28 165 Deelnemingenbeleid rijksoverheid

R VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 27 maart 2019

De leden van de vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat / Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit1 hebben kennisgenomen van de brief van de Minister van Economische Zaken en Klimaat 2 van 18 januari 2019 aan de Tweede Kamer over toezeggingen en opvolging moties Invest-NL, waarvan de Eerste Kamer een afschrift heeft ontvangen. Naar aanleiding daarvan is op 18 februari 2019 een brief gestuurd aan de Minister.

De Minister heeft op 26 maart 2019 gereageerd.

De commissie brengt bijgaand verslag uit van het gevoerde schriftelijk overleg.

De griffier van de vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat/Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, De Boer

BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT/LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat

Den Haag, 18 februari 2019

De leden van de vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat / Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (EZK/LNV) hebben met belangstelling kennisgenomen van uw brief3 van 18 januari 2019 aan de Tweede Kamer over toezeggingen en opvolging moties Invest-NL, waarvan de Eerste Kamer een afschrift heeft ontvangen. De leden van de fracties van D66, PVV en GroenLinks hebben naar aanleiding hiervan nog een aantal vragen en opmerkingen.

Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie

De leden van de D66-fractie hebben de volgende vragen. U schrijft dat de bedrijven waar Invest-NL zich op richt vaak een innovatief karakter hebben, met hoge risico’s in de beginfase, «waardoor de markt nog niet kan instappen». Deze leden vragen om een toelichting hierop. Ze wijzen erop dat «hoog risico» in een markteconomie geen bezwaar is om «in te stappen» voor zover dit wordt gecompenseerd door hoog verwacht rendement. Innovatie die veelbelovend is zal door de markt op waarde worden geschat. Bent u van mening dat de markt minder goed in staat is risico en rendement in te schatten dan de overheid/Invest-NL? Zo ja, kunt u dit toelichten? Zijn het niet juist marktparticipanten, die immers eigen geld in een bedrijf steken, die er belang bij hebben om de perspectieven van de onderneming goed in te schatten?

Verder schrijft u dat het bij de voor Invest-NL in aanmerking komende bedrijven gaat om een groot verdienpotentieel na de beginfase. De leden van de D66-fractie vragen of u van mening bent dat de waarde van een aandeel in een onderneming iets anders is dan de contante waarde van de verwachte kasstromen. Zo ja, kunt u dit toelichten? Zo nee, vragen deze leden waarom het feit dat het verdienpotentieel in de toekomst ligt een probleem zou vormen voor de markt om in te springen. Is het niet de kern van een markteconomie en van innovatie dat de kost voor de baat uitgaat?

Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie

De leden van de PVV-fractie vragen u waarom er een Nederlandse financierings- en investeringsinstelling Invest-NL moet worden opgericht, terwijl uit diverse publicaties (onder andere van de Intergovernmental Panel on Climate Change) is gebleken dat de doelen bij lange na niet gehaald zullen worden. Bent u het met het PBL eens dat het voor het klimaat niets uitmaakt wat Nederland doet, aangezien de emissie van Nederland slechts 0,35% bedraagt van de wereldwijde emissie? Deelt u de mening van deze leden dat deze doelen nimmer gehaald kunnen worden omdat er nog steeds geen bewijs is dat de door de mens uitgestoten CO2 als enige variabele zou gelden voor klimaatverandering?

Waarom blijft Nederland, met financiering vanuit Invest-NL, doorgaan met klaarblijkelijk ineffectieve technieken als wind- en zonne-energie, en andere sectoren in energietransitie, terwijl bijvoorbeeld veelbelovend onderzoek naar Thorium-energie niet plaatsvindt?

Op welke prognose is het investeringskapitaal van 2,5 miljard euro gebaseerd? Met welk bedrag wordt dit teruggebracht om tevens een separate instelling tussen Staat en FMO te realiseren? Hoe zeker is het dat u, door de oprichting van Invest-NL, bij relevante sectoren nieuwe verdienmodellen en exportpotentieel ontwikkelt?

De leden van de PVV-fractie vragen u met welke reden specifiek de heer Wouter Bos is aangetrokken als bestuursvoorzitter van Invest-NL. Over welke bijzondere competenties beschikt hij dat juist de keuze op hem is gevallen? Kunt u ons een organogram verschaffen van de directiestructuur, met bijbehorende salariëring van de betrokken bestuurder(s) van Invest-NL? Houdt u daarbij rekening met de motie-Alkaya4 over verlaging van de bezoldiging van de beoogd directeur van Invest-NL?

De Verenigde Staten trokken zich terug uit de het vrijblijvende akkoord van Parijs. Desalniettemin is in de VS, in tegenstelling tot de rest van de wereld, de emissie gedaald. Heeft u een analyse gemaakt van de oorzaken hiervan? Zo ja, wilt u die met de leden van de PVV-fractie delen? Zo nee, waarom niet?

Zijn de resultaten bekend van het onderzoek van de Algemene Rekenkamer naar de revolverende fondsen op rijksniveau? Het lijkt deze leden zeer wel mogelijk dat dit onderzoek juist wel ingaat op wat dergelijke fondsen publiek en financieel wel of niet hebben opgeleverd of zullen opleveren. Wat doet u of gaat u doen met de resultaten van dit onderzoek in casu Invest-NL?

Is het u opgevallen dat in het SR1.5 (het special report van het IPCC)5 het «carbon emission budget» om te komen tot 1,5 graden Celsius en 2 graden Celsius opwarming zeer aanzienlijk is verruimd, tot wel 500% (vanaf eind 2017 bij een 66% waarschijnlijkheid)? Vanzelfsprekend hebben onze media daar niet over bericht, maar is de conclusie juist dat daarmee AR56 volledig onderuit is gehaald en dat wederom het IPCC de klimaatgevoeligheid fors naar beneden heeft bijgesteld? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wordt het dan niet eens tijd om de les te trekken dat klimaatwetenschap nog in de kinderschoenen staat en de modellen die alleen CO2 als de enige significante variabele aanwijzen vooralsnog volstrekt waardeloos zijn? Heeft u enig idee waarom de media hieraan geen enkele aandacht hebben besteed? Waarom wilt u dan toch Invest-NL doorzetten?

Klopt het dat, als alle landen hun beloftes gemaakt in Parijs na zouden komen, de stijging van de temperatuur op aarde slechts met 0,05 graden Celsius zou beperken zoals deskundigen aantoonden? Zo nee, waarom niet? Wat is dan het nut van een investering van 2,5 miljard euro in Invest-NL?

Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-fractie

De leden van de GroenLinks-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de Machtigingswet oprichting Invest-NL en willen daarover de volgende vragen stellen.

De Algemene Rekenkamer doet onderzoek naar revolving funds op rijksniveau. Op welke termijn worden de uitkomsten hiervan verwacht en op welke manier kunnen die worden gebruikt bij de inrichting van de controle op en verantwoording door Invest-NL?

Een van de overwegingen voor het instellen van Invest-NL is dat sommige private investeringen niet het maatschappelijk gewenste niveau bereiken. Welke definitie van maatschappelijk gewenst wordt hier gebruikt en hoe wordt bepaald wat maatschappelijk gewenst is?

In de brief wordt gesproken over de opzet van een eerste pijplijn van projecten en investeringsproposities binnen onder meer de thema’s energie, verduurzaming en doorgroeiende ondernemingen. Wat is de status van deze projecten en wat gebeurt hiermee wanneer de oprichting van Invest-NL geen doorgang zou vinden?

De leden van de vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat / Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit zien uw reactie met belangstelling tegemoet en ontvangen deze graag uiterlijk 18 maart 2019.

Voorzitter van de vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat / Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, A.M.V. Gerkens

BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 maart 2019

Hierbij bied ik u, mede namens de Minister van Financiën, de antwoorden aan op de vragen inzake Invest-NL van 18 februari 2019 (kenmerk 163148.04u). Een afschrift hiervan wordt aan de Tweede Kamer gezonden.

De leden van de vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat/Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (EZK/LNV) hebben met belangstelling kennisgenomen van mijn brief van 18 januari 2019 aan de Tweede Kamer over toezeggingen en opvolging moties Invest-NL, waarvan de Eerste Kamer een afschrift heeft ontvangen7. De leden van de fracties van D66, PVV en GroenLinks hebben naar aanleiding hiervan nog een aantal vragen en opmerkingen.

Deze nieuwe vragen over Invest-NL door de Eerste Kamer zijn gesteld kort na indiening van het wetvoorstel bij de Tweede Kamer. Deze vragen volgen op eerdere schriftelijke overleggen van de Eerste Kamer met de ministers van Economische Zaken en Klimaat en van Financiën, en worden nu gesteld naar aanleiding van de brief die ik parallel aan de indiening van het wetsvoorstel aan de Tweede Kamer en in afschrift aan de Eerste Kamer heb gezonden. Het is positief dat de Eerste Kamer in een vroegtijdig stadium aandacht heeft voor de instelling van Invest-NL. Tegelijkertijd wordt onder de aandacht gebracht dat met de indiening van het wetsvoorstel bij de Tweede Kamer een nieuwe fase in het proces is ingegaan. De volgtijdelijkheid in behandeling van een wetsvoorstel door eerst de Tweede Kamer en daarna de Eerste Kamer brengt met zich dat de behandeling door de Eerste Kamer pas een aanvang neemt nadat de Tweede Kamer het wetsvoorstel heeft aangenomen. Om ten volle recht te kunnen doen aan de behandeling van het voorstel door de Tweede Kamer, wordt de Eerste Kamer daarom in overweging gegeven verdere vragen over het wetsvoorstel pas te stellen als het voorstel door de Tweede Kamer is aangenomen en de Eerste Kamer heeft bereikt.

Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie

De leden van de D66-fractie verwijzen naar mijn brief van 18 januari 2019 waarin ik schrijf dat de bedrijven waar Invest-NL zich op richt vaak een innovatief karakter hebben, met hoge risico’s in de beginfase, «waardoor de markt nog niet kan instappen». Deze leden vragen om een toelichting hierop.

Invest-NL wordt opgericht om marktfalen weg te nemen bij het realiseren van Nederlandse maatschappelijke transitieopgaven door ondernemingen, en bij de toegang tot ondernemingsfinanciering voor het mkb en «small midcaps» gericht op groei. Invest-NL richt zich daarmee op vernieuwende, risicovolle en veelbelovende bedrijven en projecten. Zoals onder andere de Adviesraad voor wetenschap, technologie en innovatie (Awti) aangeeft in het rapport «Kapitale kansen»8, zijn de financieringsproblemen van deze ondernemingen het grootst, in de fase na de start van de onderneming en voor de commercialisering, als de markt betreden wordt. Hier is de behoefte aan externe financiering het grootst en de beschikbaarheid van privaat kapitaal het laagst. Oorzaken zijn dat zekerheden en kasstromen er niet of nog onvoldoende zijn, waardoor voor private kredietverstrekkers het risico vaak nog te hoog is om financiering te verstrekken. Voor durfinvesteerders moet er voldoende zicht zijn op een doorverkoop van de onderneming om een winstgevend rendement te maken, voordat zij instappen. Zij investeren daarom ook niet in projecten met een lange en/of risicovolle terugverdientijd, zeker als er nog een lang en onzeker ontwikkeltraject aan vooraf gaat.

De leden van de D66-fractie wijzen erop dat «hoog risico» in een markteconomie geen bezwaar is om «in te stappen» voor zover dit wordt gecompenseerd door hoog verwacht rendement. Innovatie die veelbelovend is zal door de markt op waarde worden geschat. Zij vragen of ik van mening ben dat de markt minder goed in staat is risico en rendement in te schatten dan de overheid/Invest-NL, en zo ja, of ik dit kan toelichten.

Nee, de markt is niet minder goed in staat risico’s in te schatten dan de overheid. Desondanks is er in Nederland (en Europa) sprake van een beperkt aanbod van private, langjarige en, risicodragende financiering voor ondernemingen en voor risicodragende, kapitaalintensieve projectfinanciering met een lange terugverdientijd, zoals toegelicht in het rapport bij de brief over «Oprichting Invest-NL»9.

Oorzaken hiervan zijn dat investeringen in projecten met een lange en/of onzekere terugverdientijd te risicovol zijn voor individuele private investeerders, en dat banken en institutionele beleggers weinig of geen risicodragende (project)financiering verstrekken. Invest-NL heeft investeringskapitaal beschikbaar voor bedrijven en investeringsprojecten die een hoger risicoprofiel kennen maar wel een positieve rendementsverwachting hebben. Daardoor worden de risico’s verlaagd voor private financiers om ook te investeren. Daarnaast heeft de instelling ontwikkelcapaciteit om projecten en ondernemingen financieringsrijp te maken voor de markt. Op deze wijze kunnen economisch en maatschappelijk relevante projecten worden ondersteund die voor de markt alleen te risicovol zijn en waarvoor anders onvoldoende kapitaal beschikbaar is. Hiernaast geldt dat in Europa, en in Nederland des te meer, er sprake is van relatief kleine venture capital-fondsen (bijvoorbeeld in vergelijking met de VS). Kleine fondsen kunnen als gevolg van risicospreiding slechts investeringen doen die een beperkte omvang hebben. Daarmee is het voor een spectrum aan scale-ups (die een relatief grotere financieringsbehoefte hebben) lastig om aan risicofinanciering te komen.

De leden van de D66-fractie vragen of niet juist marktparticipanten, die immers eigen geld in een bedrijf steken, er belang bij hebben om de perspectieven van de onderneming goed in te schatten?

Net als bestaande private financiers heeft Invest-NL er groot belang bij om de perspectieven van de onderneming waarin het investeert goed in te schatten. Het wordt immers zelf ook een private vennootschap, die zelf verantwoordelijkheid draagt het eigen kapitaal in stand te houden. Het zal dus net als commerciële marktpartijen risico’s en rendementen zo goed mogelijk inschatten, en daarbij ook de maatschappelijke baten van de investering meewegen conform de wettelijke doelen.

De leden van de D66-fractie verwijzen naar brief van 18 januari 2018, waarin ik schrijf dat het bij de voor Invest-NL in aanmerking komende bedrijven gaat om een groot verdienpotentieel na de beginfase. Zij vragen of ik van mening ben dat de waarde van een aandeel in een onderneming iets anders is dan de contante waarde van de verwachte kasstromen, en zo ja, of ik dit kan toelichten? En zo nee, vragen deze leden waarom het feit dat het verdienpotentieel in de toekomst ligt een probleem zou vormen voor de markt om in te springen. Is het niet de kern van een markteconomie en van innovatie dat de kost voor de baat uitgaat?

Er zijn verschillende manieren om de waarde van een aandeel in een onderneming te bepalen. Het is aan Invest-NL hiervoor een methode te hanteren die optimaal aansluit bij de economische en maatschappelijke doelen die het meekrijgt in de wet. Ook commerciële financiers die investeren in innovatie en groei van ondernemingen ervaren de situatie dat de winst met name pas na enkele jaren wordt gerealiseerd. Er is echter een grens aan wat commerciële investeerders qua risico en rendement kunnen accepteren, zeker als bijvoorbeeld het ontwikkeltraject voor commercialisering langer is. Invest-NL wordt toegerust om met een positieve rendementsverwachting dit marktfalen voor veelbelovende ontwikkelingen en bedrijven weg te nemen.

Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie

De leden van de PVV-fractie vragen mij waarom er een Nederlandse financierings- en investeringsinstelling Invest-NL moet worden opgericht, terwijl volgens deze leden uit diverse publicaties (onder andere van de Intergovernmental Panel on Climate Change) is gebleken dat de doelen bij lange na niet gehaald zullen worden.

Invest-NL heeft tot doel om, indien de markt hierin onvoldoende voorziet, bij te dragen aan het financieren en realiseren van Nederlandse maatschappelijke transitieopgaven door ondernemingen en aan het bieden van toegang tot ondernemingsfinanciering aan het mkb en «small midcaps» gericht op groei. Hiermee zal nauw worden aangesloten bij thema’s uit het Missiegedreven Innovatiebeleid, namelijk de energietransitie en duurzaamheid, landbouw, water en voedsel, gezondheid en zorg, en de sleuteltechnologieën van het Regeerakkoord (o.a. fotonica, kwantum- en nanotechnologie). Investeringen op het gebied van energietransitie en duurzaamheid zijn dus een belangrijk aandachtsgebied, maar ook op andere gebieden zijn er marktfalens voor de financiering die Invest-NL kan tegengaan. Invest-NL richt zich op investeringskansen van ondernemingen waarbij er sprake is van een positieve rendementsverwachting, die door marktfalen niet volledig privaat gefinancierd worden.

De leden van de PVV-fractie vragen mij of ik het met het Planbureau voor de Leefomgeving eens ben dat het voor het klimaat niets uitmaakt wat Nederland doet, aangezien de emissie van Nederland slechts 0,35% bedraagt van de wereldwijde emissie.

Het Planbureau voor de Leefomgeving stelt niet dat het voor het klimaat niet uitmaakt wat Nederland doet. Net als alle andere deelnemers/ondertekenaars aan het klimaatakkoord van Parijs neemt Nederland verantwoordelijkheid voor haar deel van de opgave.

De leden van de PVV-fractie vragen of ik de mening deel van deze leden dat deze doelen nimmer gehaald kunnen worden omdat er nog steeds geen bewijs is dat de door de mens uitgestoten CO2 als enige variabele zou gelden voor klimaatverandering?

Ik deel die mening niet. Het IPCC heeft aangegeven dat het extreem waarschijnlijk is dat de uitstoot van CO2 en andere broeikasgassen door menselijke activiteiten de dominante oorzaak is van de waargenomen wereldgemiddelde temperatuurstijging. Wetenschappers hebben geconcludeerd dat de zekerheid daarover voldoet aan de wetenschappelijke «gold standard». Dat wil zeggen dat de kans dat de waargenomen opwarming niet door de mens is veroorzaakt 1 op 1 miljoen is.

De leden van de PVV-fractie vragen waarom Nederland met financiering vanuit Invest-NL door blijft gaan met in de ogen van deze leden ineffectieve technieken als wind- en zonne-energie, en andere sectoren in energietransitie, terwijl bijvoorbeeld veelbelovend onderzoek naar Thorium-energie niet plaatsvindt?

Invest-NL krijgt de taak om vernieuwende, risicovolle en veelbelovende ondernemingen en projecten te financieren die bijdragen aan het realiseren van grote maatschappelijke transitieopgaven.

De energietransitie is een van deze maatschappelijke opgaven. Deze opgave is breder dan opwekking van hernieuwbare energie. Het gaat bijvoorbeeld ook over verduurzaming van productie (o.a. circulariteit, energiebesparing), opslag van energie en energie-infrastructuur om de gastransitie mogelijk te maken. Ondernemingen kunnen een belangrijke bijdrage leveren aan de realisatie van de energietransitie en daarmee waarde creëren voor de Nederlandse economie.

Onderzoek naar thorium, zoals onder andere bij de TU Delft wordt gedaan, bevindt zich nog in een fundamentele fase. Experts geven aan dat de commerciële marktintroductie in de komende decennia nog niet wordt verwacht. Invest-NL richt zich op het financieren van ondernemingen. Daarom liggen investering in (zeer) lange termijn fundamenteel onderzoek niet voor de hand.

De leden van de PVV-fractie vragen op welke prognose het investeringskapitaal van 2,5 miljard euro is gebaseerd, en met welk bedrag dit wordt teruggebracht om tevens een separate instelling tussen Staat en FMO te realiseren?

Het kabinet heeft voor de prognose van het benodigde investeringskapitaal gelet op het investeringsvermogen van vergelijkbare instellingen en private investeerders, en het marktfalen en de knelpunten rond financiering van maatschappelijke transitie-opgaven en doorgroei van (innovatieve) ondernemingen, zoals beschreven in het rapport bij de brief over «oprichting Invest-NL». Voor dit rapport is gebruik gemaakt van studies van onder andere de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR), McKinsey, De Nederlandsche Bank en Oliver Wyman/ De Brauw Blackstone Westbroek. Op basis daarvan is de inschatting gemaakt dat Invest-NL en de instelling voor internationale financieringsactiviteiten met dit kapitaal voldoende toegerust zijn om de investeringstaken samen met private investeerders vorm te geven.

Zoals ook is aangegeven in de nota naar aanleiding van het verslag Machtigingswet oprichting Invest-NL (verzonden op 25 maart jl. aan de Tweede Kamer), zal in eerste instantie 1,7 miljard euro beschikbaar worden gesteld voor Invest-NL en 0,8 miljard euro voor de instelling voor internationale financieringsactiviteiten. Deze verdeling biedt een voldoende stevige (financiële) basis voor beide entiteiten om van start te kunnen. Deze verdeling zal onderwerp zijn van een tussentijdse evaluatie, waarbij zal worden gekeken naar vooraf vastgestelde criteria (doelbereik investeringen, pijplijn en liquiditeitsbehoefte, randvoorwaarden).

De leden van de PVV-fractie vragen mij hoe zeker het is dat door de oprichting van Invest-NL bij relevante sectoren nieuwe verdienmodellen en exportpotentieel worden ontwikkeld?

Het is aan de markt om de juiste investeringskansen bij de realisatie van maatschappelijke transitie-opgaven, en doorgroei van mkb en small midcaps, aan te dragen. Maar vanwege de grote urgentie van de Nederlandse maatschappelijke transitiethema’s waar Invest-NL zich op richt, het zeer hoge peil van ons onderzoek en ontwikkeling, en de grote mate van ondernemerschap en inventiviteit bij ons bedrijfsleven, heb ik veel vertrouwen dat Invest-NL bij relevante sectoren nieuwe verdienmodellen en exportpotentieel ontwikkelt.

Zo worden nu in het kader van het Klimaatakkoord projecten opgezet waarin de ontwikkelcapaciteit en het risicokapitaal van Invest-NL een belangrijke rol kunnen spelen om de doelen te behalen. En er zijn sleuteltechnologieën waar Nederland voorop loopt in het onderzoek en ontwikkeling, zoals de fotonica en life sciences, waar Invest-NL de benodigde ontwikkeling en kapitaalbehoefte kan ondersteunen. Ook komen er vanuit het aankomende InvestEU-programma financieringsmogelijkheden, en signaleren provincies en regionale ontwikkelingsmaatschappijen investeringskansen die ze graag zo snel mogelijk met Invest-NL willen oppakken.

De leden van de PVV-fractie vragen mij met welke reden specifiek de heer Wouter Bos is aangetrokken als bestuursvoorzitter van Invest-NL en over welke bijzondere competenties hij beschikt dat juist de keuze op hem is gevallen?

Graag verwijs ik voor het antwoord naar de aan u verzonden brief van 29 juni 2018 over de aanstelling van de directeur Invest-NL in opbouw. De heer Bos is aangetrokken als bestuursvoorzitter omdat hij beschikt over een combinatie van bestuurservaring in zowel de private als publieke sector en sterke betrokkenheid bij de maatschappelijke thema’s waar Invest-NL zich op zal richten.10

De leden van de PVV-fractie vragen of ik een organogram kan verschaffen van de directiestructuur, met bijbehorende salariëring van de betrokken bestuurder(s) van Invest-NL, en of daarbij rekening wordt gehouden met de motie-Alkaya11 over verlaging van de bezoldiging van de beoogd directeur van Invest-NL?

Bij oprichting zal Invest-NL maar één bestuurder hebben. De drie betrokken ministers hebben de bezoldiging voor de CEO bepaald op 202.000 euro bruto, een pensioenbijdrage van 25.000 euro en een onkostenvergoeding. De bezoldiging is niet aangepast naar aanleiding van de verworpen motie-Alkaya. Voor verdere toelichting op de arbeidsvoorwaarden verwijs ik naar de aan u verzonden brief van 29 juni 2018.

De leden van de PVV-fractie geven aan dat de Verenigde Staten zich terugtrokken uit het vrijblijvende akkoord van Parijs. Desalniettemin is volgens deze leden in de VS, in tegenstelling tot de rest van de wereld, de emissie gedaald. Zij vragen of ik een analyse heb gemaakt van de oorzaken hiervan, en zo ja, of ik die met de leden van de PVV-fractie wil delen, en zo nee, waarom niet?

Analyses van de wereldwijde trend in broeikasgasemissies tot en met 2017 zijn te vinden in rapporten van de Europese Commissie en het Planbureau voor de Leefomgeving. Deze zijn vrij downloadbaar via respectievelijk https://ec.Europa.eu/jrc/en/publication/eur-scientific-and-technical-research-reports/fossil-co2-emissions-all-world-countries-2018-report en https://www.pbl.nl/publicaties/trends-in-de-mondiale-uitstoot-van-co2-en-alle-broeikasgassen-2018-rapport.

Uit voorlopige cijfers voor 2018 in een recent rapport van de Rhodium Group blijkt dat de emissies in de Verenigde Staten in dat jaar ondanks het sluiten van een recordaantal kolencentrales een scherpe stijging (3,4%) hebben laten zien. Deze analyse vindt u op https://rhg.com/research/preliminary-us-emissions-estimates-for-2018/. De Verenigde Staten is op dit moment officieel nog steeds partij bij de Overeenkomst van Parijs.

De leden van de PVV-fractie vragen of de resultaten bekend zijn van het onderzoek van de Algemene Rekenkamer naar de revolverende fondsen op rijksniveau. Het lijkt deze leden zeer wel mogelijk dat dit onderzoek juist wel ingaat op wat dergelijke fondsen publiek en financieel wel of niet hebben opgeleverd of zullen opleveren, en wat ik ga doen met de resultaten van dit onderzoek in casu Invest-NL?

De Algemene Rekenkamer voert momenteel een verkennend onderzoek uit waarmee het een overzicht wil bieden van revolverende fondsen op rijksniveau. De Algemene Rekenkamer geeft aan dat de verwachte publicatiedatum hiervan 16 april 2019 is.

De Algemene Rekenkamer onderzoekt hoeveel revolverende fondsen er op rijksniveau zijn, hoeveel publiek geld erin is ondergebracht en of deze fondsen functioneren zoals is bedoeld. Ik verwacht dus dat het onderzoek van de Algemene Rekenkamer vooral een overzicht biedt van het totaal aan en werking van revolverende fondsen. Mocht dit onderzoek ook al andere bruikbare aanbevelingen bevatten ten aanzien van de resultaten en toepassing van deze fondsen, zal ik daarvan gebruik maken bij het toezicht op de verdere opbouw van Invest-NL.

De leden van de PVV-fractie vragen of het mij is opgevallen dat in het SR1.5 (het special report van het IPCC)12 het «carbon emission budget» om te komen tot 1,5 graden Celsius en 2 graden Celsius opwarming zeer aanzienlijk is verruimd, tot wel 500% (vanaf eind 2017 bij een 66% waarschijnlijkheid)? De leden geven aan dat vanzelfsprekend onze media daar niet over hebben bericht, maar vragen of de conclusie juist is dat daarmee AR513 volledig onderuit is gehaald en dat wederom het IPCC de klimaatgevoeligheid fors naar beneden heeft bijgesteld? Zo nee, waarom niet?

Het kabinet is zich bewust van de ontwikkelingen met betrekking tot de koolstofbudgetten. Dit wordt verklaard door enerzijds nieuwe wetenschappelijke inzichten – het gebruik van betere klimaatmodellen dan voor AR5 met historische emissies die hoger en beter in lijn zijn met historische data – en anderzijds het eenduidig gebruik van een andere methode voor berekening van de mondiaal gemiddelde oppervlakte temperatuurstijging.

De verschillen zijn dus wetenschappelijk/methodisch verklaarbaar en halen het AR5 rapport niet onderuit. Alhoewel dergelijke aanpassing weliswaar procentueel tot relatief grote aanpassing van de koolstofbudgetten leiden, is in absolute termen de ruimte voor verdere uitstoot nog steeds zeer beperkt. De centrale schattingen van de koolstofbudgetten waren en blijven omgeven door onzekerheidsmarges als gevolg van onzekerheden in historische emissies en temperatuurstijging.

Zo ja, vragen de leden mij of het dan niet eens tijd wordt om de les te trekken dat klimaatwetenschap nog in de kinderschoenen staat en de modellen die alleen CO2 als de enige significante variabele aanwijzen vooralsnog volstrekt waardeloos zijn?

Zoals gezegd zijn de verandering in de budgetten wetenschappelijk/methodisch verklaarbaar. De nieuwe inzichten in het 1,5-gradenrapport van het IPCC halen de bevindingen van AR5 niet onderuit, maar nuanceren deze. Er zijn geen nieuwe inzichten in de klimaatgevoeligheid van het klimaatsysteem.

Zij vragen of ik enig idee heb waarom de media hieraan geen enkele aandacht hebben besteed?

Als Minister heb ik geen zeggenschap over de programmering en publicaties van de media.

De leden van de PVV-fractie vragen waarom ik dan toch Invest-NL wil doorzetten?

Zoals eerder in deze brief is aangeven is klimaat een belangrijk aandachtsgebied van Invest-NL, en ligt er een urgente investeringsopgave op verschillende andere maatschappelijke transitiegebieden alsmede in het bieden van toegang tot ondernemingsfinanciering aan het mkb en aan doorgroeiende ondernemingen. Invest-NL kan een rol spelen bij de ontwikkeling en financiering van ondernemingen en projecten op deze terreinen.

De leden van de PVV-fractie vragen of het klopt dat als alle landen hun beloftes gemaakt in Parijs na zouden komen, dit de stijging van de temperatuur op aarde slechts met 0,05 graden Celsius zou beperken zoals deskundigen aantoonden? Zo nee, waarom niet?

Het cijfer van 0,05 graden Celsius komt uit een artikel van Lomborg. De vermeden opwarming door de bestaande nationaal bepaalde bijdragen (NDCs) onder het Akkoord van Parijs is afhankelijk van het veronderstelde referentiepad voor de mondiale emissies en daarmee samenhangende opwarming (opwarming zonder NDCs). Afhankelijk daarvan kan de vermeden opwarming in 2030 meer of minder zijn dan berekend door Lomborg. De meeste studies komen uit op een grotere vermeden opwarming. Het kabinet acht het echter niet zinvol om alleen te kijken naar de temperatuureffecten van de bestaande NDCs onder het Akkoord van Parijs tot 2030. Het gaat om het totaal van de inspanningen deze gehele eeuw dat bepalend is of de doelen van Parijs worden gehaald. Daartoe is nodig dat de mondiale emissies eerst niet verder groeien en reeds voor 2030 gaan dalen. De recente rapporten van het IPCC en UNEP hebben aangegeven dat de verwachte reductie in 2030 met de bestaande NDCs niet in lijn is met emissiereductiescenario’s om de opwarming te beperken tot beneden 2 of 1,5 graden in 2100, maar eerder in lijn met scenario’s voor ca. 3 graden. Het is dus duidelijk is dat de bestaande NDCs maar een eerste en onvoldoende stap vormen om te komen tot de vergaande reductie van emissies die mondiaal nodig is. Om de benodigde reducties tot stand te brengen is aanscherping van de NDCs en een vergaande transformatie van onze energievoorziening en economie noodzakelijk en dat vergt een lange termijn strategie, ambitie en volharding. Dat is waar het kabinet op inzet, zowel internationaal, Europees als nationaal.

Wat is dan het nut van een investering van 2,5 miljard euro in Invest-NL?

Zoals deze brief al eerder aangeeft dient Invest-NL een aantal urgente Nederlandse maatschappelijke en economische doelen op te pakken, die ook los staan van de vraag hoezeer de aarde exact opwarmt.

Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-fractie

De leden van de GroenLinks-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de Machtigingswet oprichting Invest-NL en willen daarover de volgende vragen stellen.

Zij geven aan dat de Algemene Rekenkamer onderzoek doet naar revolving funds op rijksniveau. Zij vragen op welke termijn de uitkomsten hiervan worden verwacht en op welke manier die gebruikt kunnen worden bij de inrichting van de controle op en verantwoording door Invest-NL?

Zie hiervoor het antwoord eerder in deze brief bij dezelfde vraag van de leden van de PVV-fractie.

De leden van de GroenLinks-fractie geven aan dat een van de overwegingen voor het instellen van Invest-NL is dat sommige private investeringen niet het maatschappelijk gewenste niveau bereiken. Zij vragen welke definitie van maatschappelijk gewenst hier wordt gebruikt en hoe wordt bepaald wat maatschappelijk gewenst is?

De financiering van private partijen ligt in grote mate bij de markt. Het achterblijven van maatschappelijk gewenste financiering in de belangrijke transitiesectoren hangt nauw samen met enkele concrete vormen van marktfalen, die met Invest-NL kunnen worden opgelost. Deze vormen van marktfalen bieden daarmee de basis voor de kaders waarbinnen Invest-NL zich gaat bewegen. De doelen van Invest-NL, en daarmee het maatschappelijk gewenste niveau van investeringen, worden in het wetsvoorstel voor oprichting van Invest-NL breed geformuleerd, en in de aanvullende overeenkomst tussen de Staat en Invest-NL gespecificeerd in de algemene investeringsdomeinen en doeleinden. Deze kunnen met de tijd worden aangepast zodat de instelling ook in de toekomst kan blijven inspelen op de actualiteit.

De leden van de GroenLinks-fractie verwijzen naar mijn brief van 18 januari 2019 waarin wordt gesproken over de opzet van een eerste pijplijn van projecten en investeringsproposities binnen onder meer de thema’s energie, verduurzaming en doorgroeiende ondernemingen. Zij vragen wat de status is van deze projecten en wat hiermee gebeurt wanneer de oprichting van Invest-NL geen doorgang zou vinden?

Zoals aangegeven in de brief over «Implicaties ophouden NLII en voortgang Invest-NL» van 30 mei 201814, is ten behoeve van het voorbereiden en opbouwen van Invest-NL bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) een tijdelijk onderdeel ingericht, onder de naam «Invest-NL in opbouw». Om na oprichting van Invest-NL voortvarend van start te gaan, werkt de afdeling Invest-NL in opbouw momenteel aan de opzet van een eerste pijplijn van projecten en investeringsproposities binnen bijvoorbeeld de thema’s energie (o.a. opwekking en opslag duurzame energie, en energiebesparing bedrijfsleven en gebouwde omgeving), verduurzaming (o.a. circulaire scale-ups en verduurzaming land en

tuinbouw), en doorgroeiende ondernemingen op de eerder genoemde

sleuteltechnologieën. Invest-NL kan de investeringen op deze domeinen dan ter hand nemen zodra de vennootschap na aanvaarding van het wetsvoorstel is opgericht. Als Invest-NL niet wordt opgericht zal een deel van de ontwikkeling van deze projecten stil komen te liggen, en zullen private (co-)investeerders vanwege marktfalens wellicht niet investeren, omdat er geen Nederlandse National Promotional Institution is, die bereid is mee te investeren.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes


X Noot
1

Samenstelling:

Nagel (50PLUS) Ten Hoeve (OSF), Huijbregts-Schiedon (VVD), Koffeman (PvdD), Kuiper (CU),Schaap (VVD), Flierman (CDA), Ester (CU), Kok (PVV) (vicevoorzitter), Gerkens (SP) (voorzitter), Atsma (CDA), N.J.J. van Kesteren (CDA), Reuten (SP), Pijlman (D66), Van Rij (CDA), Schalk (SGP), Schnabel (D66), Verheijen (PvdA), Klip-Martin (VVD), Overbeek (SP), De Bruijn-Wezeman (VVD), Van der Sluijs (PVV), Van Zandbrink (PvdA), Fiers (PvdA), Aardema (PVV), Binnema (GL), Gout-van Sinderen (D66)

X Noot
2

Kamerstukken I, 2018–2019, 28 165, Q.

X Noot
3

Kamerstukken I, 2018–2019, 28 165, Q.

X Noot
4

Kamerstukken II, 2018–2019, 28 165, 296.

X Noot
5

Intergovernmental Panel on Climate Change, Special report on Global Warming of 1.5, https://www.ipcc.ch/sr15/.

X Noot
6

Intergovernmental Panel on Climate Change, AR5 Synthesis Report: Climate Change 2014, https://www.ipcc.ch/report/ar5/syr/.

X Noot
7

Kamerstuk 28 165, Q

X Noot
8

Adviesraad voor wetenschap, technologie en innovatie, «Kapitale Kansen», 14-03-2011

X Noot
9

bijlage bij Kamerstuk 28 165, E

X Noot
10

Kamerstuk 28 165, nr. L

X Noot
11

Kamerstuk 28 165, nr. 296

X Noot
12

Intergovernmental Panel on Climate Change, Special report on global warming of 1.5, https://www.ipcc.ch/sr15/

X Noot
13

Intergovernmental Panel on Climate Change, AR5 Synthesis report: Climate change 2014, https://www.ipcc.ch/report/AR5/syr/

X Noot
14

Kamerstuk 28 165, K

Naar boven