Vaststelling van de verordening tot wijziging van de Algemene plaatselijke verordening voor de gemeente Den Haag

 

Toelichting

Met deze verordening wordt de Algemene plaatselijke verordening voor de gemeente Den Haag gewijzigd om het aantal dagen voor collectieve festiviteiten te verhogen en om individuele festiviteiten per inrichting mogelijk te maken. De ruimere mogelijkheid voor inrichtingen om festiviteiten te organiseren, waarbij afgeweken mag worden van de geluidsnormen, is afgewogen tegen mogelijke overlast voor omwonenden. Om die overlast te beperken is de groep inrichtingen beperkt tot de horeca. Daarnaast wordt het aantal individuele festiviteiten beperkt gehouden en moeten horecaondernemers hun festiviteit tijdig melden bij zowel het college als bij omwonenden.

Gezien het vorenstaande stelt het college de raad voor het volgende besluit te nemen:

De raad van de gemeente Den Haag,

gezien het voorstel van het college van 20 december 2017,

besluit vast te stellen de Verordening tot wijziging van de Algemene plaatselijke verordening voor de gemeente Den Haag:

 

Artikel I

De Algemene plaatselijke verordening voor de gemeente Den Haag wordt gewijzigd als volgt:

 

A Artikel 4:1 onder b. komt te luiden:

b.inrichting: een inrichting type A of type B als bedoeld in het Besluit en vallend onder hoofdcategorie horeca, categorie 18 van bijlage 1, onderdeel C van het Besluit omgevingsrecht.

 

B Na artikel 4:1 onder d. worden de volgende onderdelen ingevoegd:

  • e.

    individuele festiviteit: festiviteit of activiteit die gebonden is aan één of een klein aantal inrichtingen;

  • f.

    toeristische gebieden en uitgaanskernen: toeristische gebieden (binnenstad, Scheveningen Bad en Scheveningen Haven) en uitgaanskernen zoals genoemd in de Horecavisie Den Haag;

  • g.

    seizoensgebonden strandpaviljoen: een niet voor bewoning bestemd gebouw of overdekte stellage geplaatst op het strand tussen 1 maart en 1 november, ten behoeve van de verstrekking van etenswaren en dranken voor gebruik ter plaatse en zaalexploitatie in de vorm van een horeca-inrichting.

     

C In artikel 4:2, eerste lid wordt “2.17, 2.19 en 2.20” vervangen door: 2.17, 2.17a, 2.19, 2.19a en 2.20.

 

D In artikel 4:2, eerste lid wordt “vier” vervangen door: zes.

 

E Na artikel 4:2 wordt een nieuw artikel ingevoegd, dat luidt als volgt:

Artikel 4:3 Kennisgeving individuele festiviteiten

  • 1.

    Het is een inrichting, niet zijnde een seizoensgebonden strandpaviljoen, toegestaan maximaal zes individuele festiviteiten per kalenderjaar te houden waarbij de geluidsnormen als bedoeld in de artikelen 2.17, 2.17a, 2.19, 2.19a en 2.20 van het Besluit niet van toepassing zijn, mits de houder van de inrichting ten minste vijf werkdagen voor de aanvang van de festiviteit het college daarvan in kennis heeft gesteld.

  • 2.

    Het is een seizoensgebonden strandpaviljoen toegestaan maximaal twee individuele festiviteiten per kalenderjaar te houden waarbij de geluidsnormen als bedoeld in de artikelen 2.17, 2.17a, 2.19, 2.19a en 2.20 van het Besluit niet van toepassing zijn, mits de houder van de inrichting ten minste vijf werkdagen voor de aanvang van de festiviteit het college daarvan in kennis heeft gesteld.

  • 3.

    Het college stelt een formulier vast voor het doen van een kennisgeving.

  • 4.

    De kennisgeving wordt geacht te zijn gedaan wanneer het formulier, volledig en naar waarheid ingevuld, ten minste vijf werkdagen voor aanvang van de festiviteit door het college is ontvangen.

  • 5.

    De kennisgeving wordt tevens geacht te zijn gedaan wanneer het college op verzoek van de houder van een inrichting een individuele festiviteit, die redelijkerwijs niet te voorzien was, terstond toestaat.

  • 6.

    Op de dagen als bedoeld in het eerste lid wordt door inrichtingen als bedoeld in het eerste lid het ten gehore brengen van muziek - hoger dan de geluidsnorm als bedoeld in de artikelen 2.17, 2.17a, 2.19, 2.19a en 2.20 van het Besluit – niet eerder dan 12 uur gestart, en

    in de toeristische gebieden en uitgaanskernen en op Scheveningen strand - van Zwarte pad tot Noordelijk havenhoofd uiterlijk:

    donderdag/vrijdag/zaterdag: om 02.00 uur;

    zondag/maandag/dinsdag/woensdag: om 24.00 uur;

    ingeval de volgende dag een feestdag is: om 02.00 uur;

    in de rest van de stad, 24.00 uur

    beëindigd.

  • 7.

    Op de dagen als bedoeld in het tweede lid wordt door seizoensgebonden strandpaviljoens het ten gehore brengen van muziek - hoger dan de geluidsnorm als bedoeld in de artikelen 2.17, 2.17a, 2.19, 2.19a en 2.20 van het Besluit – niet eerder dan 12 uur gestart, en

    op Scheveningen strand - van Zwarte pad tot Noordelijk havenhoofd uiterlijk:

    donderdag/vrijdag/zaterdag: om 02.00 uur;

    zondag/maandag/dinsdag/woensdag: om 24.00 uur;

    ingeval de volgende dag een feestdag is: om 02.00 uur;

    en overige strandpaviljoens: 24.00 uur;

    beëindigd.

  • 8.

    Het bepaalde in het zesde en zevende lid geldt voor het bebouwde gedeelte van de inrichting en niet voor de buitenruimte.

  • 9.

    Bij het ten gehore brengen van muziekgeluid blijven ramen en deuren van de betreffende inrichting gesloten, behoudens voor het onmiddellijk doorlaten van personen of goederen.

  • 10.

    Binnen de inrichting mag maximaal eens in de veertien dagen een individuele festiviteit zoals genoemd in het eerste en tweede lid worden gehouden.

 

Artikel II

Deze verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking.

 

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1 A en B

Wegens de introductie van individuele festiviteiten en de beperktere reikwijdte voor collectieve festiviteiten worden begripsbepalingen gewijzigd en toegevoegd. Voor strandpaviljoens geldt een iets afwijkend regime, vandaar dat strandpaviljoen wordt gedefinieerd.

Artikel 1 C

Dit betreft een technische wijziging voortvloeiend uit een wijziging van het Activiteitenbesluit.

Artikel 1 D

Het aantal collectieve festiviteiten wordt verhoogd van vier naar zes. Aan de andere kant wordt de groep inrichtingen die hiervan gebruik mag maken beperkt tot alleen de horeca (zijnde een inrichting type A of type B als bedoeld in het Besluit en vallend onder hoofdcategorie horeca, categorie 18 van bijlage 1, onderdeel C van het Besluit omgevingsrecht).

Artikel 1 E

Volgens artikel 2.21, eerste lid, onderdeel b van het Activiteitenbesluit kan de gemeenteraad bij verordening het aantal dagen of dagdelen aanwijzen waarop individuele inrichtingen voor individuele festiviteiten vrijstelling kunnen verkrijgen van de geluidsnormen. Een individuele festiviteit is een festiviteit die aan één of een klein aantal inrichtingen gebonden is. Dit is bijvoorbeeld een optreden met levende muziek bij een café. In het Activiteitenbesluit is bepaald dat het maximum aantal dagen waarvoor de geluidsnormen niet gelden maximaal twaalf dagen of dagdelen per jaar betreft. Het betreft een maximum: de raad heeft de bevoegdheid om, rekening houdend met de plaatselijke omstandigheden, het aantal te verlagen. Aangezien jaarlijks zes collectieve dagen worden aangewezen, gezien de concentratie van horeca in bepaalde gebieden en rekening houdend met omwonenden, worden zes individuele festiviteiten per inrichting per jaar als passend gezien. Voor de seizoensgebonden strandpaviljoens die aanwezig zijn tussen 1 maart en 1 november wordt, gezien de hogere concentratie en de kortere exploitatietijd, dit aantal beperkt tot twee.

Aan de mogelijkheid voor de vrijstelling van de geluidsnormen worden voorwaarden verbonden. De individuele festiviteit moet tijdig worden gemeld bij het college. Het is aan de houder van de inrichting om omwonenden te informeren. Er geldt gedurende de festiviteit geen zogenaamd geluidsplafond. Er is gekozen om geen geluidsnorm op te nemen, de eindtijd is de norm. Dit houdt in dat na deze tijd de reguliere geluidsnormen uit het Activiteitenbesluit gelden. In plaats van het opnemen van een geluidsnorm is gekozen om de eindtijd per gebied nader te specificeren en is de groep inrichtingen die gebruik mag maken van zowel de collectieve als de individuele festiviteiten beperkt tot alleen de horeca (zijnde een inrichting type A of type B als bedoeld in het Besluit en vallend onder hoofdcategorie horeca, categorie 18 van bijlage 1, onderdeel C van het Besluit omgevingsrecht).

Verder wordt de mogelijkheid om muziekgeluid te produceren bij een individuele festiviteit beperkt tot binnen de inrichting. Gebouwen hebben over het algemeen een bepaalde geluiddempende werking. Op het buitenterrein zijn minder mogelijkheden voor het beperken van geluidemissies. Voor (muziek)geluid op buitenpodia, op terrassen of het buitenterrein van (horeca)inrichtingen, is alleen een ontheffing van de geluidsnorm mogelijk indien de burgemeester tevens toestemming heeft verleend voor het houden van het evenement.

 

Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van 15 februari 2018.

 

De griffier,

De voorzitter,

Ineke Seuren

Pauline Krikke

Naar boven