Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies – salarismaatregelen

Gedeputeerde Staten van Limburg maken ter voldoening aan het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht en de Provinciewet bekend dat zij in hun vergadering van 12 september 2017 het volgende besluit hebben genomen:

 

Gedeputeerde Staten van Limburg,

 

gezien de in het Sectoroverleg Provinciale Arbeidsvoorwaarden bereikte overeenstemming over deze wijziging,

 

gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de Provinciewet.

BESLUITEN

 

de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies als volgt te wijzigen

Artikel I

Artikel C.7 komt te luiden:

 

Gedeputeerde staten verhogen het op grond van artikel C.6 bepaalde salaris van de ambtenaar die het maximumsalaris van de voor hem geldende salarisschaal nog niet heeft bereikt op 1 januari van elk kalenderjaar, met 3% van dit maximumsalaris, tenzij:

  • a.

    het salaris van de ambtenaar in het voorafgaande kalenderjaar tussentijds met 3% is verhoogd op grond van een beoordeling; of

  • b.

    blijkens een beoordeling het functioneren van de ambtenaar niet aan de gestelde eisen voldoet.

Artikel II

Artikel C.9 komt te vervallen.

Artikel III

Artikel C.l0 inclusief aanhef komt te luiden:

Artikel C.10 Waarderen van bijzondere prestaties of extra inzet

Aan de ambtenaar of een groep van ambtenaren kan een extra waardering 'boter bij de vis' worden toegekend bij een bijzondere prestatie of geleverde extra inzet.

Artikel IV

Artikel F.7 komt te luiden:

 

De ambtenaar en zijn leidinggevende houden periodiek een planningsgesprek en een voortgangsgesprek.

Artikel V Inwerkingtreding

Dit besluit treedt met terugwerkende kracht vanaf 1 september 2017 in werking na publicatie in het Provinciaal Blad.

Artikel VI Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies.

 

Maastricht, d.d. 12 september 2017

Gedeputeerde Staten voornoemd

de voorzitter,

dhr. drs. Th.J.F.M. Bovens

secretaris,

de heer drs. G.H.E. Derks MPA

Naar boven