Integraal Veiligheidsbeleid gemeente Beesel 2023-2026

 

De raad van de gemeente Beesel heeft op 10 oktober 2022 het Integraal Veiligheidsbeleid gemeente Beesel 2023-2026 vastgesteld.

1. Inleiding

Op basis van de Politiewet stelt de gemeenteraad ten minste eenmaal in de vier jaar de doelen vast die de gemeente op het terrein van de veiligheid nastreeft door de handhaving van de openbare orde en de hulpverlening door de politie. Die doelen stellen we vast in dit Integraal Veiligheidsbeleid (IVB). Bestuurlijk is de burgemeester verantwoordelijk voor de openbare orde. Het gehele college is aan zet om de doelen en uitgangspunten te verwezenlijken.

 

Als gemeente Beesel hebben we te maken met verschillende veiligheidsvraagstukken. Die vraagstukken zijn in de afgelopen jaren toegenomen; van de aanpak van een pandemie tot een toename van polarisatie, van aanpak van mensenhandel tot verschillende veiligheidsprojecten in het kader van de regiodeal Noord-Limburg. Het veiligheidsdomein groeit en blijft onverminderd relevant.

 

In het coalitieakkoord 2023-2026 ‘bouwen aan onze gemeenschap, voor vandaag en morgen’ van de gemeente Beesel staat opgenomen dat we op het gebied van veiligheidsvraagstukken aan de slag gaan. Met een nieuw IVB en regionale samenwerking op thema’s als ondermijning en criminaliteit dragen we zorg voor de openbare orde, veiligheid en leefbaarheid in onze gemeente.

Ook vinden we in het coalitieakkoord terug dat we inzetten op een krachtige gemeenschap, op onze sterke gemeenschapszin, op samenwerking en gedeeld eigenaarschap met onze inwoners en partners, en op preventie.

 

Effectieve inzet op het veiligheidsdomein vereist keuzes – keuzes over prioriteiten, instrumenten en samenwerking met veiligheidspartners. Deze keuzes verankeren we in dit Integrale Veiligheidsbeleid voor de komende 4 jaar.

 

Het beleid geeft kaders in de vorm van een strategische doelstelling, subdoelen en uitgangspunten. Daarnaast stellen we een drietal prioriteiten, met bijbehorende doelen en omschrijving wat er nodig is om deze te bereiken. Ook hebben overige veiligheidsthema’s een plek in dit beleid.

 

We werken voor de concrete uitvoering met uitvoeringsplannen (UP’s). Het college van B&W stelt deze vast en gebruikt deze om tussentijds verantwoording af te leggen aan de raad over de voortgang op de per prioriteit gestelde doelen in het IVB.

 

1.1. Kwalitatieve doelen en reikwijdte IVB

 

Bij dit IVB is sprake van kwalitatief beleid; we formuleren geen kwantitatieve doelen. Cijfers zeggen binnen deze thematiek en op onze schaal lang niet alles en geven eerder een vertekend beeld. We focussen dus op kwalitatieve doelen: waar willen we heen en hoe bereiken we dat?

 

In dit IVB beschrijven we de beleidsmatige kaders en uitgangspunten voor het thema veiligheid. De komende jaren focussen we hierbij op een aantal speerpunten: de aanpak van ondermijning, inzet op het snijvlak van zorg & veiligheid en inzet op de doelgroep jeugd.

In het IVB worden geen beleidskaders beschreven voor zaken die elders al verankerd zijn in beleid of plannen. Dat betekent dat voor bijvoorbeeld verkeersveiligheid hier geen inhoudelijke beleidskaders worden geschetst.

2. Strategische doelstelling, uitgangspunten, regionale en landelijke focus

2.1. Strategische doelstelling

 

We stellen in dit IVB een algemene strategische doelstelling vast. Die doelstelling geeft antwoord op de vraag ‘waar werken we naar toe op het vlak van veiligheid?’ en geldt voor alle taken op het veiligheidsdomein.

 

In Beesel zijn en voelen inwoners zich veilig

 

Deze strategische doelstelling is deels objectief (veilig zijn) en deels subjectief (veilig voelen). Deze twee onderdelen gaan niet altijd samen: hoe veilig het ergens is, hoe onveilig iemand zich kan voelen. We zetten we op beiden aspecten in, omdat voor een inwoner niet alleen de feitelijke veiligheid maar ook de beleving daarvan bijdraagt aan een goed woon-, werk- en leefklimaat. Dat levert de volgende subdoelen op.

 

Strategische subdoelen:

 

  • we zetten in op preventie, bewustzijn, weerbaarheid, samenredzaamheid en zelfredzaamheid op het vlak van veiligheid;

  • we waarborgen veiligheid van (kwetsbare) inwoners;

  • we pakken ondermijning effectief aan;

  • we zijn voorbereid en repressief voor rampen en crisissen.

 

De strategische doelstelling en subdoelen zijn de stippen op de horizon voor het veiligheidsbeleid.

 

2.2. Uitgangspunten

 

Om de strategische doelstelling en de subdoelen te behalen, is een aantal uitgangspunten van belang.

 

  • Integraliteit en samenwerking zijn de sleutel tot een succesvolle aanpak. Dat geldt intern in onze organisatie, tussen de gemeente en de gemeenschap en uiteraard ook tussen de gemeente en haar partners.

  • We baseren onze focus op wat buiten speelt en impact heeft op onze inwoners, zichtbaar en onzichtbaar. Daarbij is voorkomen beter dan genezen.

  • Er is in beleid en uitvoering ruimte voor (onverwachte) ontwikkelingen; een thematiek binnen het veiligheidsdomein kan onvoorzien een veel grotere rol gaan spelen dan gedacht.

  • Als er veiligheidsproblemen spelen, dan is het duidelijk waar inwoners, ondernemers en partners dit kunnen melden en wordt er duidelijk gecommuniceerd over vervolgstappen. Ook communiceren we regelmatig wat onze prioriteiten voor veiligheid zijn.

  • We zetten in op maatwerk, doorpakken, resultaatgerichtheid en samenwerking op het vlak van casuïstiek.

 

2.3. Focus veiligheid in de regio en landelijk

 

In dit Beeselse IVB stellen we onze lokale doelen vast. Daarbij houden we rekening met landelijke en regionale kaders en samenwerkingen.

 

Denk hierbij aan de landelijke veiligheidsagenda en het beleidsplan van de politie Eenheid Limburg Daarnaast werken we op het thema veiligheid veel samen met de gemeente Venlo. De gemeenten Beesel en Venlo nemen samen met het Openbaar Ministier en het basisteam van de politie deel aan de driehoek Venlo-Beesel. Daar worden keuzes gemaakt over de inzet van de capaciteit van de politie. Ondermijning, zorg & veiligheid en jeugd zijn momenteel de aandachtspunten binnen de driehoek, samen met openbare orde in zijn algemeenheid.

 

Daarnaast zijn er verschillende (langdurige) samenwerkingen waar we ons commitment (inhoudelijke en financieel) aan hebben gegeven. Denk daarbij voornamelijk aan het Regionale Informatie en Expertise Centrum Limburg (RIEC, aanpak ondermijning), het Zorg- en Veiligheidshuis Noord-Limburg (ZVHNL, aanpak zorg- en veiligheidsthematiek), de Veiligheidsregio Limburg-Noord (VRLN, ramp- en crisesbestrijding) en de Regio Noord-Limburg (regiodeal en investeringsagenda, thema veiligheid).

 

3. Prioriteiten

 

De ervaring in de afgelopen beleidsperiode (IVP 2019- 2022) heeft ons meer dan ooit geleerd dat het veiligheidsveld hectisch is en zal blijven. Omvangrijke crises vragen onverwacht veel tijd, nieuwe ontwikkelingen blijven zich voordoen. Dit vraagt om het aanbrengen van focus.

 

Het IVB 2023-2026 kent drie prioriteiten, in lijn met die van onze veiligheidspartners. Per thema geven we aan waarom dit geprioriteerd is en welke doelen we op hoofdlijnen willen bereiken en wat we daarvoor nodig hebben. Welke acties daarbij horen (‘wat gaan we doen’), werken we verder uit in uitvoeringsplannen (UP’s).

 

3.1. Ondermijning

 

Waarom prioriteit?

 

De term ondermijning is in de veiligheidswereld niet meer weg te denken: georganiseerde misdaad waarbij boven- en onderwereld zich vermengen. Dergelijke activiteiten ondermijnen de democratische rechtstaat, en dat willen we zoveel mogelijk voorkomen of aanpakken.

 

Doelen

 

Voor de komende jaren hebben we de volgende doelen:

 

  • Bewoners (jong en oud), ondernemers, en de eigen organisatie, zijn zich meer bewust van de gevaren van ondermijning en herkennen verdachte signalen. Men is bereid om hierover te melden, waar nodig anoniem. Met de hulp van iedereen verbetert onze informatiepositie, zodat we gerichter preventief en handhavend kunnen optreden.

  • Wanneer potentiële misstanden (op thema- of casusniveau) worden geconstateerd, werken we tijdig en correct aan een preventieve en repressieve aanpak waarbij (waar mogelijk en nodig integraal, zowel intern als extern) stappen worden gezet om het risico weg te nemen.

  • We hebben specifiek aandacht voor thema’s waarvan duidelijk is dat ze lokaal of regionaal spelen en waar we nog niet optimaal op zijn ingericht: Drugs – Vastgoedfraude/witwassen – Criminogene Branches– (Arbeids)uitbuiting– arbeidsmigranten – mensenhandel.

 

Wat hebben we daar voor nodig?

 

  • (Handhavings)capaciteit: mensen en middelen; ogen en oren op straat die mogelijkheden hebben om actie te kunnen ondernemen (BOA, toezichthouder).

  • Capaciteit en kennis voor optimale inzet beschikbare (bestuurlijke) instrumenten zoals Damoclesbeleid (sluiting panden bij drugsvonds), Bibobbeleid (vergunningverlening horeca, exploitatie e.d.) en de Algemene Plaatselijke Verordening (APV).

  • Interventieteam.

  • Actueel beleid (zoals bestemmingsplannen, APV, drugsbeleid).

  • Analyse- en coördinatie-capaciteit; rekening houdend met AVG/privacy, goede afwegingen maken wanneer en waarom een signaal wordt opgepakt, voortgang in zicht blijven houden, advisering bestuur.

  • Regionale samenwerking: voor trends en ontwikkelingen en afstemming onderling op thema, project- en casusniveau. Goede samenwerking met RIEC, regio en omliggende gemeenten.

 

3.2. Zorg & Veiligheid

 

Waarom prioriteit?

 

Op het snijvlak van zorg en veiligheid is er sprake van multi-complexe casuïstiek, waarbij personen de grip op hun leven (dreigen te) verliezen, met name door psychische problematiek en sociaal-maatschappelijke problematieken op meerdere levensdomeinen. Personen met onbegrepen gedrag (bijvoorbeeld met verbale of fysieke agressie naar zichzelf of anderen) kunnen overlast in hun omgeving veroorzaken of in de openbare ruimte, waardoor inwoners zich onveilig voelen en niet weten hoe ze met dit gedrag om kunnen gaan. Er kan tevens sprake zijn huiselijk geweld, kindermishandeling en justitiële contacten. Als gemeente hebben we een wettelijke taak om hierin passende zorg en ondersteuning te bieden.

 

Doelen

 

Voor het thema zorg & veiligheid werken we de komende jaren aan de volgende doelen:

  • Vroegtijdig signaleren, ondersteunen en stabiliseren van personen met onbegrepen gedrag en ondersteunen/ faciliteren van hun omgeving.

  • Integrale aanpak van multi-complexe casuïstiek samen met ketenpartners zorg en veiligheid;

  • Bij huiselijk geweld en kindermishandeling ligt de focus op het stoppen van het geweld en het bewerkstelligen van duurzame veiligheid.

 

Wat hebben we daar voor nodig?

 

  • Capaciteit en kennis op het gebied van multi-complexe casuïstiek en analyse- en coördinatie-capaciteit.

  • Laagdrempelige processen of meldsystemen voor inwoners voor (zorg)signalen en overlast;

  • Verder inrichten van een integrale aanpak bij multi-complexe casuïstiek, met aandacht voor tijdig op- en afschalen.

  • Samenwerkingsafspraken en kaders met ketenpartners zorg en veiligheid voortzetten en verder definiëren, waardoor rollen, taken, verwachtingen en verantwoordelijkheden helder zijn.

  • Het verstevigen van de samenwerking met het Zorg- en Veiligheidshuis (ZVH) op de thema’s mensenhandel, nazorg ex-gedetineerden en complexe casuïstiek (met overlast component).

  • Verstevigen van de samenwerking tussen Veilig Thuis, het lokale veld van de gemeente, ketenpartners Zorg en veiligheid en politie op het gebied van preventie, ondersteuning en interventies in casuïstiek.

 

3.3 Jeugd & Veiligheid

 

Waarom prioriteit?

 

We focussen op een specifieke doelgroep: jeugd. De jeugd is immers de toekomst. Helaas vindt vanuit deze groep ook de aanwas van nieuwe ondermijners en complexe casussen plaats. Uit een representatief onderzoek vanuit het RIEC Limburg blijkt dat maar liefst 30% van de bevraagde jongeren aangeeft betrokken te zijn geweest bij ten minste een criminele, ondermijnende activiteit. Drugsgebruik en drugshandel komen veelvuldig voor, en helaas ook al op heel jonge leeftijd. De jeugd is kwetsbaar, de cognitieve, emotionele en morele ontwikkeling verloopt niet altijd goed, het snelle geld is erg aantrekkelijk. Ingrediënten voor een gevaarlijke situatie.

We kunnen niet alles voorkomen, maar een betere focus op deze doelgroep (t/m 23 jaar) heeft effect. Bij jeugd is de kans groot dat ondermijningsaspecten en zorgaspecten bij elkaar komen. Tijdig inzicht en ingrijpen, via hulpverlening en/of repressie kan een criminele carrière of escalatie voorkomen.

 

Doelen

 

  • Creëren van bewustzijn van ondermijnings- en zorgaspecten bij de jeugd (intern, school, kinderen, ouders);

  • Toewerken naar een persoonsgerichte aanpak.

 

Wat hebben we daar voor nodig?

 

  • Capaciteit en kennis op het gebied van de doelgroep jeugd.

  • Verbeteren informatiepositie doelgroep door samenwerking partners (jongerenwerk, BOA, politie, Stichting Vincent van Gogh (VVGI), school);

  • Inrichten goede meldingsstructuur;

  • Structurele samenwerking tussen partners (gemeente Beesel, politie, school, jongerenwerk, gemeente Venlo, VVGI, ZVH, RIEC); rollen, taken, verwachtingen en verantwoordelijkheden afstemmen;

  • Focus op hulpverlening/zorg (ook voor ouders/omgeving) en op repressie (halt, OM, burgemeestersbrieven/gesprekken).

 

4. Overige thema’s en going concern

 

Het voorgaande hoofdstuk liet zien waar we ons de komende periode prioritair op richten. Het veiligheidsdomein kent echter veel meer thema’s die ook opgepakt moeten worden; omdat het wettelijk verplicht is en/of omdat het relevant is voor onze gemeenschap. Veiligheid raakt bijna alle beleidsterreinen. Naast openbare orde en veiligheid, is de capaciteit voor het uitvoeren van onze taken is dan ook verspreid over diverse disciplines in onze organisatie (zoals handhaving, toezicht, juridisch, zorg, jeugd, leefbaarheid). De medewerker openbare orde en veiligheid heeft de rol om de implementatie en uitvoering van het Integraal Veiligheidsbeleid te coördineren.

 

4.1. Ramp- en Crisisbestrijding

 

Als gemeente zijn we verantwoordelijk voor brandweerzorg, rampenbestrijding en crisisbeheersing en geneeskundige hulpverlening 1 . Dat doen we binnen de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Limburg-Noord.

 

We stellen ons tot doel om de gemeentelijke oranje kolom, verantwoordelijk voor bevolkingszorg, intern goed te blijven faciliteren in de vorm van opleidingen, trainingen en oefeningen. Het is van belang dat medewerkers met specifieke rollen en taken de ruimte krijgen om deze uit te voeren, zowel in de koude fase (preventief) als in de warme fase (tijdens een ramp/crisis).

 

Verder blijven we aandacht hebben voor de samen- en zelfredzaamheid van en duidelijke communicatie richting burgers en bedrijven, bijvoorbeeld met het oog op hoogwater.

 

4.2 Leefbare wijken

 

Een veilige gemeente zorgt (mede) voor een leefbare gemeente. Er is continue vraag om aandacht op het gebied van leefbaarheid vanuit de samenleving en de gemeente. Het gaat hierbij om al die zaken die inwoners van belang vinden in een gemeente waar het fijn wonen is, en die (nog) niet tot acute zaken op het gebied van openbare orde en veiligheid of tot andere inhoudelijke beleidsvelden behoren. Naast wensen die inwoners hebben op het gebied van leefbaarheid, constateren we dat inwoners en ondernemers ergernissen associëren met onveiligheid. Realiteit is dat deze situaties voornamelijk ontstaan door asociaal gedrag van een kleine groep eigen inwoners. Denk hierbij aan overlast hondenpoep, geluidsoverlast, burenruzie, foutief rij/parkeergedrag, zwerfafval etc. Leefbaarheid is daarmee een veel breder thema dat vele beleidsvelden raakt en waarvan openbare orde en veiligheid een klein onderdeel is (met name na escalatie).

 

Het gaat zowel bij de wensen als bij de ergernissen om leefbaarheidszaken waarbij directe contacten met en tussen onze inwoners, bedrijven, en organisaties van belang zijn. Hiervoor is samenwerking binnen de gemeente en met partners als de woningcorporaties en Kernoverleggen van belang. Door inzet op preventie en communicatie en het verhogen van weerbaarheid, samenredzaamheid en zelfredzaamheid van inwoners, kan escalatie van ervaren leefbaarheidsknelpunten worden voorkomen.

 

4.3. Cybercrime

 

Cybercrime vervangt steeds meer vormen van ‘traditionele’ criminaliteit en heeft een grote impact op slachtoffers. Tijdens de nieuwe beleidsperiode geven we meer aandacht aan dit thema. Daarvoor zoeken we aansluiting bij de Taskforce Cyber Limburg. In samenwerking bereiken we meer en worden ook onze inwoners en ondernemers weerbaarder tegen cybercrime.

 

4.4. Overige openbare orde en veiligheidsvraagstukken

 

Naast de genoemde prioritaire en going concern thema’s zijn er meer thema’s op het gebied van openbare orde en veiligheid die onze inzet vergen. Het lokale beeld geeft geen aanleiding om deze thema’s op dit moment als prioritair te bestempelen, maar verdieping is wel noodzakelijk zodat we kunnen doorpakken als deze actueel worden. Zonder limitatief te zijn, gaat het daarbij om thema’s als:

 

  • Polarisatie, radicalisering en extremisme

  • High Impact Crimes (straatroof, woninginbraak, overval)

  • Seizoensgebonden thema’s (veiligheidsadvies evenementen, vuurwerk)

  • (fysieke) Veiligheid in Omgevingsvisie en Omgevingsplan

 

5. Tot slot

 

Met de focus op de drie prioriteiten ‘aanpak van ondermijning, inzet op het snijvlak van zorg & veiligheid en inzet op de doelgroep jeugd’ kunnen wij een effectieve inzet op het veiligheidsdomein bewerkstelligen. Dit natuurlijk naast de ramp- en crisisbestrijding, inzet op leefbaarheid, cybercrime en overige veiligheidsvraagstukken en alleen in goede samenwerking met al onze veiligheidspartners en onze inwoners. Samen zorgen we voor de openbare orde, veiligheid en leefbaarheid in onze gemeente.

Naar boven