Regeling commissie bezwaarschriften personele aangelegenheden gemeente Gooise Meren 2016

Burgemeester en wethouders van de gemeente Gooise Meren;

Overwegende dat personele besluiten vatbaar zijn voor bezwaar en beroep;

Gelet op:

  • -

    Artikel 7:13 Awb;

  • -

    De overeenstemming in de commissie voor Bijzonder Georganiseerd Overleg op 14 januari 2016.

b e s l u i t e n:

vast te stellen de:

REGELING COMMISSIE BEZWAARSCHRIFTEN PERSONELE AANGELEGENHEDEN GEMEENTE GOOISE MEREN 2016

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a)

    verwerend orgaan: bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen;

  • b)

    commissie: vaste commissie van advies voor de bezwaarschriften inzake personele aangelegenheden;

Artikel 2. Inleidende bepaling commissie

Er is een commissie ter voorbereiding van de beslissing op gemaakte bezwaren tegen besluiten inzake personele aangelegenheden.

Artikel 3. Samenstelling van de commissie

  • 1.

    De commissie bestaat uit:

    • a)

      Een vaste onafhankelijke voorzitter, tevens lid, aangewezen door de twee overige leden;

    • b)

      Een lid aan te wijzen door de werkgever;

    • c)

      Een lid, aan te wijzen door de deelnemende vakbonden.

  • 2.

    Voor elk lid kan één plaatsvervangend lid worden aangewezen.

  • 3.

    De commissie wordt bijgestaan door een ambtelijk secretaris.

Artikel 4. Secretaris

  • 1.

    De secretaris van de commissie is een door het college aangewezen ambtenaar.

  • 2.

    Het college kan een of meer plaatsvervangers van de secretaris aanwijzen.

Artikel 5. Zittingsduur

  • 1.

    De voorzitter en de leden worden benoemd voor een termijn van vier jaar. Het is mogelijk twee keer herbenoemd te worden.

  • 2.

    De voorzitter en de leden van de commissie kunnen op ieder moment ontslag nemen. Zij doen daarvan schriftelijk mededeling aan het college.

  • 3.

    De aftredende of ontslag nemende voorzitter of leden van de commissie blijven hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien.

Artikel 6. Ingediend bezwaarschrift

  • 1.

    Op het ingediende bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst aangetekend.

  • 2.

    Het bezwaarschrift met de daarbij overgelegde stukken wordt zo spoedig mogelijk in handen van de commissie gesteld.

  • 3.

    Bij het bericht van ontvangst als bedoeld in artikel 6:14 van de wet wordt vermeld dat een commissie over het bezwaar zal adviseren.

Artikel 7. Uitoefening bevoegdheden

De bevoegdheden ingevolge de hierna genoemde artikelen van de Awb worden voor de toepassing van deze regeling uitgeoefend door de voorzitter van de commissie;

  • a)

    artikel 2:1, tweede lid;

  • b)

    artikel 6:6, voor wat betreft het aan de indiener stellen van een termijn;

  • c)

    artikel 6:17, voor zover het de verzending van stukken betreft tijdens de behandeling door de

  • d)

    commissie;

  • e)

    artikel 7:4, tweede lid;

  • f)

    artikel 7:6, vierde lid.

Artikel 8. Vooronderzoek

  • 1.

    De voorzitter van de commissie is bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te laten inwinnen.

  • 2.

    De voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en hen zo nodig uitnodigen daartoe in de zitting te verschijnen. Indien daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van het college vereist.

Artikel 9. Hoorzitting

  • 1.

    De voorzitter van de commissie bepaalt plaats en tijdstip van de zitting waarin de belanghebbenden en het verwerend orgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te laten horen.

  • 2.

    Ten behoeve van de hoorzitting kan door of namens het verwerend orgaan een pleitnotitie worden opgesteld. Deze notitie wordt uiterlijk een week voor de hoorzitting door de commissiesecretaris verzonden aan de commissie en de belanghebbenden. In de notitie wordt puntsgewijs ingegaan op de gronden van het bezwaar.

  • 3.

    De voorzitter beslist over de toepassing van artikel 7:3 van de Awb.

  • 4.

    Indien de voorzitter op grond van het derde lid besluit af te zien van het horen, doet hij daarvan mededeling aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan.

Artikel 10. Uitnodiging zitting

  • 1.

    De voorzitter nodigt de belanghebbenden en het verwerend orgaan ten minste twee weken voor de zitting schriftelijk uit.

  • 2.

    Binnen drie dagen na de uitnodiging kunnen de belanghebbenden of het verwerend orgaan, onder opgaaf van redenen de voorzitter verzoeken het tijdstip van de zitting te wijzigen.

  • 3.

    De beslissing van de voorzitter op dit verzoek wordt uiterlijk één week voor het tijdstip van de zitting aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan meegedeeld.

  • 4.

    De voorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijking toe te staan van de termijnen als genoemd in het eerste tot en met het derde lid.

Artikel 11. Quorum

Voor het houden van een zitting is vereist dat de meerderheid van het aantal leden onder wie in elk geval de voorzitter, of zijn plaatsvervanger, aanwezig is.

Artikel 12. Niet-deelneming aan de behandeling

De voorzitter, de leden en de secretaris van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift, indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn. Zij laten zich zo nodig vervangen.

Artikel 13. Openbaarheid zitting

De zitting van de commissie is niet openbaar.

Artikel 14. Schriftelijke verslaglegging

  • 1.

    Het verslag als bedoeld in artikel 7:7 Awb vermeldt de namen van de aanwezigen, met daarbij een vermelding van hun hoedanigheid.

  • 2.

    Het verslag houdt een zakelijke vermelding in van wat over en weer is gezegd en wat verder ter zitting is voorgevallen.

  • 3.

    Indien de zitting geheel of gedeeltelijk achter gesloten deuren plaatsvond, of indien belanghebbenden, respectievelijk hun gemachtigden niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord, maakt het verslag hiervan melding.

  • 4.

    Het verslag verwijst naar de op de zitting overgelegde bescheiden, die aan het verslag kunnen worden gehecht.

  • 5.

    Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de commissie.

Artikel 15. Nader onderzoek

  • 1.

    Indien na afloop van de zitting maar voordat het advies wordt opgesteld, nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de voorzitter uit eigen beweging of op verlangen van de andere commissieleden dit onderzoek houden.

  • 2.

    De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden toegezonden.

  • 3.

    De leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de nadere informatie aan de voorzitter van de commissie een verzoek richten tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De voorzitter beslist omtrent een dergelijk verzoek.

  • 4.

    Op een nieuwe hoorzitting zijn de bepalingen in deze regeling die betrekking hebben op de hoorzitting, zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 16. Raadkamer en advies

  • 1.

    De commissie beraadslaagt en beslist voltallig achter gesloten deuren over het door haar uit te brengen advies.

  • 2.

    De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies.

  • 3.

    Van een minderheidsstandpunt wordt in het advies geen melding gemaakt.

  • 4.

    De secretaris van de commissie heeft een adviserende stem.

  • 5.

    Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.

  • 6.

    Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris van de commissie ondertekend.

Artikel 17. Uitbrengen advies

  • 1.

    Het advies wordt, onder medezending van het verslag, bedoeld in artikel 16 en eventueel door de commissie ontvangen nadere informatie, zo spoedig mogelijk uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen. Bij de bekendmaking van dit besluit worden het advies, het verslag en de eventuele nadere informatie meegezonden of uitgereikt.

  • 2.

    Indien naar het oordeel van de voorzitter van de commissie de termijn van twaalf weken, genoemd in artikel 7:10, eerste lid, van de Awb, ontoereikend is voor achtereenvolgens het uitbrengen van een advies en het nemen van een beslissing, verzoekt hij het verwerend orgaan tijdig de beslissing te verdagen.

  • 3.

    Van een besluit tot verdaging ontvangen de commissie en de belanghebbenden een afschrift.

Artikel 18. Jaarverslag

De commissie brengt desgevraagd aan de bestuursorganen van de gemeente verslag uit van haar werkzaamheden in het voorafgaande kalenderjaar.

Artikel 19. Intrekking oude regelingen

De verordeningen c.q. regelingen:

“Commissie Bezwaarschriften gemeente Muiden 2010”;

“Behandeling bezwaarschriften gemeente Naarden 2003, laatstelijk gewijzigd bij collegebesluit van 16 februari 2015”;

“Verordening behandeling bezwaarschriften gemeente Bussum 2006”;

worden ingetrokken bij inwerkingtreding van deze regeling.

Artikel 20. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking zo spoedig mogelijk na bekendmaking en met terugwerkende kracht tot 1 januari 2016.

Artikel 21. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: “Regeling commissie bezwaarschriften personele aangelegenheden gemeente Gooise Meren 2016".

Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Gooise Meren op…….

De secretaris

De burgemeester

Naar boven