 Afwijzingsgronden

In aanvulling op artikel 17 van de Algemene Subsidieverordening Provincie Limburg 2017 e.v., wordt de subsidieaanvraag afgewezen, indien:

  • a.

    het project niet aansluit bij de doelstelling van deze Nadere subsidieregels zoals gesteld in artikel 2;

  • b.

    de subsidieaanvraag uitsluitend betrekking heeft op de totstandkoming van een schriftelijke publicatie, cd’s, beeldend kunstwerk, film, app, en/of bouw, onderhoud en hosting van een website;

  • c.

    niet wordt voldaan aan alle algemene criteria in artikel 4;

  • d.

    niet wordt voldaan aan één van de twee specifieke criteria zoals gesteld in artikel 5;

  • e.

    voor eenzelfde terugkerend project/activiteit reeds eerder door de Provincie subsidie is verstrekt;

  • f.

    de Provincie Limburg dezelfde activiteit/hetzelfde project al op een andere wijze subsidieert en/of financiert, met uitzondering van bijdragen van het Prins Bernhard Cultuurfonds Limburg en/of het Cultuurparticipatiefonds Limburg. Bijdragen ontvangen van het Huis voor de Kunsten Limburg, in het kader van de Motie Volkscultuur of in de vorm van een projectbijdrage, worden wel beschouwd als subsidiëring/financiering door de Provincie Limburg;

  • g.

    het te verstrekken subsidiebedrag minder dan € 1.000,00 bedraagt;

  • h.

    de subsidieaanvraag betrekking heeft op activiteiten die gericht zijn op de continuïteit van een onderneming/instelling; en/of

  • i.

    de subsidieaanvraag is ontvangen buiten de periode en specifieke termijnen zoals vermeld in artikel 12.

Hoofdstuk 3 Financiële aspecten

Artikel 8 Subsidieplafond

Artikel 9 Subsidiebedrag

  • 1.

    Het maximaal te verstrekken subsidiebedrag bedraagt € 15.000,00 per project/activiteit.

  • 2.

    Subsidies kleiner dan € 1.000,00 worden niet verstrekt.

  • 3.

    Het te verstrekken subsidiebedrag bedraagt niet meer dan 35% van de totale subsidiabele projectkosten.

  • 4.

    Bij de bepaling van het subsidiebedrag houden Gedeputeerde Staten rekening met: de mate waarin het project een bijdrage levert aan de invulling van het provinciaal beleid, de mate van eigen (financiële) verantwoordelijkheid van de aanvrager en de mate waarin medefinanciering door derden plaatsvindt.

Artikel 10 Niet-subsidiabele kosten

Aanvullend op artikel 15 van de Algemene Subsidieverordening Provincie Limburg 2017 e.v. zijn de volgende kosten niet-subsidiabel:

  • a.

    de aanschaf van materiaal dat niet rechtstreeks gerelateerd kan worden aan het project/de activiteit;

  • b.

    reis- en verblijfkosten;

  • c.

    onvoorziene uitgaven (post onvoorzien);

  • d.

    consumptieve kosten (drank, eten, en dergelijke);

  • e.

    reprise, herdruk of heruitgave.

Hoofdstuk 4 Aanvraagprocedure

Artikel 11 Indienen aanvraag

  • 1.

    Een subsidieaanvraag kan uitsluitend worden ingediend bij Gedeputeerde Staten met gebruikmaking van het standaard aanvraagformulier dat geplaatst is op de website van de Provincie Limburg: www.limburg.nl/Subsidies> actuele subsidieregelingen.

  • 2.

    De aanvraag dient een volledig ingevuld en rechtsgeldig ondertekend standaardaanvraagformulier te bevatten en te zijn voorzien van alle bijlagen zoals aangegeven in het formulier en dient te worden verzonden naar het op het formulier aangegeven adres (Gedeputeerde Staten van Limburg, Cluster Subsidies, Postbus 5700, 6202 MA Maastricht).

  • 3.

    De volgende bijlagen dienen in ieder geval aan het aanvraagformulier te worden toegevoegd:

    • a.

      SMART-geformuleerd projectplan waarin inzicht wordt gegeven op welke wijze wordt voldaan aan de subsidiecriteria;

    • b.

      sluitende en gespecificeerde begroting conform format begroting projectsubsidies Provincie Limburg.

Artikel 12 Termijn voor indienen aanvraag

  • 1.

    De subsidieaanvraag kan vanaf inwerkingtreding van deze regeling worden ingediend en dient ten minste 12 weken voor de aanvang van het project/de activiteiten en uiterlijk 30 september 2019 te zijn ontvangen door Gedeputeerde Staten.

  • 2.

    Voor projecten die starten in februari, maart, april, mei en juni 2017 geldt de 12 weken termijn zoals gesteld in het eerste lid niet, maar de aanvraag dient wél vóór aanvang van het project, respectievelijk de activiteiten, te zijn ontvangen door Gedeputeerde Staten.

  • 3.

    Voor de datum van ontvangst is de datum van de ontvangststempel van de Provincie Limburg bepalend.

Hoofdstuk 5 Slotbepalingen

Artikel 13 Hardheidsclausule

  • 1.

    In alle gevallen waarin deze regeling niet voorziet beslissen Gedeputeerde Staten.

  • 2.

    Indien toepassing van het bepaalde in deze regeling, naar het oordeel van Gedeputeerde Staten, tot kennelijke onbillijkheden leidt, dan kunnen Gedeputeerde Staten van enige bepaling afwijken.

Artikel 14 Inwerkingtreding, beëindiging en citeertitel

  • 1.

    Deze Nadere subsidieregels treden in werking met ingang van de dag na de dag van publicatie in het Provinciaal Blad.

  • 2.

    Deze Nadere subsidieregels vervallen met ingang van 1 januari 2020, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op subsidieaanvragen die vóór die datum zijn ontvangen door Gedeputeerde Staten en subsidiebesluiten die vóór die datum zijn genomen, ook voor de volgende stappen in het subsidietraject.

  • 3.

    Deze regeling kan worden aangehaald als ‘Nadere subsidieregels Schutterijen 2017 – 2019’.

 

Aldus besloten in de vergadering van Gedeputeerde Staten, gehouden op 21 februari 2017.

Gedeputeerde Staten voornoemd

de voorzitter,

dhr. drs. Th.J.F.M. Bovens

secretaris,

dhr. mr. A.C.J.M. de Kroon

Naar boven