Verordening tot wijziging van de individuele inkomenstoeslag Participatiewet 2015

De raad van de gemeente Geldermalsen;

 

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 5 september 2017, nummer 007,

 

besluit:

 

Vast te stellen de Verordening tot wijziging van de individuele inkomenstoeslag Participatiewet 2015.

 

Artikel I Wijziging Verordening

 

  • A.

    Artikel 1 komt te luiden:

     

Artikel 1. Begrippen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    inkomen: totaal van het inkomen, bedoeld in artikel 32 van de Participatiewet, en de algemene bijstand;

  • b.

    peildatum: de dag waarop het recht op individuele inkomenstoeslag ontstaat, voor zover deze dag niet ligt voor de dag waarop de belanghebbende zich heeft gemeld om individuele inkomenstoeslag aan te vragen.

  • c.

    referteperiode: periode van 36 maanden voorafgaand aan de peildatum.

  • d.

    Bijstandsnorm: de van toepassing zijnde bijstandsnorm als bedoeld in artikel 5 onderdeel c, juncto paragraaf 3.2 exclusief artikel 19a en 22a Participatiewet.

 

  • B.

    Artikel 3 komt te luiden:

 

Artikel 3. Langdurig laag inkomen

Een persoon heeft een langdurig laag inkomen als bedoeld in artikel 36, eerste lid, van de Participatiewet als gedurende de referteperiode het in aanmerking te nemen inkomen niet hoger is dan 120% van de toepasselijke bijstandsnorm.

 

  • C.

    Artikel 4 komt te luiden:

 

Artikel 4. Hoogte individuele inkomenstoeslag

  • 1.

    Een individuele inkomenstoeslag bedraagt per jaar:

    • a.

      voor een alleenstaande 40% van de bijstandsnorm bedoeld in artikel 21, onder a, van de Participatiewet geldend per 1 januari;

    • b.

      voor een alleenstaande ouder 40% van 90% van de van de bijstandsnorm bedoeld in artikel 21, onder b, van de Participatiewet geldend per 1 januari;

    • c.

      voor gehuwden 40% van de bijstandsnorm bedoeld in artikel 21, onder b, van de Participatiewet geldend per 1 januari.

  • 2.

    Als één van de gehuwden is uitgesloten van het recht op individuele inkomenstoeslag ingevolge de artikelen 11 of 13, eerste lid, van de Participatiewet, komt de rechthebbende echtgenoot in aanmerking voor een individuele inkomenstoeslag naar de hoogte die voor hem als alleenstaande of alleenstaande ouder zou gelden.

  • 3.

    Voor toepassing van het eerste en tweede lid is de situatie op de peildatum bepalend.

Artikel II Inwerkintreding.

 

Dit besluit werkt terug tot 1 januari 2017 en treedt in werking op de dag na de bekendmaking hiervan in het Digitale Gemeenteblad

 

Aldus besloten in de openbare vergadering

van 31 oktober 2017, nummer 10.05d ,

de griffier, de voorzitter,

 

Toelichting op de voorgestelde wijzigingen:

 

Ad A.

Het begrip peildatum is aangepast zodat de definitie meer aansluit op de praktijk.

 

Ad B.

De inkomensgrens om in aanmerking te komen wordt verhoogd van 100% naar 120% van de bijstandsnorm, waarbij de kostendelersnorm wordt uitgesloten. De toeslag sluit hiermee aan op het gemeentelijk minimabeleid.

 

Er wordt geen rekening gehouden met de kostendelersnorm. Iemand die valt onder de kostendelersnorm omdat hij met meerderen in dezelfde woning woont, kan toch in aanmerking komen voor de toeslag.

 

Ad C.

Er wordt een aparte norm toegevoegd voor alleenstaande ouders. Nu is het bedrag aan toeslag voor alleenstaande ouders gelijk aan alleenstaanden.

 

Naar boven