34 870 Regels met betrekking tot de begroting en verantwoording van de kosten van het toezicht van de Autoriteit Financiële Markten en de Nederlandsche Bank en de financiering van de toezichtkosten (Wet bekostiging financieel toezicht 2019)

D BRIEF VAN DE VICEVOORZITTER VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR FINANCIËN

Aan de Minister van Financiën

Den Haag, 19 september 2018

De leden van de vaste commissie voor Financiën hebben kennisgenomen van uw brief1, mede verstuurd namens de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, van 7 september 2018 ter aanbieding van het ontwerp van het Besluit bekostiging financieel toezicht 2019. Naar aanleiding van deze brief en het aangeboden ontwerpbesluit bericht de commissie u als volgt.

De commissie constateert, zoals in uw brief ook is aangegeven, dat de voorlegging van het ontwerpbesluit geschiedt in het kader van de wettelijk voorgeschreven voorhangprocedure in artikel 15, zesde lid, van de Wet bekostiging financieel toezicht 2019. Het wetsvoorstel Wet bekostiging financieel toezicht 2019 is thans nog in behandeling bij de Eerste Kamer. De commissie heeft op 16 juli 2018 het voorlopig verslag2 uitgebracht en wacht op de memorie van antwoord. Op dit moment is nog ongewis wanneer het wetsvoorstel voor plenaire behandeling kan worden geagendeerd.

In uw aanbiedingsbrief is sprake van een voorhangtermijn van vier weken. Gegeven het feit dat het wetsvoorstel nog niet door de Eerste Kamer is aangenomen, deelt de commissie u mede dat zij zich het recht voorbehoudt op het ontwerpbesluit te reageren zolang de behandeling van het funderende wetsvoorstel3, dat de rechtsbasis voor het besluit verstrekt, in deze Kamer nog niet is afgerond.

De vicevoorzitter van de vaste commissie voor Financiën, M.L.A. van Rij


X Noot
1

Kamerstukken I, 2017–2018, 34 870, C.

X Noot
2

Kamerstukken I, 2017–2018, 34 870, B.

X Noot
3

Kamerstukken I, 2017–2018, 34 870, A.

Naar boven