Beleidsregels Tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten (TONK)

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bergen;

 

gelet op:

- titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht;

- artikel 35 van de Participatiewet;

 

overwegende dat:

- het college het wenselijk vindt om aan te geven in welke situaties en onder welke voorwaarden een burger in aanmerking kan komen voor een tegemoetkoming Tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten (TONK);

- het daarom wenselijk is voor dit doel aparte, tijdelijke, beleidsregels vast te stellen;

 

gelezen het voorstel van de Afdeling Sociaal Domein van 24 februari 2021;

 

besluit vast te stellen de

 

Beleidsregels Tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten (TONK) gemeente Bergen (L.) 2021  

 

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • a.

    wet: Participatiewet;

  • b.

    college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bergen (L);

  • c.

    inkomensterugval: een onvoorzienbare, onvermijdelijke en substantiële terugval in het inkomen als gevolg van de coronacrisis

  • d.

    TONK: de tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten

De begripsbepalingen uit de Participatiewet zijn van toepassing voor zover er niet uitdrukkelijk van wordt afgeweken.

Artikel 2. Doelgroep TONK

Een tegemoetkoming TONK is bedoeld voor de aanvrager en zijn gezin:

  • die door de huidige omstandigheden als gevolg van de coronacrisis te maken heeft met een onvoorzienbare en onvermijdelijke terugval in zijn of haar inkomen en;

  • die daardoor noodzakelijke kosten zoals woonlasten niet meer kan voldoen, en

  • waarvoor andere regelingen niet of onvoldoende soelaas bieden.

Artikel 3. Voorwaarden tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten

  • 1.

    Het college kan een tegemoetkoming TONK verstrekken aan de aanvrager die te maken heeft met een substantiële inkomensterugval, waardoor de betaling van noodzakelijke kosten niet mogelijk is uit het inkomen en de beschikbare geldmiddelen.

  • 2.

    Er kan volstaan worden met een verklaring van de aanvrager dat de substantiële terugval in inkomen het gevolg is van de maatregelen in verband met het coronavirus (Covid-19). De toelichting waaruit blijkt dat de inkomensterugval gerelateerd is aan Corona wordt door de aanvrager beschreven op het aanvraagformulier. Het college kan aanvrager verzoeken om bewijsstukken in te dienen.

  • 3.

    Het college verstrekt geen tegemoetkoming indien de aanvrager woonkostentoeslag ontvangt. Dit is een toereikende voorliggende voorziening.

  • 4.

    Het college verstrekt geen tegemoetkoming als de middelen waarover de aanvrager en zijn gezin redelijkerwijze kunnen beschikken, hoger zijn dan de normen genoemd in artikel 9 lid 3 of artikel 10 lid 5 van deze beleidsregel.

Artikel 4. Noodzakelijke kosten

De tegemoetkoming TONK kan betrekking hebben op de volgende voor de aanvrager noodzakelijke algemene kosten van bestaan:

  • a.

    de kosten van huur na aftrek van huurtoeslag waarop de aanvrager en zijn partner aanspraak kunnen maken;

  • b.

    de kosten van de hypotheek(rente) voor de woning, na aftrek van fiscale teruggave waarop de aanvrager en zijn partner aanspraak kunnen maken;

  • c.

    de kosten van elektriciteit, gas en water voor de woning.

Artikel 5. Aanvraag

  • 1.

    De aanvraag voor de tegemoetkoming wordt schriftelijk en ondertekend ingediend op het door het college daarvoor opgestelde aanvraagformulier.

  • 2.

    Aanvrager overlegt bij de aanvraag:

    • a.

      de bewijzen van het inkomen van de maand of maanden waarop de aanvraag betrekking heeft en waarover hij redelijkerwijs kan beschikken;

    • b.

      de bewijzen van de beschikbare geldmiddelen per 1 januari 2021;

    • c.

      de bewijzen van de noodzakelijke kosten van de maand of maanden waarop de aanvraag betrekking heeft en waarover hij redelijkerwijs kan beschikken;

  • 3.

    Een aanvraag tegemoetkoming TONK kan worden ingediend tot 1 juli 2021.

Artikel 6. Terugwerkende kracht

Een aanvraag voor een tegemoetkoming TONK kan met terugwerkende kracht worden aangevraagd vanaf 1 januari 2021.

Artikel 7. Duur

De tegemoetkoming wordt verstrekt voor ten hoogste de periode van 1 januari 2021 tot 1 juli 2021.

Artikel 8. Maximale hoogte tegemoetkoming

De tegemoetkoming bedraagt 50% van de kosten als genoemd in artikel 4. De maximale tegemoetkoming op basis van deze beleidsregel bedraagt € 500,- per huishouden per maand.

Artikel 9. Inkomen

  • 1.

    Onder inkomen wordt in ieder geval verstaan:

    • a.

      inkomen uit arbeid;

    • b.

      inkomen uit onderneming;

    • c.

      inkomen uit een uitkering;

    • d.

      inkomen uit verhuur;

    • e.

      inkomen uit partner- en/of kinderalimentatie;

    • f.

      Huurtoeslag en fiscale teruggave in verband met hypotheekrente, worden niet tot het inkomen gerekend.

  • 2.

    Er wordt rekening gehouden met het totale inkomen van de aanvrager en zijn partner dat betrekking heeft op de aanvraagperiode (inclusief reservering voor vakantietoeslag) als bedoeld in artikelen 32 en 33 van de wet.

  • 3.

    Geen tegemoetkoming wordt verstrekt als het inkomen hoger is dan 150% van de op de aanvrager en zijn gezin van toepassing zijnde bijstandsnorm (artikelen 20, 21 en 22 van de wet).

  • 4.

    Bij de bepaling van de van toepassing zijnde bijstandsnorm en inkomen, wordt de kostendelersnorm als bedoeld in artikel 19a en 22a van de wet, en het bepaalde in artikel 33 vierde lid, niet toegepast.

Artikel 10. Beschikbare geldmiddelen

  • 1.

    Beschikbare geldmiddelen zijn geldmiddelen waarover de aanvrager beschikt of redelijkerwijs kan beschikken.

  • 2.

    Het betreft de beschikbare geldmiddelen van de aanvrager en diens partner.

  • 3.

    Er wordt rekening gehouden met geldelijk vermogen, niet zijnde bedrijfsvermogen.

  • 4.

    Hieronder wordt in ieder geval verstaan: contanten, spaar-, betaal- of banktegoeden, beleggingsrekeningen, geldswaardige papieren, effecten, opties, aandelen, effecten in depot, cryptovaluta.

  • 5.

    Het saldo per 1 januari 2021 van geldmiddelen van tot het huishouden behorende minderjarige kinderen wordt niet tot de beschikbare geldmiddelen gerekend.

  • 6.

    Geen tegemoetkoming wordt verstrekt als de geldmiddelen van de aanvrager en zijn echtgenoot de vrijlating als bedoeld in artikel 34, derde lid, overtreft.

Artikel 11. Afzien opleggen verhuisverplichting

Het college legt aan de aanvrager die op basis van deze beleidsregel in aanmerking komt voor de tegemoetkoming TONK, geen verhuisverplichting op.

Artikel 12. Drempelbedrag

Er wordt geen drempelbedrag gehanteerd.

Artikel 13. Betaling

De betaling vindt maandelijks plaats.

Artikel 13. Hardheidsclausule

Als de aanvrager niet in aanmerking komt voor een tegemoetkoming TONK kan het college, gelet op alle omstandigheden waaronder een terugval in inkomen van de aanvrager als gevolg van de coronacrisis, in het individuele geval beoordelen of de aanvrager in afwijking van de beleidsregels alsnog in aanmerking komt voor een tegemoetkoming TONK, indien zeer dringende redenen hiertoe noodzaken.

Artikel 14. Inwerkingtreding en duur beleidsregels

  • 1.

    De beleidsregels treden in werking de eerste dag na bekendmaking en werken terug tot 1 januari 2021.

  • 2.

    De beleidsregels vervallen op 1 juli 2021.

Artikel 15. Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels Tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten (TONK) gemeente Bergen (L) 2021

 

Aldus vastgesteld in de collegevergadering van 2 maart 2021

Burgemeester en wethouders van Bergen,

de secretaris

M.H.H. Timmermans

de burgemeester

M.H.E. Pelzer

Naar boven