Gemeenteblad van Hilversum
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Hilversum | Gemeenteblad 2017, 158504 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Hilversum | Gemeenteblad 2017, 158504 | Verordeningen |
NADERE REGELS BEHORENDE BIJ DE VERORDENING WET MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE HILVERSUM 2015
Burgemeester en wethouders van Hilversum;
gelet op artikel 4 en artikel 5 van de Verordening wet maatschappelijke ondersteuning gemeente Hilversum 2015
De Nadere regels behorende bij de Verordening wet maatschappelijke ondersteuning gemeente Hilversum 2015 vaststellen.
NADERE REGELS BEHORENDE BIJ DE VERORDENING WET MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE HILVERSUM 2015
Hoofdstuk 2: Het Persoonsgebonden budget
Artikel 2. Maatwerkvoorziening als persoonsgebonden budget
Indien een pgb wordt verstrekt voor de aanschaf van goederen wordt indien van toepassing een (jaarlijks) bedrag verstrekt ter dekking van een deel van of de totale onderhouds- en reparatiekosten. De maximale vergoeding staat gelijk aan het bedrag voor onderhouds- en reparatiekosten voor de goedkoopst compenserende maatwerkvoorziening in natura.
Artikel 4. Hoogte pgb overgangsrecht AWBZ naar Wmo
Voor cliënten die naar aanleiding van de overgang van de AWBZ naar de Wmo 2015 een overgangsrecht zoals bepaald in de Wmo 2015 hebben, wordt de maximale hoogte van het pgb bepaald aan de hand van het in 2014 voor de functie toegekend budget, met aftrek van de uitvoeringskosten voor het beheer door de SVB.
Hoofdstuk 3: Bijdrage in de kosten
Artikel 5. Bijdrage in de kosten voor maatwerkvoorzieningen
De bedragen die gelden voor een bijdrage in de kosten van een maatwerkvoorziening zoals bedoeld in artikel 3 lid 3 onder a tot en met c van de verordening, zijn gelijk aan de maximale bedragen zoals opgenomen in artikel 3.1 van het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015. Deze bedragen worden, onverminderd artikel 3.8 van het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015, jaarlijks gewijzigd bij ministeriële regeling aan de hand van de prijsindex voor de gezinsconsumptie.
De bedragen die gelden voor een bijdrage in de kosten van een maatwerkvoorziening zoals bedoeld in artikel 3 lid 3 onder d en e van de verordening wet maatschappelijke ondersteuning gemeente Hilversum 2015, vallen binnen de kaders zoals gesteld in artikel 3.10 van het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015 en bedragen nooit meer dan de werkelijke kostprijs van het verblijf.
Wanneer cliënt via het Collectief Vraagafhankelijk Vervoer gecompenseerd wordt (Wmo-taxi) dan is er geen sprake van een bijdrage in de kosten zoals bedoeld in lid 1 tot en met 4 van dit artikel. Er is dan sprake van een reizigersbijdrage (per zone) die overeenkomt met de geldende tarieven van het reguliere openbaar vervoer.
Artikel 6: hoogte en vaststelling bijdrage in de kosten voor opvang
Onverkort artikel 3.10 Uitvoeringsbesluit Wmo 2015, is cliënt een bijdrage in de kosten voor een maatwerkvoorziening zoals bedoeld in artikel 3 lid 3 onder d van de verordening verschuldigd. Deze verplichting geldt voor iedere kalenderdag waarop de cliënt in de opvang verblijft en voor de looptijd dat de cliënt gebruik maakt van opvang;
Ingevolge artikel 5 lid 5 van de verordening mandateert het college de Stichting RIBW Gooi & Vechtstreek te Huizen en de Stichting Blijfgroep te Amsterdam tot het opleggen en innen van de bijdragen voor opvang zoals bedoeld in artikel 3 lid 3 onder e van de verordening wet maatschappelijke ondersteuning gemeente Hilversum 2015;
De in lid 2 van dit artikel genoemde instellingen, belast met het opleggen en innen van bijdrage voor opvang zijn verplicht aan het CAK een mededeling te doen van de bijdragen die zijn vastgesteld, voor zover niet betrekking hebbende op personen die voor de thuissituatie hebben verlaten in verband met risico’s voor hun veiligheid als gevolg van huiselijk geweld (artikel 2.1.4, zevende lid, van de Wmo 2015);
Indien de instelling die opvang biedt geen voeding verstrekt aan de cliënt, kan het bedrag voor de bijdrage in de kosten verminderd worden met een bedrag voor voeding. Hierbij wordt uitgegaan van het bedrag dat het Nibud in het betreffende jaar hiervoor hanteert. Indien dit bedrag (nog) niet bekend is, wordt aangesloten bij de normen van het voorgaande jaar.
Deze nadere regels kunnen worden aangehaald als: “Nadere regels behorende bij de Verordening wet maatschappelijke ondersteuning gemeente Hilversum 2015”.
Bijlage 1 – Maandelijkse bijdragen in de kosten voor Opvang 2014
Deze bedragen worden jaarlijks aangepast naar de dan geldende bijstandsniveaus
bijstandsnorm/-hoogte Leeftijdscategorie Inkomsten bijstandsniveau Norm persoonlijke uitgaven Ruimte in inkomen bij inkomenssituatie op bijstandsniveau Bijdrage in de kosten bij inkomenssituatie tot 110% bijstandsniveau
Extra bijdrage in de kosten bij inkomenssituatie boven 110% bijstandsniveau
Alleenstaande 18-65 jaar € 851,73 € 402,32 € 449,41 € 440 € 44
Alleenstaande vanaf 65 jaar € 1.079,16 € 402,32 € 676,84 € 670 € 67
(exclusief voeding) (€ 510) (€ 0)
Alleenstaande ouder 18-65 jaar € 1.122,64 € 402,32 € 720,32 € 720 € 72
(exclusief voeding) (€ 510) (€ 0)
Gehuwden 18-65 jaar € 1.303,09 € 671,19 € 631,90 € 630 € 63
(exclusief voeding) (€ 510) (€ 0)
Dagelijkse kosten voeding (bron: Nibud) Per gezin per maand
1 persoon (1 volwassene) € 194,50
2 personen (1 volwassene + 1 kind) € 304,38
3 personen (1 volwassene + 2 kinderen)
4 personen (1 volwassene + 3 kinderen) € 398,73
5 personen (1 volwassene + 4 kinderen) € 485,48
6 personen (1 volwassene + 5 kinderen) € 572,23
7 personen (1 volwassene + 6 kinderen) € 658,97
burgemeester en wethouders voornoemd,
de secretaris, de burgemeester,
Mandaat- en Machtigingsbesluit Stichting Blijfgroep te Amsterdam
Burgemeester en wethouders van gemeente Hilversum, en de burgemeester van gemeente Hilversum, ieder voor zover het hun bevoegdheid betreft;
gelet op het bepaalde in afdeling 10.1.1. van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 171 Gemeentewet;
overwegende dat het wenselijk is om de oplegging en inning van de bijdrage als bedoeld in artikel 2.1.4 lid 7 Wmo 2015 en artikel 5 lid 4 van de Verordening wet maatschappelijke ondersteuning gemeente HNilversum 2015 door de Stichting Blijfgroep te doen geschieden, besluiten:
Ten aanzien van de uitoefening van de bevoegdheden als bedoeld in artikel 2.1.4 lid 7 Wmo 2015, uitsluitend voor zover het betreft het binnen de wettelijke kaders opleggen en innen van een bijdrage bij de in dat artikel bedoelde opvang, mandaat respectievelijk machtiging te verlenen om namens hun college besluiten te nemen, respectievelijk handelingen te verrichten, aan:
De raad van bestuur van Stichting Blijfgroep te Amsterdam onder de voorwaarden dat:
• De uitoefening van de bevoegdheden uitsluitend binnen de bij of krachtens de wet gestelde regels plaatsvindt;
• De gemandateerde aan het Centraal Administratie Kantoor (CAK) een mededeling doet van de bijdragen die zijn vastgesteld, voor zover niet betrekking hebbende op personen die voor de thuissituatie hebben verlaten in verband met risico’s voor hun veiligheid als gevolg van huiselijk geweld (artikel 2.1.4, zevende lid, van de Wmo 2015);
• De gemandateerde burgemeester en wethouders van gemeente Hilversum jaarlijks informeert over de opgelegde eb geïnde bijdragen in de kosten voor opvang;
• Het verlenen van ondermandaat door de gemandateerde niet is toegestaan;
• Het bevoegde orgaan kan besluiten om met onmiddellijke ingang de uitoefening van de
gemandateerde bevoegdheid weer aan zich te trekken;
• Uitgaande stukken in mandaat en bij machtiging als volgt worden ondertekend:
Burgemeester en wethouders van de gemeente Hilversum
De raad van bestuur van Stichting Blijfgroep te Amsterdam,
Burgemeester en wethouders van Hilversum
Mandaat- en Machtigingsbesluit Stichting RIBW te Huizen
Mandaat- en Machtigingsbesluit Stichting RIBW te Huizen
Burgemeester en wethouders van gemeente Hilversum, en de burgemeester van gemeente Hilversum, ieder voor zover het hun bevoegdheid betreft;
gelet op het bepaalde in afdeling 10.1.1. van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 171 Gemeentewet;
overwegende dat het wenselijk is om de oplegging en inning van de bijdrage als bedoeld in artikel 2.1.4 lid 7 Wmo 2015 en artikel 5 lid 4 van de Verordening wet maatschappelijke ondersteuning gemeente Hilversum 2015 door de Stichting RIBW te doen geschieden, besluiten:
Ten aanzien van de uitoefening van de bevoegdheden als bedoeld in artikel 2.1.4 lid 7 Wmo 2015, uitsluitend voor zover het betreft het binnen de wettelijke kaders opleggen en innen van een bijdrage bij de in dat artikel bedoelde opvang, mandaat respectievelijk machtiging te verlenen om namens hun college besluiten te nemen, respectievelijk handelingen te verrichten, aan:
De raad van bestuur van Stichting RIBW te Huizen onder de voorwaarden dat:
• De uitoefening van de bevoegdheden uitsluitend binnen de bij of krachtens de wet gestelde regels plaatsvindt;
• De gemandateerde aan het Centraal Administratie Kantoor (CAK) een mededeling doet van de bijdragen die zijn vastgesteld, voor zover niet betrekking hebbende op personen die voor de thuissituatie hebben verlaten in verband met risico’s voor hun veiligheid als gevolg van huiselijk geweld (artikel 2.1.4, zevende lid, van de Wmo 2015);
• De gemandateerde burgemeester en wethouders van gemeente Hilversum jaarlijks informeert over de opgelegde eb geïnde bijdragen in de kosten voor opvang;
• Het verlenen van ondermandaat door de gemandateerde niet is toegestaan;
• Het bevoegde orgaan kan besluiten om met onmiddellijke ingang de uitoefening van de
gemandateerde bevoegdheid weer aan zich te trekken;
• Uitgaande stukken in mandaat en bij machtiging als volgt worden ondertekend:
Burgemeester en wethouders van de gemeente Hilversum
De raad van bestuur van Stichting RIBW te Huizen,
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2017-158504.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.