29 984
Spoor: vervoer- en beheerplan

29 893
Veiligheid van het railvervoer

nr. 110
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 14 december 2007

In het Algemeen Overleg over ERTMS, capaciteitsproblemen spoor en Betuweroute van 10 oktober 2007 (29 893/22 589, nr.61) heb ik toegezegd u een schriftelijke toelichting te geven op het feit dat er sinds 2002 geen voortgangsrapportages over het beter benutten van het spoor zijn verschenen. Hieronder licht ik op hoofdlijnen toe welke plannen, studies, rapportages en projecten uit de afgelopen jaren gerelateerd zijn aan het beter benutten van het spoor en op welke wijze hierover aan uw Kamer is gerapporteerd.

Beter benutten bestaand spoor

In het verkenningenprogramma spoor van de begroting van het infrastructuurfonds voor het jaar 2003 is het investeringsplan «Beter benutten bestaand spoor» opgenomen. Deze verkenning is in 2003 afgerond met de eindrapportage «Benutten en Bouwen» van de spoorsector (NS, ProRail en Railion).

Benutten en Bouwen

Het plan «Benutten en Bouwen» is in augustus 2003 door de spoorsector gepresenteerd. Het is ook aangeboden aan de Vaste Commissie voor Verkeer en Waterstaat. De spoorsector geeft hierin onder meer aan welke prioriteitsvolgorde volgens haar gehanteerd moet worden bij de verdere ontwikkeling van het spoorwegnet:

1. Betrouwbaarheid:

Een sterke verbetering van de betrouwbaarheid van het hele spoorsysteem.

2. Beter benutten:

Het opvangen van de vervoersgroei door de bestaande infrastructuur beter te benutten.

3. Nieuwbouw:

Nieuwbouwplannen voor de uitbreiding van het net.

De resultaten van deze visie, die zich richt op de periode tot 2020, zijn onder meer gebruikt bij de realisatie van de Nota Mobiliteit en bij de totstandkoming van de dienstregeling voor 2007. Ook zijn onderdelen hiervan opgenomen in het plan «Betrouwbaar Benutten».

Interdepartementaal Beleidsonderzoek Benutting Spoor

In juni 2002 heeft de Interdepartementale Werkgroep Benuttingsmaatregelen Spoor het rapport «Benutten beter Benut» opgeleverd. In dat IBO-rapport (Interdepartementaal Beleidsonderzoek) staat de vraag centraal «op welke wijze gekomen kan worden tot een betere benutting van bestaande spoorweginfrastructuur». Mijn ambtsvoorganger heeft dit onderzoek op 19 juli 2002 aan u toegezonden (vw02–520)). Omdat de technische problematiek rondom dit onderwerp met name in het kader van het hierboven genoemde project van de spoorsector «Benutten en Bouwen» werd opgepakt concentreerde dit onderzoek zich vooral op het niet-technische terrein. Op 22 oktober 2003 heeft de toenmalige staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat een kabinetsstandpunt over dit rapport aan uw Kamer toegezonden (29 273, nr.1). Dit is onder andere verwerkt in de Nota Mobiliteit en bij de besluitvorming rondom het plan «Betrouwbaar Benutten».

Betrouwbaar Benutten

In de Nota Mobiliteit (29 644) onderschreef het kabinet de filosofie die de spoorsector in «Benutten en Bouwen» had ontwikkeld en zag met name in de ontwikkelde methodieken voor «Betrouwbaar Benutten» een goede methode om nog veel vervoersgroei te kunnen opvangen. Deze ontwikkelde strategie «Betrouwbaar Benutten» is gericht op het verhogen van de betrouwbaarheid en het optimaliseren van de processen in het gehele spoorsysteem. Bij de inzet van voor spoor beschikbare gelden wordt daarbij een consequente prioriteitstelling gehanteerd: Veiligheid, Betrouwbaarheid, Benutting, Nieuwbouw (VBBN). De strategie geeft invulling aan moties waarin de Eerste en Tweede Kamer vragen om een herstelplan voor het spoor (moties Wolfson c.s. 27 482, 27 216, EK nr. 145F en motie Giskes-Gerkens 28 600 XII nr. 50, 2002–2003). Uw Kamer is onder andere geïnformeerd over «Betrouwbaar Benutten» in het kader van de begrotingen van mijn ministerie en van het infrastructuurfonds.

«Groei op het Spoor» en Landelijke Markt- en CapaciteitsAnalyse Spoor

Mijn beleid is nog steeds gericht op het beter benutten van het spoor. Het op 19 november 2007 naar uw Kamer verzonden Actieplan «Groei op het Spoor» (29 644/29 984, nr.85) en de Landelijke Markten CapaciteitsAnalyse Spoor (brief met kenmerk VENW/DGP-2007/9322) verwijzen hier dan ook naar.

Conclusie

Uw Kamer is dus vanaf 2002 regelmatig geïnformeerd over de verschillende plannen, studies, rapportages en projecten die betrekking hebben op het beter benutten van het spoor. Er is echter geen sprake geweest van een specifieke, op dit thema gerichte reguliere voortgangsrapportage.

De minister van Verkeer en Waterstaat,

C. M. P. S. Eurlings

Naar boven