Nadere regels stimuleringsfonds voor circulaire bedrijvigheid 2019

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Almere;

gelet op titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Almere 2011;

gelet op het collegebesluit van 3 juli 2018 waarbij het college van burgemeester en wethouders van Almere heeft ingestemd met het plan van aanpak Citylab Stedelijke Grondstoffen, waarvan het stimuleringsfonds voor circulaire bedrijvigheid onder deel van uit maakt;

besluit:

vast te stellen de navolgende Nadere regels stimuleringsfonds circulaire bedrijvigheid 2019.

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze nadere regels wordt verstaan onder:

• a. College: Het college van burgemeester en wethouders;

• b. Bedrijf: Een organisatie - met een winstoogmerk - van mensen en middelen met als doel het leveren van producten of het verlenen van diensten aan andere organisaties of particulieren;

• c. Cofinanciering: Middelen - in de vorm van een bijdrage in geld of natura, die door een aanvrager worden ingezet naast de subsidie ingevolge deze nadere regels;

• d. Circulaire economie: De circulaire economie is een ruim begrip, voor het stimuleringsfonds wordt de figuur in bijlage 1 gehanteerd om te bepalen hoe circulair een oplossing is. Hoe hoger een oplossing staat, hoe beter de oplossing is; dus het voorkomen van het gebruik van grondstoffen is het meest circulair, en het gebruiken van energie uit afval het minst circulair. Voor het stimuleringsfonds komen de oplossingen van ‘refuse’ tot en met ‘repurpose’ in aanmerking voor subsidie;

• e. De-minimisverklaring: bijlage 2 bij deze nadere regels;

• f. De-minimisverordening: Verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (PbEU 2013, L352).

Artikel 2. Doel Stimuleringsfonds voor circulaire bedrijvigheid

Het college stelt middelen ter beschikking voor de uitvoering van het stimuleringsfonds voor circulaire bedrijvigheid 2019. Hierbij gaat het om aanvragen die betrekking hebben op bedrijven die al circulair zijn ondersteunen om innovatieve producten en diensten in de markt te zetten door middel van cofinanciering van de kosten van marktonderzoek, R&D, certificering of vergunningsaanvragen. Het college wil met het verstrekken van subsidie op grond van deze nadere regels bedrijven stimuleren om innovatieve circulaire producten en diensten te ontwikkelen, in de markt te zetten, en zo de circulaire economie in Almere versterken.

Artikel 3. Reikwijdte van de nadere regels

De nadere regels zijn van toepassing op de projecten die worden goedgekeurd en uitgevoerd onder het stimuleringsfonds circulaire bedrijvigheid.

 

Artikel 4. Aanvraag

• 1. Het college kan op een aanvraag subsidie verlenen aan in Almere gevestigde bedrijven, met een private eigenaar, die bij de Kamer van Koophandel zijn geregistreerd.

• 2. Een aanvraag om subsidie geschiedt door het indienen van het “Aanvraagformulier stimuleringsfonds circulaire bedrijvigheid” en een ingevulde de-minimisverklaring als bedoeld in bijlage 2.

• 3. Bij het aanvraagformulier wordt een afschrift van de inschrijving bij de Kamer van Koophandel gevoegd.

• 4. Aanvragen worden op volgorde van binnenkomst van een volledige aanvraag in behandeling genomen. Volledige aanvragen worden integraal afgewogen en beoordeeld op hun bijdrage aan de verbetering van de circulaire economie van stad. Het project dient aantoonbaar de circulaire economie van de stad te versterken.

• 5. De aanvraag richt zich op de bovenste kant van de circulaire ladder (t/m repurpose)

• 6. De aanvraag onder het stimuleringsfonds draagt bij aan de doelstellingen/ambitie van uw bedrijf.

• 7. Het project zorgt voor werkgelegenheid in de gemeente Almere.

Artikel 5. Aanvullende subsidievoorwaarden

Het college kan subsidie verlenen indien een aanvraag voldoet aan de volgende voorwaarden:

• 1. De aanvrager is een private eigenaar en heeft bedrijf gevestigd in Almere met een registratie bij de Kamer van Koophandel;

• 2. Het project dient aantoonbaar en structureel bij te dragen aan het hoofddoel;

• 3. Het project formuleert zijn doel en resultaat SMART (specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch, tijdgebonden);

• 4. Er dient sprake te zijn van minimaal 50% cofinanciering op de totale projectbegroting, dit mag ook in uren zijn;

• 5. Per aanvraag kan maximaal € 20.000 worden aangevraagd;

• 6. De activiteiten waarvoor subsidie wordt verleend starten in de periode 1 januari 2019 tot en met 31 december 2019 en eindigen op uiterlijk 31 december 2020;

• 7. Alleen kosten die gemaakt worden in de periode genoemd in lid 6 komen én die direct verband houden met de voorgestelde activiteiten zoals benoemd in het projectplan komen voor subsidie in aanmerking.

• 8. De financieel economische haalbaarheid en de maatschappelijke haalbaarheid van het project dient afdoende onderbouwd te zijn;

• 9. Het project moet innovatief zijn. Dat wil zeggen dat de uit te voeren activiteiten, diensten of producten vernieuwend zijn, of dat de schaal waarop ze vertoond worden vernieuwend is. Ook kan de innovatie in ketensamenwerking of business model zitten, ook dan betekent het dat deze vernieuwend moeten zijn;

• 10. Er mag geen sprake zijn van stapeling van subsidies, d.w.z. de eigen bijdrage voor deze cofinanciering mag niet worden vervangen met een andere subsidie. Wel mag er gebruik worden gemaakt van verschillende subsidies binnen het project.

• 11. Het project versterkt aantoonbaar de circulaire economie van de stad;

• 12. De aanvraag valt tussen ‘refuse’ en ‘repurpose’ op de circulaire ladder;

• 13. Het is project is markttechnisch gezien attractief; aantrekkelijke bedrijfsactiviteit met een goed verdienmodel, dat helder omschreven is in het aanvraagformulier.

• 14. De resultaten van de cofinanciering moeten gedeeld worden met de gemeente Almere in de vorm van een rapportage, film of product (geen bedrijfsgevoelige informatie). De gemeente heeft het recht om geanonimiseerde resultaten breder te delen met derden.

• 15. Subsidie wordt uitsluitend verstrekt indien deze in overeenstemming is met de de-minimisverordening.

Artikel 6. Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen gemotiveerd afwijken van de bepalingen van deze nadere regels indien toepassing van deze nadere regels tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

Artikel 7. Inwerkingtreding en duur van de nadere regels

De nadere regels treden in werking met ingang van de dag na bekendmaking en gelden tot 1 januari 2021, maar blijven voortduren voor zo ver dat nodig is voor het afhandelen van op grond van deze nadere regels genomen besluiten.

Artikel 8. Citeertitel

De nadere regels worden aangehaald als ‘Nadere regels subsidies stimuleringsfonds voor circulaire bedrijvigheid 2019’

Aldus vastgesteld in het college van BenW d.d. 9 april 2019

de secretaris, de burgemeester,

R. Wielinga F.M. Weerwind

Bijlage 1

Bijlage 2