Wijzigingen in de CAR/UWO, pensioenakkoord en salarismaatregelen 2015-2016

 

Het dagelijks bestuur van het openbaar lichaam Samenwerking Kempengemeenten;

Overwegende dat in de Gemeenschappelijke Regeling Samenwerking Kempengemeenten is opgenomen dat de gemeenten Bladel, Eersel, Oirschot en Reusel-De Mierden de uitvoering van personeelsbeleid hebben overgedragen en dat de vaststelling/wijziging van de CAR/UWO als zodanig kan worden gezien;

Overwegende dat op het personeel van het openbaar lichaam de CAR/UWO van toepassing is;

Gezien de circulaire van het Landelijk Overleg Gemeentelijke Arbeidsvoorwaarden (LOGA) van 13 juli 2015 (ECWGO/U201501192) betreffende CAR-UWO wijzigingen i.v.m. pensioenakkoord en salarismaatregelen 2015-2016;

In het Pensioenakkoord van november 2014 zijn afspraken gemaakt over de vrijval van pensioenpremie. Deze vrijval leidt tot een eenmalige uitkering in oktober 2015 van 0,74% van het jaarsalaris en een eenmalige uitkering in juli 2016. Ook deze uitkering bedraagt 0,74% van het jaarsalaris. Deze laatste uitkering wordt omgezet in een structurele salarisverhoging als voor 1 juli 2016 een nieuwe cao Gemeenten is afgesloten;

Gelet op het feit dat in het LOGA volledige overeenstemming is en de wijzigingen zoals deze zijn opgenomen in de hiervoor genoemde circulaire van het LOGA daaruit voortvloeien;

besluit:

de CAR/UWO van de gemeenten Bladel, Eersel, Oirschot en Reusel-De Mierden alsmede van het openbaar lichaam Samenwerking Kempengemeenten te wijzigen overeenkomstig de bij dit besluit horende bijlage en te bepalen dat deze wijzigingen in werking treden per oktober 2015 en juli 2016.

Aldus besloten op 15 december 2015.

Het dagelijks bestuur van het openbaar lichaam Samenwerking Kempengemeenten,

drs. E.L.C.M. Mol, namens directie

mr. A.H.J.M. Swachten, voorzitter bestuur

 

Bijlage: Wijzigingen in gemeentelijke arbeidsvoorwaardenregeling als gevolg van de circulaire van 13 juli 2015 (ECWGO/U201501192) per oktober 2015 en juli 2016

1. Uitvoering Pensioenakkoord

Op 13 november 2014 sloten de sociale partners in de Pensioenkamer een akkoord over een herziening van de ABP-Pensioenregeling. In de Pensioenkamer zijn alle overheids- en onderwijswerkgevers (VSO) en alle vakcentrales voor overheidspersoneel (ACOP, CCOOP, CMHF en AC) vertegenwoordigd.

Dit Pensioenakkoord betekent onder andere een versobering van de pensioenregeling: medewerkers bij de overheid en het onderwijs bouwen minder pensioen op. De aanleiding voor het akkoord is dat de wetgeving de mogelijkheden voor pensioenopbouw beperkt. Doordat medewerkers minder pensioen opbouwen, dragen de werkgevers en de medewerkers minder premie af.

Het VSO en de vakcentrales hebben in het Pensioenakkoord afgesproken dat het geld dat werkgevers hierdoor minder aan pensioenpremie betalen — de vrijval — wordt besteed aan de sectorale cao-tafels:

  • De verlaging van de werkgeverspremies krijgt — voor zover niet herbesteed aan de kwaliteit van de pensioenregeling — volledig doorwerking via de sectorale cao-tafels in verbetering van salaris (of andere arbeidsvoorwaarden als cao-partijen daarvoor kiezen), in aanvulling op de salarisafspraken op grond van de bestendige sectorsystematiek.

Het LOGA gaat over de uitvoering van deze afspraak voor de sector gemeenten.

Op dit moment heeft de sector gemeenten een cao. Deze loopt tot 1 januari 2016. Het LOGA spreekt in de cao 2016 (e.v.) af hoe de vrijval wordt aangewend in de sector gemeenten voor verbetering van salaris. Om de periode tot 1 januari 2016 te overbruggen, krijgen medewerkers van gemeenten een eenmalige uitkering van 0,74% van het jaarsalaris.

Op 1 juli 2016 krijgen medewerkers van gemeenten weer een eenmalige uitkering van 0,74% van het jaarsalaris. Dit bedrag wordt omgezet in een structurele salarisverhoging als vóór 1 juli 2016 een nieuwe cao Gemeenten is afgesloten. De gesprekken hierover starten in het najaar.

2. Technische uitwerking

Doelgroep

Alle medewerkers die op 1 oktober 2015 respectievelijk op 1 juli 2016 een aanstelling of arbeidsovereenkomst op grond van de CAR-UWO hebben, hebben recht op de eenmalige uitkering.

Ziek

Zieke medewerkers hebben ook recht op de eenmalige uitkering. Dit geldt ook voor medewerkers die met (gedeeltelijk) betaald of (gedeeltelijk) onbetaald verlof zijn. De eenmalige uitkering wordt niet gekort vanwege ziekte of (on)betaald verlof.

FLO-overgangsrecht

Medewerkers die onder het FLO-overgangsrecht vallen en in de periode van gedeeltelijk betaald verlof of onbezoldigd volledig verlof genieten, hebben eveneens recht op de eenmalige uitkering. De eenmalige uitkeringen voor medewerkers die gebruik maken van het FLO-overgangsrecht is gebaseerd op het laatstverdiende geïndexeerde salaris voordat de medewerker gebruik maakte van het FLO-overgangsrecht. De betaling van deze eenmalige uitkeringen gebeurt rechtstreeks vanuit de werkgever aan de medewerker. Loyalis heeft daarin geen rol. De eenmalige uitkeringen worden niet verwerkt in de maatwerkpercentages werkgeversbijdragen levensloop, omdat ze niet vallen onder de term oude bezoldiging in het FLO-overgangsrecht.

Buitengewoon ambtenaar

De eenmalige uitkering is niet automatisch van toepassing op buitengewoon ambtenaren van de burgerlijke stand. Of buitengewoon ambtenaren van de burgerlijke stand recht hebben op de eenmalige uitkering, hangt af van hun lokale rechtspositie.

Vrijwillige brandweer

Leden van de vrijwillige brandweer hebben geen recht op de eenmalige uitkering. CAR-UWO artikel 19:24 bepaalt dat leden van de vrijwillige brandweer de LOGA-afspraken over salarismutaties volgen. Een eenmalige uitkering is geen salarismutatie. Bovendien bouwen leden van de vrijwillige brandweer geen pensioen op bij het ABP. De vrijval uit het Pensioenakkoord is derhalve niet op hen van toepassing.

Peildatum

De peildatum voor de eenmalige uitkering in 2015 is 1 oktober 2015. De peildatum voor de eenmalige uitkering in 2016 is juli 2016. Elke medewerker die op die datum in dienst is van de gemeente, heeft recht op de eenmalige uitkering.

Grondslag

De eenmalige uitkering in 2015 wordt berekend over 12x het salaris van de medewerker in september 2015. De eenmalige uitkering in 2016 wordt berekend over 12 x het salaris van de medewerker in juni 2016. Voor medewerkers met een arbeidsduur van minder dan 36 uur per week (artikel 2:7a CAR-UWO) geldt het salarisbedrag naar rato van de arbeidsduur.

Oproepkrachten

Medewerkers in dienst van gemeenten die op oproepbasis werkzaam zijn, hebben recht op de eenmalige uitkering. Voor de eenmalige uitkering in oktober 2015 is de grondslag 12x het salaris over de gewerkte uren in de maand september 2015. Voor de eenmalige uitkering in juli 2016 is de grondslag 12x het salaris over de gewerkte uren in de maand juni 2016.

Doorwerking in salarisafhankelijke bedragen

De eenmalige uitkeringen werken niet door in de salarisafhankelijke uitkeringen zoals de eindejaarsuitkering, de werkgeversbijdrage levensloop en de vakantietoelage. Het salaris en de bezoldiging wijzigen door de eenmalige uitkeringen immers niet.

Bovenwettelijke uitkeringen

De eenmalige uitkeringen hebben geen invloed op de hoogte van bovenwettelijke uitkeringen vanwege ontslag en werkloosheid. Hierbij wordt gedoeld op de uitkeringen op grond van de CAR-UWO hoofdstukken 9, 9a, 9b, 9c, 10, 10a, 10d, 11 en 11a.

Moment van uitbetaling

De eenmalige uitkering in 2015 dient bij de salarisbetaling van oktober 2015 uitbetaald te worden en anders zo snel mogelijk bij de volgende reguliere salarisbetaling. De eenmalige uitkering in 2016 dient bij de salarisbetaling van juli 2016 uitbetaald te worden en anders zo snel mogelijk bij de volgende uitbetaling.

Pensioen

Op grond van artikel 3:2 van het ABP Pensioenreglement behoort de eenmalige uitkering tot de pensioengrondslag. De pensioengrondslag voor 2015 wordt niet met terugwerkende kracht opnieuw berekend. De eenmalige uitkering van 2015 wordt dus meegenomen bij het bepalen van de pensioengevend inkomen van peildatum 1 januari 2016. De eenmalige uitkering van juli 2016 wordt meegenomen bij het pensioengevend inkomen van peildatum 1 januari 2017.

Voorwaardelijke omzetting

De eenmalige uitkering in 2016 van 0,74% van het jaarsalaris wordt omgezet in een structurele salarisverhoging van 0,74% als vóór 1 juli 2016 een nieuwe cao Gemeenten is afgesloten. De gesprekken hierover starten in het najaar.

Naar boven