33 847 Wijziging van de Wet verlaging maximumopbouw- en premiepercentages pensioen en maximering pensioengevend inkomen en het Belastingplan 2014

G VERSLAG VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR FINANCIËN1

Vastgesteld 12 mei 2014

De nadere memorie van antwoord heeft de commissie aanleiding gegeven tot het maken van de volgende nadere opmerkingen en het stellen van de volgende nadere vragen.

Algemeen

De leden van de SP-fractie danken de regering voor de nadere memorie van antwoord. Naar aanleiding daarvan hebben zij twee vervolgvragen.

Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie

In het voorlopig verslag en in het nader voorlopig verslag vroegen de leden van de SP-fractie of het correct is dat, ook na aanvaarding van de onderhavige wetsvoorstellen, de onderste helft van de inkomensverdeling door het aanvullend pensioenstelsel nog steeds inkomen overdraagt aan de bovenste helft van de inkomensverdeling. De memories van antwoord gaven geen eenduidig antwoord op de vraag. De leden van de SP-fractie stellen de vraag hierbij nogmaals, doch tweeledig.

Ten eerste, is het zo dat door het aanvullend pensioenstelsel ook na aanvaarding van de onderhavige wetsvoorstellen er nog steeds inkomensoverdrachten van lage naar hoge inkomens zullen zijn?

Ten tweede, en meer specifiek, is het zo dat door het aanvullend pensioenstelsel ook na aanvaarding van de onderhavige wetsvoorstellen de onderste helft van de inkomensverdeling nog steeds inkomen overdraagt aan de bovenste helft van de inkomensverdeling?

Bij wijze van toelichting wijzen de leden van de SP-fractie op de volgende passage in de memorie van antwoord: «Het kabinet wijst erop dat de huidige vormgeving van solidariteit van het collectieve pensioenstelsel inkomensoverdrachten met zich meebrengt. De leden van de fractie van de SP verwijzen in dit kader naar de Commissie Goudswaard die stelt dat met een aftopping van het pensioengevend loon inkomensoverdrachten van lage naar hoge inkomens worden beperkt. Het kabinet is van mening dat de voorgestelde aftopping dus bijdraagt aan een vermindering van inkomensoverdrachten van lage naar hoge inkomens. Eenzelfde effect gaat uit van de voorgestelde versobering van de opbouwpercentages ...»2 (Cursivering toegevoegd door de leden van de SP-fractie) De leden van de SP-fractie onderschrijven dat het samenstel van de voorstellen (33 610 en 33 847) de inkomensoverdrachten van lage naar hoge inkomens beperkt. Niettemin ontvangen zij graag een duidelijk antwoord op de twee vorenstaand gestelde vragen.

De leden van de commissie zien de beantwoording van voorgaande vragen met belangstelling tegemoet. Zij verzoeken de regering de nota naar aanleiding van het verslag zo mogelijk uiterlijk dinsdag 13 mei, 12:00 uur aan de Eerste Kamer toe te zenden.

De voorzitter van de vaste commissie voor Financiën, Essers

De griffier van de vaste commissie voor Financiën, Van Dooren


X Noot
1

Samenstelling: Holdijk (SGP), Van der Linden (CDA), Terpstra (CDA), Sylvester (PvdA), Essers (CDA), (voorzitter), Witteveen (PvdA), Nagel (50PLUS), Elzinga (SP), Koffeman (PvdD), Reuten (SP), Knip (VVD), Hoekstra (CDA), Van Boxtel (D66), Backer (D66), Vos (GL), De Boer (GL), De Lange (OSF), Sent (PvdA), Postema (PvdA), Van Strien (PVV), Faber-van de Klashorst (PVV), Ester (CU), De Grave (VVD), (vice-voorzitter), Bröcker (VVD), Kok (PVV) en Bruijn (VVD).

X Noot
2

Kamerstukken I 2013–2014, 33 847, D, blz. 17.

Naar boven