Gemeenteblad van Gooise Meren
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Gooise Meren | Gemeenteblad 2020, 191880 | Overige besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Gooise Meren | Gemeenteblad 2020, 191880 | Overige besluiten van algemene strekking |
Regeling voorschoolse educatie en peuteropvang Gooise Meren
Regeling voorschoolse educatie en peuteropvang Gooise Meren
Burgemeester en wethouders van de gemeente Gooise Meren
Gelet op artikel 166 en 167 Wet op het primair onderwijs, de Bestuurlijke afspraken tussen Vereniging Nederlandse Gemeenten en het ministerie van Sociale Zaken en welzijn, april 2016 en het Beleidskader Onderwijskansen Gelijke ontwikkelkansen voor elk kind, april 2020
Overwegende dat van belang is dat alle kinderen in Gooise Meren een succesvolle schoolloopbaan kunnen doorlopen
In deze regeling wordt verstaan onder:
Kinderopvangtoeslag: ouders kunnen, onder bepaalde voorwaarden, aanspraak maken op een vergoeding van een deel van de kosten voor kinderopvang door kinderopvangtoeslag aan te vragen. De kinderopvangtoeslag is een inkomensafhankelijke toeslag: een percentage van wat de ouder aan kinderopvang betaalt wordt vergoed door de Belastingdienst.
Pedagogisch beleidsmedewerker in de voorschoolse educatie: betreft inzet ten behoeve van de kwaliteit van de voorschoolse educatie: betreft de totstandkoming en implementatie van beleidsvoornemens met betrekking tot voorschoolse educatie of coaching van beroepskrachten voorschoolse educatie door een pedagogisch beleidsmedewerker op hbo-niveau;
Vroegschoolse educatie: op basisscholen worden, aan de hand van een specifieke methodiek, op gestructureerde en samenhangende wijze activiteiten aangeboden voor kinderen met een (risico op een) onderwijsachterstand in groep 1 en 2 van de basisschool, als bedoeld in artikel 1.1. van de Wet op het Primair Onderwijs.
Artikel 2. Toepasselijkheid Algemene Subsidie Verordening 2018
De Algemene Subsidie Verordening 2018 (ASV 2018) is van toepassing, tenzij daar in deze subsidieregeling uitdrukkelijk van wordt afgeweken.
Het doel van deze subsidieregeling is het ondersteunen van een succesvolle schoolloopbaan voor kinderen die door omgevingskenmerken een (risico op een) onderwijsachterstand hebben, door:
zoals omschreven in het beleidskader Onderwijskansen Gelijke ontwikkelkansen voor elk kind.
Het college kan jaarlijkse subsidie verstrekken voor:
Het versterken en/of vergroten van ouderbetrokkenheid op kinderopvanglocaties met voorschoolse educatie, basisscholen die Rijksmiddelen voor Onderwijsachterstanden ontvangen, basisscholen die leerplichtige statushouders of vluchtelingen opvangen en overige organisaties die werkzaam zijn met doelgroepkinderen en hun ouders.
Artikel 5. Subsidieplafond en verdeling
Het college stelt jaarlijks de hoogte van de subsidiebedragen vast voor de uitvoering van de activiteiten bedoeld in artikel 4. Daarbij geldt dat:
Voor voorschoolse educatie geldt een subsidiabel totaalaantal maximale uren: doelgroeppeuters kunnen in de leeftijd van 2,5 tot 4 jaar 960 uur gebruik maken van voorschoolse educatie. Voor de eerste 480 uur betalen ouders een inkomensafhankelijke ouderbijdrage conform de kinderopvangtoeslagtabel van de Belastingdienst. Waarbij kinderopvangtoeslag een voorliggende voorziening is. Alleen als ouders geen of onvoldoende recht hebben op kinderopvangtoeslag kunnen zij gebruik maken van de gemeentelijke regeling voor peuteropvang op grond van lid 3b. De overige uren worden door de gemeente aan de kinderopvangorganisatie betaald: voor ten hoogste het maximum uurtarief kinderopvang gesteld door de Belastingdienst en voor maximaal 6 uur per dag.
De aanvrager van subsidie voor de inzet van een pedagogisch beleidsmedewerker in de voorschoolse educatie neemt in de subsidieaanvraag op: de wijze waarop invulling wordt gegeven aan de inzet van de pedagogisch beleidsmedewerker in de voorschoolse educatie en hoe daarmee de kwaliteit van de voorschoolse educatie wordt bevorderd. Daarnaast wordt een loonberekening opgenomen in de aanvraag.
Burgemeester en wethouders kunnen voor het indienen van de aanvragen model aanvraag-formulieren vaststellen.
Artikel 7. Bijzondere bepalingen
Kinderopvangtoeslag is een voorliggende voorziening. Alleen als ouders geen of onvoldoende recht hebben op kinderopvangtoeslag kan er gebruik gemaakt worden van de gemeentelijke regeling voor peuteropvang. Ook voor deelname aan de voorschoolse educatie moet voor het basisaanbod peuteropvang (de eerste 480 uur) kinderopvangtoeslag worden aangevraagd als dit mogelijk is, wanneer dit niet mogelijk is kan gebruik worden gemaakt van de gemeentelijke regeling voor peuteropvang.
De instelling die subsidie voor voorschoolse educatie en/of peuteropvang ontvangt stelt voorafgaande aan de plaatsing van de peuter vast of de ouders geen of onvoldoende recht op kinderopvangtoeslag hebben. Bij onvoldoende recht op kinderopvangtoeslag wordt de kinderopvangtoeslag aangevraagd voor het aantal uren dat ouders hier recht op hebben en voor het tekort aan uren kunnen ouders aanspraak maken op de gemeentelijke regeling.
De instelling die subsidie voor voorschoolse educatie en/of peuteropvang en/of het versterken en/of vergroten van ouderbetrokkenheid ontvangt, is verplicht om deel te nemen aan de overleggen van de regiegroep onderwijskansenbeleid. Het niet aanwezig zijn bij de overleggen kan van invloed zijn op de vaststelling van de subsidie.
In aanvulling op artikel 9 van de ASV 2018 kan het college weigeren subsidie te verlenen indien:
Indien er een subsidieplafond is gesteld en het totaalaantal toe te kennen subsidies het subsidieplafond overschrijdt, gelden de volgende verdeelregels:
Het beschikbare bedrag wordt op basis van evenredigheid verdeeld.
Als met deze berekening het subsidieplafond is bereikt, worden aanvragen die na het verstrijken van de gestelde indientermijn, dus te laat, zijn binnengekomen geweigerd.
Als het subsidieplafond nog niet is bereikt worden subsidieaanvragen die na de gestelde indientermijn, dus te laat, zijn binnengekomen op volgorde van binnenkomst in behandeling genomen.
Artikel 9. Toekenning en betaling
De te verlenen subsidie voor peuteropvang wordt bepaald op de hoogte van het door de instelling bij aanvraag opgegeven uurtarief (tot een maximum van het maximale uurtarief kinderopvang zoals aangegeven door de belastingdienst voor dat kalenderjaar) vermenigvuldigd met het totaalaantal afgenomen uren per kind (doch maximaal 320 uur per kalenderjaar) verminderd met de ouderbijdrage conform artikel 7 lid 7.
De te verlenen subsidie voor voorschoolse educatie wordt bepaald op de hoogte van het door de instelling bij aanvraag opgegeven uurtarief (tot een maximum van het maximale uurtarief kinderopvang zoals aangegeven door de belastingdienst voor dat kalenderjaar) verhoogd met de forfaitaire bijdrage voor extra bijkomende werkzaamheden voorschoolse educatie vermenigvuldigd met het totaal aantal afgenomen uren per doelgroepkind (doch maximaal 480 uur in de leeftijd van 2,5 tot 4 jaar), verminderd met de ouderbijdrage conform artikel 7 lid 7.
Burgemeester en wethouders kunnen voor het indienen van verantwoording modelformulieren vaststellen.
College stelt op basis van het ingediende vaststellingsverzoek de subsidie voor de activiteiten genoemd onder artikel 4 lid 1a en 1b vast op basis van het gedurende kalenderjaar daadwerkelijk afgenomen aantal uren voorschoolse educatie en/of peuteropvang. Op de vast te stellen subsidie wordt de ouderbijdrage in mindering gebracht.
College stelt op basis van het ingediende vaststellingsverzoek de subsidie voor de activiteit genoemd onder artikel 4 lid 1d vast op basis van een inhoudelijk verslag van de activiteit waarin in ieder geval is opgenomen: een beschrijving van de activiteit zoals uitgevoerd, het aantal kinderen en/of het aantal ouders dat hebben deelgenomen aan de activiteit, de behaalde resultaten en een overzicht van gemaakte kosten.
Artikel 12. Situaties waarin deze regeling niet voorziet
Het college kan in bijzondere, individuele gevallen ten gunste van de belanghebbende afwijken van de bepalingen in deze regeling als de regeling tot onbillijkheden van aard leidt.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2020-191880.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.