nr. 39
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN
MILIEUBEHEER
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 23 september 2008
Ter voorbereiding op het algemeen overleg van 24 september a.s. wil
ik u graag mijn reactie geven op het persbericht van de Raad van de Nederlandse
Detailhandel (RND).
Naar aanleiding van dat persbericht is er politiek en maatschappelijk
een discussie ontstaan over de subsidiëring door VROM van activiteiten
van natuur- en milieuorganisaties. De Subsidieregeling Maatschappelijke Organisaties
en Milieu (SMOM) is een reeds lang door de Tweede Kamer ondersteunde regeling
voor maatschappelijke organisaties die activiteiten ontplooien op het gebied
van milieu en duurzame ontwikkeling. Tijdens het vorige kabinet heeft toenmalig
Staatssecretaris Van Geel het budget voor deze regeling nog vergroot. Ik schets
u eerst de context alvorens in te gaan op de subsidie aan Milieudefensie.
Willen we milieuproblemen oplossen, dan moeten alle partijen meewerken
aan oplossingen. De overheid kan dat niet alleen. Ik hecht daarom een groot
belang aan de maatschappelijke dialoog over opvattingen en ideeën in
de samenleving, waarbij alle standpunten aan de orde kunnen komen ten bate
van een goede politieke afweging en beslissing over de aanpak van milieuvraagstukken.
Via o.a. de SMOM probeer ik deze maatschappelijke dialoog te stimuleren.
SMOM-subsidies zijn uitdrukkelijk geen exploitatiesubsidies. De subsidies
worden alleen verstrekt op basis van een ingediend programma- of projectplan,
dat inhoudelijk ondermeer wordt beoordeeld op de bijdrage aan de maatschappelijke
dialoog over milieu en duurzame ontwikkeling, de mate waarin het voorstel
vernieuwend is en burgers betrekt (zie http://www.senternovem.nl/smom). De
conclusies die maatschappelijke organisaties o.b.v. onderzoek trekken ondersteunt
VROM niet.
De SMOM is een tenderregeling. Dat houdt in dat de ingediende voorstellen
ten opzichte van elkaar gerankt worden. Uiteindelijk neem ik de beslissing
of aanvragen in aanmerking komen voor SMOM subsidie. VROM bepaalt niet de
werkwijze die maatschappelijke organisaties hanteren bij de uitvoering van
hun gesubsidieerde projecten en programma’s. Bij de afsluiting van het
project dient naast de rapportage en een accountantsverklaring een evaluatie
geleverd te worden. Deze evaluatie toetst of de resultaten van het project
conform de subsidieaanvraag zijn en zo nee, welke wijzigingen er zijn en waarom.
Sinds 2007 dienen maatschappelijke organisaties bij alle subsidieverzoeken
een evaluatie uit te voeren na afloop van het project of programma. Ik deel
de mening dat subsidiegeld niet mag worden gebruikt om bewust onjuiste of
onvolledige informatie te verstrekken. Maatschappelijke organisaties zullen
bij zichzelf te rade te moeten gaan op welke wijze zij hun activiteiten uitvoeren.
Binnenkort zal ik nader overleg hebben met betrokken maatschappelijke organisaties
over de mogelijke ontwikkeling van een gedragscode.
Milieudefensie tuinmeubelenonderzoek
Milieudefensie heeft in kader van de SMOM in 2007 en 2008 programmasubsidie
ontvangen, waarvan een zeer klein gedeelte is gebruikt voor ondersteuning
van het onderzoek naar houten tuinmeubelen. In 2005 en 2006 heeft Milieudefensie
subsidie ontvangen voor een algemeen programma ter stimulering van duurzaam
hout op de Nederlandse markt; een gedeelte is gebruikt voor onderzoek naar
houten tuinmeubelen.
De minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,
J. M. Cramer