22 054
Wapenexportbeleid

nr. 124
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 21 augustus 2007

Bij het V.A.O. over het Wapenexportbeleid van 5 juli jl. heb ik u toegezegd een toelichting te sturen over het informeren van uw Kamer bij het afstoten van overtollig materieel door de Nederlandse krijgsmacht.

Ik wil, mede namens de Staatssecretaris van Defensie, duidelijk stellen dat bij het informeren van de Tweede Kamer in dergelijke gevallen geen sprake is van wijziging van beleid of bestaande procedures.

Overeenkomstig de motie van toenmalig Kamerlid Van den Doel (VVD) van 17 december 1996 wordt de Tweede Kamer door de Staatssecretaris van Defensie telkenmale in kennis gesteld van de verkoop van overtollige wapens en wapensystemen van de Nederlandse krijgsmacht. Op een enkele uitzondering na is dat steeds schriftelijk gebeurd. Die uitzondering betrof de voorgenomen verkoop van M-fregatten aan België welke bij de behandeling van de Marinestudie aan de Kamer werd gemeld.

Er wordt naar gestreefd de Kamer open over de verkoop van overtollige wapens en wapensystemen te informeren. Indien commerciële belangen dat vereisen, of wanneer het kopende land openbaarmaking (nog) niet op prijs stelt, gebeurt dat echter vertrouwelijk of met een brief met vertrouwelijke bijlage.

Ik vertrouw erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

De staatssecretaris van Economische Zaken,

F. Heemskerk

Naar boven