29 838 Auteursrechtbeleid

Nr. 85 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 mei 2016

De vaste commissie voor Veiligheid en Justitie informeerde bij brief van 24 maart 2016 naar de stand van zaken voor wat betreft de gesprekken tussen rechthebbenden en internet serviceproviders over de mogelijkheden om illegaal downloaden van auteursrechtelijk beschermd materiaal tegen te gaan en tegelijkertijd het aanbod van legaal materiaal te vergroten. Dit verzoek houdt verband met de wens van uw Kamer om over dit onderwerp van gedachten te wisselen in een algemeen overleg dat nog in juni zou moeten plaatsvinden.

De aanleiding voor dit verzoek is gelegen in mijn eerdere brief ter beantwoording van enkele vragen van de leden Van Wijngaarden (VVD) en Oosenbrug (PvdA) uit december 2015 over de positie van filmmakers wanneer zij worden geconfronteerd met illegaal gebruik van het door hun gemaakte werk (Aanhangsel Handelingen II 2015/16, nr. 1373). In diezelfde brief ben ik ingegaan op de uitkomsten van de seminar «Legaal aanbod – de norm» dat mijn ministerie op vrijdag 13 november 2015 organiseerde teneinde de problematiek in rechtsvergelijkend perspectief te bespreken met verschillende marktpartijen, waaronder internet service providers, collectieve beheersorganisaties en rechthebbenden. Tijdens het seminar is gesproken over de mogelijkheden om het legaal aanbod te vergroten en illegaal gebruik te bestrijden door zowel voorlichting te geven aan gebruikers van illegaal materiaal en door de handhaving van auteursrechten door of ten behoeve van de rechthebbenden.

Ik meen dat zowel de makers als de betrokken internet service providers belang hebben bij een omvangrijk legaal aanbod van auteursrechtelijk beschermd materiaal. Ik hoop daarom dat deze partijen bereid en in staat zullen zijn om in dat verband wezenlijke afspraken te maken. Ik schat in dat op afzienbare termijn met name afspraken over vergroting van legaal aanbod en voorlichting over het gebruik van aangeboden (il)legaal materiaal tot de mogelijkheden zouden kunnen behoren. Afspraken over handhavingsaspecten zijn daarentegen wellicht mede afhankelijk van de uitkomst van nog lopende procedures. Zo loopt er onder andere nog een procedure tussen Stichting Brein en UPC over het al dan niet moeten blokkeren van content die inbreuk maakt op het auteursrecht en de naburige rechten. Daarnaast zal er rekening moeten worden gehouden met de aankondiging van de Europese Commissie dat zij zal komen met maatregelen om de (grensoverschrijdende) handhaving van auteursrechten te ondersteunen. De beoogde afspraken van partijen terzake handhavingsaspecten zullen daarmee in lijn moeten zijn.

Vooralsnog zijn partijen er niet in geslaagd om tot een akkoord te komen. Ik ben graag bereid om de betrokken partijen te ontvangen op mijn departement om de mogelijkheden voor afspraken door partijen nader te verkennen. Ter gelegenheid daarvan kan tevens worden besproken of en in hoeverre het departement in dat verband een rol kan spelen. Op dit moment wordt de bereidheid om deel te nemen aan een dergelijk gesprek en de mogelijke uitkomsten van zo’n gesprek op ambtelijk niveau afgetast en voorbereid. Dit proces is nog gaande en behoeft ook nog enige tijd. Ik stel mij daarom voor om partijen uit te nodigen voor een gesprek in de tweede helft van juni. Graag bericht ik uw Kamer aansluitend nader.

Voorts maak ik ook graag van de gelegenheid gebruik om uw Kamer te informeren over de resultaten van het Nederlandse voorzitterschap van de EU op een ander auteursrechtelijk dossier, te weten: het door de Europese Commissie op 9 december 2015 gepubliceerde voorstel voor een Verordening inzake portabiliteit van online content diensten. Dit voorstel zorgt ervoor dat consumenten, die zich hebben geabonneerd op online content diensten (films, series, muziek, games, e-boeken, sportevenementen etc.) of deze hebben aangeschaft, ook toegang tot deze diensten hebben wanneer zij tijdelijk in een andere lidstaat verblijven. Dit maakt het bijvoorbeeld mogelijk dat Nederlandse abonnees van Netflix toegang hebben tot de Nederlandse Netflix-catalogus als zij tijdelijk in België verblijven. Auteursrechten en contractuele afspraken staan nu nog vaak aan grensoverschrijdend gebruik in de weg.

Eerder is de Kamer hierover per brief geïnformeerd over de inzet van het Nederlands Voorzitterschap op dit dossier (Kamerstukken II, 2015–2016, 21 112, nr. 2054). Het voorstel voor deze Verordening, staat geagendeerd voor de Raad voor Concurrentievermogen van 25-26 mei aanstaande, met als doel het bereiken van een algemene oriëntatie. Een akkoord daarover is al door COREPER bereikt.

De Minister van Veiligheid en Justitie, G.A. van der Steur

Naar boven