Gemeentelijk ontheffingenbeleid 7,5 tonzone Stadsdeel Centrum 2018, gemeente Amsterdam

Het dagelijks bestuur van stadsdeel Centrum,

Brengt ter algemene kennis dat zij in hun vergadering van 17 juli 2018:

Hebben ingestemd met het voorstel tot herijking van het ontheffingenbeleid 7,5 tonzone.

Op 7 augustus 1996 heeft het college van B&W door middel van een verkeersbesluit de 7,5 tonzone aangewezen. In dit verkeersbesluit staat dat in de binnenstad vrachtroutes zijn vastgesteld, via welke distributie plaats kan vinden met alle type voertuigen. Buiten deze routes is een verbod van kracht voor voertuigen zwaarder dan 7,5 ton.

De 7,5 tonzone is ingesteld om de binnenstad en de bewoners te beschermen tegen de overlast van zwaar verkeer. Onder overlast wordt verstaan: schade aan wegen, bruggen en kades, verkeersonveiligheid, luchtvervuiling en geluidsoverlast.

De Amsterdamse binnenstad is een dichtbevolkt en bedrijvig gebied. Er zijn vele bedrijven gevestigd en er vinden jaarlijks talrijke bouwprojecten plaats. Deze economische activiteiten zorgen voor de aanwezigheid van zwaar verkeer. Vrachtwagens zorgen voor de aanlevering van goederen en bouwmaterialen, werktuigen worden ingezet voor bouwprojecten, vuilniswagens zorgen voor het ophalen van afval. Naast de functie van economische ontmoetingsplaats, moet de binnenstad ook een prettig woon- en leefklimaat bieden. Bovendien is de ruimte in de binnenstad beperkt en zijn de vele bruggen en kades niet ontworpen op zwaar vrachtverkeer. Voorzichtigheid is geboden bij het toelaten van zwaar verkeer.

Het gebied waar het verbod op voertuigen zwaarder dan 7,5 ton geldt, is weergegeven op de bijgevoegde kaart. Dit gebied is niet statisch en kan middels een verkeersbesluit worden aangepast. De 7,5 tonzone wordt aangeduid door het zonebord C21  als bedoeld in bijlage I van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (hierna: RVV) die ten behoeve van de 7,5 tonzone zijn geplaatst, met onderborden ‘uitgezonderd vrachtroutes’ zoals aangeduid in het besluit. Het bord C21 houdt een zonale geslotenverklaring voor verkeer zwaarder dan 7,5 ton in, de onderborden geven aan dat de vrachtroutes zijn uitgezonderd van deze geslotenverklaring.

Op grond van artikel 87  van het RVV 1990 kan ontheffing worden verleend van  de geslotenverklaring (bord C21) van de 7,5 tonzone.

Gezien de afdeling I.2 van het bevoegdhedenregister bij de Verordening op het lokaal bestuur heeft het college van B&W de bevoegdheid om deze ontheffingen te verlenen gemandateerd aan het Dagelijks Bestuur van Stadsdeel Centrum. Op grond van de Algemene bepalingen en beperkingen onder 1a van het bevoegdhedenregister is het Dagelijks Bestuur tevens bevoegd om hierover beleid op te stellen.

Het Algemeen Bestuur van Stadsdeel Centrum heeft bij besluit van  16 september 2008, het ontheffingenbeleid 7,5 tonzone getiteld: de Regeling Stedelijke Distributie in Stadsdeel Centrum vastgesteld.  

Met onderhavig ontheffingenbeleid biedt het Dagelijks Bestuur van Stadsdeel Centrum noodzakelijk zwaar verkeer de mogelijkheid om de 7,5 tonzone te betreden. Het Dagelijks Bestuur heeft aanleiding gezien het ontheffingenbeleid 7,5 tonzone uit 2008 aan te scherpen, zodat de hoeveelheid zwaar verkeer in de 7,5 tonzone verder afneemt. Met het ontheffingenbeleid wordt een balans gevonden tussen efficiënte en effectieve bevoorrading en het beperken van overlast door zwaar verkeer.

Dit nieuwe ontheffingenbeleid 7,5 tonzone stadsdeel Centrum 2018 komt geheel in de plaats van de Regeling Stedelijke Distributie in Stadsdeel Centrum.

Artikel 1 - Definities

In dit beleid gelden de volgende omschrijvingen van de gebruikte begrippen:

Vrachtauto: motorvoertuig, niet ingericht voor het vervoer van personen, waarvan de toegestane maximum massa meer bedraagt dan 3500kg.

 

Trekker-opleggercombinatie: gecombineerde voertuigen bestaande uit a. een trekkend voertuig met carrosserietype BC en geregisterd als opleggertrekker of trekker en b. een oplegger aangemerkt als carrosserietype DA en geregistreerd als oplegger.

 

Bijzonder voertuig: voertuigen die door hun specifieke gebruiksdoel of specificaties niet hoeven te voldoen aan de gestelde criteria voor vrachtauto’s. Te weten:

  • -

    kraanwagens

  • -

    bedrijfsauto met een zware laadkraan (minimaal 35 tonmeter)

  • -

    hoogwerkers

  • -

    betonmolen

  • -

    betonmixer

  • -

    betonpomp

  • -

    kolkenzuiger

  • -

    brandweerwagen

  • -

    straatveger/straatreiniger/rioolzuiger

  • -

    verhuiswagen

  • -

    gepantserd voertuig

  • -

    elektrisch voertuig

 

Elektrisch voertuig: een vrachtwagen met vier of meer wielen die minimaal volledig elektrisch wordt aangedreven door middel van een batterij of waterstof brandstof of die minimaal 30 kilometer aan één stuk elektrisch kan rijden zonder daarbij gebruik te maken van een hulpmotor;

 

Datum van eerste toelating (DET): de datum waarop het voertuig in gebruik is genomen, zoals voor in Nederland geregistreerde voertuigen is vastgelegd in het kentekenregister van de RDW.

 

Ondeelbare lading: niet deelbaar in compartimenten of deellading die wel in een vrachtauto van maximaal 10 meter past.

 

Eigenaar: de natuurlijke persoon of rechtspersoon op wiens naam het kenteken in het kentekenregister van de RDW geregistreerd staat .

 

Gemeente: de gemeente Amsterdam

 

7, 5 ton: de toegestane maximum massa van het voertuig zoals in het kentekenregister van de RDW geregistreerd staat.

45 ton: de toegestane maximum massa van het voertuig zoals in het kentekenregister van de RDW geregistreerd staat

 

7,5 tonzone: ruimtelijk begrensd gebied dat is gelegen binnen het binnenstedelijk gebied van de gemeente Amsterdam (conform verkeersbesluit 7, 5 tonzone, gemeente Amsterdam, 7 augustus 1996);, waar om reden van leefbaarheid, in het bijzonder hinder met betrekking tot schade aan wegen, bruggen en kades, lucht, geluid, verkeersveiligheid een selectief toelatingsbeleid voor voertuigen wordt gehanteerd in relatie tot de door die voertuigen veroorzaakte hinder.

 

RDW: Rijks Dienst Wegverkeer

Artikel 2 - Ontheffing vrachtauto

  • 1.

    Voor een vrachtauto tussen de 7,5 ton en 45 ton kan een ontheffing worden verleend indien:

    • a.

      Door de eigenaar kan worden aangetoond dat er noodzaak is om te rijden in de 7,5 tonzone. Deze noodzaak moet worden aangetoond met 5 bewijsstukken gedateerd binnen 1 maand.

    • b.

      Het voertuig maximaal 10 meter lang is.

    • c.

      De emmissieklasse van de motor aansluit bij de eisen gesteld door de milieuzone Amsterdam.

  • 2.

    Voor een trekker-opleggercombinatie kan alleen een ontheffing worden aangevraagd voor het gecombineerde voertuig. Voor alleen een trekker wordt geen ontheffing verleend. Alle criteria in lid 1, die gelden voor een vrachtauto , gelden hier ook, indien de combinatie van trekker met oplegger het maximale gewicht van 45 ton niet overschrijdt

  • 3.

    Een op basis van dit artikel verleende ontheffing wordt verleend voor de duur van 1 jaar gerekend vanaf de dag dat de ontheffing is toegewezen (datum besluit) , tenzij het een vrachtauto betreft met een gewicht van 45 ton of zwaarder.

  • 4.

    Voor een vrachtauto van 45 ton of zwaarder wordt een op basis van dit artikel verleende ontheffing verleend voor een specifieke bestemming en route en voor de termijn van de uit te voeren activiteit . Deze termijn kan nooit langer zijn dan een jaar.

Artikel 3 - Ontheffing bijzonder voertuig

  • 1.

    Voor een bijzonder voertuig tussen de 7,5 en 45 ton kan een ontheffing worden verleend indien:

    • a.

      Het voertuig een DET heeft van maximaal 13 jaar geleden.

  • 2.

    Een op basis van dit artikel verleende ontheffing wordt verleend voor de duur van 1 jaar gerekend vanaf de dag dat de ontheffing is toegewezen (datum besluit) , tenzij het een bijzonder voertuig betreft met een gewicht van 45 ton of zwaarder.

  • 3.

    Voor een bijzonder voertuig van 45 ton of zwaarder wordt een op basis van dit artikel verleende ontheffing verleend voor een specifieke bestemming en route en voor de termijn van de uit te voeren activiteit. Deze termijn kan nooit langer zijn dan een jaar.

  • 4.

    Voor een elektrische voertuig tussen de 7,5 en 45 ton en langer dan 10 meter wordt een op basis van dit artikel verleende ontheffing verleend voor een specifieke bestemming en route.

Artikel 4 - Ontheffing ondeelbare lading

  • 1.

    Voor het vervoer van een ondeelbare lading kan een ontheffing worden verleend voor een voertuig langer dan 10 meter.

  • 2.

    Een op basis van dit artikel verleende ontheffing wordt verleend voor de duur van 1 jaar gerekend vanaf de dag dat de ontheffing is toegewezen (datum besluit) , tenzij het een voertuig betreft met een gewicht van 45 ton of zwaarder.

  • 3.

    Voor voertuig ten behoeve van het vervoer van ondeelbare lading dat 45 ton of zwaarder is wordt een op basis van dit artikel verleende ontheffing verleend voor een specifieke bestemming en route en voor de termijn van de uit te voeren activiteit. Deze termijn kan nooit langer zijn dan een jaar.

Artikel 5 - Hardheidsclausule

Het college van B&W kan in bijzondere gevallen die bij het opstellen van dit beleid niet zijn voorzien ten gunste van de aanvrager van een ontheffing afwijken van de bepalingen van dit beleid, als toepassing ervan gevolgen heeft voor de aanvrager die onevenredig zijn in verhouding tot de met het beleid te dienen doelen.

Artikel 6 - Overige bepalingen

  • 1.

    Voor aanvragen van gemeentelijke ontheffingen zijn leges verschuldigd conform de legesverordening van de gemeente Amsterdam.

  • 2.

    Een ontheffing dient te worden aangevraagd op de wijze zoals die op de website van de gemeente is gepubliceerd.

  • 3.

    Als er voorheen in strijd met ontheffingsvoorschriften dan wel dit ontheffingenbeleid is gehandeld, kan dat reden zijn om een volgende ontheffing te weigeren.

  • 4.

    Het college van B&W behoudt zich het recht voor het onderhavige ontheffingenbeleid op de daartoe voorgeschreven wijze te wijzigen en/of in te trekken.

Artikel 7 - Intrekking

  • 1.

    Het college kan de ontheffing intrekken indien ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt, of vanwege veranderde wetgeving (of beleid), omstandigheden of inzichten (art 1.7 APV).

  • 2.

    Bij verkoop of overdracht van het kenteken naar een andere kentekenhouder is de ontheffingshouder verplicht dit te melden aan de gemeente. Indien blijkt dat het voertuig op een andere naam staat dan die van de aanvrager van de ontheffing, wordt de ontheffing per direct ingetrokken.

  • 3.

    Indien een voertuig met een ontheffing verleend op basis van artikel 4, wordt ingezet voor vervoer van deelbare lading, kan de ontheffing worden ingetrokken.

  • 4.

    Indien een voertuig van 45 ton of zwaarder afwijkt van de route waarvoor de ontheffing is verleend, kan de ontheffing worden ingetrokken.

Artikel 8 - Inwerkingtreding

Dit beleid treedt in werking op de dag nadat het is gepubliceerd in het Gemeenteblad.

Artikel 9 - Citeertitel

Dit beleid kan worden aangehaald als: Gemeentelijk ontheffingenbeleid 7,5 tonzone Stadsdeel Centrum 2018.

Voorzitter, M. ten Bruggencate

Artikelsgewijze toelichting  

Artikel 1 - Definities

Voertuigdefinities zijn in beginsel ontleend aan landelijke regelgeving zoals de Wegenverkeerswet, de Regeling voertuigen, of aan de wijze van registratie bij de RDW.

Voor het begrip bijzonder voertuig is aangesloten bij de definitie gehanteerd in het gemeentelijk ontheffingenbeleid milieuzone vrachtauto’s Amsterdam.

Voor het begrip elektrisch voertuig is aangesloten bij de definitie gehanteerd in de Subsidieregeling voor de aanschaf van elektrische voertuigen voor zakelijk gebruik in Amsterdam(3B, 2016, 8)

 

Artikel 2 – ontheffing vrachtauto

Indien men kan aantonen dat er noodzaak is om met de vrachtauto de 7,5 tonzone te betreden dan komt men voor een ontheffing in aanmerking. Bij de aanvraag dient bewijs te worden overgelegd van deze noodzaak in de vorm van 5 vrachtbrieven/ contracten/ facturen inclusief afleveradres/ transportopdrachten/facturen van de publieksvoorziening op adres . Deze bewijsstukken moeten gedateerd zijn binnen 1 maand. Voor maximaal 5 kentekens mogen dezelfde 5 vrachtbrieven worden aangeleverd. Indien men minder dan 5 bewijsstukken aanlevert komt met niet in aanmerking voor een ontheffing.

Indien een nieuw bedrijf wil starten met activiteiten in de 7,5 tonzone en nog niet beschikt over bewijsstukken krijgt dit bedrijf een tijdelijke ontheffing voor een maand. Na afloop van deze maand kan de ontheffing verlengd worden tot de duur van een jaar indien 5 vrachtbrieven/contracten/ facturen incl. afleveradres/transportopdracht worden overgelegd. Deze tijdelijke ontheffing wordt slechts éénmalig uitgegeven.

Indien de bewijsstukken onjuist worden aangeleverd, wordt de aanvrager hier op gewezen door het stadsloket en wordt eenmalig de kans geboden om de juiste bewijsstukken aan te leveren. Als deze bewijsstukken opnieuw niet worden aangeleverd, wordt de aanvraag buiten behandeling gesteld.

De vrachtauto mag maximaal 10 meter lang zijn en moet minimaal beschikken over een euroklasse IV motor. De lengtebeperking houdt verband met de beperkte ruimte in de 7,5 tonzone. De euroklasse is in lijn met de huidige milieuzone voorschriften. Indien de milieuzone wordt aangescherpt zal dit ook gelden voor de 7,5 tonzone.

 

45 ton of zwaarder

Indien de toegestane maximum massa (zoals geregistreerd in het RDW kentekenregister)van een vrachtauto 45 ton of zwaarder is, kan er enkel een tijdelijke ontheffing worden aangevraagd. Dit houdt verband met de kades en bruggen in de 7,5 tonzone. Deze zijn niet berekend op de toenemende belasting van zwaar verkeer. Om meer controle te kunnen uitoefenen op de verkeersbewegingen van zware voertuigen van 45 ton of zwaarder kan er een ontheffing worden aangevraagd voor de duur van de activiteit gekoppeld aan een specifieke route binnen de 7,5 tonzone.

Bij de aanvraag dient de bestemming en voorgenomen route binnen de 7,5 tonzone te worden aangegeven. Tevens dient bij de aanvraag te worden aangegeven wat de afstand is tussen de assen van het voertuig. Per aanvraag zal worden bezien of de kades en bruggen op de aangegeven bestemming en route de belasting van het zware voertuig aankunnen en of de ontheffing kan worden verleend. Indien dit niet het geval en er geen alternatieve route mogelijk is kan de ontheffing worden geweigerd.

Van de uit te voeren activiteit dient bij de aanvraag bewijs te worden overlegd. Dit bewijs kan de vorm hebben van:

- contract

- opdrachtovereenkomst

Mocht het vermoeden ontstaan dat het voertuig op een andere route wordt ingezet dan de route waarvoor een ontheffing is verleend dan kan de ontheffing worden ingetrokken en kunnen toekomstige ontheffingsaanvragen worden geweigerd.

Per aanvraag kunnen maximaal 5 kentekens met dezelfde voertuigspecificaties worden opgegeven. Hier is voor gekozen om tegemoet te komen aan de wens van bedrijven om hun wagenpark flexibel te kunnen inzetten.

 

Exceptioneel transport

Indien er sprake is van exceptioneel transport dat groter of zwaarder is dan de wegenverkeerswet 1994 toestaat dan moet er naast de ontheffing voor de 7,5 tonzone ook een ontheffing voor exceptioneel transport worden aangevraagd via de RDW.

 

Artikel 3 – Ontheffing bijzonder voertuig

Voor bepaalde voertuigen die door hun specifieke gebruiksdoel of specificaties niet kunnen of hoeven te voldoen aan de gestelde criteria voor vrachtauto’s gelden afwijkende criteria. Deze voertuigen mogen een DET hebben van maximaal 13 jaar geleden. Met deze maatregel worden oude, vervuilende voertuigen geweerd uit de 7,5 tonzone.

De lijst van bijzondere voertuigen opgenomen in dit beleid is volledig. Aan de hand van de registratie in het kentekenregister van de  RDW wordt bepaald of een voertuig in de categorie bijzonder voertuig valt. Uitzondering hierop zijn verhuiswagens en vrachtauto’s met een zware kraan. Deze voertuigcategorieën zijn niet geregistreerd  in de RDW database.

Van de inzet van een voertuig als verhuiswagen dient bij de aanvraag bewijs te worden overgelegd. Dit bewijs kan de vorm hebben van:

- Inschrijving bij de Kamer van Koophandel (Handelsregister) in de categorie ‘Verhuisvervoer’.

- verhuisovereenkomsten, waaruit blijkt dat er het hele jaar door wordt verhuisd

- kopie lidmaatschap van de Organisatie voor Erkende Verhuizers

Om aan te tonen dat een voertuig een vrachtauto betreft met een zware kraan (minimaal 35tonmeter) dient bij de aanvraag bewijs te worden overgelegd. Dit bewijs moet de vorm hebben van:

- Keuringsbewijs van de RDW

 

45 ton of zwaarder

Indien de toegestane maximum massa (zoals geregistreerd in het RDW kentekenregister) van een bijzonder voertuig 45 ton of zwaarder is kan er enkel een tijdelijke ontheffing worden aangevraagd. Dit houdt verband met de kades en bruggen in de 7,5 tonzone. Deze zijn niet berekend op de toenemende belasting van zwaar verkeer. Om meer controle te kunnen uitoefenen op de verkeersbewegingen van zware voertuigen van 45 ton of zwaarder kan er een ontheffing worden aangevraagd voor de duur van de activiteit, gekoppeld aan een specifieke route binnen de 7,5 tonzone.

Bij de aanvraag dient de bestemming en voorgenomen route binnen de 7,5 tonzone te worden aangegeven. Tevens dient bij de aanvraag te worden aangegeven wat de afstand is tussen de assen van het voertuig. Per aanvraag zal worden bezien of de kades en bruggen op de aangegeven bestemming en route de belasting van het zware voertuig aankunnen en of de ontheffing kan worden verleend. Indien dit niet het geval en er geen alternatieve route mogelijk is kan de ontheffing worden geweigerd.

Van de uit te voeren activiteit dient bij de aanvraag bewijs te worden overgelegd. Dit bewijs kan de vorm hebben van:

- contract

- opdrachtovereenkomst

Mocht het vermoeden ontstaan dat het voertuig op een andere route wordt ingezet dan de route waarvoor een ontheffing is verleend dan kan de ontheffing worden ingetrokken en kunnen toekomstige ontheffingsaanvragen worden geweigerd.

Per aanvraag kunnen maximaal 5 kentekens met dezelfde voertuigspecificaties worden opgegeven. Hier is voor gekozen om tegemoet te komen aan de wens van bedrijven om hun wagenpark flexibel te kunnen inzetten.

 

Exceptioneel transport

Indien er sprake is van exceptioneel transport dat groter of zwaarder is dan de wegenverkeerswet 1994 toestaat dan moet er naast de ontheffing voor de 7,5 tonzone ook een ontheffing voor exceptioneel transport worden aangevraagd via de RDW.

 

Elektrische voertuigen

Amsterdam heeft de ambitie om per 2025 emissievrij te zijn. Om het rijden met elektrische voertuigen te stimuleren en koplopers die hebben geïnvesteerd in schone en stille voertuigen te ondersteunen is er in Amsterdam een privilegebeleid voor elektrische voertuigen. Om die reden zijn elektrische voertuigen zwaarder dan 7,5 ton in het ontheffingenbeleid aangemerkt als bijzonder voertuig.

Elektrische voertuigen hoeven daarom niet te voldoen aan de criteria voor vrachtauto’s, maar vallen in de categorie bijzondere voertuigen. De ontwikkelingen op het gebied van elektrisch rijden met zware voertuigen komen langzaam op gang. Om controle uit te kunnen oefenen op het aantal elektrische voertuigen dat mag rijden in de 7,5 tonzone en de route die deze voertuigen rijden kan er als daar aanleiding voor is een plafond ingesteld worden van een maximaal aantal ontheffingen.

Bij de aanvraag voor een elektrisch voertuig langer dan 10m dient de bestemming en voorgenomen route binnen de 7,5 tonzone te worden aangegeven. Per aanvraag zal worden bezien of de kades en bruggen op de aangegeven route de belasting van het elektrische voertuig aankunnen en of de ontheffing kan worden verleend.

 

Artikel 4 – Ontheffing ondeelbare lading

Indien de lading, die vervoerd moet worden naar of vanuit de 7,5 tonzone, ondeelbaar is en alleen vervoerd kan worden met een voertuig langer dan 1o meter, kan een ontheffing worden aangevraagd voor een voertuig langer dan 10 meter.

Van de ondeelbare lading dient bij de aanvraag bewijs te worden overgelegd. Dit bewijs kan de vorm hebben van:

- Foto

- Vrachtbrief

- Contract

Mocht het vermoeden ontstaan dat het voertuig ingezet wordt voor vervoer van deelbare lading dan kan de ontheffing worden ingetrokken en kunnen toekomstige ontheffingsaanvragen worden geweigerd.

 

45 ton of zwaarder

Indien toegestane maximum massa (zoals geregistreerd in het RDW kentekenregister)van een bijzonder voertuig 45 ton of zwaarder is kan er enkel een tijdelijke ontheffing worden aangevraagd. Dit houdt verband met de kades en bruggen in de 7,5 tonzone. Deze zijn niet berekend op de toenemende belasting van zwaar verkeer. Om meer controle te kunnen uitoefenen op de verkeersbewegingen van zware voertuigen van 45 ton of zwaarder kan er een ontheffing worden aangevraagd voor de duur van de activiteit, gekoppeld aan een specifieke route binnen de 7,5 tonzone.

Bij de aanvraag dient de bestemming en voorgenomen route binnen de 7,5 tonzone te worden aangegeven. Tevens dient bij de aanvraag te worden aangegeven wat de afstand is tussen de assen van het voertuig. Per aanvraag zal worden bezien of de kades en bruggen op de aangegeven bestemming en route de belasting van het zware voertuig aankunnen en of de ontheffing kan worden verleend. Indien dit niet het geval en er geen alternatieve route mogelijk is kan de ontheffing worden geweigerd.

Per aanvraag kunnen maximaal 5 kentekens met dezelfde voertuigspecificaties worden opgegeven. Hier is voor gekozen om tegemoet te komen aan de wens van bedrijven om hun wagenpark flexibel te kunnen inzetten.

 

Exceptioneel transport

Indien er sprake is van exceptioneel transport dat groter of zwaarder is dan de wegenverkeerswet 1994 toestaat dan moet er naast de ontheffing voor de 7,5 tonzone ook een ontheffing voor exceptioneel transport worden aangevraagd via de RDW

 

Artikel 5 - Hardheidsclausule

Deze bepaling is bedoeld voor de zogenoemde  bijzondere gevallen die niet onder een van de andere bepalingen vallen, maar waarbij het onredelijk zou zijn als er toch geen ontheffing wordt verleend. Dit hangt af van de specifieke omstandigheden van het geval, die per aanvraag zullen worden beoordeeld.

 

Naar boven