Verordening tot eerste wijziging van de Verordening op de heffing en invordering van onroerende-zaakbelastingen 2021

De raad van de gemeente Eindhoven;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 8 december 2020;

gelet op de Tijdelijke wet digitale beraadslaging en besluitvorming provincies, gemeenten, waterschappen en openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba;

mede gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet;

 

besluit vast te stellen de:

 

Verordening tot eerste wijziging van de Verordening op de heffing en invordering van onroerende-zaakbelastingen 2021

 

Artikel I

Artikel 5 van de Verordening op de heffing en invordering van onroerende-zaakbelastingen 2021 wordt vervangen door:

 

Artikel 5. Belastingtarieven

Het tarief van de belasting bedraagt een percentage van de heffingsmaatstaf. Het percentage bedraagt voor:

  • A.

    de gebruikersbelasting: 0,22103%;

  • B.

    de eigenarenbelasting:

    • 1.

      voor onroerende zaken die in hoofdzaak tot woning dienen: 0,10930%;

    • 2.

      voor onroerende zaken die niet in hoofdzaak tot woning dienen: 0,30044%.

 

Artikel II

Behoudens de in het vorige artikel genoemde wijzing wijzigt de Verordening onroerende-zaakbelastingen 2021 niet. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2021.

 

Artikel III

Deze verordening kan worden aangehaald als: “Verordening onroerende-zaakbelastingen 2021 (eerste wijziging)”.

 

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 15 december 2020.

 

 

 

J. Verbruggen, griffier.

Naar boven