24 077 Drugbeleid

Nr. 397 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 juli 2017

Met deze brief bied ik u het rapport «Coffeeshops in Nederland 2016» aan1. Dit rapport is de dertiende meting van het aantal coffeeshops in Nederland en het gemeentelijk coffeeshopbeleid. De meting wordt sinds 2012 tweejaarlijks uitgevoerd en aan uw Kamer gestuurd. Het onderzoek is in opdracht van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatie Centrum (WODC) van het Ministerie van Veiligheid en Justitie uitgevoerd door Intraval.

Resultaten onderzoek

Nederland telt eind 2016 573 coffeeshops verspreid over 103 coffeeshopgemeenten. Eind 2014 was er nog sprake van 591 coffeeshops en eind 2012 van 617 coffeeshops. De onderzoekers constateren dat de daling van het aantal coffeeshops is doorgezet, maar dat er sprake lijkt te zijn van enige stabilisatie. De daling van het aantal coffeeshops in de periode 2015–2016 is de geringste sinds 2008. De belangrijkste redenen voor het verdwijnen van coffeeshops sinds de vorige meting2 zijn de gebiedsgerichte aanpak «1012» in Amsterdam3, handhaving van het afstandscriterium door gemeenten, sluiting als het gevolg van een negatief BIBOB-advies en overtreding van de van toepassing zijnde gedoogcriteria.

In vergelijking met voorgaande meting is in het gemeentelijk coffeeshopbeleid weinig veranderd. Ook hebben gemeenten nagenoeg niks veranderd aan hun sanctietrajecten. Het aantal geconstateerde overtredingen is gedaald van 28 overtredingen in 21 gemeenten in 2014 naar 19 overtredingen in 17 gemeenten in 2016. Voor de handhaving van de meeste landelijke gedoogcriteria – A (geen affichering), H (geen harddrugs), O (geen overlast), J (geen jeugdigen) en G (geen grote hoeveelheden) geldt dat nagenoeg alle gemeenten dit in hun beleid hebben vermeld. Het aantal gemeenten dat het Ingezetenencriterium heeft vastgelegd is sinds 2014 gestegen van 68,0% naar 75,7%. Naast de landelijke gedoogcriteria hanteren de meeste gemeenten aanvullende criteria. Een afstandscriterium is door 84 (81,6%) gemeenten vastgesteld. Het praktische toezicht is in bijna twee derde van de gemeenten een gezamenlijke taak van politie en gemeenten.

In de helft van de coffeeshopgemeenten worden onaangekondigde controles bij coffeeshops uitgevoerd.

De tweejaarlijkse meting is van belang om inzicht te blijven krijgen in het gemeentelijke coffeeshopbeleid en te monitoren waar en hoeveel coffeeshops zich in Nederland bevinden. Ik acht het daarom van belang de tweejaarlijkse monitoring voort te zetten.

De Minister van Veiligheid en Justitie, S.A. Blok


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
2

Het vorige rapport Coffeeshoptellingen monitorde de situatie eind 2014 en is op 1 juli 2015 aan uw Kamer aangeboden (Kamerstuk 24 077, nr. 355).

X Noot
3

Pag. 12 van het onderzoek: Deze aanpak, bestaande uit meerdere onderdelen, is er op gericht om de openbare ruimte in postcodegebied 1012 op te knappen en de criminaliteit terug te dringen.

Naar boven