Vergaderjaar 2012-2013
Tweede Kamer der Staten-Generaal
2
Kamerstukken
33 540
Wijziging van de Wet financiering decentrale overheden in verband met het rentedragend aanhouden van liquide middelen in 's Rijks schatkist (verplicht schatkistbankieren)
Nr. 13
AMENDEMENT VAN HET LID KLEIN C.S. TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 81Vervanging in verband met een wijziging in de ondertekening
Ontvangen 3 juli 2013
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
In artikel I, onderdeel C, artikel 2, derde lid, vervalt «, met dien verstande dat openbare lichamen geen leningen kunnen verstrekken aan openbare lichamen ten aanzien waarvan zij met het financiële toezicht zijn belast».
Toelichting
In het wetsvoorstel verplicht schatkistbankieren wordt de grondwettelijke autonomie van decentrale overheden op onderdelen ingeperkt. Indiener is van mening, dat de grondwettelijke autonomie van medeoverheden óók onder bijzondere omstandigheden zoveel mogelijk gerespecteerd dient te worden,
De reeds bestaande mogelijkheid voor medeoverheden voor onderling uitlenen wordt door het wetsvoorstel beperkt in die zin, dat uitlenen tussen medeoverheden die in een toezichtrelatie tot elkaar staan niet meer wordt toegestaan;
Indiener is van mening, dat een toezichtrelatie tussen medeoverheden niet in de weg hoeft te staan aan het onderling uitlenen, temeer daar leningen verstrekt worden door intermediairs, waardoor de provincie op enige afstand staat van de lenende partij. Door het amendement wordt de beperking voor onderling lenen tussen medeoverheden ongedaan gemaakt, zodat leningen van provincies aan «eigen» gemeenten en waterschappen mogelijk blijven.
Klein
Dijkgraaf
Van Hijum