34 036 Wijziging van enkele belastingwetten en enkele andere wetten ten behoeve van het afschaffen van de Verklaring arbeidsrelatie (Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties)

Nr. 65 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 1 juni 2017

Mede namens de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid bericht ik u over de opschorting van de handhaving in het kader van de Wet DBA.

De handhaving in het kader van de Wet DBA door de Belastingdienst is op dit moment tot in ieder geval 1 januari 2018 opgeschort, behoudens voor kwaadwillenden.1 In mijn derde rapportage over de Wet DBA van 20 april 20172 heb ik toegezegd om nog voor het zomerreces helderheid te geven over het verdere traject en de gevolgen hiervan voor de opschorting van de handhaving.

Inmiddels is de ambtelijke verkenning afgerond en is het rapport «Onderzoek varianten kwalificatie arbeidsrelatie» aangeboden aan uw Kamer (Kamerstuk 34 036, nr. 64) en aan de informateur zodat het in de onderhandelingen ten behoeve van de formatie kan worden gebruikt. Bij de aanbieding van dit rapport is aangegeven dat het vervolg in het DBA-dossier afhankelijk is van de keuzes die een nieuw kabinet maakt.

Tegen de achtergrond dat het kabinet het belangrijk vindt dat opdrachtgevers en opdrachtnemers voldoende tijd krijgen om zich aan te passen acht ik het noodzakelijk de opschorting van de handhaving te verlengen tot in ieder geval 1 juli 2018. Net als bij de huidige opschorting van de handhaving geldt deze niet voor kwaadwillenden.

De Staatssecretaris van Financiën, E.D. Wiebes


X Noot
1

Zie de tweede voortgangsrapportage van de Wet DBA, Kamerstuk 34 036, nr. 40.

X Noot
2

Kamerstuk 34 036, nr. 63.

Naar boven