Rectificatie Nadere regels en beleidsregel incidentele subsidie voor culturele activiteiten tot € 5.000 gemeente Vlaardingen

Het college van burgemeester en wethouders van Vlaardingen,

 

overwegende dat het wenselijk is om op grond van artikel 4 van de Algemene Subsidieverordening Vlaardingen 2011 nadere regels vast te stellen voor incidentele subsidies voor culturele activiteiten tot € 5.000;

 

overwegende dat het voorts wenselijk is om op grond van artikel 4:81 e.v. van de Algemene wet bestuursrecht een beleidsregel vast te stellen voor het verstrekken van incidentele subsidies voor culturele activiteiten;

 

overwegende dat het artikel 2 van onderstaand besluit een beleidsregel bevat en de overige artikelen nadere regels bevatten;

 

gelet op de bepalingen in de Algemene subsidieverordening Vlaardingen 2011;

 

BESLUIT de volgende nadere regels en beleidsregel vast te stellen:

Artikel 1 Begripsomschrijving

In deze nadere regels en beleidsregel wordt onder een incidentele subsidie voor culturele activiteiten verstaan: eenmalige subsidie voor culturele activiteiten, zoals evenementen, manifestaties, optredens, opvoeringen, exposities, performances, die een toegevoegde waarde hebben voor het leven, wonen en werken in Vlaardingen.

Artikel 2 Subsidiecriteria

  • 1.

    De subsidie voor culturele activiteiten wordt geweigerd indien sprake is van één van de weigeringsgronden zoals neergelegd in artikel 10 van de Algemene subsidieverordening 2011.

  • 2.

    Om voor subsidie in aanmerking te komen moet de te subsidiëren activiteit:

    • -

      bijdragen aan een goede en prettige stad, het leefklimaat, de woonomgeving en de sociale samenhang;

    • -

      vernieuwend, creatief, artistiek en/of stimulerend zijn,

    • -

      openbaar toegankelijk zijn.

  • 3.

    De activiteiten waarvoor de subsidie wordt gevraagd behoren niet tot de reguliere gesubsidieerde activiteiten.

  • 4.

    Het publiceren en opleveren van producten als websites, boeken en ander drukwerk, beelden, schilderijen en andere fysieke kunstwerken komen niet voor subsidie in aanmerking.

Artikel 3 De subsidieaanvrager

Subsidie kan worden verstrekt aan organisaties met rechtspersoonlijkheid naar burgerlijk recht, zonder winstoogmerk. Het college kan in bijzondere gevallen hiervan afwijken.

Artikel 4 De subsidieaanvraag

  • 1.

    De incidentele subsidies kunnen tot maximaal zes weken voor aanvang van de activiteiten worden aangevraagd, in twee perioden:

    • -

      Eerste periode: vanaf 15 oktober 12:00 uur van het jaar voorafgaand aan het jaar waarin de activiteiten plaatsvinden, worden aangevraagd, indien de start, niet zijnde de voorbereiding, van de activiteiten in de periode 1 januari tot en met 30 juni plaatsvinden. Aanvragen die voor deze datum worden ingediend worden niet in behandeling genomen.

    • -

      Tweede periode: vanaf 15 april 12:00 uur van het jaar waarin de activiteiten plaatsvinden, indien de start, niet zijnde de voorbereiding, van de activiteiten in de periode 1 juli tot en met 31 december plaatsvinden. Aanvragen die voor deze datum worden ingediend worden niet in behandeling genomen.

  • 2.

    De aanvragen moeten in ieder geval bevatten:

    • -

      een beschrijving van de activiteit;

    • -

      de doelstelling van de activiteit;

    • -

      een omschrijving van de doelgroep;

    • -

      een begroting van de inkomsten en uitgaven;

    • -

      een publiciteitsplan.

Artikel 5 Beslistermijn

Burgemeester en wethouders beslissen binnen 6 weken op de aanvragen.

Artikel 6 Subsidieplafond

  • 1.

    De hoogte van het totale bedrag dat jaarlijks kan worden besteed aan incidentele subsidies voor culturele activiteiten bedraagt € 17.500 per periode als bedoeld in artikel 4 lid 1.

  • 2.

    De subsidieaanvragen worden in volgorde van binnenkomst afgehandeld. Indien met de toekenning van een subsidieaanvraag het subsidieplafond wordt overschreden, wordt de subsidie geweigerd.

  • 3.

    Onafhankelijk van de hoogte van het in lid 1 genoemde subsidieplafond is de hoogte van de subsidie maximaal € 5.000,= per subsidie.

Artikel 7 Inhoudelijk en financieel verslag

Binnen 12 weken nadat de activiteit heeft plaatsgevonden dient een inhoudelijk en financieel verslag te worden ingediend. Het verslag bevat in ieder geval:

  • -

    een beschrijving van het verloop van de activiteit;

  • -

    een overzicht van de uitgaven en inkomsten.

Artikel 8 Inwerkingtreding

Deze nadere regels en beleidsregel treden in werking op de dag na die waarop zij zijn bekend gemaakt.

Artikel 9 Citeertitel

Deze nadere regels en beleidsregel kunnen worden aangehaald als: ‘Nadere regels en beleidsregel incidentele subsidie voor culturele activiteiten tot € 5.000’.

 

Aldus op 4 juli 2017 vastgesteld door burgemeester en wethouders van Vlaardingen,

De secretaris,

Mw. mr. A.G. Knol – Van Leeuwen

De burgemeester,

Mw. mr. A.M.M. Jetten MSc

Naar boven