17 050
Misbruik en oneigenlijk gebruik op het gebied van belastingen, sociale zekerheid en subsidies

nr. 226
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID EN DE MINISTERS VAN BUITENLANDSE ZAKEN EN VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 25 januari 2002

In de brief van 16 oktober 20011 over de stand van zaken rondom het Nederlands-Marokkaans akkoord aangaande bijstandsverificaties is gemeld dat het dossier rond de samenwerking met Marokko op het gebied van de sociale zekerheid nog in beweging was. Bij brief van 7 december 20012 is toegezegd u in de eerste week na het kerstreces in te zullen lichten over de mogelijkheden om tot een akkoord met Marokko te komen.

In het dossier zijn twee aspecten van de Nederlandse sociale zekerheid aan de orde. Ten eerste de onmogelijkheid om in Marokko verificaties uit te voeren naar Marokkaanse vermogens van in Nederland woonachtige Marokkanen die in Nederland aanspraak maken op een uitkering krachtens de Algemene bijstandswet (Abw). Ten tweede de goedkeuring en uitvoering van de socialezekerheidsverdragen van 1996 en 2000 met bijbehorende administratieve akkoorden, die het socialezekerheidsverdrag uit 1972 wijzigen. Het verdrag van 2000 en zijn bijbehorend administratief akkoord voorzien in de, gelet op de Wet beperking export uitkeringen, noodzakelijke handhavingsafspraken over de export van socialeverzekeringsuitkeringen (ANW, AKW, ZW, WAO/WAZ en – gedeeltelijk – AOW).

Op verzoek van het kabinet heeft oud-ambassadeur mr. H. Wijnaendts tijdens drie diplomatieke missies het Nederlandse standpunt in deze kwesties aan de Marokkaanse autoriteiten uiteengezet, en zich vergewist van de aard en inhoud van de tussen Nederland en Marokko gerezen vraagstukken op het terrein van de sociale zekerheid, zowel de sociale verzekeringen als de bijstand.

Tijdens zijn bezoeken heeft de heer Wijnaendts bij de Marokkaanse autoriteiten benadrukt dat het kabinet hecht aan goedkeuring van de in 1996, respectievelijk 2000 getekende socialezekerheidsverdragen en de daarbij behorende administratieve akkoorden (inclusief de daarin vervatte controlebepalingen voor de sociale verzekeringen) én aan de naleving en uitwerking van de op 8 mei 2001 gemaakte afspraken in het kader van de Abw. De heer Wijnaendts heeft tijdens zijn laatste bezoek van 8 tot en met 11 januari 2002 een brief van de minister van Buitenlandse Zaken aan zijn Marokkaanse ambtsgenoot overhandigd, waarin dit kabinetsstandpunt is verwoord.

Het kabinet kan u thans mededelen dat de Marokkaanse autoriteiten inmiddels daadwerkelijk zijn overgegaan tot de goedkeuring van de socialezekerheidsverdragen van 1996 en 2000 en de daarbij behorende administratieve akkoorden. Het Marokkaanse ministerie van Buitenlandse Zaken heeft dit per «note verbale» van 10 januari jl. bevestigd.

Het meningsverschil over de verificatie van bijstandsgegevens is, ondanks de inspanningen van oud-ambassadeur Wijnaendts, nog steeds niet opgelost. De definitieve standpuntbepaling van de Marokkaanse regering is vóór het einde van de maand toegezegd. Het kabinet zal na zorgvuldige bestudering van het Marokkaanse antwoord op korte termijn na 1 februari 2002 een besluit nemen.

Wij vertrouwen erop u hiermee voldoende te hebben ingelicht.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

J. F. Hoogervorst

De Minister van Buitenlandse Zaken,

J. J. van Aartsen

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

W. A. F. G. Vermeend


XNoot
1

Kenmerk SoZa01-866; BZ/AB/2001/64802a.

XNoot
2

Kenmerk SoZa 01-1034; BZ/AB/2001/85328.

Naar boven