Verordening van het college van burgemeester en wethouders houdende regeling rechtspositie burgemeester en wethouders 2019

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bergen op Zoom,

gelezen het voorstel van 2 juli 2019 BPR19.0329;

gelet op de artikelen 44 en 66 van de Gemeentewet en [de ]artikel[en] [3.2.10], 3.3.2, 3.3.3, tweede lid en 3.3.8 van het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers en artikel 3.8 van de Rechtspositieregeling decentrale politieke ambtsdragers;

gezien het advies;

besluit vast te stellen de volgende regeling: Regeling rechtspositie burgemeester en wethouders 2019 gemeente Bergen op Zoom .

 

 

Artikel I. Definitiebepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    college: college van burgemeester en wethouders.

  • b.

    burgemeester: voorzitter van het college van burgemeester en wethouders.

  • c.

    secretaris: de secretaris bedoeld in artikel 107 van de Gemeentewet.

  • d.

    b. wethouder: lid van het college van burgemeester en wethouders.

 

Artikel II. Taxi voor zakelijke reizen (gecontracteerd vervoer)

 

  • 1.

    De burgemeester en een wethouder kan uitgaande van een sober en terughoudend gebruik voor zakelijke reizen gebruik maken van een door de gemeente ingehuurde taxi, indien dit efficiënter is.

  • 2.

    Gecontracteerd vervoer kan ook worden gebruikt voor reizen ten behoeve van nevenfuncties die de burgemeester of een wethouder vervult uit hoofde van zijn ambt.

  • 3.

    Indien de burgemeester of een wethouder voor reizen ten behoeve van in het tweede lid bedoelde nevenfuncties gebruik maakt van een taxi declareert hij de kosten bij de rechtspersoon waarbij hij de nevenfunctie vervult en stort de vergoeding in de gemeentekas.

 

Artikel III. Lokale algemene parkeerontheffing

Ten behoeve van het uitoefenen van het ambt wordt de burgemeester en wethouder een lokale algemene

parkeerontheffing verstrekt.

 

Artikel IV. Buitenlandse dienstreis

 

1. Indien de burgemeester of de wethouder in het gemeentelijk belang een reis buiten Nederland maakt worden de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reis- en verblijfkosten vergoed.

2. Voor een reis in het gemeentelijk belang buiten Nederland, niet zijnde een reis naar een Europese of Belgische instelling waarmee wordt samengewerkt, is vooraf toestemming van het college vereist.

3. Van de buitenlandse reizen wordt verslag gedaan in de eerstvolgende vergadering van het college van burgemeester en wethouders. Dit verslag wordt in de rondvraag opgenomen.

 

Artikel V. Zakelijke maaltijden

Zakelijke maaltijden worden vergoed voor zover niet vallend onder de strekking van het component representatie binnen de ambtstoelage of kostenvergoeding.

 

Artikel VI. Nadere regels niet-partijpolitiek georiënteerde scholing burgemeester en wethouders

  • 1.

    1.De kosten van deelname van de burgemeester of een wethouder aan cursussen, congressen, seminars en symposia die in het gemeentelijk belang door of namens de gemeente worden aangeboden of

verzorgd komen voor rekening van de gemeente.

  • 2.

    De burgemeester of wethouder die wil deelnemen aan een cursus, congres, seminar of symposium dat niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dient daartoe een gemotiveerde

aanvraag in, De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van algemeen belang is in verband met de uitoefening van het ambt van burgemeester of wethouder,

 

Artikel VII. Informatie- en communicatievoorzieningen

  • 1.

    De burgemeester of de wethouder tekent een bruikleenovereenkomst wanneer hem ten laste van de gemeente voor de duur van de uitoefening van zijn functie informatie- en communicatievoorzieningen ter beschikking worden gesteld als bedoeld in artikel 3.3.2 Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers. Het college stelt het model van de bruikleenovereenkomst vast.

  • 2.

    De burgemeester of de wethouder levert na beëindiging van zijn functie de ter beschikking gestelde informatie- en communicatievoorzieningen in bij de gemeente.

 

Artikel VIII. Aanwijzing als eindheffingsbestanddeel

  • 1.

    Als eindheffingsbestanddeel als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 worden aangewezen de vergoedingen, tegemoetkomingen en verstrekkingen, genoemd in artikel 3.3.8 van het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers.

  • 2.

    Als eindheffingsbestanddeel als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 worden verder aangewezen de vergoedingen, tegemoetkomingen en verstrekkingen, genoemd in deze regeling, voor zover deze worden gerekend tot een vergoeding, tegemoetkoming of verstrekking als bedoeld in artikel 31a, tweede lid, onderdelen a tot en met h, van de Wet op de Loonbelasting 1964.

 

Artikel IX. Betaling en declaratie van onkosten

1.Betaling van kosten op grond van deze verordening vindt plaats

a. uit eigen middelen of

b. door rechtstreekse facturering bij de gemeente.

 

2. Declaratie van vooruit betaalde kosten

2.1. De vergoeding van de kosten geschiedt op de binnen de gemeente gebruikelijke wijze van declaratie,

indien deze kosten uit eigen middelen vooruit zijn betaald.

2.2 Declareren geschiedt binnen twee maanden bij de budgethouder van de begrotingspost algemene

bestuurskosten op voorgeschreven digitale wijze.

 

3. Rechtstreekse facturering bij de gemeente

Beroep op vergoedingen kan plaatsvinden door facturering op naam van de gemeente met eventuele

rechtstreekse toezending aan de gemeente.

 

4. Afdoening declaratie en facturen

4.1 De bestelbonnen/facturen ingevolge artikel 21 van de burgemeester en een wethouder worden maandelijks geaccordeerd door de burgemeester ingeval het een wethouder betreft en de locoburgemeester ingeval het de burgemeester betreft. In beide gevallen tekent de secretaris

mee.

4.2 Ingeval een factuur reeds is voldaan door de gemeente en de factuur betreft kosten buiten de regeling dan wordt het factuurbedrag verrekend op het salaris van de burgemeester of een wethouder.

 

5. Rapporteren declaraties c.a.

5.1 De budgethouder rapporteert per kwartaal het college van burgemeester en wethouders per collegelid over de declaraties, rechtstreeks ontvangen facturen en het gebruik van de taxi.

 

Artikel X. Intrekking oude verordening

De verordening voorzieningen burgemeester en wethouders 2013 van 24 oktober 2013 wordt ingetrokken.

 

Artikel XI. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van publicatie van het Gemeenteblad waarin deze regeling wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2019.

 

Artikel XII. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling rechtspositie burgemeester en wethouders 2019

Gemeente Bergen op Zoom.

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bergen op Zoom, 9 juli 2019,

De burgemeester,

De secretaris,

Naar boven