Subsidieplafonds 2022 voor de Subsidieregeling stedelijke vernieuwing, verhuisregelingen en ouderenhuisvesting Amsterdam

Het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam,

 

gelet op artikel 4, tweede lid, van de Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013 en artikel 5 van de subsidieregeling stedelijke vernieuwing, verhuisregelingen en ouderenhuisvesting Amsterdam 2019,

 

besluit:

 

Subsidieplafonds 2022 voor de Subsidieregeling stedelijke vernieuwing, verhuisregelingen en ouderenhuisvesting Amsterdam

Artikel 1 Subsidieplafonds

Burgemeester en wethouders stellen voor de activiteiten uit de subsidieregeling stedelijke vernieuwing, verhuisregelingen en ouderenhuisvesting Amsterdam 2019 de volgende subsidieplafonds vast:

  • a.

    voor de activiteiten als bedoeld in artikel 4, tweede lid, wordt voor het kalenderjaar 2022 een subsidieplafond vastgesteld van 9.000.000 euro (subsidie voor het realiseren van vijf- of meerkamerwoningen, samenvoegen van woningen, realiseren van geclusterde ouderenwoningen en rolstoelwoningen, ingrijpende aanpak van woningen en woningverbetering);

  • b.

    voor de activiteiten als bedoeld in artikel 4, derde lid, onderdeel b, wordt voor het kalenderjaar 2022 een subsidieplafond vastgesteld van 1.000.000 euro (subsidie voor bodemsanering);

  • c.

    voor de activiteiten als bedoeld in artikel 4, vierde lid, jo. artikel 19 wordt voor het kalenderjaar 2022 een subsidieplafond vastgesteld van 500.000 euro (subsidie voor de verhuisregeling Van Groot naar Beter);

  • d.

    voor de activiteiten als bedoeld in artikel 4, vierde lid, jo. artikel 19a wordt voor het kalenderjaar 2022 een subsidieplafond vastgesteld van 200.000 euro (subsidie voor de verhuisregeling verhuizing van een rolstoelwoning naar een beter passende woning);

  • e.

    voor de activiteiten als bedoeld in artikel 4, vijfde lid, wordt voor het kalenderjaar 2022 een subsidieplafond vastgesteld van 200.000 euro (subsidie voor activiteiten gericht op het langer zelfstandig wonen van ouderen).

Artikel 2 Begrotingsvoorbehoud

Voor de in artikel 1 bepaalde subsidieplafonds geldt dat deze telkens worden vastgesteld onder voorbehoud van reservering van voldoende middelen in de nog door de gemeenteraad vast te stellen begroting.

Artikel 3 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2022.

Artikel 4 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als Subsidieplafonds 2022 voor de Subsidieregeling stedelijke vernieuwing, verhuisregelingen en ouderenhuisvesting Amsterdam.

Aldus vastgesteld in de vergadering van 30 november 2021.

De burgemeester

Femke Halsema

De gemeentesecretaris

Peter Teesink

Toelichting

Algemeen

De Subsidieregeling Stedelijke Vernieuwing, van Groot naar Beter en ouderenhuisvesting Amsterdam 2019 (hierna: de regeling) geeft voorwaarden voor verstrekking van subsidies van uiteenlopend karakter met betrekking tot woningen. Naast bouw- en verbetersubsidies, zijn er subsidies voor bodemsanering en meervoudige stijgleidingen, verhuizing van Groot naar Beter en voor activiteiten gericht op het langer zelfstandig te wonen van ouderen.

 

Een subsidieplafond is het bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak ten hoogste beschikbaar is voor de verstrekking van een bepaalde met name genoemde subsidie die op basis van een verordening wordt verstrekt (artikel 4:22 van de Awb). Als het plafond is bereikt worden subsidieaanvragen geweigerd en niet meer inhoudelijk beoordeeld. Dit besluit stelt de subsidieplafonds vast voor de activiteiten uit de regeling.

 

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1

In dit artikel worden voor de activiteiten in de regeling een subsidieplafond vastgesteld.

 

Onderdeel a

Dit onderdeel stelt het subsidieplafond vast voor de volgende activiteiten:

  • -

    subsidie voor het realiseren van vijf- of meerkamerwoningen met een gebruiksoppervlakte van minimaal 100 m² (artikel 10 van de regeling);

  • -

    subsidie voor het samenvoegen van woningen (artikel 11 van de regeling);

  • -

    subsidie voor het realiseren van geclusterde ouderenwoningen (artikel 12 van de regeling);

  • -

    subsidie voor het realiseren van rolstoelgeschikte woningen (artikel 13 van de regeling);

  • -

    subsidie voor ingrijpende aanpak (artikel 14 van de regeling);

  • -

    subsidie voor woningverbetering (artikel15 van de regeling).

Onderdeel b

Dit onderdeel stelt het subsidieplafond vast voor de subsidie voor bodemsanering (artikel 17 van de regeling).

 

Onderdeel c

Dit onderdeel stelt het subsidieplafond vast voor de subsidie voor verhuisregeling Van Groot naar Beter (artikel 19 van de regeling).

 

Onderdeel d

Dit onderdeel stelt het subsidieplafond vast voor de subsidie voor verhuizing van een rolstoelwoning naar een beter passende woning (artikel 19a van de regeling).

 

Onderdeel e

Dit onderdeel stelt het subsidieplafond vast voor de subsidie aan woningcorporaties, zorginstellingen of rechtspersonen die zich krachtens de statuten richten op het bieden van het huisvesten van of zorg aan ouderen kan subsidie worden verleend voor activiteiten die het langer zelfstandig kunnen wonen van ouderen bevorderen (artikel 20 van de regeling).

 

Er wordt geen subsidieplafond vastgesteld voor de subsidie voor gevelsanering verkeerslawaai (artikel 16 van de regeling) en voor de subsidie voor vervanging van meervoudige stijgleidingen (artikel 18 van de regeling).

 

Artikel 2

Op grond van artikel 4:34, eerste lid, van de Awb kan een subsidie worden verleend ten laste van een begroting die nog niet is vastgesteld of goedgekeurd onder de voorwaarden dat voldoende gelden ter beschikking worden gesteld. Dit wordt een begrotingsvoorbehoud genoemd. De subsidie wordt in dat geval verleend onder de opschortende voorwaarde dat de raad daarvoor gelden beschikbaar zal stellen. De voorwaarde vervalt, indien het college niet binnen vier weken na de vaststelling of goedkeuring van de begroting een beroep heeft gedaan op het voorbehoud.

Naar boven