Gemeenteblad van Voorschoten
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Voorschoten | Gemeenteblad 2017, 222605 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Voorschoten | Gemeenteblad 2017, 222605 | Verordeningen |
VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN LEGES VOORSCHOTEN 2018
De raad der gemeente Voorschoten;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 7 november 2017,
gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet;
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
Hetgeen in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel is bepaald over een Nederlandse identiteitskaart voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is van overeenkomstige toepassing op een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor personen met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van betrokken persoon.
Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.
Leges worden niet geheven voor:
het houden van activiteiten, waarvoor een vergunning is vereist op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening Voorschoten 2010, en die worden georganiseerd door plaatselijke groepen, verenigingen en instellingen die werkzaam zijn zonder winstoogmerk en ten algemene nutte, blijkende uit de statuten;
diensten waarvan kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;
diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel i, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover het een activiteit betreft bedoeld in artikel 2.2a van het Besluit omgevingsrecht (omgevingsvergunning beperkte milieutoets).
Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.
De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 7 Termijnen van betaling
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:
De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
Artikel 9 Vermindering of teruggaaf
Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.
Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.
De ‘Legesverordening Voorschoten 2017’, vastgesteld bij raadsbesluit van 8 december 2016, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 12, tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 12, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad der gemeente Voorschoten, gehouden op 7 december 2017.
de griffier,
J. van der Does
de voorzitter,
P.J. Bouvy-Koene
LEGESVERORDENING VOORSCHOTEN 2018
Titel 1 Algemene dienstverlening
Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart
Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen
Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd. |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
een gewaarmerkt afschrift van benodigde gegevens uit de basisregistratie personen |
||
een gewaarmerkt afschrift van benodigde gegevens uit de basisregistratie personen gesteld in meerdere talen |
||
in afwijking van voorgaande onderdelen bedraagt het tarief onder 1.4.2.1 tot en met 1.4.2.3 indien de aanvraag uitsluitend digitaal wordt ingediend |
||
Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4 wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens over één persoon die niet zijn opgenomen in de basisregistratie personen. |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens met behulp van alternatieve media bedoeld in artikel 16, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen |
||
In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen |
||
Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de basisregistratie personen, ongeacht het resultaat, voor ieder daaraan besteed kwartier |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens: |
||
welke via geautomatiseerde weg worden verkregen en waarbij ten behoeve van de aanvraag een specifieke selectie moet worden toegepast (via het programma ‘variabele uitvoer’), per pagina |
||
welke via geautomatiseerde weg worden verkregen en waarbij ten behoeve van de aanvraag gebruik kan worden gemaakt van het standaardpakket, per pagina |
||
Ook indien geen inlichtingen kunnen worden verstrekt, of indien de verkregen inlichtingen niet tot het beoogde gevolg leiden, zijn de leges als bedoeld onder 1.4.8.1 en 1.4.8.2 verschuldigd. |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een volledig overzicht van de persoonslijst |
Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een inlichting betreffende de registratie van de aanvrager als kiezer bedoeld in artikel D4 van de Kieswet |
Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een bericht als bedoeld in artikel 35 van de Wet bescherming persoonsgegevens: |
||
bij verstrekking op papier, indien het afschrift bestaat uit: |
||
dat bestaat uit een afschrift van een, vanwege de aard van de verwerking, moeilijk toegankelijke gegevensverwerking |
||
Indien voor hetzelfde bericht op grond van de subonderdelen 1.6.1.1, 1.6.1.2 en 1.6.1.3 meerdere vergoedingen kunnen worden gevraagd, wordt slechts de hoogste gevraagd. |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzet als bedoeld in artikel 40 van de Wet bescherming persoonsgegevens |
Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie
het verlenen van bijstand bij het raadplegen van kadastrale gegevens, voor elk kwartier of gedeelte daarvan |
||
het verlenen van bijstand bij het vervaardigen van kopieën uit het register Wkpb, voor elk kwartier of een gedeelte daarvan |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een gewaarmerkte verklaring van de gegevens uit het register Wkpb, per object |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
||
kaarten en tekeningen, dan wel kopieën of lichtdrukken daarvan: |
||
afdrukken van kaarten en tekeningen indien uitsluitend digitaal verstrekt: |
||
- meer dan 5 afdrukken, voor elk aan de aanvraag besteed kwartier of gedeelte daarvan |
||
een afdruk van een bestemmingsplan met plankaart en toelichting |
||
Bij verzending worden naast de tarieven genoemd in de artikelen 1.8.3.1 tot en met 1.8.3.5 tevens de werkelijke portokosten in rekening gebracht. De hoogte van deze portokosten wordt bij de aanvraag aan de aanvrager medegedeeld. |
Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
voor het ter legalisatie zenden van stukken naar een andere gemeente in Nederland, in het persoonlijk belang van de aanvrager |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
tot het verlenen van een huisvestingsvergunning als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de Huisvestingswet 2014 |
||
tot het verlenen van een huisvestingsvergunning als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de Huisvestingswet 2014 aangesloten bij het woonconvenant |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet |
0,04% van de WOZ-waarde met een minimum van € 62,50 en een maximum van € 400,00 |
|
De WOZ-waarde (zoals bedoeld in artikel 1.12.1.1) die als grondslag wordt gebruikt is de meest recente WOZ-waarde voor het meest recente WOZ-tijdvak waarvoor op het moment van het indienen van de aanvraag een WOZ-waarde is vastgesteld en bekendgemaakt. Wijzigingen in de WOZ-waarde na het moment van indienen van de aanvraag zijn niet meer van invloed op de hoogte van het verschuldigde bedrag. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
tot het instemmen met het wijzigen of omzetten van een door de gemeente gegarandeerde hypothecaire geldlening |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag op grond van de Marktverordening Voorschoten 2012: |
||
tot het inschrijven op de wachtlijst van de markt als bedoeld in het Marktreglement Voorschoten 2012 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen: |
||
voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat |
||
voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat |
||
voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd |
||
voor twee of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd, |
||
De subonderdelen 1.16.1.1 en 1.16.1.2 zijn van overeenkomstige toepassing, indien de vergunning geldt voor een tijdvak, korter dan twaalf maanden of langer dan twaalf maanden maar ten hoogste vier jaar, met dien verstande dat de daar genoemde bedragen naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning verlaagd onderscheidenlijk verhoogd worden. |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning) |
Hoofdstuk 17 Kabels en leidingen
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent tijdstip, plaats en werkwijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet of van een vergunning als bedoeld in artikel 5 van de Verordening kabels en leidingen Voorschoten: |
||
voor een sleuf met een breedte van 50 centimeter, met een lengte van: |
||
Indien de breedte van de sleuf groter is dan 50 centimeter wordt het tarief onder 1.17.1 evenredig verhoogd. |
||
Indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel of leiding plaatsvindt, wordt het onder 1.17.1 bedoelde bedrag verhoogd met het bedrag van de, voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding, aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
||
Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 1.17.2 is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
Hoofdstuk 18 Verkeer en vervoer
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing geslotenverklaring Schoolstraat: |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 22 van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen |
||
tot het verlenen van een ontheffing op grond van de Wegenverkeerswet 1994 of het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990, anders dan bedoeld in onderdeel 1.18.2.2 |
||
tot het verstrekken van een duplicaat van de hiervoor onder 1.18.2.1 en 1.18.2.3 bedoelde stukken |
||
tot het op verzoek van de houder wijzigen van de hiervoor onder 1.18.2.1 en 1.18.2.3 bedoelde stukken |
||
tot het verlenen van een ontheffing op grond van de wegenverkeerswetgeving voor en direct samenhangend met de uitvoering van exceptioneel/bijzonder transport (voor niet gekentekend langzaam verkeer) |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een Verklaring van geen bezwaar voor het opstijgen van een luchtballon op grond van luchtvaartwetgeving |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot: |
||
het verstrekken van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) |
||
het verstrekken van een duplicaat van de hiervoor onder 1.18.4.1 genoemde gehandicaptenparkeerkaart |
||
het wijzigen van de aanduiding van het voertuig waarvan de houder van een bijzondere Gehandicaptenparkeerplaats gebruik maakt (kentekenwijziging) |
||
Als de aanvraag als bedoeld onder artikel 1.18.4.1 wordt afgewezen is in afwijking van artikel 1.18.4.1 een bedrag verschuldigd van |
||
Het tarief bedraagt voor het aanleggen van een invalidenparkeerplaats als bedoeld in artikel 29 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
tot het verstrekken van een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen |
||
tot het verlenen van een ontheffing voor het veroorzaken van geluidshinder als bedoeld in artikel 4:6 van de Algemene Plaatselijke Verordening Voorschoten 2010 |
||
tot het verstrekken van gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daar niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per afschrift |
||
tot het verstrekken van afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina |
||
bedragen van minder dan € 10,00 worden niet in rekening gebracht |
||
tot het verstrekken van stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tarieventabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per stuk |
||
tot het verlenen van een vergunning tot het opgraven van een lijk uit een grafkelder en de overbrenging op dezelfde of een andere begraafplaats |
||
voor een verlof tot uitstel van begraving of verbranding van een lijk |
||
tot het verlenen van een ontheffing voor het optreden als straatartiest als bedoeld in artikel 2:9 van de Algemene Plaatselijke Verordening Voorschoten 2010 |
||
tot het verkrijgen van een vergunning voor plaatsen, aanbrengen of hebben van voorwerpen of stoffen, op, aan, over of boven de weg als bedoeld in artikel 2:10 van de Algemene Plaatselijke Verordening Voorschoten 2010 |
||
tot het verlenen van een ontheffing voor het stoken van vuur als bedoeld in artikel 5:34 van de Algemene Plaatselijke Verordening Voorschoten 2010 |
||
tot het verlenen van een vergunning voor het ter beschikking stellen van consumentenvuurwerk tijdens de verkoopdagen als bedoeld in artikel 2:72 van de Algemene Plaatselijke Verordening Voorschoten 2010 |
||
voor het innemen van een ligplaats voor woonschepen als bedoeld in artikel 5:25 van de Algemene Plaatselijke Verordening Voorschoten 2010 geldig voor een periode van drie jaar of een gedeelte daarvan |
Titel 2 Dienstverlening vallend onder de fysieke leefomgeving / omgevingsvergunning
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen
de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012, Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de kosten, die voortvloeien uit de aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het aanleggen) van de werken of de werkzaamheden, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting niet inbegrepen; |
|
de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012, Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen ten behoeve van de fysieke relatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting niet inbegrepen; |
|
in ieder geval een principeverzoek, legalisatieonderzoek en conceptaanvraag. |
|
In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld. |
|
In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is: |
||
indien géén sprake is van de activiteit ‘planologisch strijdig gebruik’ (artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo): |
||
van de leges zoals deze bij een daadwerkelijke aanvraag om een omgevingsvergunning voor het project zouden worden vastgesteld |
||
indien sprake is van de activiteit ‘planologisch strijdig gebruik’ (artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo) waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit (artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo): |
||
van de op grond van artikel 2.3.3 verschuldigde leges (exclusief de verhoging voor de bouwactiviteit conform artikel 2.3.1) |
||
indien de bouwkosten € 50.000 of meer, maar minder dan € 100.000 bedragen |
||
indien de bouwkosten € 100.000 of meer, maar minder dan € 200.000 bedragen |
||
indien de bouwkosten € 200.000 of meer, maar minder dan € 500.000 bedragen |
||
indien sprake is van de activiteit ‘planologisch strijdig gebruik’ (artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo) waarbij niet tevens sprake is van een bouwactiviteit (artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo): |
||
Onder het houden van vooroverleg wordt in ieder geval verstaan het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is, het beoordelen van een principeverzoek of een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning, of het beoordelen van een legalisatieonderzoek. |
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen en adviezen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd. |
||
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
||
indien de bouwkosten meer dan € 5.000, maar niet meer dan € 10.000 bedragen |
||
indien de bouwkosten meer dan € 10.000, maar niet meer dan € 50.000 bedragen |
||
indien de bouwkosten meer dan € 50.000, maar niet meer dan € 150.000 bedragen |
||
indien de bouwkosten meer dan € 150.000, maar niet meer dan € 500.000 bedragen |
||
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1 bedraagt het tarief: |
||
indien tijdens de beoordeling van de in dat onderdeel bedoelde aanvraag blijkt dat het bouwplan niet voldoet aan de gestelde criteria in de welstandsnota en daardoor een nieuwe welstandstoets noodzakelijk is |
||
indien zich tijdens de beoordeling van de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wijzigingen voordoen in het bouwplan en daarvoor een nieuwe welstandstoets noodzakelijk is |
||
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1 worden, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is, de werkelijke kosten hiervan in rekening gebracht. |
||
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit: |
||
van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges, met een maximum van |
||
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende of gewijzigde gegevens die worden ingediend nadat de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen: |
||
van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges, met een minimum van |
||
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1 bedraagt het tarief in verband met de controle van constructieberekeningen: |
||
Voor een van rechtswege verleende omgevingsvergunning is voor wat betreft de activiteit bouwen uitsluitend het onder 2.3.1.1 t/m 2.3.1.6 genoemde van toepassing |
||
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
||
Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit |
||
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1: |
||
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1o, van de Wabo wordt toegepast |
||
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2o, van de Wabo wordt toegepast |
||
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3o, van de Wabo wordt toegepast |
||
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast |
||
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast |
||
Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit |
||
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
||
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1o, van de Wabo wordt toegepast |
||
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2o, van de Wabo wordt toegepast |
||
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3o, van de Wabo wordt toegepast |
||
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast |
||
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast |
||
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid |
||
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief, indien de gebruiksoppervlakte: |
||
Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten |
||
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een rijks-, provinciaal of gemeentelijk monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wabo in samenhang met de provinciale erfgoedverordening of artikel 10 van de Erfgoedverordening Voorschoten 2016, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
||
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument |
||
voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht |
||
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, of artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wabo in samenhang met de provinciale erfgoedverordening of van de Erfgoedverordening Voorschoten 2016, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
||
Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in een beschermd stad- of dorpsgezicht |
||
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief |
||
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:11 van de Algemene Plaatselijke Verordening Voorschoten 2010 een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief een promillage van |
||
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:12 van de Algemene Plaatselijke Verordening Voorschoten 2010 een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief |
||
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4:11 van de Algemene Plaatselijke Verordening Voorschoten 2010 een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
||
Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998 |
||
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief |
||
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschemingswet 1998 bedraagt het tarief |
||
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief |
||
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling: |
||
behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief |
||
behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
||
als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief |
||
als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
||
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
||
voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft; |
||
voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft. |
||
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag: |
||
een vooronderzoek als bedoeld in NEN 5740, uitgave 1999, naar het historisch gebruik en de bodemgesteldheid wordt beoordeeld |
||
een verkennend onderzoek als bedoeld in NEN 5740, uitgave 1999, naar de bodemgesteldheid wordt beoordeeld |
||
een nader onderzoek als bedoeld in de “Leidraad Bodembescherming” wordt beoordeeld |
||
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
||
Indien een begroting als bedoeld in 2.3.18.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
||
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo: |
||
indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven |
||
indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven |
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten |
|
Als een aanvrager zijn aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.7, 2.3.8, 2.3.9 en 2.3.10, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
|
indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen 4 weken na het in behandeling nemen ervan, 60% van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; |
|
indien de aanvraag wordt ingetrokken na 4 weken na het in behandeling ervan, 50% van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. |
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten |
|
Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 3 jaar na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt 25% van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. |
|
In rekening gebrachte advertentiekosten die zijn gemaakt voor voorgeschreven publicatie(s) en rekening gebrachte bedragen voor externe adviezen worden niet gerestitueerd. |
|
Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten |
|
Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, en 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt 25% van de op grond van deze onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. |
|
Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak. |
|
Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen |
|
Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend. |
|
Teruggaaf als gevolg van buitenbehandeling stellen aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg-, of sloopactiviteiten |
|
Als de gemeente op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht besluit om de in behandeling genomen aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, niet verder te behandelen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt 75% van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. |
Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning
Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project
Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening zonder activiteiten |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening met compleet conceptplan |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6 en volgende, van de Wet ruimtelijke ordening zonder activiteiten |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot het nemen van een projectbesluit ex artikel 2.1, lid 1, onder c, van de Wabo |
||
Het tarief bedraagt voor het vaststellen van een exploitatieplan als bedoeld in artikel 6.12, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening |
Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn en niet vallend onder titel 2
een aanvraag tot het verlenen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet |
||
In gevallen waarbij alleen sprake is van de omzetting van de bedrijfsvorm is 50% van dit tarief verschuldigd. |
||
een aanvraag tot het verlenen van een vergunning tot het exploiteren van een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene Plaatselijke Verordening Voorschoten 2010 |
||
een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing van de sluitingstijd voor een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:29, tweede lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening Voorschoten 2010 |
||
een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 4, vierde lid, van de Drank- en Horecawet |
||
een melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet |
||
een aanvraag tot het wijzigen van het aanhangsel als bedoeld in artikel 30a, tweede lid, van de Drank- en Horecawet |
||
een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet |
Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2:25, eerste lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening Voorschoten 2010, indien het betreft: |
||
een herdenkingsplechtigheid, braderie, optocht, feest, wedstrijd, straatfeest, barbecue of recreatieve optocht |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning voor het organiseren van een snuffelmarkt e.d. als bedoeld in artikel 5:23 van de Algemene Plaatselijke Verordening Voorschoten 2010 |
Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning voor het exploiteren of wijzigen van een seksinrichting of escortbedrijf als bedoeld in artikel 3:4 van de Algemene Plaatselijke Verordening Voorschoten 2010 |
Hoofdstuk 4 Afvalstoffenvergunningen
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning ingevolge artikel 6 en artikel 9 lid 3 van de Afvalstoffenverordening gemeente Voorschoten |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van ontheffing ex artikel 10.63 Wet milieubeheer (verbod ontdoen van afvalstoffen buiten een inrichting) |
Hoofdstuk 5 Ventvergunning, standplaatsvergunning
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning voor het venten van goederen als bedoeld in artikel 5:15 van de Algemene Plaatselijke Verordening Voorschoten 2010 |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een vergunning voor een in de Beleidsnota standplaatsen Voorschoten 2002 vastgestelde standplaats: |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een standplaats anders dan aangewezen in de Beleidsnota standplaatsen Voorschoten 2002 (zonder gebruik van stroom) |
Hoofdstuk 6 Huisvestingswet 2014
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|||
tot het verlenen van een splitsingsvergunning als bedoeld in artikel 22 van de Huisvestingswet 2014 |
|||
tot het verlenen van een vergunning voor het onttrekken van woonruimte aan de bestemming tot bewoning als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder a, van de Huisvestingswet 2014 |
Deze tarieventabel behoort bij de ‘Legesverordening Voorschoten 2018’
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2017-222605.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.