Privacybeleid 2017-2018 gemeente De Bilt

1 Inleiding

 

Sinds 1 januari 2015 hebben gemeenten er veel nieuwe taken en verantwoordelijkheden bij gekregen met betrekking tot bij op het gebied van (jeugd)zorg, welzijn en werk en inkomen. Daarbij gaat het er om te zorgen voor een integrale dienstverlening aan de burger binnen de domeinen Jeugdwet, Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (hierna: WMO 2015) en de Participatiewet, vanuit het principe 1 gezin – 1 plan – 1 regisseur. Met deze decentralisaties in het sociale domein zijn gemeenten, meer dan voorheen, gevoelige persoonsgegevens gaan verwerken en uitwisselen met instanties buiten de gemeentelijke organisatie. De gemeente verzamelt en bewerkt persoonsgegevens in verband met de dienstverlening aan burgers en bedrijven. Het gaat bijvoorbeeld om de gegevens in de gemeentelijke basisregistratie personen, de registratie van uitkeringsgerechtigden, het bijhouden van gegevens uit bouwaanvragen en het bijhouden van gegevens van mensen die een Wmo-voorziening hebben aangevraagd, uitvoering van de Jeugdwet en de gemeentelijke schulddienstverlening. De gemeente heeft als uitgangspunt en als wettelijke verplichting dat zij behoorlijk en zorgvuldig omgaat met deze gegevens in verband met de privacy van betrokkenen.

 

De decentralisaties binnen het sociale domein hebben ervoor gezorgd dat gemeenten meer gegevens zijn gaan verwerken van de burger. Overmatige gegevensuitwisseling ten behoeve van integrale samenwerking is een risico dat hiermee gepaard gaat. De Autoriteit Persoonsgegevens (AP), de nationale privacy-toezichthouder in Nederland, heeft meerdere keren gewaarschuwd voor de risico’s van bovenmatig delen van persoonsgegevens, het gebruiken van de gegevens voor een doel dat niet verenigbaar is met het oorspronkelijk doel waarvoor zij zijn verzameld en de beveiliging. Bovendien dreigt volstrekte ondoorzichtigheid, zo stelt de AP “waardoor het voor burgers noch voor de overheid zelf inzichtelijk is wie welke gegevens verzamelt en gebruikt en met welk doel dat gebeurt”.

In de Wet bescherming persoonsgegevens, de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG), en aanvullend in sectorwetgeving, zijn regels gesteld over de wijze waarop persoonsgegevens mogen worden verwerkt. Daarnaast scheppen nieuwe wetgeving, zoals de meldplicht datalekken die geldt vanaf 1 januari 2016, en de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG), die 25 mei 2018 effectief wordt, nieuwe verplichtingen op aan gemeenten.

 

Deze regels vormen samen met de door het Rijk opgestelde beleidsvisie ‘Zorgvuldig en Bewust’ het kader waarbinnen we de privacybescherming binnen het sociale domein willen borgen in onze gemeente. Dit beleidsdocument stelt de algemene kaders vast waarbinnen de gemeente de privacy van de burger regelt. Het in dit document beschreven algemene privacybeleid wordt verder uitgewerkt in onder andere het Reglement basisregistratie personen van de gemeente De Bilt (Reglement BRP), en het Privacy Protocol Sociaal Domein Regio Utrecht Zuid-Oost.

 

Voor de gemeente is het noodzakelijk te allen tijde zorgvuldig om te gaan met de persoonsgegevens die zij verwerkt. Dit is in het belang van de burger, maar ook in het belang van een betrouwbare en integere gemeentelijke dienstverlening. De aan de transities in het sociaal domein verbonden uitwisseling van persoonsgegevens vergt duidelijke richtlijnen voor een zorgvuldige borging van de privacy van burgers.

2 Uitgangspunten van het privacybeleid

 

Het privacybeleid is gestoeld op de volgende beleidsuitgangspunten:

 Wij verwerken binnen de kaders van de geldende wet- en regelgeving de gegevens van burgers en bedrijven;

  •  Wij maken op een transparante manier duidelijk hoe de gemeente denkt over privacy en hoe de gemeente privacy te allen tijde probeert te borgen;

  •  Wij zien erop toe dat daar waar sprake is van verwerking van persoonsgegevens werkwijzen worden vastgelegd en op professionele wijze worden uitgevoerd conform protocollen of procesbeschrijvingen;

  •  Wij handelen klachten van burgers en bedrijven over privacyaspecten af op een toegankelijke, laagdrempelige en begrijpelijke wijze;

  •  In geval van samenwerking met externe partners, specifiek binnen het sociale domein, waarbij sprake is van verwerking van persoonsgegevens, worden afspraken gemaakt over:

    • de eisen waar gegevensuitwisselingssystemen aan moeten voldoen;

    • de scholing voor betrokkenen binnen de samenwerkingsrelatie over privacyregels.

 

Er zijn diverse beleidsonderwerpen waar verwerking van persoonsgegevens aan de orde is. Zonder uitputtend te willen zijn worden hier de meest in oog springende beleidsvelden genoemd:

  •  Dienstverlening aan burgers en bedrijven via het Klantcontactcentrum en het Vergunningenloket;

  •  Maatschappelijk voorzieningen (uitvoering Wet maatschappelijke ondersteuning 2015);

  •  Maatschappelijke voorzieningen (uitvoering Jeugdwet);

  •  Onderwijsbeleid (inclusief leerlingenvervoer);

  •  Verzoeken van informatie van burgers en bedrijven (zoals verzoeken op basis van de Wet openbaarheid van bestuur, en verzoeken om gegevens uit het BRP register);

  •  Inrichting en beheer van de openbare ruimte;

  •  Economische zaken;

  •  Openbare orde en veiligheid;

  •  Handhavingsbeleid;

  •  Gemeentelijke belastingen (Belastingsamenwerking gemeenten en hoogheemraadschap Utrecht);

  •  Aansprakelijkstellingen;

  •  Archiefbeleid;

  •  Gemeentelijk personeelsbeleid.

 

Voor binnen de gemeente veel voorkomende werkprocessen waarbij (gevoelige) persoonsgegevens worden verwerkt, worden specifieke procedures opgesteld, waarin wordt vastgelegd hoe er dient te worden omgegaan met de verwerking van de persoonsgegevens. Deze procedures dienen te voldoen aan de uitgangspunten van het gemeente brede beleid. De bedrijfsprocessen, waarin gevoelige persoonsgegevens worden verwerkt, krijgen extra aandacht : De aanwezige privacyaspecten worden geborgd binnen de procedures, welke de bedrijfsprocessen ondersteunen.

De genoemde procedures worden ter vaststelling voorgelegd aan het college.

 

3 Doel en reikwijdte

 

Het verwerken van persoonsgegevens dient in overeenstemming met de wet en op behoorlijke en zorgvuldige wijze te gebeuren. Het document Privacybeleid 2017-2018 geeft daar de richtlijnen voor. Deze zijn van toepassing op de verwerking en uitwisseling van persoonsgegevens door de gemeente en haar partners. Daarnaast maakt de gemeente op een aantal terreinen (waaronder gegevensuitwisseling) aparte samenwerkingsafspraken met haar partners.

 

Door het privacybeleid uit te voeren dat in dit document wordt beschreven:

  • 1.

    beschermt het college haar inwoners tegen risico’s van de informatiemaatschappij;

  • 2.

    beheerst het college gemeentelijke afbreuk- en aansprakelijkheidsrisico’s;

  • 3.

    speelt het college adequaat in op de wettelijke ontwikkelingen – met name de inwerkingtreding van de Algemene Verordening Gegevensbescherming.

 

4 Juridisch Kader

 

Bij de verwerking van persoonsgegevens staat respect voor de persoonlijke levenssfeer van de betrokkene(n) voorop. De Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) biedt hiervoor het wettelijk kader. Vanaf 1 januari 2016 is de Wbp uitgebreid met de meldplicht datalekken. Op 25 mei 2018 zal ook de EU Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) in werking treden. De AVG zal de huidige privacy-verplichtingen die gelden op grond van de Wbp op een aantal punten aanscherpen. Wanneer de AVG in werking treedt, zal deze de Wbp vervangen.

 

Als algemene regel geldt dat persoonsgegevens op behoorlijke en zorgvuldige wijze moeten worden verwerkt. De Wbp bepaalt verder dat persoonsgegevens alleen voor een specifiek beschreven doel mogen worden verwerkt, en niet voor andere doelen mogen worden gebruikt dan waarvoor zij verzameld zijn. Maar ook dat deze gegevens alleen mogen worden verwerkt wanneer dat noodzakelijk is om het specifiek beschreven doel te bereiken, en met zo min mogelijk gegevens. Dat houdt ook in dat persoonsgegevens niet langer mogen worden bewaard dan noodzakelijk om het doel waarvoor ze zijn verzameld, te realiseren.

 

In aanvulling daarop, of in voorkomende gevallen ter aanvulling van de Wbp, bevat andere wetgeving meer specifieke vereisten voor gegevensverwerking. Voor het sociaal domein zijn dat de verschillende materiële wetten (Jeugdwet, Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo) en Participatiewet). Zowel in de Wmo als in de Jeugdwet zijn bepalingen opgenomen over het verwerken (verzamelen, delen etc.) van persoonsgegevens. Voor BIG-geregistreerden speelt de Wet geneeskundige behandelingsovereenkomst, met daarin het medisch beroepsgeheim, een rol. Andere relevante privacywetten zijn onder andere:

  •  de Wet basisregistratie personen (Wet BRP);

  •  Wet politiegegevens;

  •  Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens;

  •  Archiefwet (bewaartermijnen).

 

De bepalingen in deze specifieke (sectorale) wetgeving over de verwerking van persoonsgegevens gaan voor op de bepalingen van de Wbp.

 

5 Verantwoordelijkheden

 

De wijze van verankering van het privacybeleid binnen de gemeente vormt het fundament van de borging van dit belangrijke thema. Volgens de Wet bescherming persoonsgegevens is het College van B&W verantwoordelijk voor de juiste uitvoering ervan. Deze paragraaf geeft aan op welke wijze de taken, verantwoordelijkheden en de borging van het privacybeleid wordt georganiseerd binnen de gemeente.

 

a. Vaststellen en uitvoeren privacybeleid (portefeuillehouder privacy)

Het College van B&W stelt het gemeentelijk privacybeleid vast met inachtneming van de aanbevelingen van de functionaris voor de gegevensbescherming (FG), ook wel ‘privacy officer’ of ‘privacyfunctionaris’ genoemd (zie 5.4 onder b) en draagt zorg voor de beschikbaarheid van voldoende middelen om privacybescherming passend te waarborgen.

 

De burgermeester van De Bilt is portefeuillehouder privacy en daarmee verantwoordelijk voor de uitvoering van het gemeentelijk privacybeleid en voor controle op de naleving van afspraken.

 

b. Toezicht privacybeleid (FG)

Voor onafhankelijk toezicht op de uitvoering van het privacybeleid stelt het College van B&W een FG aan, conform de wettelijke verplichting op grond van artikel 37 lid 1 onder a AVG. De FG fungeert tevens als privacy-ombudsman en is in voorkomende gevallen de liaison met de landelijke toezichthouder. Zijn positie en taakuitoefening worden nader geregeld in een door het College van B&W vastgesteld statuut.

 

De FG is de beheerder van het gemeentelijk privacybeleid, in samenspraak met het privacyteam. De FG doet verslag aan het Management Team en College van B&W over de voortgang en kwaliteit van de uitvoering van het gemeentelijke privacybeleid en doet aanbevelingen die strekken tot verdere optimalisering.

 

c. Toezicht informatiebeveiligingsbeleid (CISO)

Gegevensbescherming kan niet geborgd worden zonder adequate informatiebeveiliging. Voor onafhankelijk toezicht op de uitvoering van het informatiebeveiligingsbeleid stelt het College van B&W een Chief Information Security Officer (CISO) aan. De CISO is verantwoordelijk voor de organisatie van het

informatiebeveiligingsbeleid. Zijn positie en taakuitoefening worden nader geregeld in een door het College van B&W vastgesteld statuut. De FG en CISO informeren en consulteren elkaar over alle aspecten die van enige importantie zijn in verband met de privacy.

 

6 Verplichtingen AVG en Wbp

a. Meldplicht datalekken

Op 1 januari 2016 is de meldplicht datalekken in de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) in werking getreden. Deze meldplicht houdt in dat bedrijven, overheden en andere organisaties die persoonsgegevens verwerken, inbreuken op de beveiliging van persoonsgegevens, waarbij een kans bestaat dat dit ernstige gevolgen dan wel ernstige nadelige gevolgen heeft voor de bescherming van de persoonsgegevens, moeten melden aan de Autoriteit Persoonsgegevens (AP), en in bepaalde gevallen ook aan de betrokkene(n) van wie persoonsgegevens zijn gelekt. Wanneer niet aan deze verplichting wordt voldaan kan de AP boetes opleggen die kunnen oplopen tot €820.000,-.

 

Het doel van de meldplicht datalekken is het voorkomen van datalekken ten gevolge van doorbreking van beveiligingsmaatregelen, en als deze zich toch voordoen, de gevolgen ervan voor de betrokkenen zoveel mogelijk te beperken. Met de meldplicht wordt bijgedragen aan het behoud en herstel van vertrouwen in de omgang met persoonsgegevens.

 

Daarnaast treedt op 25 mei 2018 de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) in werking. De AVG verplicht naast het melden van ernstige datalekken, dat ook minder ernstige datalekken, die niet hoeven te worden gemeld aan de toezichthouder of betrokkene(n), worden vastgelegd en gedocumenteerd.

 

Voor de correcte afhandeling en registratie van beveiligingsincidenten is een procedure opgesteld, de “Procedure Melden van Beveiligingsincidenten De Bilt”. Deze procedure voorziet in een gestructureerde wijze voor het melden, afhandelen en documenteren van beveiligingsincidenten in het kader van de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) en de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG).

 

b. Afspraken met derde partijen

Bij veel gemeentelijke processen worden gegevens verwerkt door derden. Denk hierbij aan werkzaamheden die uitgevoerd worden door de Regionale ICT-Dienst (RID), informatiesystemen die in een Cloudoplossing draaien, maar ook aan uitbestede werkzaamheden of samenwerkingsverbanden. Het delegeren van werkzaamheden aan derden brengt risico’s met zich mee op het gebied van gegevensverwerking en informatiebeveiliging. Het college van burgemeester en wethouders blijft verantwoordelijk voor de verwerking van de gegevens. Zij moet er daarom op toezien dat gegevens juist verwerkt en beveiligd worden, en dat daarover afspraken worden gemaakt met de betreffende derde partij. De functionaris gegevensbescherming wordt bij de totstandkoming betrokken en ziet toe op de naleving daarvan.

 

De uitvoering van verwerkingen door een verwerker dient geregeld te worden in een overeenkomst, de verwerkersovereenkomst, of in een wettelijke regeling tussen een verwerkingsverantwoordelijke en een verwerker. De overeenkomst moet schriftelijk of in elektronische vorm zijn vastgelegd. De verwerkersovereenkomst geeft de keten in het proces van verwerking tussen de verwerkingsverantwoordelijke, verwerkers en sub-verwerkers weer en geeft inzicht in de verdeling van verantwoordelijkheden en aansprakelijkheden.

De kern hierbij is dat de verantwoordelijke verantwoordelijk en aansprakelijk is voor de gegevensverwerking. Bij het inschakelen van verwerkers door de verwerkingsverantwoordelijke is het belangrijkste uitgangspunt dat deze verwerkers voldoende garanties met betrekking tot het toepassen van passende technische en organisatorische maatregelen bieden opdat de verwerking aan de vereisten voldoen en de bescherming van de rechten van de betrokkene is gewaarborgd.

 

Leveranciers die aan de gemeente IT-diensten leveren dienen te voldoen aan de Gemeentelijke Inkoopvoorwaarden bij IT (GIBIT). De leverancier neemt daarbij de rol van verwerker in. De GIBIT heeft in dit kader te gelden als (basis)verwerkersovereenkomst. Daar waar de afspraken uit de GIBIT niet volstaan, kan een aanvullende of afwijkende verwerkersovereenkomst worden gesloten. Met derde partijen, die in opdracht van de gemeente persoonsgegevens verwerken, en diensten leveren die niet gerelateerd zijn aan IT, wordt een afwijkende verwerkersovereenkomst afgesloten. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van de “Standaard Verwerkersovereenkomst De Bilt 2017”.

 

c. Register van verwerkingsactiviteiten

Wanneer de AVG in werking treedt op 25 mei 2018 worden gemeenten verplicht een schriftelijke (of elektronische) administratie (register) bij te houden, waarin alle activiteiten worden omschreven waarbij persoonsgegevens worden verwerkt, van alle verwerkingen, inclusief contactgegevens, het doel, de juridische grondslag, categorieën van betrokkenen, de persoonsgegevens, de ontvangers van de persoonsgegevens, een beschrijving van de beveiligingsmaatregelen en de beoogde bewaartermijnen, om de accountability te vergroten. Op verzoek van de AP dient deze administratie aan de toezichthouder (AP) overhandigd te worden ter controle.

 

De gemeente neemt stappen om het register van verwerkingsactiviteiten in te richten en uit te werken. Hierbij zal de FG een leidende rol spelen.

 

d. Informatiebeveiligingsplan

Het kunnen borgen van de privacy kan niet gerealiseerd worden zonder adequate informatiebeveiliging. Het privacybeleid hangt daarom samen met het Informatiebeveiligingsplan Gemeente De Bilt, dat is vastgesteld in maart 2017.

 

In dit plan staan beveiligingseisen opgenomen die gelden voor (toegang tot) informatiesystemen, gedragscodes en richtlijnen die aangeven hoe de ambtelijke organisatie moet omgaan met privacygevoelige informatie, en de fysieke beveiligingsmaatregelen die noodzakelijk zijn.

 

Elk geautomatiseerde systeem dat persoonsgegevens verwerkt, moet logging bijhouden van de verwerkingen. In deze logging staat minimaal vermeld welke gebruiker, op welke moment, welke gegevens heeft verwerkt. Logging houdt in:

• chronologische registratie van gegevens over van belang zijnde gebeurtenissen, die zich gedurende een periode in een verwerking voordoen,

• het vastleggen in een log, bijvoorbeeld een systeem log of een security log, van feitelijk uitgevoerde bewerkingen en/of pogingen daartoe.

 

e. Bewaren en vernietigen van persoonsgegevens

De Wbp en AVG schrijven voor dat gegevens niet langer bewaard mogen worden dan het doel waar ze voor nodig zijn. In diverse wetten zijn minimale en maximale bewaartermijnen opgenomen. Daar waar er geen wettelijke regeling is die voorziet in een verplichte bewaartermijn, kan het college een besluit over de bewaartermijn nemen. Daarnaast geldt de Archiefwet voor het bewaren van papieren en elektronische documenten.

 

f. Rechten van betrokkenen

Recht tot inzage en correctie van persoonsgegevens

Iedere betrokkene kan de gemeente verzoeken om zijn/haar persoonsgegevens te wijzigen, verbeteren, aan te vullen, te verwijderen of af te schermen. Dit verzoek kan mondeling en schriftelijk worden ingediend. De gemeente deelt binnen vier weken na ontvangst van het verzoek schriftelijk aan de betrokkene mede of zijn/haar verzoek gegrond is. De verwerker verbetert de gegevens indien deze onjuist, niet volledig of niet ter zake dienend waren. Bovendien worden derden aan wie de gegevens, voorafgaand aan de correctie, zijn verstrekt hiervan in kennis gesteld. De verzoeker mag opgave verzoeken van degene aan wie de gemeente deze mededeling heeft gedaan.

 

Recht van verzet

De gemeente voert publiekrechtelijke taken uit, dit is de grondslag voor gegevensverwerking. Ondanks dat heeft iedere betrokkene het recht om, vanwege bijzondere persoonlijke omstandigheden, te vragen zijn of haar persoonsgegevens niet meer te gebruiken. Dit heet het recht van verzet. De gemeente zal bij dit verzoek beoordelen of de gegevensverwerking gerechtvaardigd is of dat de bijzondere omstandigheden van de betrokkene dusdanig zijn, dat het verzoek moet worden ingewilligd.

 

Klachtrecht en indienen bezwaar

Indien de betrokkene van mening is dat de gemeente de regels omtrent privacybescherming jegens hem/haar overtreedt, kan hij/zij een schriftelijke klacht indienen bij de gemeente. Indien de gemeente afwijzend heeft beslist op een verzoek tot inzage in of verbetering, aanvulling, verwijdering of afscherming van persoonsgegevens, of de gemeente heeft het verzoek van de betrokkene afgewezen, heeft de betrokkene de mogelijkheid een verzoekschriftprocedure te starten bij de kantonrechter.

 

Het bezwaarschrift wordt binnen zes weken na ontvangst van het antwoord van de gemeente ingediend bij de kantonrechter. Indien de gemeente niet binnen de gestelde termijn heeft geantwoord, moet het verzoekschrift binnen zes weken na afloop van die termijn worden ingediend.

 

Informatieplicht gemeente

Voor de gemeente is het heel belangrijk dat inwoners en ondernemers erop kunnen vertrouwen dat de gemeente zijn of haar persoonsgegevens zorgvuldig verwerken. Dat vertrouwen wordt gecreëerd door inzichtelijk te maken op welke wijze gegevens worden verwerkt en beheerd. Hierbij wordt duidelijk:

  • welke gegevens worden verzameld,

  • waarom deze gegevens worden verzameld,

  • wat vervolgens met deze gegevens gebeurt,

  • hoe lang deze gegevens worden bewaard,

  • wie toegang heeft tot deze gegevens,

  • welke rechten inwoners en ondernemers hebben (inzagerecht, correctierecht, recht van verzet, klachtrecht).

 

Het bovenstaande wordt in begrijpelijke taal gecommuniceerd via de website van de gemeente. Daarnaast zijn folders met informatie beschikbaar. Verder wordt terughoudend gebruik gemaakt van toestemmingsverklaringen, en wordt de burger van te voren geïnformeerd voor welke verwerkingen geen toestemming noodzakelijk is.

Naar boven