Nadere regels Maatschappelijke Ondersteuning Peel en Maas 2017

 

 

Zaaknummer: 1894/2016/724034

Documentnummer: 1894/2017/891126

Besluitnummer:

BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN PEEL EN MAAS;

Gelet op het bepaalde in artikel 4:81 Algemene wet bestuursrecht;

Overwegende, dat de Verordening Maatschappelijke Ondersteuning Peel en Maas de bevoegdheid geeft om nadere regels te stellen betreffende het bepaalde in voornoemde verordening;

BESLUITEN:

Vast te stellen de volgende nadere regels:

Besluit nadere regels Maatschappelijke Ondersteuning Peel en Maas

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 Begripsomschrijving

  • 1.

    In deze nadere regels en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

    • a.

      Beroepsmatige ondersteuning : ondersteuning uitgevoerd door een daartoe opgeleide beroepskracht;

    • b.

      Budgethouder : de persoon die het persoonsgebonden budget toegekend heeft gekregen;

    • c.

      Niet-beroepsmatige ondersteuning: ondersteuning door iemand uit de sociale omgeving van de

burger, niet handelend onder de verantwoordelijkheid van een professionele organisatie;

  • d.

    Ondersteuningsplan : ondertekend schriftelijk verslag van de gesprekken en afspraken in de onderzoeksfase;

  • e.

    Verordening : Verordening maatschappelijke ondersteuning Peel en Maas;

  • f.

    Wet : Wet Maatschappelijke Ondersteuning.

    • 2.

      Alle begrippen die in dit besluit worden gebruikt en die niet nader worden omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de Wmo 2015 (in het bijzonder artikel 1.1.1), het Uitvoeringsbesluit Wmo en de Verordening maatschappelijke ondersteuning Peel en Maas.

HOOFDSTUK 2 PERSOONGEBONDEN BUDGET

Artikel 2. Voorwaarden persoonsgebonden budget (pgb)

Bij het opstellen van het ondersteuningsplan worden de voorwaarden in artikel 2.3.6, lid 2 sub a en c van de wet getoetst. Als resultaat hiervan wordt in het ondersteuningsplan een motivering opgenomen in hoeverre:

a.De burger op eigen kracht of met zijn sociaal netwerk of vertegenwoordiger de bij een pgb

behorende taken en verplichtingen kan uitvoeren zoals bedoeld in artikel 2.3.6. lid 2 onder a, van de wet;

a.Een pgb leidt tot het door de burger gewenste resultaat, welke vorm van ondersteuning hierbij passend is en welke kwaliteitseisen gelden voor besteding van het pgb. Hulpmiddelen, woonvoorzieningen en woningaanpassingen moeten voldoen aan een programma van eisen. De kwaliteit van de ondersteuning wordt geborgd door inzet van voorzieningen die past bij de mate van kwetsbaarheid van de burger. Dit wordt in het ondersteuningsplan bepaald en vastgelegd.

Artikel 3. Eigen verantwoordelijkheden van de budgethouder

De budgethouder is zelf verantwoordelijk voor:

  • a.

    het inkopen van de maatwerkvoorziening, hulpmiddel of hulp;

  • b.

    het onderhoud, de reparaties en de verzekering van het hulpmiddel;

  • c.

    Het afsluiten van een zorgovereenkomst met elke zorgverlener en het aanleveren van deze

    zorgovereenkomst(en) bij de SVB;

Artikel 4. Hoogte pgb bij ondersteuning

Bij de hoogte van het maximum uurtarief voor het pgb gelden twee tarieven:

  • a.

    voor beroepsmatige ondersteuning: maximaal 90% van het maximumtarief voor soortgelijke ondersteuning binnen de regionaal afgesloten raamcontracten;

  • b.

    voor niet-beroepsmatige ondersteuning: maximaal € 20,-.

Artikel 5. Hoogte pgb bij woningaanpassingen

  • 1.

    Bij de hoogte van het pgb wordt rekening gehouden:

    • a.

      bij woningaanpassingen tot € 5.000,- met de limitatieve lijst van SCIOPENG;

    • b.

      bij woningaanpassingen vanaf € 5.000,- met een kostenbegroting op basis van 2 offerte

      conform normen bouwbesluit of bouwkundig advies.

  • 2.

    De afschrijvingstermijn bij woningaanpassingen bedraagt 25 jaar. Binnen deze termijn wordt in de

    regel geen nieuw pgb verstrekt, tenzij hiervoor bijzondere gronden zijn.

Artikel 6. Hoogte pgb bij woonvoorzieningen en hulpmiddelen

  • 1.

    Bij de hoogte van het pgb voor woonvoorzieningen en hulpmiddelen wordt rekening gehouden met:

    • a.

      de kostprijs van de woonvoorziening of hulpmiddel conform contractafspraken met

leverancier;

  • b.

    de kosten voor onderhoud, reparatie en (eventuele) verzekering.

    • 2.

      De afschrijvingstermijn van woonvoorzieningen en hulpmiddelen bedraagt 7 jaar. Bij

      woonvoorzieningen en hulpmiddelen voor kinderen geldt 5 jaar. Een uitzondering hierop is de

      traplift: hiervoor geldt een afschrijvingstermijn van 10 jaar. Binnen deze termijnen wordt in de

      regel geen nieuw pgb verstrekt, tenzij hiervoor bijzondere gronden zijn.

Artikel 7. Hoogte pgb bij sportvoorzieningen

In het ondersteuningsplan wordt de hoogte van het pgb voor sportvoorzieningen vastgesteld. Hiermee wordt rekening gehouden met de mate van het overstijgen van kosten t.o.v. gebruikelijke kosten.

Artikel 8. Pgb voor inzetten sociaal netwerk

Het verstrekken van een pgb als een financiële compensatie voor ondersteuning door mensen in de sociale omgeving van de burger is mogelijk onder de volgende voorwaarden:

  • 1.

    als de ondersteuning de gebruikelijke (mantel)zorg overstijgt en het leidt tot een doelmatiger, efficiënter en tot effectievere ondersteuning;

  • 2.

    de motivatie voor deze inzet wordt opgenomen in het ondersteuningsplan;

  • 3.

    Het tarief voor ondersteuning door personen uit het sociaal netwerk bedraagt maximaal € 20,-

    per uur. Indien het ondersteuning hulp in het huishouden betreft, geldt een maximumtarief van

    € 15,- per uur.

Artikel 9. Besteding en verantwoording kosten pgb

  • 1.

    De schriftelijke (zorg)overeenkomst die de budgethouder sluit met iedere persoon of instantie bij wie hij een maatwerkvoorziening inkoopt, moet in overeenstemming zijn met de door het college afgegeven beschikking (inclusief ondersteuningsplan). Indien het college van mening is dat de zorgovereenkomst hier niet aan voldoet, wordt de budgethouder in de gelegenheid gesteld om de overeenkomst in de gewenste zin aan te passen. De goedkeuring door het college is een voorwaarde voor de Sociale Verzekeringsbank om tot uitbetaling aan de zorgverlener over te kunnen gaan. Zonder een goedgekeurde zorgovereenkomst vindt namelijk geen uitbetaling plaats. Indien het college wel akkoord is met de zorgovereenkomst dan wordt dit doorgegeven aan de Sociale Verzekeringsbank en tevens wordt dan aangegeven wat het maximumtarief is per zorgovereenkomst.

  • 2.

    Er is een vrij besteedbaar bedrag van € 250,- toegestaan bij de besteding van het persoonsgebonden budget. Dit moet de budgethouder wel zelf vrij spelen in het toegekende budget, door bijvoorbeeld goedkoper in te kopen of niet alle uren te besteden.

  • 3.

    De volgende kosten zijn uitgesloten uit het persoonsgebonden budget:

    • a.

      een eenmalige uitkering of een feestdagenuitkering voor de ondersteuner;

    • b.

      reiskosten van de ondersteuner;

    • c.

      kosten voor bemiddelingsbureaus, tussenpersonen of belangenbehartigers;

    • d.

      administratiekosten.

  • 4.

    Indien het ondersteuningsplan meerdere typen ondersteuning bevat mag de budgethouder hiermee binnen het verstrekte pgb schuiven indien dit leidt tot een meer adequate ondersteuning;

  • 5.

    Eenmalige pgb’s voor bijvoorbeeld woningaanpassing of hulpmiddelen verlopen vooralsnog niet via het SVB/trekkingsrecht. Bij hulpmiddelen, woonvoorzieningen en woningaanpassingen onder de € 5.000,- worden deze pgb’s rechtstreeks aan de budgethouder overgemaakt na het nemen van de beschikking. Bij woningaanpassingen boven de € 5.000,- vindt uitbetaling van het pgb plaats na indiening van de factuur van de aannemer.

Artikel 10. Controle pgb

Via periodiek overleg over het ondersteuningsplan vindt controle van het gebruik en de besteding van de maatwerkvoorzieningen en het persoonsgebonden budget plaats. Dit kan leiden tot bijstelling van de omvang van de maatwerkvoorzieningen en/of het persoonsgebonden budget.

HOOFDSTUK 3 WAARDERING MANTELZORGERS

Artikel 11. Waardering mantelzorgers

Het college geeft in samenspraak met het mantelzorgforum en het Steunpunt Mantelzorg Peel en Maas invulling aan de waardering van mantelzorgers die zorg verlenen aan inwoners van de gemeente Peel en Maas. Dit gebeurt jaarlijks rondom de Dag van de Mantelzorg met o.a. de mantelzorgbloem en met diverse speciale activiteiten voor mantelzorgers gedurende het jaar.

Artikel 12. Hulp bij het huishouden voor mantelzorgers

Mantelzorgers uit de gemeente Peel en Maas komen in aanmerking voor hulp bij het huishouden in hun eigen woning voor 10 euro per uur, overeenkomstig de voormalige HHT-regeling.

HOOFDSTUK 4 SLOTBEPALINGEN

Artikel 13. Intrekking oude beleidsregel en overgangsrecht

  • 1.

    De Beleidsregel maatschappelijke ondersteuning zoals vastgesteld op 5 januari 2015, wordt met ingang van 1 januari 2017 ingetrokken;

  • 2.

    Een burger houdt recht op een lopende voorziening verstrekt op grond van de Beleidsregel maatschappelijke ondersteuning zoals vastgesteld op 5 januari 2015, totdat het college een nieuw besluit heeft genomen;

  • 3.

    Aanvragen die zijn ingediend onder de Beleidsregel maatschappelijke ondersteuning zoals vastgesteld op 5 januari 2015 en waarop nog niet is beslist bij het in werking treden van dit Besluit, worden afgehandeld krachtens de Beleidsregel maatschappelijke ondersteuning.

Artikel 14. Citeertitel en inwerkingtreding

  • 1.

    Deze nadere regels worden aangehaald als Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning;

  • 2.

    Dit Besluit treedt in werking op de eerste dag na de dag van bekendmaking en heeft terugwerkende kracht tot 1 januari 2017.

Panningen, 16 januari 2017

Burgemeester en wethouders van de gemeente Peel en Maas,

de gemeentesecretaris/directeur, de burgemeester,

L.P.H. Breukers W.J.G. Delissen-van Tongerlo

Naar boven