Wijziging van de CAR-UWO

 

Het college van burgemeester en wethouders;

gelet op het gestelde in artikel 160 van de Gemeentewet;

gezien de circulaire van het Landelijk Overleg Gemeentelijke Arbeidsvoorwaarden van 22 februari 2016, kenmerk CvA/LOGA 16/04;

b e s l u i t :

vast te stellen de navolgende wijziging van de CAR-UWO met ingang van 1 april 2016

  • A.

    In artikel 1:1 lid 1 vervallen de onderdelen s, t, kk en ll en in onderdeel rr worden de woorden “toegekend en die tot 1 januari 2016 tot de bezoldiging werden gerekend” vervangen door: “toegekend. Deze werden tot 1 januari 2016 tot de bezoldiging gerekend. Voor de medewerker in dienst vóór

    1 januari 2016, geldt de Toelage Overgangsrecht (TOR) op grond van hoofdstuk 3 paragraaf 6, ook als een salaristoelage.”

  • B.

    In artikel 1:2:1 lid 1 worden de woorden “ 7:24a, 7:25a, 7:25b,” vervangen door: “3:25, 3:26”.

  • C.

    In de toelichting op artikel 1:2a en 1:2b worden de woorden: “kan worden betaald. Wat een redelijke onkostenvergoeding is voor stagiaires en wep-ers wordt lokaal in overleg met het bevoegde medezeggenschapsorgaan vastgesteld.” vervangen door: “wordt betaald.

Wat een redelijke onkostenvergoeding is voor stagiaires en wep-ers wordt lokaal in overleg met het bevoegde medezeggenschapsorgaan vastgesteld.”

  • A.

    In de toelichting op artikel 1:6 lid 1 worden de woorden “Dit betekent….uniek karakter” vervangen door: “Dit betekent onder andere dat de termijn van 24 maanden niet van toepassing is.”

  • B.

    In artikel 2:7a lid 2, onderdeel 5 worden de woorden “, sub a,” geschrapt.

  • C.

    Aan hoofdstuk 3 wordt artikel 3:27 toegevoegd en hierin wordt heel paragraaf 6 met het overgangsrecht opgenomen.

In de toelichting op punt 5 van artikel 3:27 wordt de laatste zin vervangen door: “De TOR is een nominaal bedrag en geldt voor de betreffende medewerker als een salaristoelage. De TOR telt mee voor de vaststelling van de vakantietoelage en is onderdeel van de pensioengrondslag. De TOR telt niet mee bij de berekening van de eindejaarsuitkering en de levensloopbijdrage.”

  • A.

    In artikel 4:9 lid 5 worden de woorden “artikelen 8:3, 8:6, 8:7, 8:8, 8:10 of 8:11” vervangen door:

    “artikel 8:3, 8:6, 8:7, 8:8 of 8:10”.

  • B.

    Hoofdstuk 5a vervalt.

De toelichting op hoofdstuk 5a vervalt.

  • A.

    Artikel 6:2:1 lid 6 vervalt.

  • B.

    In artikel 6:2:6 lid 3 worden de woorden “artikel 6:2:1” vervangen door: “artikel 6:2 lid 1”.

  • C.

    In artikel 6:4 lid 4 worden de woorden “de Vut-fonds bijdrage als bedoeld in artikel 21 van het FPU-reglement basis- en aanvullende uitkering” vervangen door: “premie voor de voorwaardelijke inkoop”.

  • D.

    In artikel 6:4:5a lid 2 worden de woorden “de Vut-fonds bijdrage als bedoeld in artikel 21 van het

    FPU-reglement basis- en aanvullende uitkering” vervangen door “premie voor de voorwaardelijke inkoop”.

  • E.

    Artikel 6:5:4 lid 2 en lid 4 vervallen, onder vernummering van lid 3 in lid 2.

De toelichting op artikel 6:5:4 wordt gewijzigd en komt te luiden:

Lid 1

De korting van vakantieverlof vindt gedurende het ouderschapsverlof plaats overeenkomstig de omvang en de duur van dit verlof. Geniet de ambtenaar bijvoorbeeld ouderschapsverlof gedurende zes maanden voor de helft van zijn arbeidsduur en loopt het verlof van 1 mei tot 1 november, dan heeft betrokkene tot en met april recht op volledig verlof (4/12 x verlofaanspraak op jaarbasis), van mei tot november een halve verlofopbouw (6/12 x verlofaanspraak op jaarbasis x 0,5) en in november en december weer een gehele verlofopbouw (2/12 x verlofaanspraak op jaarbasis).

Lid 2

De opbouw van de vakantietoelage tijdens ouderschapsverlof vindt plaats op basis van de bezoldiging, die tijdens het ouderschapsverlof wordt doorbetaald. Bij betaald ouderschapsverlof wordt dus gedeeltelijk vakantietoelage opgebouwd. Bij onbetaald ouderschapsverlof wordt geen vakantietoelage opgebouwd.

  • A.

    In de algemene toelichting op artikel 6:7 worden de woorden “Verder kan het bevallingsverlof vanaf de 6e week” vervangen door: “Verder kan het bevallingsverlof na de 6e week”.

  • B.

    In artikel 6:10 lid 4 worden de woorden “de Vut-fonds bijdrage als bedoeld in artikel 21 van het FPU-reglement basis- en aanvullende uitkering” vervangen door: “premie voor de voorwaardelijke inkoop”.

  • C.

    In artikel 6a:7 lid 1 worden de woorden “, met uitzondering van de ambtenaar die in 2005 55 jaar is geworden en die in deeltijd met FPU is gegaan,’ geschrapt.

  • D.

    In artikel 7:1 lid 1, onderdeel h wordt het woord “FPU-uitkering,” geschrapt.

  • E.

    In artikel 7:2:6 lid 1 worden de woorden “in artikel 7:2:4 of” geschrapt.

  • F.

    Boven artikel 7:3 wordt de koptekst gewijzigd in: “Recht op salaris en de toegekende salaristoelagen”.

  • G.

    Artikel 7:24a vervalt.

De toelichting op artikel 7:24a vervalt.

A.Artikel 7:25 vervalt.

De toelichting op artikel 7:25 vervalt.

  • A.

    Artikel 7:25a vervalt.

  • B.

    Artikel 8:2 lid 2 vervalt, onder vernummering van lid 3 in lid 2.

De toelichting op artikel 8:2 lid 2 vervalt, onder vernummering van lid 3 in lid 2.

In de tabel in de toelichting worden de woorden “, derde lid” vervangen door: “lid 2”.

  • A.

    De toelichting op artikel 8:4 lid 10 wordt gewijzigd en komt te luiden:

    • 10.

      In lid 10 is geregeld dat de termijn van de verplichte loondoorbetaling van twee jaar wordt verlengd met de verlenging van de wachttijd voor een uitkering ingevolge de WIA.

De ontslagtermijn wordt verlengd in de volgende gevallen:

  • a.

    In artikel 24 lid 1 van de WIA is bepaald dat de wachttijd op verzoek van werkgever en werknemer gezamenlijk verlengd kan worden.

  • b.

    Bij de aanvraag van een uitkering ingevolge de WIA moet een reïntegratieverslag worden ingediend. Als het UWV van mening is dat de werkgever zonder deugdelijke grond zijn verplichtingen niet is nagekomen of onvoldoende reïntegratie-inspanningen heeft verricht, kan het UWV de termijn gedurende de werkgever het loon moet doorbetalen verlengen. De termijn van de verlenging is maximaal 52 weken en wordt afhankelijk gesteld van de aard en ernst van het verzuim. Deze sanctiebevoegdheid is neergelegd in artikel 25, negende lid, van de WIA.

De medewerker merkt financieel niets van de verlenging van de ontslagtermijn op grond van de hiervoor genoemde redenen. Op grond van artikel 7:3 heeft de medewerker na 24 maanden ziekte recht op 70% van zijn bezoldiging.

A.Artikel 8:11 vervalt.

De toelichting op artikel 8:11 vervalt.

  • A.

    Artikel 8:11:1 vervalt.

  • AA.

    In de toelichting op artikel 8:12 wordt in de eerste en in de vierde alinea het getal “36” vervangen door: “24”.

  • AB.

    Hoofdstuk 9 vervalt

De toelichting op hoofdstuk 9 vervalt.

AC.Artikel 9b:2 onderdeel e vervalt, onder verlettering van de onderdelen f tot en met h in e tot en

AC.met g.

In de toelichting op artikel 9b:2 worden de woorden “Onderdeel b en f” vervangen door: “Onderdeel b

en e”.

  • AD.

    In artikel 9b:12 lid 1 en lid 2 worden de woorden “de Vut-fonds bijdrage als bedoeld in artikel 21 van het FPU-reglement basis- en aanvullende uitkering” vervangen door: “premie voor de voorwaardelijke inkoop”.

  • AE.

    In artikel 9b:36 lid 1 en lid 2 worden de woorden “de Vut-fonds bijdrage als bedoeld in artikel 21 van het FPU-reglement basis- en aanvullende uitkering” vervangen door: “premie voor de voorwaardelijke inkoop”.

  • AF.

    Paragraaf 4 van hoofdstuk 9b vervalt, inclusief titel.

De toelichting op paragraaf 4 van hoofdstuk 9b vervalt.

AG.Artikel 9b:52 vervalt, inclusief koptekst.

De toelichting op artikel 9b:52 vervalt.

AH.Artikel 9b:52a vervalt, inclusief koptekst.

De toelichting op artikel 9b:52a vervalt.

AI. Artikel 9b:53 vervalt, inclusief koptekst.

De toelichting op artikel 9b:53 vervalt.

AJ.In artikel 10d:39 wordt “10d:31” vervangen door: “10d:32”.

In de toelichting op artikel 10d:39 worden de woorden “De overgangsuitkering eindigt op de leeftijd van

62 jaar en 9 maanden (artikel 10d:33).” vervangen door: “De overgangsuitkering eindigt op de eerste van de maand volgend op die waarin betrokkene de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt (artikel 10d:33).”

In de toelichting op artikel 10d:39 worden de woorden “Vanwege deze beëindiging …….

boven de leeftijd van 62 jaar en 9 maanden uit.” geschrapt.

AK.Artikel 18:1:1 lid 1, onderdeel f, sub 2 vervalt, onder vernummering van sub 3 in sub 2.

In de toelichting op artikel 18:1:1 lid 1 worden de woorden “De drie inkomsten die…. worden genoten: vervangen door: “De twee inkomsten die bij sub f vermeld worden, worden slechts meegenomen bij de berekeningsbasis voorzover zij naast de bezoldiging worden genoten.”.

Het onderhavige besluit treedt in werking de dag na zijn bekendmaking en werkt terug tot 1 april 2016.

Capelle aan den IJssel, 10 mei 2016.

Het college van burgemeester en wethouders voornoemd,

de secretaris, de burgemeester,

drs. A.R. Ruijmgaart RA MGA, wnd mr. P. Oskam

Naar boven