29 924
Toezichtsverslagen AIVD en MIVD

nr. 38
LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 11 augustus 2009

De vaste commissie voor Defensie1, heeft een aantal vragen voorgelegd aan de minister van Defensie over de brief van 29 april 2009 inzake het Jaarverslag van de MIVD 2008 (Kamerstuk 29 924, nr. 33).

De bewindspersoon heeft deze vragen beantwoord bij brief van 10 augustus 2009. Vragen en antwoorden zijn hierna afgedrukt.

De voorzitter van de commissie,

Van Miltenburg

De griffier van de commissie,

De Lange

1 en 4

Waarom is het jaarverslag een geïllustreerde algemene tekst geworden zonder concrete weergave van wat de MIVD in 2008 heeft bewerkstelligd? Bent u bereid om volgende jaarverslagen van de MIVD meer concreet in te vullen met duidelijke kaders, opsommingen en actiepunten die uitgevoerd of nog uit te voeren zijn?

Hoe kunt u schrijven dat het belangrijk is dat de dienst transparant is in zijn publieke verslaglegging, terwijl het jaarverslag niet meer is dan een opsomming van reeds bekende algemeenheden over de MIVD, waardoor de indruk ontstaat dat er gegevens ontbreken? Bent u bereid om een puntsgewijs verslag naar de Kamer te sturen dat alle informatie bevat die de Kamer nodig heeft om haar controlerende taak te kunnen uitvoeren, desnoods met geheime bijlagen die alleen door de Commissie voor de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten van de Tweede Kamer zijn in te zien?

Artikel 8 van de Wet op de inlichtingen en veiligheidsdiensten 2002 (WIV-2002) geeft regels voor de inhoud van het jaarverslag. In het jaarverslag dient een overzicht te worden gegeven van de aandachtsgebieden waarop de dienst zijn activiteiten in het afgelopen jaar heeft gericht en de aandachtsgebieden waarop de dienst zijn activiteiten in het lopende jaar zal richten. Het jaarverslag van de MIVD voldoet aan deze wettelijke criteria.

De Commissie voor de inlichtingen en veiligheidsdiensten van uw Kamer (CIVD) verstrek ik jaarlijks een geheim jaarverslag waarin geheime operationele activiteiten zijn beschreven. Vervolgens geef ik op uitnodiging van de commissie een mondelinge toelichting op het geheime jaarverslag van de MIVD.

2

Welke rol speelt de MIVD in het Verkenningenproces van Defensie?

De MIVD heeft, in samenwerking met de AIVD, een bijdrage geleverd aan de beantwoording van strategische vragen die zijn geformuleerd door de Projectdirectie Verkenningen. Daarnaast wordt MIVD-personeel regelmatig gevraagd voor workshops en symposia.

3

Wordt het Jaarplan voor 2010 nog aan de Kamer voorgelegd? Zo ja, wanneer kan de Kamer dit plan tegemoet zien? Zo neen, waarom niet?

Nee, het jaarplan is gerubriceerd. Het Jaarplan 2010 wordt aan de CIVD ter kennisname aangeboden

5

Heeft er in 2008 een evaluatie en aanpassing van de behoeftestellingen plaatsgevonden voor wat betreft inlichtingen- en veiligheidsbehoefte? Zo ja, welke aanpassingen zijn hieruit voortgekomen?

Jaarlijks vindt een evaluatie plaats. De defensiebehoefte is in 2008 op grote lijnen gelijk gebleven aan het jaar daarvoor. De missie in Afghanistan heeft, als categorie 1 aandachtsgebied, de hoogste prioriteit. Daarna volgen de categorie 2 aandachtsgebieden zoals de Hoorn van Afrika, met name Somalië (piraterij), het Grote Merengebied, Pakistan en het Midden-Oosten. Gebieden waar de aanwezigheid van de krijgsmacht is beëindigd, zoals de bijdragen aan UNIFIL en EUFOR, worden niet meer of met minder prioriteit (categorie 3) gevolgd.

6

Is er ook bij de MIVD sprake van een personeelstekort? Zo ja, welke gevolgen heeft dit in 2008 gehad voor de inlichtingencapaciteit?

Eind 2008 is het personeelstekort grotendeels opgelost. De personele capaciteit van de MIVD wordt tot 2013 verder uitgebreid, mede naar aanleiding van de aanbevelingen van de Onderzoeksgroep Inlichtingen en Veiligheid Defensie (commissie Dessens). De prioriteit ligt bij de ondersteuning van lopende operaties (categorie 1) en belangrijke landen/thema’s (categorie 2). Een niet toereikende inlichtingencapaciteit gaat doorgaans ten koste van de inspanningen voor andere landen/thema’s (categorie 3).

7

Zijn er knelpunten tussen de AIVD en MIVD waarneembaar bij de afstemming van de jaarplannen? Zo ja, welke?

Er zijn geen knelpunten geconstateerd. Jaarlijks vindt afstemming plaats tussen de AIVD en de MIVD.

8

Wat behelsde de veiligheidsbevorderende taak van de MIVD in 2008? Voerde de dienst deze taak in 2008 voor het eerst uit? Welke ervaringen zijn hierbij opgedaan en zet de dienst deze taak voort?

In artikel 7, artikel 2, onder d van de Wet op de inlichtingen en veiligheidsdiensten 2002 is de veiligheidsbevorderende taak van de MIVD opgenomen. De veiligheidsbevorderende taak houdt onder meer in het verrichten van onderzoek voor het treffen van maatregelen ter voorkoming van activiteiten die ten doel hebben de veiligheid of paraatheid van de krijgsmacht te schaden en ten behoeve van een ongestoorde inzet van de krijgsmacht. In voorgaande jaarverslagen is over deze taak eveneens gerapporteerd.

9

Kunt u aangeven hoe de verhoudingen liggen tussen de verschillende genoemde thema’s afgezet tegen de beschikbare personele en financiële capaciteit?

Beschikbare middelen en personeel van de MIVD worden voor meer dan één taak ingezet. De MIVD kent een zogeheten teamstructuur. Dat is een organisatievorm waarbij personeel uit diverse afdelingen in meerdere teams inzetbaar zijn en hun specifieke deskundigheid inbrengen (multidisciplinaire inzet). Dit verhoogt een flexibele en doelmatige inzet van personeel en middelen.

10

Kunt u specificeren hoeveel burgerambtenaren er in 2008 op vrijwillige basis zijn uitgezonden? Hadden deze burgerambtenaren dezelfde operationele taken als hun militaire collega’s en hebben zij dezelfde opleiding gekregen? Is er voor 2008 al sprake geweest van het op vrijwillige basis uitzenden van burgerambtenaren?

Burgerpersoneel van de MIVD wordt uitsluitend op vrijwillige basis uitgezonden. In 2008 werden 22 burgers naar diverse operatiegebieden uitgezonden. Een aantal burgers heeft daarbij dezelfde taken uitgevoerd als het militair personeel van de MIVD. Een aantal burgers heeft specialistische werkzaamheden verricht, zoals tolken en vertalen. Burgers van de MIVD krijgen in principe dezelfde uitzendvoorbereiding als militair personeel met dien verstande dat burgers in principe geen wapen- en schietopleiding volgen. De MIVD zendt al sinds de jaren negentig burgers op vrijwillige basis uit.

11

Werden er in 2008 ook burgerambtenaren op vrijwillige basis uitgezonden naar de Balkan? Zo ja, hoeveel en welke taken voerden zij daar uit?

In 2008 zijn twee burgers van de MIVD naar Kosovo uitgezonden. De taak bestond uit het verrichten van (openlijke) inlichtingenwerkzaamheden ten behoeve van de MIVD en daarnaast voor het ondersteunen van het KFOR (Kosovo Force) Hoofdkwartier.

12

Hoe groot is volgens de MIVD de steun van de bevolking voor de Taliban in Afghanistan en meer specifiek in Uruzgan?

De mate van steun die de Taliban onder de bevolking geniet is vooral afhankelijk van de mate van veiligheid in een gebied. Dit is niet in percentages weer te geven. Het fundamentalistisch gedachtegoed van de beweging sluit niet altijd goed aan bij de traditionele manier van leven in Afghanistan. De Afghaanse bevolking zoekt vooral rust en is in de eerste plaats geïnteresseerd in overleven. De lokale overheid blijkt vooralsnog niet in staat om de veiligheid te garanderen. In veel delen van het land is de overheid zelf een deel van het probleem. Corruptie en machtsmisbruik leiden er dan toe dat de bevolking haar heil zoekt bij de Taliban of in het uiterste geval het gebied ontvlucht. ISAF investeert veel in de opbouw van het Afghaanse leger en politie, en deze zijn steeds meer in staat om zelfstandig of onder begeleiding van coalitie-eenheden een bijdrage te leveren aan de veiligheidssituatie.

13

Hoeveel burgerslachtoffers zijn er gemaakt bij bombardementen door ISAF-vliegtuigen en welke gevolgen heeft dit voor de steun van de bevolking voor de Taliban?

Het is niet mogelijk een betrouwbaar overzicht op te stellen van het aantal burgerslachtoffers dat in Uruzgan of in heel Afghanistan is gevallen door handelingen van de Taliban, Afghaanse veiligheidsorganisaties of door toedoen van internationale troepen. Niet zozeer luchtaanvallen maar vooral het grondoptreden, IED’s en zelfmoordaanslagen veroorzaken veel burgerslachtoffers. De NAVO blijft constant in gesprek met de Afghaanse autoriteiten om operaties af te stemmen en over de wijze waarop het aantal burgerslachtoffers in Afghanistan verder kan worden beperkt.

Grote aantallen burgerslachtoffers kunnen het draagvlak voor ISAF en de Afghaanse overheid onder druk zetten. Het voorkómen van burgerslachtoffers is daarnaast een doel op zich. Daarom blijft het een prioriteit voor ISAF en de NAVO. ISAF heeft de regels voor de inzet van vliegtuigen en helikopters aangescherpt en het belang van het voorkómen van burgerslachtoffers onderstreept.

14

Hoe heeft de MIVD haar strategie ten aanzien van de recente ontwikkelingen in het grensgebied tussen Afghanistan en Pakistan gewijzigd voor wat betreft de vergrote invloedsfeer van de Taliban? Welke personele consequenties brengt dit met zich mee?

De MIVD heeft, samen met de AIVD, de inspanningen vergroot.

15

Bestaat er een rapport over de verwevenheid van de georganiseerde misdaad en de Kosovaarse regering? Zo ja, kan dit rapport aan de Kamer ter beschikking worden gesteld?

Ja. Het gerubriceerde rapport kan niet aan de Kamer worden verstrekt. De CIVD kan wel over het rapport worden geïnformeerd.

16

Kunt u nader ingaan op de dreiging van geweld door radicalen in de door Hamas gedomineerde Gazastrook? Is deze dreiging in 2008 toe- of afgenomen en welke invloed heeft de wapensmokkel naar de Gazastrook op deze dreiging?

De dreiging van geweld door radicalen in de Gazastrook was in 2008 zowel intern als extern gericht.

In het eerste geval betrof dit een (succesvolle) poging van Hamas om de traditionele machtspositie van de (Fatah-gelieerde) Gaza-clans te doorbreken. In het tweede geval betrof dit het afvuren van (zelfgemaakte) raketten op doelen in Israël door groeperingen als Hamas en de Palestijns Islamitische Jihad. Als gevolg van een overeengekomen wapenstilstand tussen Hamas en Israël vonden raketbeschietingen in de periode juni-december 2008 nagenoeg niet plaats. Deze wapenstilstand werd evenwel niet verlengd, waarna vanaf eind december 2008 dagelijks raketten op Israëlisch grondgebied werden afgeschoten. Israël reageerde hierop door een grootschalige inval in de Gazastrook, die resulteerde in een hernieuwde wapenstilstand vanaf 18 januari 2009. Sindsdien is het aantal raketbeschietingen sterk gereduceerd. De inval heeft de geweldscapaciteit van Hamas en andere strijdgroepen in de Gazastrook echter niet wezenlijk aangetast, mede doordat (wapen)smokkel – hoofdzakelijk via een uitgebreid tunnelnetwerk aan de Egyptische grens – nog steeds plaatsvindt.

17

Hoe schat de MIVD de politieke gevolgen in van het voortzetten van de mislukte EU-missie in Bosnië?

Voor de zienswijze van de regering op de EU-missie in Bosnië, verwijs ik u naar de Kamerbrief van 29 april 2009 (Kamerstuk 29 521, nr. 101) over de verlenging van de bijdrage aan EUFOR Althea.

De MIVD heeft niet tot taak om een uitspraak te doen over de mate van succes van de operatie EUFOR Althea in Bosnië.

18

Waarom ontbreekt in het hoofdstuk over de EU-missie in Rafah iedere verwijzing naar het Israëlische optreden en Israëlisch beleid?

Op pagina 18 van het jaarverslag is aandacht besteed aan het Israëlisch-Palestijnse conflict.

19

Beschouwt de MIVD Israël niet als een relevante factor in de analyse van de veiligheidssituatie in het gebied van de EU-waarnemingsmissie?

Israël is een relevante factor in het Midden-Oosten.

20, 23 en 47

Werkt de MIVD samen met de Israëlische diensten?

Wordt er in de Caribische regio samengewerkt met Amerikaanse diensten zoals de DEA of CIA? Zo ja, wat houdt die samenwerking in en zijn er ook afspraken over de behandeling van gevangenen? Zo ja, welke?

Met welke partnerdiensten zijn er Memorandums of Understanding afgesloten en met welk doel? Wat houdt een MoU in, wat wordt er van partnerdiensten en de MIVD verwacht en zijn er concrete actiepunten opgenomen in een MoU? Zo ja, welke?

De MIVD werkt samen met internationale partnerdiensten en sluit doorgaans een samenwerkingsovereenkomst af met die partners. Dat wordt een MOU genoemd. Over de concrete samenwerking met partnerdiensten wordt in het openbaar geen mededeling gedaan.

21

Kunt u nader ingaan op de mate van radicaliteit van Hamas en gematigdheid van Fatah? Hebben zich op dit punt wijzigingen voorgedaan in 2008? Zo ja, welke?

De radicaliteit van Hamas komt naar voren in de gewapende strijd die zij in beginsel bereid is te voeren ter verwezenlijking van haar hoofddoel, de stichting van een Palestijnse staat op door Israël bezet Palestijns gebied (Westelijke Jordaanoever). In tegenstelling tot Hamas, onthoudt Fatah zich van geweld ten opzichte van Israël. Wel gebruikt Fatah geweld in de interne Palestijnse machtsstrijd, zoals deze tot uiting komt op de Westelijke Jordaanoever. De wapenstilstand van 2008 – evenals de huidige (fragiele) wapenstilstand – tussen Hamas en Israël laat overigens zien dat de radicale retoriek van Hamas onderhandelingen niet in de weg staat.

22

Kunt u nader ingaan op de omvang van de door de MIVD ingezette analysecapaciteit op Somalië? Kunt u de Kamer de rapporten over de situatie op land en zee in Somalië ter beschikking stellen met het oog op de Nederlandse bijdrage aan maritieme missies in deze regio?

De Kamer wordt in artikel 100 brieven over de Nederlandse bijdrage aan maritieme operaties in de regio Somalië geïnformeerd over de politieke en veiligheidssituatie in Somalië. Deze informatie is mede gebaseerd op rapportages die door de MIVD zijn opgesteld.

24

In hoeverre zullen de F-16’s van de Koninklijke Luchtmacht het in de toekomst gaan afleggen tegen de nieuwste generaties Russische gevechtsvliegtuigen? Klopt het dat Venezuela 24 gevechtsvliegtuigen van het type Sukhoi Su-30 gekocht heeft van Rusland? Versterkt dit de noodzaak om tot tijdige vervanging van de F-16 over te gaan?

De F-16 wordt gerekend tot de vierde generatie gevechtsvliegtuigen. Dit zijn vliegtuigen waarvan de eerste versies in gebruik zijn genomen in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw. In de afgelopen twee decennia zijn deze toestellen verder ontwikkeld. Recent geproduceerde toestellen beschikken daarom over veel betere capaciteiten dan de eerste versies. Van de oudere toestellen zijn er veel, net als de Nederlandse F-16’s, ingrijpend gemoderniseerd. De verschillende ontwikkelingen en moderniseringen van de toestellen van de vierde generatie hebben niet steeds gelijke tred gehouden. Dit heeft ertoe geleid dat sommige moderne gevechtsvliegtuigen beschikken over vergelijkbare of zelfs betere capaciteiten dan de Nederlandse F-16’s. De proliferatie van dergelijke toestellen neemt toe, ook in Afrika, Azië en Zuid-Amerika. Daarbij is onder meer van belang dat steeds meer gevechtsvliegtuigen gaan beschikken over de capaciteit om op grote afstand vijandelijke vliegtuigen te kunnen uitschakelen. Op dit moment is dat juist nog een sterk punt van de Nederlandse F-16’s.

Het meest geavanceerde Russische gevechtsvliegtuig dat nu in ontwikkeling is, de Sukhoi PAK-FA, wordt net als de F-22 Raptor en de F-35 Lightning II gerekend tot de vijfde generatie gevechtsvliegtuigen en is daarmee naar verwachting superieur aan de F-16. Rusland wil de Sukhoi PAK-FA vanaf 2015 in gebruik gaan nemen. Of Rusland daarin zal slagen is onzeker, mede vanwege de beperkte budgetruimte van de Russische overheid en de gebrekkige productiecapaciteit. Voor zover bekend heeft het prototype van dit toestel nog geen testvlucht gemaakt.

Venezuela heeft in juni 2006 24 gevechtsvliegtuigen aangeschaft van het type Sukhoi Su-30MK2. De toestellen zijn inmiddels alle door Venezuela in dienst genomen. De Sukhoi Su-30MK2 wordt gerekend tot de vierde generatie.

25

Kunt u nader ingaan op de samenwerking tussen de verschillende Nederlandse inlichtingen- en veiligheidsdiensten? Welke verbeterpunten en knelpunten zijn er en welke specifieke voornemens bestaan er voor wat betreft de samenwerking in 2009 en daarna?

De samenwerking tussen de MIVD en de AIVD is de afgelopen jaren op alle taakvelden geïntensiveerd. Er vindt tussen beide diensten intensief overleg plaats over de inzet van de inlichtingenteams. Ook de uit te geven inlichtingenanalyses worden afgestemd. Op operationeel gebied en wat verbindingsinlichtingen betreft zijn samenwerkingsverbanden verder uitgewerkt. Sinds oktober 2008 is de gemeenschappelijke Unit Contraproliferatie verantwoordelijk voor een doeltreffende uitvoering van de wettelijke taken van beide diensten op het gebied van proliferatie van massavernietigingswapens. Daarbij gaat het om zowel de inlichtingen- als de veiligheidsaspecten. Door de inzet van een gezamenlijke Unit worden doublures in de werkzaamheden vermeden. Ook kunnen in de Unit nu de sterke kanten van beide organisaties optimaal worden benut. Op het gebied van Open Source Intelligence (OSINT) zal de samenwerking worden verdiept. Wat contra-inlichtingen en veiligheid betreft worden in 2009 nieuwe initiatieven genomen om te komen tot een nauwere samenwerking op het gebied van veiligheidsonderzoeken, contra-inlichtingen (terrorismebestrijding, contraspionage) en industrieveiligheid.

26

Kunt u nader ingaan op de gevolgen die het ondergronds gaan van de Indonesische Jemaah Islamaya heeft voor in het bijzonder de in Indonesië aanwezige bedrijven en Nederlandse instellingen?

Momenteel beschikt de MIVD niet over aanwijzingen dat het ondergronds gaan van de terroristische organisatie Jemaah Islamiya gevolgen zal hebben voor de in Indonesië aanwezige Nederlandse bedrijven en instellingen. Het ondergronds gaan van Jemaah Islamiya is een rechtstreeks gevolg van een aantal gevoelige nederlagen die de terroristische organisatie heeft geleden door toedoen van de Indonesische autoriteiten. Eind 2008 werden de drie verdachten van de bomaanslagen op Bali van eind 2002 terechtgesteld. Begin 2009 werden Abdul Rohim en Agus Idrus, twee vooraanstaande leiders van Jemaah Islamiya veroordeeld tot lange gevangenisstraffen. In april 2009 werd Mas Selamat Kastari, leider van een Jemaah Islamiya -cel in Singapore, in Maleisië gearresteerd. Jemaah Islamiya heeft besloten om voorlopig ondergronds te gaan om te kunnen hergroeperen, nieuwe leiders te kunnen benoemen en op te leiden en om mogelijk een strategische en organisatorische heroriëntatie te kunnen doorvoeren.

27

Wat zijn de gevolgen voor de veiligheid in de regio van de door Teheran ingezette regionale verbreding van de samenwerking tussen Iran, Irak en Afghanistan?

Iran wil bijdragen aan de internationale inspanningen ten behoeve van de veiligheid in de regio, maar ook nationale veiligheidsbelangen spelen hierbij een rol. Teheran heeft op dit vlak in 2008 initiatieven genomen voor overleg met Afghanistan, Pakistan en Irak. Dit overleg vindt inmiddels regelmatig plaats, getuige de jongste ontmoetingen tussen de Iraakse minister van Buitenlandse Zaken en de Iraanse regering in Teheran op 19 mei, en tussen de Iraanse, Afghaanse en Pakistaanse presidenten in Teheran op 24 mei jl.

28

Wat zijn de ervaringen met het functioneren van de gezamenlijke Unit Contraproliferatie tot op heden? Zal er een tussentijdse of jaarlijkse evaluatie over het functioneren van deze Unit plaatsvinden? Zo ja, kunnen de resultaten van deze evaluatie in het volgende jaarverslag van de MIVD worden opgenomen?

Tot op heden zijn de ervaringen van de Unit Contraproliferatie positief. De netwerken en competenties van beide, voorheen gescheiden opererende, organisatie-elementen vullen elkaar goed aan. De integratie van beide elementen heeft geleid tot meer inzicht en een betere informatiepositie. Door de afnemers worden positieve signalen afgegeven over kwaliteit en bruikbaarheid van de producten. Bij de besluitvorming over de gezamenlijke Unit Contraproliferatie is overeengekomen dat na een halfjaar een eerste rapportage over de voortgang van de integratie van de betreffende organisatie-elementen van beide diensten zou worden opgesteld en dat na een jaar het functioneren van de Unit ook inhoudelijk zou worden geëvalueerd.

Doel van deze voor najaar 2009 voorziene evaluatie zal zijn om vast te stellen of de samenvoeging inderdaad de beoogde synergie en doelmatigheidswinst heeft bewerkstelligd. De Kamer zal, voor zover mogelijk in het openbaar, van de resultaten van de evaluatie op de hoogte worden gesteld.

29

Op welke bronnen baseert de MIVD haar proliferatierapporten? Bevestigen die bronnen de rapporten van de IAEA? Zo neen, hoe wijken ze daarvan af? Wordt informatie die van andere diensten is ontvangen op andere manieren gecontroleerd?

De Unit Contraproliferatie baseert haar rapportages op zowel open als gesloten bronnen en rapporteert hierover. Een vast onderdeel hiervan is een reactie op de IAEA-rapportages. Over de inhoud van deze rapportages kunnen in het openbaar geen mededelingen worden gedaan. Artikel 15 van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2002 regelt onder meer de verplichting van de diensten ten aanzien van geheimhouding van bronnen. Om die reden kan geen mededeling over de aard van de bronnen worden gedaan. De CIVD kan daarover wel worden geïnformeerd.

30

Is er plaats voor aanhangers van de radicale islam binnen Defensie, of het nu gaat om gewelddadige of niet-gewelddadige aanhangers? Volgt bij het aanhangen en uitdragen van de radicale islam door burgers of militairen in dienst van Defensie ontslag?

Gedragingen van defensie medewerkers, ongeacht of dit gewelddadige of niet gewelddadige aanhangers van de radicale islam betreft, kunnen aanleiding zijn tot onderzoek van de MIVD. Afhankelijk van de ernst van de melding en de positie van de persoon kan dit leiden tot een veiligheidsonderzoek naar betrokkene of een contra-inlichtingenonderzoek. De resultaten van beide onderzoeken kunnen leiden tot het treffen van maatregelen, waaronder het ontslag van de betreffende defensiemedewerker. Overigens geldt het voorgaande niet alleen voor aanhangers van de radicale islam, maar ook voor gewelddadige of niet-gewelddadige aanhangers van andere radicale stromingen.

31

Bij welke sanctiemaatregelen is de Unit CP betrokken? Om welke sancties gaat het en zijn dit alleen door de VN gemandateerde sancties?

Op grond van de Sanctiewet 1977 berust de algehele verantwoordelijkheid voor de implementatie van internationale sanctieregimes bij de Minister van Buitenlandse Zaken. Afhankelijk van het specifieke terrein waarop bepaalde sancties zich richten, wordt controle op de naleving belegd bij verschillende vakministeries. Waar het gaat om proliferatie-relevante sancties voorziet de Unit Contraproliferatie de verantwoordelijke ministeries zo nodig gevraagd en ongevraagd van advies ten behoeve van de implementatie van de nationale sanctiemaatregelen. (In deze betreft het in het bijzonder de sanctiemaatregelen die zich richten op exportrestricties, reisbeperkingen en restricties aangaande kennisoverdracht.)

32

Heeft de MIVD inlichtingen die wijzen op een mogelijke militaire dimensie van het nucleaire programma van Iran? Zo ja, welke?

Over het actuele kennisniveau en de werkwijze van de MIVD worden in het openbaar geen mededelingen gedaan.

33

Wat is het maximale bereik van het Iraanse rakettenarsenaal? Kunnen er delen van Europa getroffen worden?

Iran claimt dat haar modernste raketten een bereik hebben van 2000 kilometer waardoor ook delen van Europa binnen het bereik komen.

34

Waar verwijst de grafiek naar en wat geven de cijfers aan de linkerzijde van de grafiek weer? Over welke exportvergunningen handelt de grafiek? Wat is het doel van louter deze grafiek in het jaarverslag en waarom ontbreken andere tabellen, grafieken of overzichten in het jaarverslag?

De grafiek geeft het aantal vergunningaanvragen weer dat door het Ministerie van Economische Zaken aan de Unit Contraproliferatie is voorgelegd. De cijfers aan de linkerkant van de grafiek geven de aantallen weer. De grafiek dient ter verduidelijking van de tekst op pagina 31 van het jaarverslag, onder het kopje verwerving van relevante kennis en apparatuur.

35

Wat wordt precies verstaan onder mondiale Jihad? Is de MIVD van mening dat er sprake is van een geïntegreerd plan? Zo ja, op grond van welke bronnen?

Onder mondiale Jihad wordt verstaan de ideologische en concrete strijd van wereldwijd opererende, islamistisch-terroristische organisaties tegen het Westen. De meest bekende organisatie is al-Qa’ida. De ideologie van de mondiale Jihad bevat een geïntegreerde visie gericht op de omverwerping van het Westen en de vestiging van een wereldomvattend Kalifaat. De MIVD doet geen uitspraken over zijn bronnen. Zie tevens het antwoord op vraag 29.

36

Hoe zal de MIVD strategisch beleid ten uitvoer brengen waar het gaat om de nieuwe dreigingen die cyberterreur en cybermisdaad met zich meebrengen?

De MIVD geeft «slechts» de dreiging aan op het gebied van cyberwarfare. Op grond daarvan wordt binnen Defensie beleid geformuleerd en worden maatregelen getroffen.

37

Hoe verhoudt zich de opmerking dat aanhangers van radicaal islamitisch gedachtegoed de westerse levensstijl verachten en de internationale vredestroepen in Afghanistan zien als bezettingsmacht met de aanstelling van een islamitische geestelijk verzorger bij Defensie die in het verleden beweerd heeft dat de ISAF-missie bedoeld is om de Afghaanse bevolking te terroriseren en ook andere radicale uitspraken heeft gedaan?

Zoals de staatssecretaris van Defensie heeft gesteld in antwoorden op vragen van de leden De Krom en Boekestijn (Vergaderjaar 2008–2009, Aanhangsel van de Handelingen nr. 2276), vormde het gebruikelijke veiligheidsonderzoek door de MIVD geen aanleiding af te zien van een aanstelling. De bedoelde uitlating van één van de imams dateert uit de periode vóór zijn indiensttreding bij Defensie. De desbetreffende imam heeft overigens in een eerder gesprek afstand genomen van de scherpe uitspraken die hij destijds als columnist heeft gedaan. Op het moment dat door gedragingen of uitlatingen het functioneren van de imams of van de defensieorganisatie in het gedrang dreigt te komen zal dit worden besproken met de zendende instantie. Overigens geldt dit voor alle geestelijk verzorgers binnen Defensie.

38 en 39

Wat bedoelt u met de passage «vermeende aanwezigheid van kernwapens op Nederlands grondgebied»? Is er bezit van kernwapens in Nederland bekend? Zo ja, wie bezit deze wapens en bestaat er concrete dreiging?

Indien u doelt u op de aanwezigheid van Amerikaanse kernwapens op de luchtmachtbasis in Volkel: in welke mate zijn deze een bedreiging voor Nederland?

Met de aangehaalde passage wordt gedoeld op het standpunt van sommige actiegroepen die menen dat er in Nederland kernwapens zijn opgeslagen en uit dat oogpunt protesteren.

40 en 41

In welke mate was wapenhandel een bedreiging? Welke acties tegen wapenhandel zijn er uitgevoerd en wat was het doel van deze acties?

Waarom houdt de MIVD zich bezig met wapenhandel? Ondersteunt de dienst hiermee het bedrijfsleven en de wapenexport? Zo ja, waarom en met welke middelen?

De MIVD onderzoekt de wapenhandel in het kader van zijn wettelijke taak op grond van artikel 7, tweede lid onder a ten eerste, van de WIV2002. Het betreft het verrichten van onderzoek omtrent de strijdkrachten en het potentieel van andere mogendheden. Maar ook in verband met het bestrijden van terrorisme is wapenhandel een aandachtsgebied. Over de werkwijze en het actuele kennisniveau van de dienst worden in het openbaar geen mededelingen gedaan.

42

Kunt u aangeven waarom beïnvloeding van het publiek en de politiek een bedreiging is en de MIVD aanleiding geeft om hier aandacht aan te besteden?

De MIVD richt zijn aandacht op personen die schade willen toebrengen aan personen en goederen van Defensie of defensiegerelateerde belangen. De dienst besteedt geen aandacht aan de, door de organisatoren van de acties beoogde, beïnvloeding van het publiek of de politiek.

43

Kunt u een lijst presenteren van organisaties en personen waar de MIVD aandacht aan besteedt, desnoods via de Commissie voor de Inlichtingenen Veiligheidsdiensten van de Tweede Kamer?

Over het actuele kennisniveau en de werkwijze van de dienst worden in het openbaar geen mededelingen gedaan. De CIVD informeer ik over geheime operationele activiteiten van de MIVD.

44

Waarom zijn er 298 permanente en 60 tijdelijke vergunningen voor het maken van (beeld)opnamen vanuit luchtvaartuigen verleend in 2008? Is dit in vergelijking met voorgaande jaren meer of minder vaak? Hoeveel aanvragen zijn geweigerd, aan wie en waarom? Wat houdt een permanente vergunning in en wat kan men daarmee?

De vergunningen zijn verleend op grond van verzoeken daartoe, en zijn na toetsing afgegeven. In vergelijking met voorgaande jaren zijn er geen significante wijzigingen in het aantal permanente vergunningen. Permanente vergunninghouders zijn veelal fotobedrijven die zijn ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en uit commercieel oogpunt luchtopnamen maken. De aantallen tijdelijke vergunningen fluctueren omdat sprake is van vergunningen die een beperkte duur van vier weken hebben en veelal door particulieren worden aangevraagd. Ook hier fluctueert het aantal niet veel ten opzichte van het vorige jaar. Op grond van de toetsingscriteria zijn er in 2008 geen aanvragen geweigerd. Met een permanente vergunning verkrijgt de aanvrager een ontheffing om gedurende twee jaar luchtopnamen te maken boven Nederland. De ontheffing is echter niet ongelimiteerd en is onderworpen aan beperkingen. Een vergunninghouder moet voor publicatie of verspreiding van het beeldmateriaal de opnamen te hebben overlegd bij de MIVD voor toestemming voor vrijgave van de opnamen.

45

Is het mogelijk om naast het presenteren van de aangesloten organisaties en activiteiten, ook per samenwerkingsverband een appreciatie te geven van het functioneren van deze samenwerking? Zo nee, waarom niet? Waar liggen eventuele knelpunten en welke verbeteringen zijn er gemaakt voor 2009?

Met de in het jaarverslag genoemde organisaties en instanties werkt de MIVD al gedurende een groot aantal jaren samen. De samenwerking is goed. Uiteraard zijn er soms wettelijke beperkingen in de samenwerking, bijvoorbeeld als het gaat om uitwisseling van persoonsgegevens. Met de AIVD bestaat een vergaande samenwerking op gemeenschappelijke aandachtsgebieden. Zie tevens het antwoord op vraag 25.

Met een aantal andere organisaties is een samenwerkingsovereenkomst gesloten zoals in het jaarverslag is gesteld.

46

Bestaat er een rapport van de Unit CP over de Pakistaanse kernbewapening? Zo ja, kan dit rapport aan de Kamer ter beschikking worden gesteld?

De Unit Contraproliferatie rapporteert frequent over relevante ontwikkelingen op de aandachtsgebieden, zo ook over Pakistan. Over de inhoud van deze rapportages kunnen in het openbaar geen mededelingen worden gedaan.

48

Kunt u een nadere specificatie geven van de rol en bevoegdheden van de «Devil’s Advocate» binnen de organisatie?

De Devil’s Advocate moet ervoor zorg dragen dat de kwaliteit van de (contra-) inlichtingenproducten van de MIVD alsmede de daaraan ten grondslag liggende (contra)-inlichtingenverwervingsactiviteiten structureel beter worden geborgd en getoetst. De Devil’s Advocate doet daartoe inhoudelijk onderzoek («review») naar een aantal (contra-)inlichtingenproducten. Hij wordt daarbij ondersteund door een klein onderzoeksteam. De Devil’s Advocate valt rechtstreeks onder de Directeur van de MIVD. Deze stelt het Activiteitenplan van de Devil’s Advocate vast. De Devil’s Advocate rapporteert rechtstreeks aan de Directeur van de MIVD.

49 en 50

Welke gevolgen hebben personeelsproblemen bij de Operationele Commando’s voor de inlichtingencapaciteit van de MIVD? Moet de dienst door dit personeelsgebrek onwenselijke keuzes maken?

Kunt u aangeven waarom de wens en noodzaak bestaat om een toenemend aantal burgers in te zetten voor militaire functies en wat is het gevolg hiervan voor de structurele personele bezetting?

De personeelsproblemen bij de Operationele Commando’s hebben ook gevolgen voor de vullinggraad van militaire functies bij de MIVD. Echter eind 2008 was er sprake van een hogere vullinggraad van militaire functies. Zie tevens het antwoord op vraag 6.

Wanneer een Operationeel Commando te kennen geeft een vacature niet te kunnen vullen, wordt deze eerst voorgelegd aan de andere Operationele Commando’s. Als er geen militair beschikbaar is, wordt de operationele noodzaak afgewogen of de vacature met een burger moet worden gevuld, dan wel vacant kan blijven. Indien de keuze valt op het plaatsen van een burger op een militaire functie, vindt dat altijd plaats in overleg met en met goedkeuring van het betreffende Operationele Commando en in beginsel voor de duur van maximaal drie jaar. Circa zes maanden voor het verlopen van deze termijn wordt de functie opnieuw aan het Operationele Commando aangeboden voor vulling.

51

Kunt u in tabelvorm het aantal bij de MIVD in dienst zijnde en ingehuurde VTE weergeven in 2005, 2006, 2007 en 2008? Kan hierbij een onderverdeling gemaakt worden tussen militair personeel, burgerpersoneel en extern ingehuurd personeel op structurele en projectbasis en kan deze data worden afgezet tegen de vullingsgraad bij de organisatie als geheel?

Er is geen sprake van inhuur van externen op structurele basis. Inhuur geschiedt om te voorzien in een tijdelijke, specifieke behoefte aan gespecialiseerd personeel dat vooral voor de ondersteuning van projecten is ingehuurd of voor het tijdelijk vervullen van een vacature. Dit doet zich vooral in de ICT sector voor. De intensivering van de inlichtingen- en veiligheidsketen die in 2007 is ingezet heeft door de projectmatige aanpak geleid tot een tijdelijke verhoging van de tijdelijke inhuur van externen. Naar verwachting zal gedurende de looptijd van het programma Versterking Inlichtingenketen tijdelijke inhuur van externen noodzakelijk zijn. Het programma loopt naar verwachting tot 2013.

52

Kunt u een nadere specificatie geven van de taken en bevoegdheden waarvoor in 2008 extern personeel is ingehuurd? Is er sprake van een extra veiligheidsrisico hierdoor?

Zoals eerder gesteld is extern personeel ingehuurd om te voorzien in een tijdelijke behoefte aan personeel, bijvoorbeeld voor het uitvoeren van een project of het tijdelijk vervullen van een vacature. In alle gevallen is dat personeel ingezet in ondersteunende functies. Er zijn geen specifieke bevoegdheden toegewezen aan ingehuurd personeel.

Al het personeel dat werkzaamheden verricht bij de MIVD, zowel eigen als tijdelijk ingehuurd personeel, wordt onderworpen aan een op de MIVD toegesneden veiligheidsonderzoek. Pas na afgifte van een verklaring van geen bezwaar wordt het personeel toegelaten. Er wordt derhalve geen extra veiligheidsrisico gelopen.

53

Zijn de elektronische personeelsdossiers van de MIVD inmiddels in Peoplesoft geaccrediteerd? Zo neen, wanneer gaat dit gebeuren?

Accreditatie voor het opnemen van de personeelsdossiers in het Documentair Informatie Systeem Personeel (DIS-P) geschiedt door de Beveiligingsautoriteit (BA). Er is geen aparte accreditatie voor de personeelsdossiers van de MIVD. Alle personeelsdossiers van personeel werkzaam bij de MIVD zijn gedigitaliseerd, maar nog niet in DIS-P opgenomen. De gedigitaliseerde documenten zijn als PDF documenten op een aantal CD-roms geplaatst en liggen in de kluis. Om de veiligheid van het MIVD-personeel maximaal te waarborgen is ervoor gekozen bij alle documenten nogmaals te bezien of deze al dan niet digitaal in DIS-P opgenomen kunnen worden. Hiervoor is door Directie P&O BS een plan van aanpak opgesteld. Dit plan is voor commentaar aan de MIVD aangeboden.

54

Kunt u een stand van zaken geven van de verkiezingen voor de Centrale Medezeggenschapsraad en het functioneren van deze raad?

Ten behoeve van de Medezeggenschapscommissie MIVD (MC) zijn in 2009 verkiezingen gehouden om de opengevallen vacatures op te vullen. Er waren voldoende aanmeldingen van nieuwe leden waardoor de MC weer op volle sterkte is gekomen. De nieuwe MC is recentelijk aangetreden. De samenwerking tussen MC en dienstleiding MIVD is open en constructief. De MC is een belangrijke speler binnen de MIVD en maakt deel uit van het bestuur.

55

Kunt u specificeren waaraan de gelden in de tabel zijn besteed? Zo neen, waarom niet? Waaruit bestaan globaal «geheime uitgaven»?

Jaarlijks wordt door de MIVD in de reguliere Beleid-Plan-Begrotingscyclus (BPB) van Defensie een begroting ingediend.

De bedragen in de tabel geven de onderverdeling weer naar hoofdkostensoorten uit die begroting. Over de geheime uitgaven worden geen mededelingen gedaan. Deze worden gecontroleerd door de President van de Algemene Rekenkamer.

56

Wat zijn de «onderwerpen van onderzoek» die de minister-president heeft aangewezen? Op basis waarvan zijn deze onderwerpen aangewezen en wat is de stand van zaken bij de onderzoeken?

De Aanwijzing van de minister-president is gepubliceerd in de Staatscourant, nr 141, van 25 juli 2007. Over het actuele kennisniveau en de werkwijze van de dienst worden in het openbaar geen mededelingen gedaan.

57 en 59

Waarom staat er in het jaarverslag geen apart kader over klachten (behandeling en afhandeling)?

Hoe vaak heeft de CTIVD in 2008 opgetreden als onafhankelijk adviseur bij klachten over de MIVD en om welk soort klachten ging het hier? Wat is er gedaan met het advies van de CTIVD?

Zoals op pagina 63 van het jaarverslag is te lezen zijn er in 2008, behoudens één klacht die direct bij de Nationale Ombudsman is ingediend, geen klachten ontvangen over (vermeend) optreden van de MIVD. Derhalve zijn aan de CTIVD geen klachten ter advisering voorgelegd.

In het jaarverslag is op pagina 63 een apart kader over verzoeken tot inzage en klachtbehandeling opgenomen. Door een fout in de opmaak (de kop is niet vetgedrukt) is dit echter niet duidelijk zichtbaar.

57a

Heeft de CTIVD de MIVD geadviseerd in ontslagprocedures en juridische zaken? Zo ja, wat was de rol van de CTIVD en wat is er gedaan met het gegeven advies?

Nee. De CTIVD heeft in 2008 niet geadviseerd in ontslagprocedures of andere individuele procedures.

58

Welke consequenties heeft de uitkomst van het referendum en de aankomende staatkundige hervormingen voor de MIVD? Welke rol heeft de MIVD hierbij en wat zal de toekomstige rol van de MIVD zijn? Hoe denkt u over het gehouden referendum?

De uitkomst van het recente referendum op Curaçao heeft geen consequenties voor de MIVD. Binnen de staatkundige hervormingen van de Nederlandse Antillen zal defensie (evenals buitenlandse betrekkingen) een Koninkrijkstaak blijven, waarbij de huidige rol van de MIVD niet wezenlijk zal veranderen. Aangezien de BES-eilanden straks integraal deel zullen uitmaken van het Nederlands wettelijk stelsel, zal voor de BES-eilanden in de toekomst ook de Wet op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten 2002 gelden. MIVD en AIVD zullen in dit verband de verantwoordelijke I&V-diensten voor de betrokken eilanden worden. Daarnaast zijn de AIVD en MIVD de Antilliaanse diensten behulpzaam geweest bij het opstellen van een Antilliaanse Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten.

60

Over welke beleidskaders is de CTIVD geïnformeerd?

De CTIVD is geïnformeerd over de beleidskaders zoals die gelden ten aanzien van de notificatieverplichting als bedoeld in artikel 34, eerste lid van de WIV2002. Notificatie houdt in dat wordt onderzocht of vijf jaar na de beëindiging van de uitoefening van een bijzondere bevoegdheid daarvan verslag kan worden gedaan ten aanzien van wie één van de bijzondere bevoegdheden is uitgeoefend. Bijzondere bevoegdheden zijn limitatief opgesomd in de WIV2002.

61 t/m 63

Welke aanbevelingen zijn door de MIVD overgenomen betreffende de afstemming tussen diensten bij inzet van bijzondere bevoegdheden?

Welke oplossingen en gehanteerde standpunten zijn door de CTIVD aangedragen? Welke aanbevelingen zijn overgenomen, welke niet en waarom? Op basis waarvan kan de CTIVD begrip opbrengen voor het niet overnemen van aanbevelingen en oplossingen?

Wat is de aard van de aanbevelingen van de CTIVD aan de MIVD die niet door de dienst zijn overgenomen? Wat is de reden van het niet overnemen van deze aanbevelingen en kan een overzicht worden gegeven van de aanbevelingen die inmiddels zijn geïmplementeerd?

De CTIVD heeft een tweetal aanbevelingen gedaan die betrekking hadden op de afstemming tussen MIVD en AIVD bij de inzet van bijzondere bevoegdheden. Deze aanbevelingen zijn door de minister van Defensie, in nauw overleg met de minister van BZK, niet overgenomen.

Het betrof een aanbeveling in verband met de verplichte afstemming indien bijzondere bevoegdheden door de MIVD worden ingezet op plaatsen die niet in gebruik zijn bij het ministerie van Defensie, ter voorkoming van interferentie tussen onderzoeken van de AIVD en de MIVD. De CTIVD merkte op dat dit in een aantal gevallen heeft geleid tot een aanzienlijke vertraging van de feitelijke toestemming tot inzet. De CTIVD was van oordeel dat bij een verlenging van de inzet van deze bijzondere bevoegdheden afstemming niet noodzakelijk zou zijn. Zo mogelijk zou de wet op dit punt aangepast kunnen worden. De CTIVD kan begrip opbrengen voor het feit dat het ook bij een verlenging noodzakelijk is om te controleren of de inzet geen interferentie met een onderzoek van de AIVD oplevert, mits ervoor wordt gezorgd dat er geen hinderlijke operationele vertraging ontstaat.

Ook van het creëren van een spiegelbepaling (afstemming van AIVD met MIVD indien de AIVD bijzondere bevoegdheden wil inzetten op plaatsen die in gebruik zijn bij het ministerie van Defensie) is afgezien omdat in een dergelijk geval per definitie afstemming plaatsvindt met de MIVD. Dit is ook voorgeschreven in het Convenant inzake de samenwerking tussen de AIVD en de MIVD. Bovendien doet de situatie dat de AIVD bijzondere bevoegdheden inzet op plaatsen die in gebruik zijn bij het ministerie van Defensie zich in de praktijk nauwelijks voor. De CTIVD kan zich vinden in de gekozen oplossingen met betrekking tot deze aanbevelingen.

Voor het overige wordt verwezen naar het openbare Toezichtsrapport nr. 18B van de CTIVD.

64

Welke klachten zijn er in behandeling genomen? Betreffen dit alleen klachten over het (vermeende) optreden of ook interne klachten?

Zoals op pagina 63 van het jaarverslag is te lezen zijn er in 2008, behoudens één klacht die direct bij de Nationale Ombudsman is ingediend, geen klachten ontvangen over (vermeend) optreden van de MIVD dan wel interne klachten.

65

Welke notificatieonderzoeken zijn er in 2008 uitgevoerd? Wat is er concreet gedaan met de notificatieonderzoeken en beleidskaders?

Zoals in het jaarverslag is aangegeven is aan de CTIVD mededeling gedaan van de uitkomst van de gehouden notificatieonderzoeken. Voorts is de CTIVD in kennis gesteld van de ontwikkelde beleidskaders ter zake. In het openbaar kan ik geen inhoudelijke mededelingen doen over uitgevoerde notificatieonderzoeken. De CIVD is op dit punt vertrouwelijk geïnformeerd.

66

Hoe staat het met de rechtmatigheid van samenwerking tussen MIVD en buitenlandse inlichtingendiensten? Wordt er nog steeds samengewerkt met buitenlandse diensten terwijl het onderzoek hiernaar gaande is? Zo ja, met welke diensten en op welke terreinen?

De samenwerking tussen de MIVD en buitenlandse inlichtingendiensten is gebaseerd op artikel 59 van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2002. Ik stel mij dan ook op het standpunt dat een dergelijke samenwerking in beginsel rechtmatig is. Hangende het onderzoek van de CTIVD ter zake worden de bedoelde samenwerkingsverbanden dan ook voortgezet. Ik kan in het openbaar geen mededeling doen over welke landen het betreft en waar de samenwerking zich specifiek op richt aangezien dit ten koste zou gaan van de veiligheid van de Staat. De CIVD is op dit punt vertrouwelijk geïnformeerd.

67

Wordt er door de MIVD deelgenomen aan ondervraging van gevangenen? Zo ja, worden die gevangenen volgens het internationaal recht behandeld?

De MIVD heeft niet deelgenomen aan ondervraging van gevangenen.


XNoot
1

Samenstelling:

Leden: Van Bommel (SP), Van der Staaij (SGP), Poppe (SP), Ferrier (CDA), Van Velzen (SP), Haverkamp (CDA), Blom (PvdA), ondervoorzitter, Eijsink (PvdA), Van Miltenburg (VVD), voorzitter, Van Dam (PvdA), Kraneveldt-van der Veen (PvdA), Griffith (VVD), Aasted Madsen-van Stiphout (CDA), Irrgang (SP), Knops (CDA), Willemse-van der Ploeg (CDA), Jacobi (PvdA), Boekestijn (VVD), Brinkman (PVV), Voordewind (CU), Pechtold (D66), Ten Broeke (VVD), Thieme (PvdD), Bilder (CDA) en Peters (GL).

Plv. leden: Lempens (SP), Van der Vlies (SGP), Polderman (SP), Ormel (CDA), De Wit (SP), Çörüz (CDA), Roefs (PvdA), Wolbert (PvdA), Van Beek (VVD), Smeets (PvdA), Arib (PvdA), Blok (VVD), Omtzigt (CDA), Roemer (SP), Jonker (CDA), De Nerée tot Babberich (CDA), Samsom (PvdA), Van der Burg (VVD), Wilders (PVV), Wiegman-van Meppelen Scheppink (CU), Van der Ham (D66), Teeven (VVD), Ouwehand (PvdD), Uitslag (CDA) en Vendrik (GL).

Naar boven