Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente Cuijk 2016

 

Burgemeester en wethouders van Cuijk;

gelet op artikel 24 van de Verordening leerlingenvervoer gemeente Cuijk 2015 waarin wordt bepaald dat het college nadere regels kan stellen met betrekking tot de uitvoering van deze verordening;

overwegende dat het gewenst is dat regels gewenst zijn om aanvragen leerlingenvervoer op

een eenduidige manier te kunnen beoordelen;

besluiten:

vast te stellen de volgende Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente Cuijk 2016:

1. Algemeen

Artikel uit de verordening:

1.1

De gemeente beoordeelt de aanvraag allereerst op:

1. het soort onderwijs dat de leerling volgt

2. de richting van onderwijs

3.de afstand woning-school en

4.de structurele handicap van een leerling.

Het uitgangspunt is: vervoer naar de dichtstbijzijnde school van de soort en richting waarop de leerling is aangewezen, tenzij uit een schriftelijke verklaring van deze school blijkt dat deze school niet de ondersteuning kan bieden die voor de leerling vereist is. In dat geval wordt uitgegaan van vervoer naar de eerstvolgende dichtstbijzijnde school.

Voor het leerlingenvervoer is het niet van belang wat de onderwijsmethode of het leerprincipe van een school is.

Artikel 1.s en 3

1.2

De gemeente bepaalt de afstand woning-school via de ANWB-routeplanner op www.anwb.nl, volgens de ‘kortste route’. De afstand wordt berekend in kilometers en afgerond op één cijfer achter de komma.

Artikel 1.b

1.3

Vervoersvoorziening: de gemeente gaat uit van de goedkoopste wijze van vervoer die voor de leerling passend is.

Artikel 1.u

1.4

De gemeente vergoedt uitsluitend de eventuele vervoerskosten van de begeleider voor de reis die hij/zij gezamenlijk met de leerling aflegt met de fiets of het openbaar vervoer. Eventueel te maken personeelskosten zijn voor de ouders.

Artikel 11 en 18

Handicap

1.5

De gemeente houdt bij de beoordeling van de aanvraag leerlingenvervoer uitsluitend rekening met de structurele handicap van de leerling. Een tijdelijke handicap is geen reden voor de toekenning van leerlingenvervoer.

Artikel 11, 12, 18 en 19

1.6

In sommige gevallen kan de gemeente een verklaring van een onafhankelijk deskundige wenselijk vinden. De gemeente schakelt dan een onafhankelijke adviesorganisatie in. De kosten van dit advies zijn voor rekening van de gemeente.

Artikel 9, 16

Eigen bijdrage

1.7

Als bij de aanvraag leerlingenvervoer inkomensgegevens ingediend moeten worden, dan dienen ouders een IB60 formulier van het peiljaar bij de Belastingdienst op te vragen voor beide partners. Dit geldt ook als de partner van een ouder niet de andere ouder van het kind is of als ouders/verzorgers gescheiden zijn.

Artikel 14 en 15

1.8

De hoogte van het drempelbedrag wordt jaarlijks berekend op basis van de kosten van het openbaar vervoer per bus over een afstand van zes kilometer. Hierbij wordt uitgegaan van de in de regio Land van Cuijk geldende vervoerstarieven van Arriva.

Artikel 14.3

1.9

Als ouders een eigen bijdrage moeten betalen voor het leerlingenvervoer maar niet het hele schooljaar gebruik maken van het vervoer, dan wordt de eigen bijdrage naar rato berekend.

Artikel 14 en 15

Stages

1.10

Als de leerling dagelijks leerlingenvervoer krijgt en stage is een onderdeel van het onderwijsprogramma dan bestaat aanspraak op leerlingenvervoer naar en van het stage-adres.

De stageplek is bij voorkeur langs de route woning-school of in de nabijheid van de woning, zodat de leerling minder hoeft te reizen.

Artikel 1.r en 1.t

1.11

Ten aanzien van de vergoeding geldt het volgende:

•Voor het stage-adres geldt hetzelfde afstandscriterium als voor de school. Er is pas recht op vergoeding als de afstand naar het stage-adres meer dan zes kilometer is (dus 6,1 kilometer of meer);

•Als zelfstandig reizen met (brom)fiets of openbaar vervoer naar het stage-adres tot de mogelijkheden van de leerling behoort, dan wordt de tegemoetkoming gebaseerd op de goedkoopst mogelijke wijze van vervoer die passend is;

•In het aangepast vervoer sluit het stage-vervoer qua tijd en afstand aan op het reguliere, collectieve schoolvervoer en de reguliere schooltijden, tenzij de branche waarin stage wordt gevolgd deze aansluiting niet mogelijk maakt.

 

2. Openbaar vervoer (OV)

2.1

Reistijd: de gemeente bepaalt de reistijd per openbaar vervoer via www.9292ov.nl.

Artikel 1.o

2.2

De gemeente berekent de kosten van het openbaar vervoer op basis van de gegevens van www.9292ov.nl. Uitgangspunt is de goedkoopst mogelijke wijze van openbaar vervoer.

Artikel 1.u

2.3

De gemeente geeft alleen een financiële vergoeding voor de te maken reiskosten van en naar school en de aanschafkosten van een eventueel benodigde OV-chipkaart.

Artikel 10, 11, 17, 18

 

 

 

3. Aangepast vervoer, oftewel taxivervoer

3.1

Ouders zijn zelf verantwoordelijk voor het vervoer als hun kind vanwege doktersbezoek, behandeling of ziekte later naar school gaat of eerder van school opgehaald moet worden.

Artikel 1.t

Lestijden en examens

3.2

Voor leerlingen in het voortgezet onderwijs wordt geen rekening gehouden met het individuele lesrooster of met lesuitval, ook niet als dit het eerste of laatste lesuur is.

De gemeente past de vervoerstijden alleen aan als de wachttijd op school méér dan 5 lesuren bedraagt of als de structurele handicap van de leerling het wachten onmogelijk maakt.

Artikel 1.t

3.3

Als een leerling in aanmerking komt voor aangepast vervoer en vanwege de examens niet met het reguliere leerlingenvervoer mee gaat, dan dienen de ouders zelf te zorgen voor het vervoer. Zij kunnen hiervoor een kilometervergoeding krijgen.

Artikel 1.t

Afwijkend adres

3.4

Het door de gemeente georganiseerde aangepast vervoer gaat van de woning dan wel de opstapplaats naar de school en terug.

Een leerling kan een tweede adres hebben waar hij/zij wordt opgehaald en/of afgezet. Als er voor het vervoer een opstapplaats wordt gehanteerd, dan is vervoer naar een ander adres alleen in bijzondere situaties mogelijk.

Voorwaarden voor een afwijkend adres:

•De leerling heeft maximaal één extra adres;

•De leerling verblijft op vaste, structurele dagen op dit adres;

•Het adres ligt binnen de gemeente, bij voorkeur langs de route;

•Vervoer naar het tweede adres mag niet leiden tot meer kosten dan vervoer naar de woning;

•Overige leerlingen in het betreffende vervoermiddel mogen er geen onevenredig veel nadeel van ondervinden.

Artikel 1.t

Problemen in het vervoer

3.5

Ouders zijn altijd verantwoordelijk voor het gedrag van hun kind, ook als dat ongewenst gedrag is.

 

3.6

3.7

Als er sprake is van ontoelaatbaar gedrag dan kunnen de volgende stappen worden ondernomen:

1.Een gesprek tussen ouders en chauffeur en, indien gewenst, ook met de vervoerder samen. Doel: verbetering van het gedrag van de leerling en zoeken naar een oplossing.

2.Wanneer dit niet tot verbetering leidt, dan stuurt de vervoerder een schriftelijke waarschuwing aan de ouders over het ongewenste gedrag. De gemeente ontvangt hiervan een afschrift.

3.Als het probleem aanhoudt, dan overlegt de vervoerder met de gemeente en ouders over mogelijke oplossingen. Dit kan zijn:

a.een aanpassing in de route die het gedrag van de betreffende leerling positief kan beïnvloeden. Deze oplossing mag niet nadelig zijn voor de andere leerlingen in de route;

b.Een aanbod aan ouders om hun kind te begeleiden. De ouders dienen deze begeleiding zelf te organiseren, zij zijn immers verantwoordelijk voor hun kind;

c.Een andere oplossing op maat.

De eventuele extra kosten die de gemeente moet maken voor deze oplossingen worden doorberekend aan de ouders.

1.Als de leerling ontoelaatbaar gedrag blijft vertonen,

kan de gemeente besluiten het aangepast vervoer te beëindigen. Ouders blijven altijd verantwoordelijk voor het schoolbezoek van hun kind, ook als deze (tijdelijk) als maatregel tegen ongewenst gedrag niet mee mag in het taxivervoer.

Als er schade wordt veroorzaakt aan de bus of aan de eigendommen van kinderen tijdens het vervoer, dan wordt diegene die de schade heeft veroorzaakt daarvoor aansprakelijk gesteld.

 

 

 

 

4. Eigen vervoer, ouders rijden zelf

4.1

Als ouders in aanmerking komen voor een kilometervergoeding voor het eigen vervoer, dan baseert de gemeente de hoogte van de vergoeding op de reis die de leerling maakt, dat wil zeggen ’s ochtends alleen de heenweg en ’s middags alleen de terugweg.

Artikel 13 en 20

1.Vervoer naar scholen voor speciaal basisonderwijs

5.1

Indien ouders aanspraak maken op vervoer naar een school voor speciaal basisonderwijs, wordt uitsluitend een vergoeding verstrekt op basis van de kosten openbaar vervoer of openbaar vervoer onder begeleiding.

Artikel 3 en 4

6. Slotbepaling

6.1.

Deze beleidsregels treden in werking de dag na bekendmaking.

 

6.2

6.3

Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente Cuijk 2016.

De Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente Cuijk 2015

worden ingetrokken met ingang van de in het 1e lid

genoemde datum.

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van 31 mei 2016.

Burgemeester en wethouders van Cuijk,

R.H.M.A Rongen

W.A.G. Hillenaar

secretaris

burgemeester

Naar boven