Plaatsingsbesluit cameratoezicht Gein

 

De burgemeester van Amsterdam

Overwegende:

dat de gemeenteraad van Amsterdam op 24 januari 2007 overeenkomstig artikel 151c Gemeentewet aan de burgemeester van Amsterdam in artikel 2.24 van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) de bevoegdheid heeft verleend te kunnen besluiten tot plaatsing van camera’s voor een bepaalde duur ten behoeve van het toezicht op een openbare plaats als dat naar zijn oordeel noodzakelijk is in het belang van de handhaving van de openbare orde;

dat uit het Plan van Aanpak Cameratoezicht Gein het volgende blijkt:

-Van 2008 tot en met eind 2014 is er cameratoezicht op en rond het winkelcentrum Gein

ingezet vanwege drugs- en drankoverlast . De directe aanleiding waren twee

gewelddadige incidenten waarbij twee dodelijke slachtoffers te betreuren waren. In

2013 en 2014 vonden er nog weinig incidenten plaats en werd er nauwelijks iets

waargenomen door de camera’s . Op 31 december 2014 is het cameratoezicht derhalve

beëindigd;

-Na het beëindigen van het cameratoezicht laten de cijfers van politie zien dat het aantal

incidenten in het winkelcentrum fors stijgt (van 107 in 2014 naar 144 in 2015 en 121 in 2016 een stijging van resp. 35% en 13% ).

  • -

    Bovendien hebben er in augustus 2016 een dodelijke steekpartij en in augustus en november 2016 enkele overvallen plaatsgevonden. Hierdoor zijn de onveiligheidsgevoelens onder de bewoners toegenomen;

  • -

    In april 2016 was er een poging plofkraak op de geldautomaat van de ING op het winkelcentrum, waarbij de nabij gelegen winkel is ontzet. Dit gaf veel onrust bij de bewoners en ondernemers. Temeer nu in de periode dat er cameratoezicht was, geen enkele plofkraak heeft plaatsgevonden (en daarvoor wel 4 ramkraken);

  • -

    Het stadsdeel krijgt via het gebiedsteam en de wijkagent, in toenemende mate klachten van bewoners over de overlast én signalen van ondernemers dat zij last ondervinden van de verslechtering van de veiligheid;

  • -

    De wijkagent wordt veelvuldig informeel aangesproken. Uit deze gesprekken blijkt dat er op straat regelmatig vuurwapens of andere wapens gezien worden, er mishandelingen plaatsvinden waar geen aangifte van gedaan wordt en andere strafbare feiten welke niet bij de politie of andere instanties terecht komen;

  • -

    De aangifte- en meldingsbereidheid in Gein Noord West, de buurt waarbinnen het winkelcentrum ligt, is laag. Het is met name onder jongvolwassenen en jeugd “not done” om meldingen te maken bij de politie of andere instanties;

  • -

    In het gebied Gein is recentelijk ook een jeugdgroep geprioriteerd welke ook regelmatig op het winkelcentrum komt. Het gaat om een groep van 15 jongeren in de leeftijd van 13 t/m 17 jaar die verantwoordelijk is voor, danwel betrokken was bij, een groot deel van de incidenten die in de afgelopen maanden in de wijk Gein hebben plaatsgevonden. De groep was tot ongeveer een half jaar geleden grotendeels onbekend bij de politie, maar komt nu steeds vaker in beeld inzake diefstallen, mishandelingen, straatroven, afpersing en woningovervallen;

dat in dit gebied een reeks maatregelen ter handhaving van de openbare orde is genomen, waaronder:

  • -

    Alcoholverbodsgebied;

  • -

    Versterking van het Keurmerk Veilig Ondernemen;

  • -

    Het organiseren van een veiligheidsmarkt ter versterking van de meldingsbereidheid;

  • -

    Het organiseren van overvalpreventietrainingen;

  • -

    De inzet van het Flexteam District Oost;

  • -

    Het Donkere Dagen Offensief;

  • -

    De inzet van het Ambulant Jongeren Team;

  • -

    De inzet van het Veiligheidsteam Openbaar Vervoer;

  • -

    De inzet van de Vliegende brigade;

  • -

    De inzet van de straatcoaches van de stichting aanpak overlast Amsterdam;

  • -

    Het inzetten van een groepsaanpak jeugd;

  • -

    Jongerenprogrammering buurthuis;

  • -

    Opbouwwerk en het versterken van de buurt door het oprichten van een buurtplatform;

  • -

    Het versterken van het winkelcentrum door positieve activiteiten zoals het event ‘Fijn in Gein’ met onder andere een braderie;

Dat bovengenoemde maatregelen onvoldoende hebben geleid tot het gewenste resultaat, te weten het terugdringen van het aantal geweldsincidenten (straatroof en overvallen) en het tegengaan van (jeugd)overlast;

Dat het plaatsen van cameratoezicht in Gein in aanvulling op de bestaande maatregelen derhalve noodzakelijk is ter handhaving van de openbare orde;

Dat de burgemeester het belang van een effectieve handhaving van de openbare orde enerzijds en de daarmee gepaard gaande mogelijke inperking van het recht op privacy anderzijds tegen elkaar heeft afgewogen;

Dat in die afweging aan het algemene belang om de verstoring van de openbare orde te herstellen meer gewicht moet worden toegekend dan aan het belang om geen inmenging te dulden in de privacy;

Dat de burgemeester de (verstoringen van de) openbare orde in Gein permanent volgt;

Dat het besluit tot cameratoezicht onmiddellijk zal worden ingetrokken indien cameratoezicht niet meer noodzakelijk is voor de handhaving van de openbare orde;

Dat de burgemeester ter algemene kennis brengt dat hij, op grond van artikel 151c Gemeentewet juncto artikel 2.24 APV, heeft besloten:

  • 1.

    tot het plaatsen van camera’s in Gein,

    waarvan de begrenzing is aangegeven in bijgevoegde plattegrond,

  • 1.

    dat dit besluit geldt voor de periode van 13 juli 2017 tot en met 31 december 2017.

  • 2.

    dat dit besluit wordt bekend gemaakt in het Gemeenteblad en in werking treedt op 13 juli 2017.

De burgemeester van Amsterdam voornoemd,

mr. E.E. van der Laan

Op grond van de Algemene Wet Bestuursrecht kan binnen zes weken na publicatie van dit besluit een bezwaarschrift worden ingediend bij de Burgemeester. Het indienen van een bezwaarschrift schorst de werking van dit besluit niet. U kunt een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening (schorsing) indienen bij de Voorzieningenrechter van de Rechtbank Amsterdam, Sector Bestuursrecht, Postbus 75850, 1070 AW Amsterdam.

Bijlage

Plattegrond Gein

 

Naar boven