Mandaat- en machtigingsbesluit Landelijke Toegang Maatschappelijke Opvang

Het college van burgemeester en wethouders van gemeente Laren en de burgemeester van gemeente Laren, ieder voor zover het hun bevoegdheid betreft;

 

Gelet op:

 

het bepaalde in de Hoofdstukken 2 en 5 van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) 2015,

 

het bepaalde in afdeling 10.1.1. van de Algemene wet bestuursrecht,

 

Overwegende dat:

 

Daklozen adequate en tijdige opvang met begeleiding moeten krijgen conform artikel 1.2.1.c Wmo 2015 en het Convenant Landelijke Toegankelijkheid Maatschappelijke Opvang,

Aan gemeenten opdracht is gegeven zorg te dragen voor maatschappelijke ondersteuning waaronder maatschappelijke opvang, indien de betrokkene de thuissituatie heeft verlaten, niet in staat is zich op eigen kracht, met gebruikelijke hulp, met mantelzorg, of hulp van andere personen uit zijn sociale netwerk, te handhaven in de samenleving,

In de praktijk regionaal uitvoering wordt gegeven aan het zorgdragen voor maatschappelijke opvang waaronder de toegang bij de Centrumgemeente Hilversum, vanwege overwegingen van doeltreffendheid en doelmatigheid

 

Besluiten:

 

  • 1.

    De uitoefening van de bevoegdheden als bedoeld in Hoofdstuk 2 Maatschappelijke ondersteuning (artikelen 2.3.1 tot en met 2.3.5, de artikelen 2.3.8. tot en met 2.4.3) en Hoofdstuk 5 Gegevensverwerking (artikel 5.1.1) van de Wmo 2015, uitsluitend voor zover het betreft het binnen de wettelijke kaders toegang verlenen tot de in artikel 1.2.1.c van de Wmo 2015 bedoelde opvang, te mandateren respectievelijk machtiging te verlenen besluiten te nemen, respectievelijk feitelijke handelingen te verrichten, aan de algemeen directeur van de gemeente Hilversum:

  • 2.

    Ten aanzien van de uitoefening van de onder 1. vermelde bevoegdheden de navolgende voorschriften vast te stellen.

 

 

Artikel 1 Algemeen

Bij de uitoefening van de bevoegdheden in mandaat wordt het daaromtrent gestelde bij of krachtens wetten, verordeningen, regelingen, besluiten, aanwijzingen en richtlijnen, hoe ook genaamd, van Europese, rijks, provinciale en gemeentelijke wetgevers of andere bestuursorganen in acht genomen.

 

Artikel 2 Verantwoordelijkheid

De uitoefening van de bevoegdheden in mandaat vindt plaats in naam en onder verantwoordelijkheid van het college van burgemeester en wethouders.

Artikel 3 Reikwijdte mandaat

  • 1.

    De verlening van de bevoegdheden in mandaat geschiedt in de ruimste zin des woords.

  • 2.

    De gemandateerde is bevoegd tot het verrichten van alle handelingen, benodigd voor de voorbereiding, bekendmaking en uitvoering van een door hem krachtens mandaat genomen besluiten en het verrichten van feitelijke handelingen.

  • 3.

    De uitoefening van de gemandateerde bevoegdheden geschiedt binnen de grenzen en met inachtneming van het ter zake geldende recht, specifiek met inachtneming van de artikelen 10:3 en 10:4 van de Algemene wet bestuursrecht.

 

Artikel 4 Ondertekening

  • 1.

    In de ondertekening van besluiten dient tot uitdrukking te worden gebracht, dat het besluit is genomen krachtens mandaat. Hierbij wordt de volgende formulering aangehouden:

“namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Laren,

de algemeen directeur van de gemeente Hilversum,

 

handtekening en naam”

 

Artikel 5 Ondermandaat

  • 1.

    Ondermandaat is toegestaan.

  • 2.

    Ondermandatering geschiedt bij schriftelijk besluit door de oorspronkelijke gemandateerde. De oorspronkelijke gemandateerde blijft verantwoordelijk voor de uitvoering van de ondergemandateerde bevoegdheden.

  • 3.

    Bij ondermandaat geschiedt de ondertekening op de wijze als bepaald in artikel 4, waarbij voor gemandateerde ontvanger de naam en functie van de ondergemandateerde moet worden ingevuld.

 

Artikel 6 Citeertitel

Het Mandaatbesluit wordt aangehaald als Mandaatbesluit en machtigingsbesluit Landelijke Toegang Maatschappelijke Opvang.

 

Artikel 7 Inwerkingtreding

Het Mandaatbesluit wordt gepubliceerd in het Gemeenteblad en treedt een dag na bekendmaking in werking.

 

Aldus besloten in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Laren op 2 juli 2019.

Dhr. G. Kolhorn Mw. R. Kruisinga

Secretaris Burgemeester

Naar boven