29 984
Spoor: vervoer- en beheerplan

nr. 162
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 9 december 2008

Tijdens het Algemeen Overleg van 19 juni 2008 (kamerstuk 29 984, nr. 147) over het Beheerplan 2008 van ProRail en over de overgang naar outputsturing heb ik toegezegd u nader te zullen informeren over de relatie tussen de variabele beloning van de leden van de Raad van bestuur van ProRail en de gerealiseerde prestaties op de in het beheerplan opgenomen prestatie-indicatoren.

Volgens de thans geldende regeling is een maximale variabele beloning mogelijk voor de leden van de Raad van Bestuur van 16% van de vaste bezoldiging. Dat percentage is vastgelegd in een aandeelhoudersbesluit betreffende het beloningsbeleid. Voor de volledigheid wil ik daarbij vermelden dat de Staat 100% aandeelhouder is in Railinfratrust BV (RIT). RIT is op haar beurt weer 100% aandeelhouder in ProRail BV. Het bestuur van RIT en ProRail hebben dezelfde samenstelling.

De hoogte van de variabele beloning wordt binnen de kaders van het beloningsbeleid (maximaal 16%) vastgesteld door de renumeratiecommissie. Dat gebeurt na afloop van het betreffende jaar op basis van een gesprek tussen renumeratiecommissie en ieder lid van de Raad van Bestuur. De procedure daarbij is als volgt.

Voorafgaand aan het jaar geven de leden van de Raad van Bestuur aan welke prestaties zij individueel en collectief willen leveren. De collectieve prestaties zijn daarbij gebaseerd op de reguliere planning en prestaties zoals opgenomen in het beheerplan. Een overzicht van deze doelstellingen voor het jaar 2007 is opgenomen in de bijlage. Het individuele deel hangt samen met de individuele portefeuille van de bestuurders. De collectieve prestaties en de individuele prestaties bepalen ieder voor de helft de hoogte van de variabele beloning. In het gesprek met de renumeratiecommissie na afloop van het jaar wordt gekeken naar de verhouding tussen voorgenomen prestatie en geleverde prestatie. Voor zover die afwijken is de vraag naar de oorzaken van die afwijking relevant. Deze argumentatie speelt een belangrijke rol bij het vaststellen van de hoogte van de variabele beloning. Dit ter voorkoming van ongewenste neveneffecten van een al te rekenkundige of mechanistische methode. Daarbij is het zo dat de maximale variabele beloning pas wordt toegekend als de doelstellingen zeer ruim zijn gehaald. Bij het«normaal» behalen van de doelstellingen geldt een variabele beloning van 10%.

De hoogte van zowel de vaste als de variabele beloning van de leden van de Raad van bestuur wordt jaarlijks opgenomen in het jaarverslag. Bij ProRail lagen de variabele beloningen voor 2007 voor de leden van de Raad van Bestuur in de bandbreedte € 15 000 tot € 18 933.

Tenslotte heb ik op 26 november 2008 tijdens het Algemeen Overleg over de topinkomens met u gesproken over ProRail. Ik heb u daarbij toegezegd in overleg met het ministerie van Financiën te komen tot een voorstel voor de toekomstige invulling van het beloningsbeleid voor de leden van de Raad van Bestuur van ProRail.

De minister van Verkeer en Waterstaat,

C. M. P. S. Eurlings

BIJLAGE

Organisatiedoelstellingen ProRail 2007

1 Kwaliteit van bijsturing en informatievoorziening

1.1 Bijsturing conform afspraken

1.2 Aantal onregelmatigheden in rijweginstelling

1.3 Informatievoorziening conform afspraken

2 Beschikbaarheid

2.1 beschikbaarheid

2.2 Gepland niet beschikbaar

2.3 Ongepland niet beschikbaar

3 Transfer

3.1a Waardering reinheid (subjectief)

3.1b Waardering reinheid (objectief)

3.2a Waardering sociale veiligheid (overdag)

3.2b Waardering sociale veiligheid (avond)

3.3 Toegankelijkheid

3.3a Stations

3.3b Maatregelen

4 Benutting

4.1 Benutting

4.2 Geslaagde beroepen Nma

5 Veiligheid

5.1 Index Systeemveiligheid

5.2 Index Arbeidsveiligheid

6 Financiën

6.1 Kosten per trein-km

6.2 Overhead

Naar boven